.uen zich beklagende vele zorgen die bij me
nigeen belemmerend en ontmoedigend werken dttfc
sukkelend leven zonder uitzigt op verbetering, is
het niet dikwijls de vrucht van het ontijdig optre
den als baas in eene betrekking, waarvoor men
nog de noodige kennis en geoefendheid mist. Dan
wordt er geklaagdals het werk aan anderendie
verder gevorderd zijngegund wordtals de men-
scben bedanken om hun geld voor gebrekkig werk
.te geven. Dan beet het een schreeuwend onregt
als liet publiekdat de spreuk //baas boven baas
tot zijn voordeel huldigt, zich elders gaat voorzien
van dingendie daar beter worden geleverden
de bazen werpen alle schuld op den tijd, op de
menschenop wat niet almaar denken er niet
aan dat zijzoo ze maar bazen in hun soort wa
ren ook bij al die concurrentie baas zouden
blijven.
Men kan niet altijd knecht blijven; een mensch
wil vooruit en ook wel eens zijn eigen meester
zijn. Toegestemd. Ik wenschte zelfs, dat er meer
zoo over gedacht werdmaar er is toch ook wel
iets waars in, dat bet beter is een knappe knecht
dan öen domme baas te zijn,
Op bet knap zijndaar komt het op aan. Dik
wijls zijn knechts hunne meesters de baas geweest
en dat is toch maar eene treurige verhouding, als
de mandie de orders geven zaleerst nog lee-
ren moet van wie de orders dient te ontvangen.
Doch wie tot die bazen behoort komt er mahr zel
den toe, om anderen onder zich te hebben, of
het moet zoo eens een halfwas zijnwaarvoor men
-elders geene plaats vinden kan.
Nu begrijpt ieder wel, dat we bier de woorden
//baas zijn"in tweeerlei beteekenis namen, maar
tevens dat het eene noodig is, om tot het andere
te komen. Wie flink leert en werkt, niet kinder
achtig aan moeders pappot gehecht in de wereld
rondziet, waar hij nog meer kan Ieeren; wie een
knap mensch zoekt te wordendie wordt door zijn
arbeid tot baas verheven en dat is voordeeliger en
eervoller, dan dat men alleen het woord baas ach
ter zijn naam zet, zonder de vereischten van een
goeden baas te bezitten.
En al kunnen liet nu niet allen groote bazen
zijn'tis toch in alle zaken altijd het best bet zoo
aanteleggendat men geen klein baasje behoeft
te blijven.
Nederland.
Goes. Tot leden van den Gemeenteraad zijn gekozen
de heeren B. Meijlink en A. M. B. IIanlo, de eerste
met 181, de laatste met 157 stemmen. Op de heeren
J. H. de Laat de Kantee en G. J. Besseling waren
112 en 111 stemmen vereenigd.
De nieuw ingevoerde briefkaarten vallen zeer in den
smaak. Aan liet postkantoor te Botterdam werden, in
de eerste week van liet jaar, 60,000 zulke kaarten ver
kocht. „Alweer zoo'n nieuwigheid", hebben velen sma
lend gezegd, toen er van de briefkaarten sprake kwam,
maar het blijkt nu toch, dat het publiek met die nieu
wigheid nog al gediend is.
De briefkaarten moeten in de bus voor gewone
brieven, niet in die voor drukwerken geworpen wor
den.
De telegrafische verbinding tusscbeu O. Indie en Ne
derland is gelukkig tot stand gekomen. Beeds zijn te
's Hage telegrammen uit Batavia ontvangen die binnen
weinige uren waren overgebracht. Een telegram van 20
woorden naar Batavia kost f 75, voor andere plaatsen
in Indie is het iets meer.
Te Botterdam is eene vereeniging tot stand gekomen
om het plan eener directe stoomvaart tusschen Noord-
Atnerika en Nederland te verwezenlijken. De kans voor
Vlissiugen is dus weer verkeken. Maar aan wie de
schuld?
Het weeshuis te Dirksland heeft van een onbekende
eene naaimachine ten geschenke ontvangen.
Het is te hopendat de weesmeisjes daarom niettemin
Ieeren hare handen gebruiken; maar wenschelijk is het,
dat alle mackinewerk aan machines worde toevertrouwd
en dat de denkende mensch die daardoor over meer
tijd kan beschikken meer werkzaamheden verrichte
den denkenden mensch waardig. Er is nog veel te Ieeren
Uit het Buitenland.
De Berlijnsche erwtworstfabriek beeft thans het elfde
millioental worsten vervaardigd. De regeering heeft daar
voor reeds 15 millioen thaler uitgegeven. Zoo goed wordt
er voor de soldaten gezorgd, opdat ze wel gevoed
ter slachtbank zouden komen.
Ue Duitscliers zetten de beleegering van Parijs steeds
voort; maar de eerste bommen die zij in de stad ge
worpen hebben, dienden slechts om den moed der Pa-
rijzenaars aantewakkeren.
Het Loireleger heeft op onderscheidene punten de
Duitschers groote verliezen toegebracht. Als er maar
enkele honderden vallen zegt de koning van Pruisen:
onze verliezen zijn matig.
Een Duitsck dagblad schrijft, dat de soldaten van het
leger voor Parijs en aan de Loire klagen over den
slechten toestand van hun schoeisel en verzekeren, dat
zij in de hevige koude met bloote voeten hebben moe
ten marcheeren en strijden. Misschien stelt men ze aan
ellende bloot om ze voor het leven onverschillig te maken
"Volgens de laatste berichten vallen er dagelijks dui
zenden Duilsche bommen in Parijs en worden dagelijks
vele personen, vooral viouwen en kinderen getroffen.