3°. Er wordt op sommige rekeningen een veel
hoogere prijs aangeteekenddan eerlijk ver
diend is. Moet dat zijn om de rente goed
te makendan moet men eerlijk genoeg
zijn den hoogst aanbevelenswaardig en regel
van sommige kolenkoopers te volgendie
adverteerena contant voor zooveel en op
rekening voor zooveel meer. Dat is eerlijk
en werkt contante betaling in de hand.
Dat alles is zoo goed als diefstalen die er zich
aan schuldig maakt is geen eerlijk man. Die
maant om wat betaald isheeft kans nog eens
betaald te worden als de aangesprokene even slor
dig is en niet behoorlijk de kwitantie bewaart.
In dat geval zou de koopman éen maal den prijs
opstrijkendie hem niet toekwam. Zoo ook als
hij vraagt om wat hij niet geleverd heeft.
De wet heeft den weg aangewezenom dat
eeuwige excuus: „Ik heb me vergist" te ontwij
ken en spreekt duidelijk: (Wetboek van koophan
del art. 6)
„Elk koopman is verplicht dagboek te houden, waarin
«van dag tot dag, naar orde des tijds, zonder witte
wakkentusschenregels of kantteekeningenmoeten wor-
//den aangeteekend zijne inschulden en schulden, de
//ondernemingen in zijnen handel zijne verbinte-
//nisseu in het algemeenalles wat hij ontvangt of uit-
//geeft, van welken aard het ook zij."
Daar wordt nu eerst de wet overtreden en dan
die overtreding gebruikt om eene oneerlijkheid te
verontschuldigen.
En wat,overmatige winst aangaat, zoo werd b. v.
't zelfde voorwerp, uit dezelfde fabriekop dezelfde
wijze aangevoerdvoor korten tijd bij éen persoon
verkocht voor 0,15 bij een anderen voor f 0,20 bij
nog een voor ƒ0,25.
De koopmande winkelier behoeft volstrekt
niet nederig en onderdanig te staan voor zijn klan
ten hij geeft waarde kooper geld dat staat vol
maakt gelijk. Maar hij is aan de goede orde in de
maatschappij verplicht, de wetten na te leven en
geen woekerwinst te nemen en niets te vorderen
wat hem niet toekomt. Wil hij alle abuizen voor
komen, hij weitere bepaald, ooit anders dan a con
tant te verkoopen. Hij zal er wel bij varen en
zijne klanten ook.
N e d e r 1 a n d.
De wets-voordracht tot regeling van het Nederlandsche
muntwezenbevat de volgende hoofdbepalingen
De grondslag van het Nederl. muntstelsel is het goud.
De rekenings-eenheid van dat stelsel blijft de gulden,
verdeeld in honderd cents.
De gulden bevat 0,60561 van een wichtje (grain) fijn
zilver.
De Neder!, muntspeciën zijn gouden standpenningen,
zilveren en bro, zen pasmunt en gouden negotiepenningen.
Gouden standpenningen zijn: het tienguldenstuk, het
vijfguldenstuk.
Zilveren pasmunt zijn het tweeguldenstukhet vijf-
entwintigcentsstukhet tiencentsstukhet vijfcentsstuk.
Bronzen pasmunt zijnhet twee en een halve cents
stuk, het eeiicentsstukhet halve centsstuk.
Gouden negotiepeuningeude dukaat, de dubbele
dukaat.
Het gehalte der gouden standpenningen is 0,900 met
eene ruimte van 1.5 duizendste, zoowel boven als on
der het gehalte.
liet gewicht is: van het tienguldenstuk 6.729 gram
men (wichtjes); van het vijfguhlenstuk 8,3615 grammen
(wichtjes).
De ruimte in gewicht is voor beide stukken 2,5 dui
zendste van het gewicht, zoowel boven als onder.
Wij vernemen dat de muntbiljettenuitgegeven tusschen
1815 en 1819 nog tot en met 31 December kunnen
ingewisseld worden bij den betaalmeester, of deze ont
brekende, bij den ontvanger der directe belastingen. Na
dien datum is de vergunning tot inwisseling onherroepe
lijk vervallen.
Uit het Buitenland.
Gelijk men weet had de Schach van Perzië, bij een
bezoek aan de fabriek van den Heer Kiujpp, aan dezen
eene commissie gegeven voor 60 kanonnen. Thuis ge
komen heeft Z. M. echter berouw gevoeld en dezer da
gen 40 der gemelde kanonnen afbesteld.
Misschien is het een gelukkig verschijnsel, dat eet)
vorst wat minder kanonnen opdoet. Twintig is toch nog
meer dan genoeg. Als alle vorsten die ongelukkige
moordtuigen opruimdende wereld zou er wel bij varen.
De Gemeenteraad van Netv-York heeft bij meerder
heid van stemmen eene som van pst. 2,500,000 aan eene
Maatschappij geleend ter oprichting eener tentoonstelling
van nijverheid. Hiervan zouden pst. 1,750,000 gebruikt
worden voor den aankoop van eene groote strook lands
de geheele ruimte tusschen de 3e en 4e Avenues en de
98e en 102e straten innemende. De overige pst. 750,000
zijn bestemd tot het oprichten van een reuzengebouw
op die plek.
N ij v e r h e i d.
Een nieuw soort van kunstmarmer wordt gemaakt door
kyseriet, water en gebluschte kalk onder elkander te
mengen, en vervolgens deze massa te branden, op de
zelfde wijze als met gips geschiedt. De verkregen stof
wordt tot papier gemalen en op dezelfde wijze al9 gips
gegoten. liet verkregen product is een soort van mar
mer, dat gepolijst kan worden en uitmuntend tegen
vocht bestand is. Dr. Grünebek0 voorspelt dat er veel
toepassingen van gemaakt zullen worden.
Het kyseriet is een mineraalvoornamelijk uit zwavel
zure magnesia bestaande.