FEUILLETON. "weldaden moet men in marmer griffelen, maar be wezen diensten in het zand schrijven;bet eene nooit, het andere terstond vergeten. Den beweldadigden siert de erkentenis van geno ten goed; den weldoener siert niet de dank voor, maar bet karakter der daad, die bij verrichtte. Nu er zooveel te geven is, komt de berinnering aan een en ander misschien niet ten onpas, althans het is wel de moeite waard ons eens aftevragen, of wij met bet goede, koopmansscbap drijven, of bet uit het volle hart en zonder eenige nevengedachte, be trachten. Afsluiting der Kasboeken en Restanten-lijst bij de Coöperatieve Voorschotvereeniging en Spaarbank te Goes over de maand Feb. 1881. ONTVANGSTEN Reservefondsf 2995,27 Storting aandeel - 10939,16 Terugbetaling op schuldvordering - 16987,79 Interesten daarvoor en ger. interest - 1170,99 Opgenomen gelden- 30919,04 Onkosten- Gezamenlijk bedragf 62962,25 UITGAVEN: Reservefonds f- Terugbetaalde aandeelen - 327,44 Verleende voorschotten - 58242,72 Terugbetaalde interesten - 51,09 Terugb. opgenomen gelden - 3840,02 Interesten van opgenomen gelden - 6,32 Onkosten- Gezamenlijk bedrag - 62467,59 Kas-saldo f 494,66 Het Bestuur. ALLERLEI Alle soorten van brandwonden, gewoonlgk zoo pijnlijkworden bijna onmiddellijk verzacht door toe- STEVEN EN ZIJN PLEEGZOON. (Eene Schets: uit het Tijdvak tusschen 1650 en 1680,} van a. c. w. staring. VI. Hij bleef dan ook niet in gebrekezijn' biechtkind telkens voor te'houden: dat de Israëliten, bij bun nen uittocht uit bet land van Gozenonder Mozes zilver en goud van de Egyptenaars medenamen dewijl ook in hunne dagen het geld de zenuw van den oorlog was, en zij eenen heiligen oorlog tegen de Heidensche Canaaniten gingen voeren. Niets lof- felijkerzeide hijdan dit voorbeeld na te volgen en, daar men toch reeds, in alle gevallenaan Ket ters geen trouw verschuldigd wasen het doel de middelen heiligde, behoorde men, in dezen tijd, ook het geld nit de kassen van deze afvalligenlangs alle mogelijke wegenin die der rechtgeloovigen te doen overgaangeenszins om zich zeiven daarmede te verrijken, maar om de Munstermannen, die onder hunnen Mozes (den hoogwaardigen Christoff Bernard) tot verovering van het Nederlandsche Kanaan waren uitgetogenom zijner zielen heils wil bij te springen. Na menigen strijd bezweek de biechteling voor deze drogredenenen handelde met slaafsche ge hoorzaamheid naar de inblazingen van zijnen verleider. In welke verbijstering van geest de ongelukkige, hg het volvoeren van zijn misdrijf, zich bevond, bleek daaruit: dat onderscheiden dingen van waarde, die hem zeiven toebehoordenen lichtelijk mede te voeren waren geweestdoor hem achter werden ge laten, toen hij de gehuurde woning, waarin hij als éénloopend gezel huis hield, verliet, om zich naar het Muntersche hoofdkwartier te begeven. Zonder hindernis mocht hij hetzelve bereiken. Het offer, ten koste van Wouter en anderen, door hem passing van een zeer eenvoudig middel. De wond worde nat gehouden met eene sterke oplossing van soda en gedurig met hetzelfde vocht afgewasschen. De huid blijft dan zacht en lenig. Lichtgevende verf komt meer en meer in gebruik in Engeland. Reeds worden kamers en kantoren ge heel met dergelijke verf bestreken tot groot gerief van de bewoners. Men kan in een zoo geverfd ver trek elk voorwerp voldoende onderscheiden. Het lichtend vermogen wordt opgewekt door het daglicht of door zeer helder kunstlicht en kan dan ongeveer dertien uur voortduren. Voor trappen en gangen is een dnnne band vol doende en de kosten daarvan niet noemenswaard. Het gebruik is vooral in den laatsten tijd toegeno men, nu de uitvinders het middel hebben gevonden om de verfstof met water in plaats van met olie te gebruiken. De behandeling er van is even eenvoudig als die van witkalk. Om in tuinen altijd nette paden te hebbenwaar op geen gras groeit, geeft een duitsch blad den volgenden raad: „Men grave de paden 20 of 25 cM. af en bestrooie ze met een even dikke laag zaagsel, die voor niets of heel goedkoop te krijgen is. Zulk een pad voldoet aan alle eischen: er groeit geen gras op.; het is na regen heel spoedig weer droog, en blijft zelfs bij koud weer betrekkelijk warm. Na tuurlijk moet zulk een zaagsellaag om de vijf of zes jaar vernieuwd worden; het overgeblevene is voor treffelijke mest voor de bloembedden. Wil men van de gewone grintpaden niet geheel afstand doendan make men de zaagsellaag iets minder diken strooie er van 5 tot 7 cM. grint overheen. KERKNIEUWS. Ds. B. Wielinga, te Leerbroek, beeft het beroep naar Kruiningen aangenomen. aangeboden, was er geenszins onwelkom! men ver hief de verdienstelijkheid van zijne daad tot de wol ken, en men trok partij van zijne kundigheden bij het huishoudelijke bestuur van het leger. Van dit alles droeg Wouter kennis, door den Pastoor in zijne nabuurschap, welken hij, schoon van eene andere kerk, menig maal kleine diensten bewee3. Wouter, zijn verlies voor vader Steven verborgen houdendeom diens zorgen niet te vermeerderen kon' zulks te lichterwijl de zaakgelastigde boven Koeverden had gewoond, en de vijandelijkheden tegen deze plaats, reeds vroeg in het jaar 1672 begonnen, bij aanhoudendheid werden voortgezetwaardoor men weinig of geen berichten van den anderen kant der Vesting kreeg. Het folterend benauwen van het arme Koeverden had nu zijn uiterste bereikt. Wij zijn verplicht eenig- zins in het breede daarvan te spreken, als van iets, dat op den staat van Wouters pleegvader en van hem zeiven een' beslissenden invloed had, en, door zijne gevolgen, de belooning van beider braafheid en vol hardende arbeidzaamheid uitwerkendeen einde maakte aan hunne bekommernis. Koeverden was den Bisschopbij den aanvang van zijnen tweeden veldtochtin de handen gevallenmaai de schrandere koster en schoolmeester van de plaats Meindert van der Thijnennaar Groningen geweken ontwierp eenen aanslag en hielp onversaagd denzelven uitvoerenwaardoor den vijand zijn Klein- Candia (zoo hij 't pochend noemde) eer het jaar verliep weder ontrukt werd. Aan 't hoofd der uitgelezen manschappen, die het schoone wapenfeit bestonden, was de moedige Luitenant-Kolonel Frecjerik van Eybergeu, twintig maanden later, in den slag van Senef (Augustus 1674), den dood der helden gestor ven en deze was nu tot bevelhebber van de heroverde vesting aangesteld. (Wordt vervolgd

Krantenbank Zeeland

Volksblad | 1881 | | pagina 2