No. 26.
1 Juli 1882.
5C Jaargang.
KANARIEVOGELSENZ.
Dit blad verschijnt iederen Zaterdag.
De prijs per halfjaar f 0 25 franco per post f 0,50,
waarover per halljaarlijksche kwitantie
wordt beschikt.
ADVERTENTIEN
voor Vrijdagmorgen 10 nar te bez&rgcn bij den
uitgever .1, A. ROSS, Goes.
Dienstaanbiedingen en
Dienstaanrragen worden ecplaatst tegen o cent
eu Advertentiën tegen 6 cent per regel.
Groote Letters en Afbeeld, naar plaatsruimte.
Advertentieuals: beboorte-, Hnwelgks-, V erjarmgs-, Doodberichten en de daarop betrekking hebbende
Dankbetuigingenniet meer dan acht regels beslaande, voor den geringen prijs van 25 cents.
't Is in de wereld der vogels evenals in die der
monseken, er zijn groote en kleinen, mooie en Ieelijke,
heele en halfgeleerde en eindelijk een aantal, die men
niet veel anders leeven kan, dan voor den dagelijk-
scken kost te zorgen.
Evenals er menschenrassen en geslachten zijn, die
boven andereu aanleg toonen, gaven bezitten en die
men onder do ooiijkers rekenen kan, zoo zijn er ook
vogelsoorten, die in bijzondere talenten uitmunten.
Ik denk bijv. aan de kanarie's. Als ge er soms
eene in uw woonkamer hebt, of nw buurman houdt
er eene op na, dan zijt ge bet zeker met mij
eensdat zulk een dier veel mooier fluit als de beste
pijper bij ons marinecorps.
Welteverstaan als de gevleugelde huisgenoot niet
tot die exemplaren behoortdie zich hebben voorge
nomen te springen, to eten, te driuken en rond te
kijken maar hardnekkig te zwijgen of slechts een on
beduidend getjilp te doen booren.
'tls' mogelijk, dat er zijn die heel andere koelen
hebben als hare natuurgenootenen dat bet vruch
teloos zijn zou te pogen baar „den waterrol" of „den
„nacbtegaalslag" te leereu, maar ik ben kinderachtig
genoeg, om mij altijd kregel te maken, als ik zulk
een kanarie'ontmoet, die zelfs geene poging doet,
om het geluiddat zij toch geven kan wat te oefe
nen te beschaven aangenaam te maken. De natuur
gaf ze toch zeker ietsdat voor ontwikkeling vat
baar iszo booren hare respectieve familie bet voor
beeld gevenwaarnaar ze zich zonden kunnen vor
men, maar betzij ze daarbuiten vliegen of in een
kooi huppelenze pikken wel meemaar als bet op
fluiten aankomt, is het: mondjo dicht,.
Men kan ze onder do rubriek „doodetors'' scharen
die even veel behoefte hebben en zich even veel laten
voorstaan als de beste van bet geslacht, maar wier
eenigo verdienste, als men het zoo noemen mag, is,
dat ze den zaadverkoopcr bevoordeelendoor smake
lijk te eten.
Natuurlijk heb ik dau ook veel respect voor eene
geleerde kanarievogel en vooral voor eene, die baar
best doet, om bet zusters en nichten in mooi flui
ten aftewinuen.
Dikwijls moet men verbaasd staan, dat eene vogel
het zooverre brengen kan en zich tot eene schitte
rende hoogte weet te verheffen.
Men zou zulk een diertje eene medaille of eene
ridderorde willen gevenals de kleine vogels niet een
voudig genoeg warenom aan clat poppengoed der
groote tweebeenigeu niet te denken. Ze volgen eene
natuurlijke aandrift, ze geven ongekunsteld wat ze
kunnen, en ze kijken niemand naar de oogenom er
in te lozenhé hoe mooi
Maar het schijnt wel, dat de geleerde kanarie's
ook hare zwakheden hebben en niet van alle ijdel-
heid ontbloot zijnal meent men ze ook daarboven
verheven.
Als ze veel en boog fluiten kunnen, meeneu ze
ook altijd bare stem te moeten doen booren en heb
ben ze liefst bet hoogste woord.
Ik lieb zelfs wel eens booren zeggendat ze bet
meest baar best doen, om boven allen uitgehoord te
worden, als bet grootste gezelschap om baar veree-
nigd is en als er door velen wordt meegepraat, die
wel eens wat te zeggen hebben, meer van belang
dan de schetterende kanarie.
Sommigen vinden bet heel mooi, als er uit de
kooi een aanhoudend gefluit vernomen wordt, dat ze
bewonderen, al worden ze er half doof van. De ka
narie weet zich bij ben te doen geldenbij legt het
zwijgen op eu blijft onafgebroken aan bet woord.
Maar ik heb ook wel eens geziendat men een
doek over de kooi uitspreidde, om de fluitiste te doen
zwijgen, als men meende, dat bet wel heel mooi was
maar daar of dan niet te pas kwam.
Arme kanarie! wat moet ge leelijk op den neus
kijken, als men u zoo tot zwijgen dwingt en uwe
luide nitboezemingen versmaadt. Mij dunkt gij moet
dan wel eens berouw gevoelen, dat gij nwe gaven
aan onwaardigen hebt verspildtenzij ge nederig ge
noeg zijt, om n zelveu te beschuldigen, daar gqbe
ter gedaan bad met te zwijgendan zulk een boogen
toon aanteslaan.
Gelukkig dat de doek over uwe kooi ons belet te
zien of uw geel gelaat rood soms wordt van spijt,
of van schaamte. Men zou wel eens willen weten
wat er in zulk een kanariebart al omgaat, als de
mond gesnoerd wordt juist op bet oogenblik, dat de
hoogste tonen ongevraagd worden gegeven.
Slechts dit kunnen we zeker aannemendat ze
geen wrok of baat bewaart, want nauwlijks is de
belemmerende doek weggenomen of zij fluit er weder
lustig op toe, als ware niemaud baar in de reden gevallen.
Dat is het voorrecht van uw kanarienatuur, (lat
geen onbarmhartig oordeelgeene miskenninggeene
bespotting zelfs u weerhoudt van voren af aan te
beginnen en wij zullen liet aan u latente beslis
sen of bet uit bewustheid van uw onmiskenbaar ta
lent dan wel uit eene dwaze inbeeldingdat gij u
moet laten booren, voorkomt.
Het deert onze gevederde zangsters ook niet, dat
de een voor baar de ooren stopt, terwijl de ander
met stomme aandacht zit te luisteren. Misschien denkt
ze wel, bet ligt aan uw gehoor, dat gij de schelle
tonen niet kunt verdragen en weet zij het ook wel,
dat die geluiden het pijnlijkst aandoen, die zonder
demper zich laten booren, juist zooals de natnnr ze
aangeeft.