vroeg groot zijnmaar helpe hen om langs den weg van rusteloozen vooruitgang in alle opzichten groot te worden; men geve zich allerminst moeite om kunstmatig eene ontwikkeling te verhaasten die bij den een veel gemakkelijker en spoediger verkregen wordt, dan bij den ander. Te groote inspanning van kracht in den eersten leeftijd, doet later de kracht missen die dan zooveel meer noodig is. Te veel en voor de jeugd niet passend genot maakt de vatbaarheid voor genieten in late- ren leeftijd minder. Wijst de natuur er henen dat de aanleg is, om vroeg groot te wordenmen neme die aanwijzing ter harte, maar vergel e tevens niet, dat als het er op aangelegd wordt, om tot eiken prijs dat te bevorderen men of een vruektelooze poging doet of licht het kleine te vroeg groot laat worden en wat ontijdig is voorspelt nooit veel goeds. Nederland. Het nieuwe Ministerie is samengesteld, als volgt: Binnenlandsche Zaken: Mr. J. H. Geertsema, Cz. Justitie: G. de Vries, Az.; Buitenlandsche Zaken: Mr. J. L. H. A. Baron Gericke van Herwijnen; Koloniën: J. D. Transen van de PutteOorlog: M. D. Graaf van Limburg Stikcih; Marine: L. G. Brocx; Financiën.: Mr. A. van Delden. Naar wij vernemen meenen sommigen, dat het be richt uit de Werkmansvriend overgenomen in 't Volksblad van Zaterdag 11. eene aanprijzing bevat van de Interna tionale. Wij hebben die vereeDiging niet geprezen en ook niet gelaakt. We kunnen eerst in dezen onze mee- niug uitspreken, als die vereenigiug meer van hare be doelingen en handelingen heeft laten hooren, Voorloopig moeten we alleen zeggendat 't medegedeelde alleen toont hoe dwaas en bespottelijk sommige menschen doen, die redeneeren over zaken die ze niet begrijpen en scher men met woorden, die ze niet verstaan. Wat wij uit de Werkmansvriend overnamen strekte juist, om te doen uitkomen, hoe bespottelijk het is, dat men op zoodanige wijze de menschen voor deze vereeniging zoekt te winnen. vereenigingen van arbeiders, loonen enz. Hebben wij in een onzer vorige nommers uit de Zutfensohe Courant een advertentie overgenomenwaar in de barbiers uit die Gemeeute verklaarden, het scheer loon te hebben verhoogdthans kunnnen wij mededeelen dat dit voorbeeld navolging bij liunne confraters in Enschede heeft gevonden. De werkliedenvereeniging te Hoogezand en Sappemeer (Prov. Groningen) heeft in haar laatst gehouden verga dering besloten een verzoekschrift te richten aan alle landbouwers om het dagloon van den land- of boeren arbeider, dat thans slechts 70 cent bedraagt, tot 90 cent te verhoogen. Verleden Zondag werd te Amsterdam in van Liers's zomertheater de bijeenkomst van het „comité ter bespre king van de sociale kwestie," welke vergadering acht dagen te voren, doordien liet lokaal, wegens de enorme groote opkomst van het publiek, waarop het comité niet had gerekend, te klein bleek te zijn, uitgesteld was, gehouden. Het al of niet wenschelijlce van op richting van „Baden van verzoening" bij werkstakingen maakte het onderwerp van het debat uit. Nadat de Voorzitter van het comité Jh. Mr. I. J. F. de Jong van Beek en Donk en vervolgens Mr. B. H. Pekel haring het nuttige van dergelijke Baden in het licht hadden gesteld, werd de volgende, door Mr. M. J. de Witt Hamer voorgestelde motie aangenomen. „Het is wenschelijk, dat bij ons te lande, ter voor koming en beslechting van geschillen tusschen patroons en gezellen zich vormen liefst bestendige „Raden van verzoening," samengesteld uit een gelijk aantal leden, afzondere door patroonen en werklieden daartoe te kiezen." üit het Buitenland. Uit Petersburg wordt gemelddat de regeering heeft besloten tot eene geheele verandering in den toestand van Siberië. De bedoeling is namelijk, in de eerste plaats aldaar een burgerlijk bestuur te organiseeren op den zelfden voet als in de landen van den Itaukasus en dit te plaatsen onder het oppertoezigt van een der Groot vorsten; voorts er onderscheidene instellingen te wijzigen of tot stand te brengen en vooral het onderwijs te ver beteren en uit te breiden. (INGEZONDEN.) Laatstleden Dinsdag werd ik pijnlijk getroffen door een tooneel dat ik alhier aanschouwde.. Eenige vreemdelingen in een paar open rijtuigen ge zeten deden een toertje en om onze stad op hun gemak te kunnen bezichtigen reden zij stapvoets door de straten. Dit was in het oog der Goesschenaren iets zoo bij zonders, dat eenigen niet konden nalaten, die vreemde lingen uit te jouwen niet alleenmaar zich zelfs niet ontzagen hen met slijk en vuilnis te werpen. Toen eindelijk, op verzoek van een paar dier vreem delingen de politie er bij kwam werd de zaak nog er ger en werden de rijtuigen omgeven door een drom van menschen, welke, jouwden en schreeuwden, als waren er wilde beesten in plaats van menschen in gezeten. Voorwaar een schoonen indruk, 'die Goes en zijne bewoners op die vreemdelingen zal gemaakt hebben en een prachtig denkbeeld zal men buiten af bekomen van de Goessehe beschaving. Zoo iets zou echter niet mogen gebeuren, indien de politie hier wakker ware; men zou ze dan niet behoe ven op te zoeken, om een einde te maken aan derge lijke schandelijke tooneelen midden in de stad, maar zij zou ze voorkomen. Mij duukt het ware beter dat men minder kibbelde over de kleedingstof der agentenmaar beter toezag dat zij steeds bij de hand waren. Maar daarom niet gewanhoopt, al is de politie op dat punt een slechte hulp, er is een veel sterkeren en zeker overwinnende bondgenoot tegen dergelijke toonee-

Krantenbank Zeeland

Volksblad | 1872 | | pagina 2