r Middelburgse winkeliers vereniging steekt licht op Zin en onzin in Sinterklaaspoëzie De Sint verraadt u de geheimen over het maken van zijn rijmen Twee warme dranken voor pakjesavond Wat is een gedicht? Bisschopswijn Zwarte Pietendrank m Na ongeveer 10 jaar van contributieverhoging en veel nadenken is de Middelburgse winkeliersvereni ging er dit jaar in geslaagd de winkelende klant van een sfeervolle service te voorzien. Geheel zonder hulp van de Gemeente is het gelukt om het zicht van de stad op te vijzelen door de Segeerstraat, Lange Delft, Herenstraat, St. Janstraat, Korte Delft en de Koorkerkstraat in een zee van licht en muziek te zet ten. Donderdagavond 22 november om 19.30 uur neemt locoburgemeester Schoenmakers het geluid en de verlichting officieel in gebruik door symbolisch een zeer grote stekker in een stopcontact te steken. Dat gebeurt op de hoek van de Segeerstraat en de Lange Delft. Aansluitend op deze gebeurtenis is er voor genodigden een receptie in de koffieshop van de V&D, The Corner. Metrum of ritme Hulpmiddelen DE FAAM - DE VLISSINGER Woensdag 21 november 1990 vSW MIDDELBURG surprisestad Als het heerlijk avondje is geko men en de wind koud en kil om het huis blaast is het tijd om een paar hartverwarmende dranken op tafel te zetten. De vertrouwde Bisschopswijn mag natuurlijk niet ontbreken. Omdat de Sint toch zelf niet hoeft te rijden kan een tikje alcohol geen kwaad. Anders is het voor de zwarte pie ten en andere mensen die nog rij den of werken moeten. Voor hen dus ook een pittig drankje maar dan zonder alcohol. Allereerst het speciale Sint Nico- laasdrankje, pittig, geurig, maar bovenal hartverwarmend op een koude avond. Benodigdheden: 1 fles vruchten wijn, 1 sinaasappel, 3 kruidnage len, een stukje pijpkaneel van ongeveer 5 cm, foellie en saf fraan, 2 glaasjes Cointreau, sui ker naar smaak. Borstel de sinaasappel schoon en steek de kruidnagelen in de schil. Doe de inhoud van de fles wijn in een pan en vlij de 'versierde' si naasappel erin. Doe de kruiden in een katoenen lapje en eveneens een goed gesloten pan aan de kook. Doe er twee glazen Coin treau bij en laat deze drank op een zeer lage warmtebron onge veer anderhalf of twee uur trek ken. Verwijder de sinaasappel en het zakje kruiden en voeg naar smaak suiker toe. Natuurlijk warm opdienen. Voor de hardwerkende zwarte pieten hun eigen drankje. Hoewel hier geen alcohol aan te pas komt, is het drankje net zo geurig en pittig. Benodigdheden: 150 gram suiker, 1 liter melk, 1 liter sterke koffie, een kwart liter slagroom en cho colade voor de garnering. Doe de suiker in een gietijzeren pannetje en brandt haar tot cara mel, roer er pas op het laatst in en wacht tot het mengsel een beetje bruist. Breng de melk aan de kook ën los de caramel hierin op. Haal de pan van het vuur en roer de koffie door het mengsel. Sla de slagroom dik, maar niet stijf. Doe de zwarte pietendrank in grote mokken en laat er voor zichtig een dikke laag slagroom op glijden. Dan wat geschaafde chocolade erop en u kunt opdie- in de pan. Breng dit mengsel in nen. Verlichting ook in de Segeerstraat. Er zijn heel zinvolle Sinterklaasversjes en er is een heleboel onzin. De verzen die onze kinderen op school leren of die wij uit den treure via luidsprekers, radio en televisie moeten aanhoren zijn tamelijk zinvol. Ze bevatten begrijpelijke volzinnen, een redelijke tekst en zijn goed in metrum geschreven omdat ze nu eenmaal gezongen moeten worden. Maar er is ook een onafzienbare reeks verzen waar soms kop noch staart aan te ontdekken valt. Daarnaast verblijdt Sinterklaas met vier knechten op zaterdag 1, maandag 3 en dinsdag 4 decem ber de Middelburgse binnenstad met zijn aanwezigheid. Hij deelt dan onder andere waardebonnen ter waarde van f5,-, f10,- en f25,- uit aan de winkelende mensen. Die kunnen dan bij de onderne mer die op de bon vermeld staat besteed worden. Ook de kleintjes ziet de kindervriend niet over het hoofd, zij kunnen rekenen op een kleurplaat. Als ze die dan ook voor 1 januari inleveren bij Shoe- rette in de Segeerstraat, dingen ze mee naar de prijzen die daarbij te winnen zijn. De eerste prijs is een moutainbike, de tweede een skateboard en de derde een walkman. De vierde tot de der tiende prijs is een verrassing. Sint Niklaas, goed heiligman trek je beste tabbert an. Rij ermee naar Amsterdam Van Amsterdam naar Spanje Appeltjes van Oranje Peertjes van de bomen Rijke, rijke ome! Rijke, rijke juffertjes Die dragen lange mouwen Hansie, willen wij trouwen Hansie sprong al over de sloot En hij brak zijn (linker-) poot. Tien pond suiker, Leg de lepel op de ketel, Brandewijn met suiker. Hoe komen wij hieraan? Wel, dit gerijmel bestaat op zijn minst uit drie liedjes of rijmen. De eerste vijf regels zijn zinvol; de appeltjes van Oranje zijn sinaasappelen. Wat daarna volgt is gerijmel waarvan niemand precies weet wanneer het ontstaan is of wat het betekent. Als u de bekende bundel 'Nederlandse baker- en kinderrijmen' van Van Vloten raadpleegt (hij wordt nog steeds herdrukt al is hij dan meer dan een eeuw oud), dan ziet u hon derden van die rijmen. Ze zijn op het eerste gezicht zinloos. Hoe komen wij eraan? Wel, kinderen hebben behoefte aan aftel-, plaag-, speel-, en dansrijmen en ga zo maar door. Zodra zo'n rijm het spel, de dans enz. overleeft, herkent men de zin niet meer, maar het wordt niet vergeten. Het kan dan achter allerlei andere verzen geplakt worden, ook ach ter Sinterklaasverzen. Als u goed oplet ziet u dat in de volgende voorbeelden: Sinterklaas, nobele baas. Breng wat in mijn schoentje. Een appeltje of citroentje, Een nootje om te kraken, Dat zal wat beter smaken, Een pintje om te drinken, Dat zal wat beter klinken. Dat is Vlaams. De pogingen om in Sinterklaasgerijmel zin van on zin te scheiden heeft wel eens geleid tot nieuwe onzin. Zo heb ben literaire psychologen Sinter klaas geanalyseerd en er een sexistisch geval uit gepeurd. Sin terklaas kapoentje..een kapoen is een gecastreerde haan (vroeger welbekend), want de Sint doet toch niets met zijn natuurlijke ga ven. De schoorsteen is een gesti leerde penis, waardoor..wij besparen u de verdere uitpluizerij. Je kunt voor hetzelfde geld zeg gen dat kapoentje een kleurige vlinder is, omdat de bisschop uit Smirna zo'n leuk pak aan heeft. In werkelijkheid is het een nood- rijm op schoentje en vérder niets. Tja, de een schudt ze uit zijn mouw alsof het niets is, de ander kauwt zwoegend en zwetend op een stompje potlood en dan lukt het nog niet. Kun je dichten dan leren? Wis en waarachtig wel! In de 18e eeuw wemelde het in ons land van dichtgenoot schappen. Nil volentibus arduum (niets is te moeilijk voor hen die willen) enz. enz. Zo heetten de die genootschappen en al hebben ze geen van alle échte dichtkunst opgeleverd, gladde verzen leerde men daar wel in elkaar draaien. Daar willen wij het dan nu eens over hebben. Dacht u dat u het niet kon leren? Kom nou, een schriftelijke cursus van één les lijkt ons voldoen de. Die volgt hier dan. Alles wat rijmt heet in de volksmond een gedicht. Goed, maar wat is rijm? Rijm is (behalve een natuurverschijnsel) overeen komst in klank. Klank rijmt op stank, dank, gejank, mank, enz. Het vinden van rijmwoorden is dus doodeenvoudig: u probeert gewoon andere letters aan het begin te zetten. Rijmwoorden op tante Toos? Daar gaat ie: Moos, poos, roos, boos, doos hoos, Koos, soos, voos, loos. U ziet dat wij gewoon het hele abc afwer ken. Zodra u dit onder de knie hebt leren wij u dat u zich volstrekt niet hoeft te bepalen tot éénlettergrepige kreten zoals wij deden. Op Toos rijmen ook: ge- minnekoos, altoos, hopeloos (dus alle woorden met achtervoegsel - loos en dat zijn er duizenden). Waar u bij rijmen wel aan moet denken is dat rijm weliswaar overeenkomst in klank is maar...alleen bij beklemtoonde lettergrepen. Want onze lieve tan te Toos rijmt weiswaar op alles wat op -oos eindigt, maar pas op, Ome Daan rijmt beslist niet op stilstaan, omdat de klemtoon heel sterk op stil ligt en niet op staan. Wilt u een kreupeldicht maken dat nergens op lijkt en slecht in het gehoor ligt, dan moet u uw regels laten eindigen op woorden met verschillende klemtoon: Bij de schoorsteen zag ik stiekem ome Daan En daar bleef hij waar achtig stilstaan. U ziet het al: dit gaat niet. Het gerijmel opzeggen met de opzet telijk verkeerd gelegde klemtonen (bij nieuwslezers sterk in de mo de) stempelt u tot prutser. Doe dit dus nooit; laat alleen rijmen wat de klemtoon heeft. 0 ja, denk er wel om: gelijkluidende lettergrepen rijmen bij ons niet. Wel in het Frans (rime riche) maar daar hebben we nu geen boodschap aan. Dus op ome Daan rijmt niet: vandaan, ge daan, verdaan, ontdaan enz. ook al zit het met de klemtoon toeval lig net goed. Is dat duidelijk? Dan gaan wij nu verder. Want al rijmt u nu geen kreupeldicht, daarmee is het nog geen poëem. Bij lange na niet, Voor u een gedicht begint moet u eerst beslissen of u zuiver me trisch te werk zult gaan of niet. Heus, het mag allebei. Zuiver me trisch zijn alle gezongen sinter klaasgedichten: Zie GINDS komt de STOOMboot uit SPANJE weer AAN. Ziet u dat dit hele gedicht te ver delen is in versregels en dat elke versregel bestaat uit een zeer re gelmatige afwisseling van één onbeklemtoonde lettergreep (zie), gevolgd door één beklem toonde (GINDS) en dan weer een onbeklemtoonde (komt)? Dat noemen we nu versvoeten. Som mige zijn doodeenvoudig: telkens een beklemtoonde.gevolgd door een onbeklemtoonde lettergreep: Alle EENDjes ZWEMmen IN het WAter. of net omgekeerd: 't is GAUW weer VIJF deCEMber, oJONGens WAT een FEEST. Nu moet u één ding onthouden: of uw versvoeten zo kreupel zijn als een reumatiekerige keuterboer moet u zelf weten, maar als uw gedicht bestemd is om te worden gezongen, bijvoorbeeld op een bekende melodie, moet het zaak je terdege kloppen, anders wordt het een rommeltje. Is dat duidelijk? Dan gaan wij niettemin toch verder. Want u kunt ook zeer duidelijk elk me trum of ritme aan uw leren laars jes lappen. Als u dat maar consequent doet, hindert het he lemaal niet, als u maar zorgt voor een eenvoudig en duidelijk rijm en voor regels die niet al te veel in lengte variëren: Ofschoon vader de avonden doorbrengt met vergaderen zag hij de vijfde december met blijd schap naderen Hij dacht ze- ker:„Wat zal ik dit jaar in vredesnaam krijgenJe zag elke dag op zijn tronie de spanning stijgen Ziet u wel? Van het metrum of het ritme klopt geen fluit, toch leest dit lekker. Het is ook ge makkelijker te onthouden en voor te dragen. Men noemt dit 'be rijmd proza'. Want het kenmerk van poëzie is niet het rijm (zoals u altijd hebt gedacht) maar de maat, het metrum of de versvoe ten. Nou, dat zal u een zorg zijn. Toch is één ding bij het berijmde proza dodelijk: een verkeerd rijm. Dat ontstaat als u bijvoorbeeld verjaardag met alle geweld wilt laten rijmen op zag, mag, lach enz. Na u aldus in de put te hebben gewerkt is een kleine aanmoedi ging zeker op haar plaats. Er zijn Waarom eigenlijk rijmwoordenboeken. U denkt dat u die niet nodig heeft omdat u bij het begin van de les het kunstje leerde van de verwisselde letters vooraan bij ieder woord. Zo leer den wij rijmen: op schoen rijmt oen, poen, toen, zoen, koen. Maar zo komt u er niet. Zo vindt u nooit de langere woorden die ook op schoen rijmen: fatsoen, blazoen, lamoen, donkergroen. Vandaar dat een rijmwoorden boek toch wel helpen kan. Laat u echter nooit verleiden door die rijmwoorden. Omdat geld rijmt op gesteld mag u nog niet zeg gen dat neef Kees zo op zijn centjes gesteld is. Beter een wat stuntelig gedicht dat precies weergeeft wat u bedoelt, dan een volmaakt ding dat net niets zegt. Ga dus, voor u een gedicht gaat maken, eerst na wat u wilt zeggen. Schrijf gerust het hele verhaal in proza op. Bijvoorbeeld: Peter heeft een oogje op Wilma, maar is veel te verlegen om er voor uit te komen. Toch zou hij een leuk joch zijn als hij zijn tan den op tijd poetste en wat min der in rafelige jasjes liep. Wat minder pilsjes naar binnen wer ken zou ook goed zijn voor zijn fi guur. Hoe verwerken wij dat nu in een gedicht? Nou, dat gaat aldus: VOOR PETER Een tandenborstel en een tube tandpasta, gewis, Zijn een cadeau dat hier wel toe passelijk is, Vervolgens nog een jasje, precies op maat, Dat ongetwijfeld heel wat beter en netter staat. Dan het rafelige vod waarmee hij gewoonlijk verschijnt En waarmee hij ook weer in de kroeg verdwijnt Die vele pilsjes maken hem zo rond als een vat Kom Peter, drink minder en fiets of zwem eens wat Ik weet zeker dat Wilma je dan veel liever ziet Zoals je er nu bij loopt ben je voor haar een verdriet Maar ik weet zeker, binnenkort gaat het veel beter Met onze vriend, onze teerbemin de Peter. Sint Nicolaas is een naam die ons wel bijzonder vertrouwd in de oren klinkt. Reeds van onze prilste jeugd zijn we met die naam en de bijbehorende figuur goed bekend. Aanvankelijk was hij voor ons de zeer, zeer oude grijze bisschop uit Spanje, die eenmaal in het jaar naar ons lage landje bij de zee kwam om daar bij nacht en ontij over hoge daken te rijden op zijn prachtige schim mel. Zijn zwarte knecht luisterde dan aan elke schoorsteen om te horen of er nog stoute kinderen waren. De Sint was voor ons de kinder vriend bij uitstek, de goedheilig man waarvan je als kind de vurigst gewenste cadeautjes kreeg, maar ook was hij de boe man, die stoute kinderen mee nam naar Spanje, een land heel ver van het vertrouwde thuis vandaan, een boeman, waarvoor het kind een heilig ontzag had. Maar heel langzaam verdwijnt dit oude kinderbeeld om plaats te maken voor het begrip hier te maken te hebben met een wel heel bijzonder traditioneel feest, dat zich, ondanks de loop der ge schiedenis, reeds honderden ja ren in Nederland heeft weten te handhaven. Ja, wonderlijk eigen lijk! Dat het Sint Nicolaasfeest vroeger enthousiast gevierd werd lag gezien de omstandigheden voor de hand. In die oude tijden greep men iedere gelegenheid aan om vooral 's winters een ge zellig, intiem, huiselijk feest te vieren. De dagen waren kort, de avonden zeer lang, ook al ging men veelal heel wat vroeger naar bed dan wij moderne mensen. Maar tijdens die betrekkelijk lan ge winteravonden had men toch wel behoefte aan iets bijzonders, en dan was een feest van harte welkom. Vooral het Sint Nico laasfeest mocht zich in een grote belangstelling verheugen, omdat dit feest bovendien de mogelijk heid bood tot een minstens da gen lange voorpret. Maar dat dit feest tegenwoordig nog zo alge meen gevierd wordt en zeker niet met minder enthousiasme dan vroeger is opvallend. Eigenlijk heeft de hedendaagse mens in zijn jachtend bestaan en de zee van ontspanningsmogelijkheden die hem daarbij nog worden ge boden, weinig behoefte aan zo'n feest. Men zou verwachten dat de moderne mens er eigenlijk nauwelijks tijd voor heeft. Het ze nuwslopend, jachtend bestaan eist hem helemaal op. Wat er aan vrije tijd overblijft, och, die is zo makkelijk te vullen. De een leest graag of heeft een hobby, de an der doet aan sport en er zijn er vele lid van een vereniging, dan zijn er nog de passieve media, waar het grootste deel zich door laat ontspannen, zoals de bio scoop, de radio en de televisie Kortom, waarom nog een Sint Ni colaasfeest? Voor het feit dat het Sint Nico laasfeest in onze moderne tijd nog altijd volop leeft in alle lagen van de bevolking, en dat men ook nu nog de tijd vindt om het in vol le glorie te beleven is een goede verklaring te geven. Het Sinter klaasfeest, zoals we dit in Neder land noemen, heeft een aparte charme. In wezen gaat het echt niet meer om de Bisschop van Myra en de mythe die aan hem is verbonden. Hij is hoogstens nog de symbolische figuur op de ach tergrond. Het gaat echter wel om de diepere waarde van het feest. Ook al beseffen velen het mis schien niet, onbewust voelen ze het toch goed aan. Het appelleert namelijk aan het goede in de mens en los van de normale le venswandel vindt vrijwel ieder een het leuk om eenmaal in het jaar eens echt iets voor anderen te doen. Misschien wel in het bij zonder in onze tijd, waarin harde zakelijkheid en egoïsme hoogtij vieren, biedt zo;n traditioneel schenkfees* een uitlaat voor op gekropte gevoelens, die in de normale strijd om het bestaan verdrongen moesten worden. Al zullen we het niet willen toe geven, in ons hart weten we allen dat gedeelde vreugde dubbele vreugde is, want welk een vreug de en blijdschap genieten we zelf, wanneer we zien hoe een ander verheugd is met iets dat wij hem of haar schonken. Het is de beloning van onze goede wil. We weten dit, maar het komt in het dagelijks leven meestal in de verdrukking en slechts weinig tot uiting. Het Sint Nicolaasfeest biedt ieder van ons de mogelijk heid dit te beleven zonder dat we daarbij ons gezicht verliezen of dat we uit de toon vallen, wanneer men dat niet van ons gewend is. Dat is de reden dat ook in onze tijd dit feest nog bloeit, tervyijl zoveel an dere feesten reeds lang verwater den en in de vergetelheid verzonken. Daarom zal het Sint Nicolaasfeest blijven leven tot in lengte van dagen, omdat het ap pelleert aan de goedheid in de mens en...dat maar eenmaal per jaar! X 1

Krantenbank Zeeland

de Vlissinger | 1990 | | pagina 17