geen beterschap komt. En evenmin als het aange
naam is, door lichaamsziekte tot afzondering verplicht
te wordeneven onpleizierig moetdunkt mijde
ervaring zijndat men ons schuwt en ontwijktzelfs
dat men ons vreest en ontziet, omdat men bang, of
ten minste afkeerig is van ons kwaad humeur.
Ik wil hopen, dat onder mijne lezers geene van
die huisplagen gevonden wordenik zou hun den raad
geven, het zichzelven gemaklijker en aangenamer te
maken en de booze luimen, zooveel mogelijk, te ver
jagen. Mij dunkt er is niet veel pleizier in, door
de huisgenooten beschouwd te worden als de booze
hondvoor wien men de vlucht neemt. En als er
soms onder mijne lezers zijn die met zulk een ijzegrim
zijn opgescheept en onder deze bittere huisplaag
lijdenik zou hen willen radengaat stil uwen weg
doet wat uw plicht isverblijdt u in het goede en
beschouwt de booze humeuren, als de stoute kinde
ren die schreeuwen om hun zin te krijgenmaar die
men laat schreeuwentot ze zien dat het hun niet baat.
BUIT E JT I. A Bi D.
In Hongarije en Croatië heeft men dezen winter
bijzonder veel last van wolven. Te Sisseck vertoonde
zich verleden week een wolf midden in de stad, op
het plein voor de kerk. Hij werd in den tuin van
een huis gejaagd en daar doodgeschoten.
Dienzelfden dag vond men in den omtrek der stad
een tweeden wolf op een mesthoop liggen. In het
naburige boschwaar men onlangs nog 8 wolven ge
schoten heeftis onlangs weer het spoor van 10 wolven
ontdekt. Men zal er nu opnieuw een drijfjacht houden.
FEÜI L L E T O N.
STEVEN EN ZIJN PLEEGZOON.
(Eene Schets: uit het Tijdvak tussehcD 1650 en 1680)
van a.. c. w. staking.
IV.
Na Wouters ouderlijke grondbezitting, stukswijs,
zoo goed doenlijk in huur uitgedaan te hebbenver
plaatste hij zich met denzei ven naar het erftusschen
Ommen en den Hardenbergaan den rechteroever
der Vecht, gelegen, dat zijn eigendom, maar door
hem aan een ander verpacht wasoordeelende hij het
in der tijd meer geraden, om, in zijn' staat van
weduwnaar, op de kleine boerderij bij Ootmarsum
als huurder te wonen.
's Mans verhuizen was thans gedwongen werkdewijl
zijn landsheer bedenken droegom het afgebrande, in
deze dagen van verwarringweder dadelijk op te
timmeren. Gelukkig was Stevens eigendommelijk erf
aan de Vecht voetstoots te aanvaarden. De Bruiker
had, uit angst voor de Munsterschenhetzelve, na
onderhandschen verkoop van vee en tilbare have,
met een stille trom verlatenen was (zoo men sedert
ontdekte) naar bloedverwanten in 't Oostvriesche ver
trokken; zijne schuldeischers het nazien latende.
Ruimte van grond ontbrak op die hoeve geenszins
maar dezelve was, voor een gedeelte, slordig behan
deld, en bestond, voor een ander gedeelte, uit nog
geheel woesten grond.
Door Wouter naar vermogen bijgestaan, en het
gemis van zijn paard in den beginne door koeien
voor den ploeg vergoedend, greep, Steven nochtans
met moed die stukken van zijn eigendom aan, bij
welker bearbeiding de natuurlijke vruchtbaarheid van
den grond hem het meest in de hand zoude werken.
Eene enkele dienstmaagd met hem en Wouter het
gansehe huisgezin uitmakende, viel het licht, om
aanvankelijk voor dit drietal ten minste genoeg brood-
Afsluiting der Kasboeken en Restanten-lijst
bij de Coöperatieve Voorschotvereeniging en
Spaarbank te Goes over de maand Jan. 1881.
ONTVANGSTEN
Reservefondsf 2709,90
Storting aandeel - 11688.33
Terugbetaling op schuldvordering - 113982,03
Interesten daarvoor en ger. interest - 4317,71
Opgenomen gelden- 77509,71®
Onkosten-
Gezamenlijk bedragf 210207,68®
UITGAVEN:
Reservefonds f 57,00
Terugbetaalde aandcelen - 812,82
Verleende voorschotten - 157204,75
Terugbetaalde interesten - 454,71®
Terugb. opgenomen gelden - 48554,22®
Interesten van opgenomen gelden - 898,40
Onkosten- 260,38®
Gezamenlijk bedrag- 208242,296
Kas-saldo f 1965,39
Het Bestuur.
A L L E R L E I.
Een merkwaardig voorval nit de dierenwereld wordt
in een Zwitsersch blad door een ooggetuige meege
deeld. In de Greyerzer Alpen was een kudde van
twaalf gemsen aan het grazentoen plotseling een
hunner, die op den uitkijk stond, de nadering aan
kondigde van een grooten arend, die reeds een poos
boven de kleine kudde had rondgevlogen en nu neer
schoot om zijn prooi te zoeken.
In plaats van te vluchten rustten de gemzen zich
toen ten strijdevormden een carré, met de jongen,
in het midden en wachtten zoo hun vijand af. Deze
door die houding verschriktvloog weer omhoog
bleef nog eenigen tijd in groote kringen boven de
koren te gewinnen; het groote plechtanker in die
dagentoen de aardappel als veldvrucht nog ver te
zoeken was
Acht jaar was het nu geleden, dat Steven zich
naar zijn eigendommelijk erf verplaatst had. Binnen
dien tijd genoot men eenen Vrede van zes jaren,
welke hem de noodige rnst vergundetot verbetering
van zijne omstandighedenen hij zag als eene nieuwe
schepping om zich heen uit den bajert opgerezen.
Maar de oorlogsedert 1672, bepaaldelijk ook tusschen
ons en Munsteropnieuw uitgebroken, deed alles
weder met snelle schreden rugwaarts gaan! temeer,
daar de grijsaard het afnemen van zijne krachten
begon te gevoelenen niet langer tegen zwaar werk
bestand was. Waarbij kwam, dat zijn gezicht aan
ving merkelijk te verduisterenhetgeen de geneesheer
te Ootmarsumtijdens zijne oogziekte, reeds jgezegd
had hem te dreigen, en waarschijnlijk vroeg of laat
de kostbare hulp van een' ervaren oogarts te zullen
vereischen.
Vergeefs hadden, eerst de moedige verdediging van
Groningenen toen de herwinning van een aantal
verloren schanseneenige malen de nevels van zijnen
geest verdreven; te donkerder keerden zij telkens
terugen 's mans neerslachtigheid hield thans zonder
tusschenpoozen aan. Zijne hoeve, bij laatsten wil
uitdrukkelijk aan Wouter geschonken, had hij zoo
gaarne gewenschtdatin de toekomstdoor oerbaar
making van al het nog ongebouwde, en meer door
tastende bearbeiding van het reeds aangebrokene
een goed bestaan aan Wouter mocht opleveren! en,
helaas, gelijk vroeger, had, bij het ophouden van
handel en verdienstenwegens den hervatten oorlog
eene algemeene geldeloosheid plaats gegrepen, en er
was aan geen zorgen voor de toekomst, door werk
zaamheid in den landbouwendenzoo weinig als in
eenigen anderen stand te denkeu. Zelfs zoude nu het
vermogen ontbrekenom de genezing der oogkwaal
te bekostigen, die haar hoogste punt nabij scheen.
(Wordt vervolgd.)