No. 6. 11 Februari 1882 Jaargang. H v v n u Dit blad verschijnt iederen Zaterdag. De prijs per halfjaar f 0.25franco per post f 0,50, waarover per halfjaarlijksche kwitantie wordt beschikt. ADVERTENTIES voor Vrijdagmorgen 10 uur te bezorgen bij den uitgever J. A. ROSS, Goes. Dienstaanbiedingen en Dien staan vragen worden gepxaatst tegen 5 cent en Advertentiën tegen 6 cent per regel. Groote Letters en Afbeeld, naar plaatsruimte. AdvertentiënalsGeboorte-, Huwelijks-, Verjarings-, Doodberichten en de daarop betrekking hebbende Dankbetuigingen, niet meer dan acht regels beslaande, voor den geringen prijs van 25 cents. Staatsspoor Vlissingen Breda. Winterdienst. Van Breda naar Vlissingen. (15 Oct. 1881.) Van Vlissingen naar Breda. Breda V. 6,30 10, 6 11,12 2,12 6,32 7,30 Vli8si°S' (Btado 7,20 Prinsenhage 6,36 7.36 5,50 6,50 9,30 1,40 5,10 7,20 10,— Liesbosch 6,42 7,42 Middelburg 5,59 7,— 7,29 9,40 1,52 5.25 7,32 10,10 Etten-Leur 6,49 10,21 2,30 7,49 Arnemniden 6, 6 9,47 1,59 5,33 7.39 Hoeven 6,56 a 7,56 's-Heer Arendsk. 6,20 10,— 2,12 5.49 7,54 8, 3 Seppe 7, 6 a 8, 6 Goes 6,28 7,23 10, 9 2,21 6, A. Roosendaal y' 7,15 10,37 11,39 2,50 6,58 8,44 8,15 Biezelinge 6,39 10,17 2,29 6,13 8,16 7,28 10,51 11,53 3 7,20 8,52 Vlake 6,46 7,35 10,24 2,36 6,21 8,23 8,28 Wouw 7,40 11, 1 12, 3 3,12 n 9, 2 Kruin in gen 6,51 10,29 2,43 6,27 Bergen op Zoom 7,49 11,18 12,14 3,30 7,38 ii 9,12 Krabbendijke 7, 1 10,39 2,52 6,38 8,38 Woensdrecht 7,58 12,23 3,41 u 9,21 Rilland-Bath 7, 8 10,45 2,58 6,45 8,44 Rilland-Bath 8,11 12,36 3,56 H 9,34 Woensdrecht 7,22 10,58 3,11 7, 9, 4 Krabbendijke 8,17 11 36 12,42 4, 3 9,40 Bergen op Zoom 7,32 8, 9 11, 9 3,22 7,14 9,15 Krniningen 8,27 1145 12,52 419 9,50 Woaw 7.44 11,21 3,34 7,28 9,26 Vlake 8,33 11,50 12,57 4,25 9,55 A Roosendaal y' 7.54 8,23 8,40 11,30 3,43 7,38 9,36 Biezelinge 8,43 1, 8 4.37 10, 2 9, 5 8,47 11.43 3,51 4,45 8,39 9,43 Goes 8,52 12, 3 1,17 4,48 8,20 10,10 Seppc 9.15 8,49 's-Hccr Arendsk. 9,— 12,11 1,25 4,58 10,18 Hoeven 9,21 8,55 Arnemniden 9.13 1,40 5,14 II 10,31 Etten-Leur 9,32 12, 4 4,11 ii 9 5 10, 3 Middelburg 9,21 12,28 1,50 5,25 8,50 10,20 10,38 Liesbosch. 9,39 9,12 9,30 12,37 2 10,30 10,48 Prinsenhage 9,45 9,18 5,35 9,— 10,"— Breda A. 9,50 9,12 12,16 4,23 5,10 9,23 10.15 IETS OVER ERGERNIS. De wereld is vol ergernis. Er zijn van die ongeluksvogels, die geen vinger kunnen uitsteken of' minstens een half dozijn men- schen ergert er zich aan. Men vindt van die personendie geen voet kuu- nen verzettenof zij hebben al redenzoo ineenea zijom zich te ergeren. Nu willen wij geen partij kiezen in dezen. Er zijn zoo veel verschillende gevallendat rechtspreken hierbij uiterst moeilijk is. Toch zijn er die wel raad wetenom die quaestie op te lossen. Zij roepen den eersten toe„je vnoet geen ergernis geven" en geven den laatsten den welgemeendeu raad om stil t'huis te blijven „dan hebt ge"zoo zeggen zij„geen re den om u te ergeren." Practisch kuuuen wij dien raad niet noemenwant het is gemakkelijker gezegd dan gedaan geen er gernis te wekken. Wie daarvoor een middel zou wetenmoet nog geboren worden. Waar zou het bovendien heenwanneer wij bij het bevorderen van een in onze oogen goede zaak steeds angstvallig vragen moestenof dat dezen of genen ook soms ergernis geven kon? De grootste hervormingen en verbeteringen in de wereld zouden niet tot stand zijn gekomenwanneer zij, die zich hare invoering tot een levenstaak had den gesteld, met angst en vrees voor, vaak zeer kleingeestige, meeningen van anderen waren vervuld. Het komt hier alles aan op het beginsel. Als men met opzet anderen ergert; als menwaar dit mogelijk is, niet vermijdt dit te doen, dan kan het schoonste doel, dat gij beoogt, u niet vrijmaken van de schuld, die op u rust. Laat ons dat eerlijk zeggenzelfs aan onze beste vriendenvoor wier strijden wij overigens sympathie koesteren. Wij steunen hen, waar zij met oprecht heid hunne meening belijden. Wij breken voor hun gevoelen en ter wille van het doel, dat zij najagen, gaarne een lanszelfs waar zij ter bereiking van dat doel een hard woord gebruiken of een krasse daad doen. Maar als wij bemerkendat zij uit lust om an deren te plagen, om anderen te ergeren, zijsprongen maken, die onnoodig waren, dan laten wij ons dan haasten, om ze tegentehouden. Dit geldt zoowel van groote als van kleine zaken. En in het kleine vooral wordt zoo vaak ergernis gewekt. Geen dag bijna gaat er voorbij, of men kan zich ergeren. Maar laten wij toch waarlijk al die kleinig heden niet zoo aantrekken. Het leven is wezenlijk te kortom zich daarmee het hoofd te breken. En laten wij in geen geval den raad opvolgenom maar t'huis te blijvenwant in de eerste plaats baat het niet, en in de tweede plaats is het veel gezonder voor onszelven, om ons niet op te sluiten en veel beter voer de maatschappijom met een opgewekt gemoed te trachten wegtenemeu wat ons ergert. Dat het ons toch niet baat, of wij al ons ver schuilen in onze woning, leert de dagelijksehe ervaring. Tot vlak vóór, ja zelfs in die woning blijven de ergernissen niet achterwege. En als gij nu heer en meester zijt in uw huis, ja, dan kunt gij wel eens, maar toch ook niet altijd, verbieden en veranderen, maar wat vóór uw deur plaats heeftof vóór uw raam, het is niet gemakkelijk daarin verandering te brengen. Men hoort en ziet zooveeldat met grond erger nis wekt, en waarover de bedrijvers zich moesten schamen. Als men om slechts een voorbeeld te noemen leest wat vaak op deur of raam wordt geschreven; als men hoort welke gemeene taal er gesproken wordt tot vlak voor uwe ramen, dan moet men zich erge ren over dat alles, maar bedroeven tevens over het weinig ontwikkelde gevoel van kiesclikeiddat zij be zitten, die dit alles deden. Nu kan men bij verordening verbieden, dat men op anderer vensters mag' schrijvenmaar wie weet de daders altijd aan te wijzen'? Thans kau men straf erop zettenals iemand tegen uwe woning of tegen het hek ervan leunt, maar dat belet nietdat zijdie n ergereneven verder op de straat kunnen gaan staanom u met dezelfde zedelooze praatjes weer lastig te vallen. Het is moeielijk een goed middel daartegen te vinden, al is het nog zoo gewenscht. Eu zoo lang dat niet gevonden is vrijwaart ons zelfs onze woning niet voor ergernis van buiten, of men moest een kluizenaarsleven leiden. Maar daarmee verbetert men niets.

Krantenbank Zeeland

Volksblad | 1882 | | pagina 1