rmnmrr gelaten en alzoo yoor het kwaad opgroeienmaar ik stel mij voordat er onder de menigte ron d de poppenkast dikwijls gestaan hebben, die zoo hard ze konden meelachten om niet te laten blijkendat ze hier hunne eigen geschiedenis te zien kregen, en daarom was het zoo kwaad niet als Jan zijne ver tooningen voor deze en gene woning gaf, waar de levenden preeies spraken en deden als zijne poppen. De heel wijze mensehen zeggen altijd: „dat zij nfkeerig zijn van poppenspel." Ze hebben groot ge lijk, maar zij vergeten, dat men niet op de kermis behoeft te zijn om dat te genieten. Er is geen gebied, waarop niet dikwijls een poppen spel te zien is. Soms, waar men dat allerminst ver wachten zou. Die u heel lief en vriendelijk voorko men die u met een deftig en ernstig gelaat ont moeten die in uwe vreugd of in uwe smart zeggen te deeletize spelen dikwijls een poppenspel. Ze zijn er, die, even als in de poppenkast, buigen als men ze maar buigen laat; ja zeggen als ze neen meenen, maar het niet zeggen durveneene groote beweging maken over eene kleinigheid, als ze denken daar mede den een of ander te kunnen behagen. Zij zijn er, die men voor de besten en braafsten houden zon als meu hen hoort spreken of hunne uiterlijke han delingen waarneemtmaar die slechts de van buiten- geleerde les opzeggen of den aangewezen weg volgen terwijl er misschien een wolvennatunr onder hun wit en zacht schaapskleed huist. In de poppenkast was ook wel eens sprake van een boozen geestdie de oorzaak was van al het leelijke en slechtedat er vertoond werd. Jammerdat die niet besloten bleef in de kast, waarin hij gestopt werd om hem onschadelijk te maken. Maar hij heeft ze gefopt en is eruit gekropenom zijne kunsten en kuustgrepen opnieuw te beproeven. In die heele groote poppenkast laat hij zich ook zien en wordt hij wel eens vriendelijker ontvangen dan door Jan Klaassen; en dan kan men zich immers niet met grond beklagen over een en anderdat men FEUILLETON. N I G 0 L A A S DE NOTARIS, DOOR A. C. W. STAKING. V. Zijne ster had evenwel niet in alles ongunstig voor hem geschenen schoon hij naar eene veste, diep land waarts in, werd verzondenen aldaar streng in het oog gehouden. Door trouwe vervulling van de plich ten, aan hem opgeleiden menigvuldige bewijzen van goeden inborst en ongemeene vlugheid van begrip door hem gegevenwist hij de genegenheid van den bejaarden en kiuderloozen Burgheer in hooge mate te gewinnen. Weldra beschouwde deze hem gelijk eenen zoon en liet hem opvoeden als zoodanig. De huiskapelaan vond zich gelukkig in staat, en toonde zich ook dadelijk gewillig, om door zijn on derwijs het afgebroken ouderlijke bij den knaap voort te zetten. Tot oefeningen, eenen krijgsman dienstig, verschafte de burgvoogd hem, later, overvloedig ge legenheid en Floris bad zichin zijn' achttienjari gen ouderdomveel meer kennis en bedrevenheid eigen gemaakt danin die dagenvan zonen uit de eerste geslachten werden gevorderd. Doch, op dat tijdstip, nam zijn lot, ten minste voor een korte poos, eenen ongunstigeu keer, door den dood van zijnen weldoener. Bij laatsten wil had deze vaderlijk gezorgd voor zijnen aangenomen zoon verkeerds ziet. Als de meuBchenieder op hunne wijze, gemeene zaak maken met booze leidslieden en vrien den, dan is het geen wonder, als op het wereldtoo- neel zoo menig treurspel gespeeld wordt. De kermis zou ook zoo groot kwaad niet zijnals de geest vau misbruik niet velen tot treurige uiter sten voerde. Daartegen moeten we optrekken en strijden. Niet in het wegnemen van elke verzoeking is de weg tot verbetering, maar wel in het bevorderen en ontwikkelen van die krachten, waarmede de verzoe kingen kunnen overwonnen worden. NED E RJL AK». Te Utrecht kosten de cokes niet meer dan 35 et. het mud. Op andere plaatsen zijn ze veel duurder ten gerieve van het publiekvoor zoover het name lijk aandeelen in de gasfabriek heeft. BUIT EJ LAND. In de stad Neurenberg heeft eene hagelbui groote verwoestingen aangericht. Men vond er hagelsteenen ter grootte van een vuist en met een gewicht van 170 grammen. Enkele huizen werden bijkans geheel van hunne daken beroofd. Veldvruchtengroenten fruit en de tabaksoogst zijn vernield. De Koningin van Siam en haar dochtertje zijn onlangs verdronken. Toen men de lijken opgevischt had, zijn deze met groote plechtigheid verbrand. Ge durende twee dagen hielden deze plechtigheden aan, die meer dan een millioen gulden gekost hebben. Begrafenissen zijn altijd duur, maar verbranden schijnt nog duurder te zijn. Van de onlangs gestorven weduwe vnn Uhland wordt de volgende anekdote verhaald. De dichter zat met zijn vronw en eenige vrienden in den tuin. Uh land beweerde in den loop van bet gesprekdat er niets op de wereld bestaat of het heeft twee kanten. „Ik ken toch iets, dat slechts een kant heeft," zeide zijn vrouw. „Wat dan?" vroeg Uhland. „Uw brieven," was het antwoord, „die hebben nooit meer dan een kantje en dit misviel de hebzuchtige erfgenamen. De ge hate gunsteling werd door hen beschuldigd strafbare middelen, met name tooverijte hebben aangewend, om den overledene tot zoo veel liefdebetooning te be wegen, en hij werd daarop in eene gevangenis ge worpen ter plaatswaar hij jaren langwelverdiend als het kind des buizes was beschouwd. De redding uit dezen nood daagde voor hem, van waar zij niet te hopen wasDezelfde handdie het staal ontblootte, dat aan Irmgard den dood berok kend hadverbrak de boeien van haren zoon. Toen Nikolaas een tweetal jaren bijna onafgebro ken Graaf Otto was gevolgd, eisckten huiselijke be langen de tegenwoordigheid van den landeigenaar op zijne hoeve, en hij sleet aldaar eenige weken. Kort na zijne aankomst, werd in het Lochemsche een reiziger aan den weg gevonden die door krankte en vermoeidheid bezwijmd lag. Meu bracht denzelven naar het kleine Ziekenhuis over, dat tot de mensch- lieveude inrichtingen van Nikolaas behoorde. Dadelijk zorgde deze in persoon voor den aankomeliug. Maar wat was het gevoel van dien man (den roover van Florisde oorzaak van Irmgards bloedig eindeals hijtot bezinning weder opgewektontdekte waar hij wasen wie liem verpleegdeNiemand iutusschen kende hem, en hij zelf zorgd^ schuil te blijven, ach ter een verdichtseldat door nietsvermoedenden lich telijk voor waarheid kon genomen worden. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Volksblad | 1881 | | pagina 2