n*
n
n
'Vooral dope en orgies. Wie dat
ontkent liegt of heeft geslapen'
'Een hele generatie kijkt nu
en masse terug op hun jeugd'
Geen mooie dingen
maar wilde dingen
Zonder Freddie nog
steeds een top act
Het programma
Sixties a
la Showcat
Alle dorpshuizen en
graanschuren afgewerkt
PROTESTZANGER ARMAND OVER DE SIXTIES:
Iets gemist
Dope en orgies
Vrijdag
19.00 uur Showcat
20.30 uur Q65
22.30 uur The Dreamers
Zaterdag
16.00 uur Mr. Mojo and the Psychodelic Cool Aid Acid Test
20.00 uur Dragonfly
21.30 uur Armand
22.30 uur Papa Long John and the Small Ones
23.00 uur The Troggs
Ambacht
McCartney
Jonge gasten
Woensdag 13 september 1989
DE FAAM - DE VLISSINGER
Een band die niet kan bogen op
een historie die terug gaat tot de
jaren zestig is Showcat. Deze
Zeeuwse soulband werd twee
jaar geleden opgericht. Hun re
pertoire bestaat echter uit covers
van nummers die terug gaan tot
de jaren zestig.
Showcat brengt dit covermateri
aal wel op een geheel eigen ma
nier, namelijk als soulmuziek met
jazz-, funk- en rockinvloeden.
'Plezier hebben in wat je doet, en
dit over brengen op het publiek',
is het belangrijkste motto van de
bandleden.
Showcat bestaat momenteel uit
Sjaukat van der Muil (zang), Ed
de Rijke (gitaar), Dicky Wattime-
na (basgitaar en zang), Renata
Oosterveen (gitaar en zang),
Bram Nanuru (slagwerk), Carla
van Hoek (Saxofoon), Danny en
Jacky Weijermans (trompet) en
André Ziegers (percussie).
Showcat.
'Ouwe hippie schaam je, je hebt je kinderen verraden, de we
reld gelaten zoals 'ie was. Ouwe hippie schaam je, dat je je vrij
heid af liet jatten, je Afghaanse jas en je buitenlandse gras'.
Hier lijkt de ware protestzanger van de moderne tijd aan het
woord te zijn. En dat klopt. Het is één van de minder bekende
teksten van protestzanger Armand (Herman van Loenhout),
voor velen alleen bekend van zijn jaren zestig hit 'Ben ik te
min'. Maar de 43-jarige Armand zingt en protesteert nog
steeds en is zeker niet stil blijven staan, zoals uit bovenstaande
tekst wel blijkt.
„Iemand die alleen op ouwe
roem teert, speelt ook niet lekker
meer", is de mening van Ar
mand. Voor hem is dat een be
langrijke reden om te blijven
vernieuwen, vijftien LP's en der
tig singles heeft hij inmiddels op
zijn naam staan en als het aan
hem ligt komen daar nog flink
wat bij. „Natuurlijk is het best
leuk zo'n Sixties Festival. Ik vind
de muziek uit die tijd nog steeds
hardstikke goed. Wat je tegen
woordig hoort is muziek van
knippers. Een stel van die halve
gare studiofreaks laten een band
eerst wat spelen. Daarna gaan ze
in de bandopnamen zitten knip
pen en weer plakken en dat is het
dan. Ze halen compleet de ziel uit
de muziek. Als die er al in zat.
Want dat is ook nog maar zelden
het geval".
Zelf werkt Armand momenteel
hard aan een nieuwe CD. Als hij
het heeft over goede muziek dan
bedoeld hij beslist niet dat mu
ziek ouderwets moet klinken.
„Zie je, veel van m'n zogenaamde
fans zijn stil blijven staan bij 'Ben
ik te min'. Als die mij nu horen
zingen dan zie je ze denken, 'Ver
rek, ik heb geloof ik iets gemist'.
Ik ben nog steeds protestzanger,
maar wel iemand die met z'n tijd
is meegegaan. Zo ook m'n mu
ziek. Alleen laat ik me niet door
de studiobazen vertellen hoe ik
het moet doen. Tijdens de opna
men gooi ik ook iedereen die er
niet werkelijk iets mee te maken
heeft de deur uit. Ik moet rust
hebben, liefst in een vertrouwde
omgeving. Thuis, tussen de soep
en de piepers maak ik op m'n
8-sporen recordertje tien keer be
tere nummers dan op die
24-sporen in de studio".
Nieuwe muziek, nieuwe teksten
en een nieuwe tijd. Het kan haast
niet anders of dat levert ook nieu
we fans op. „Ja, als we even niet
spreken van een Sixties Festival,
dan kan ik rustig concluderen dat
je met veertigers geen zalen vult.
Toch zitten de zalen altijd
hartstikke vol bij een gewoon op
treden van mij. Maar dan voorna
melijk met jonge mensen. Dat
vind ik prachtig. Die gasten
luisteren echt naar wat je te ver
tellen hebt. Als ik bijvoorbeeld
een nieuw nummer zing, haken
veel mensen af omdat ze de me
lodie niet kennen. Maar mijn ech
te fans nemen werkelijk de
moeite om naar een tekst te
luisteren en daar over na te den
ken. Voor die mensen doe ik het
ook nog steeds. Ze kennen ook
heel veel teksten - ook de nieu
were - uit het hoofd. Dan moet je
zo'n veertiger zien kijken, als al
die jonge lui staan mee te brullen
met een nummer waarvan hij
nog nooit gehoord heeft. Daar
geil ik op. Dan denk ik: Ik heb je
te pakken maat".
Armand zal zeker geen spelbre
ker zijn op het Sixties festival in
Vlissingen. Wel heeft hij - hoe
kan het ook anders - een afwij
kende mening over wat de jaren
zestig precies waren en hoe daar
op wordt teruggekeken. „De six
ties waren gevuld met de na
weeën van de jaren vijftig.
Saai, afgeknepen en bekrompen.
Veel van wat nu wordt gezien als
typisch zestiger jaren, bestond
alleen maar aan het eind van de
zestiger jaren. Zoals bijvoorbeeld
de Flower Power. Vooral die pe
riode wordt dan weer zo opgehe
meld. Volgens mij bestond die tijd
uit niets anders dan dope en or
gies. Wie dat ontkent, heeft of
geslapen, of hij durft niet te zeg
gen wat hij werkelijk uitspookte
in die jaren. Dus als je zo'n Six
ties Festival compleet wil maken,
dan moet je na afloop een orgie
houden. Dat zal mensen trekken,
hoor".
Het Sixties Festival wordt gehouden in het Arsenaal gebouw in
Vlissingen. Kaarten (f 10,- per dag of f 15,- voor twee dagen) zijn
verkrijgbaar bij de WV Vlissingen en de organiserende café's Astoria,
Atlanta, Frapo's, Hoppit, Sjoerd en Soif.
DRAGONFLY PROBEERT HET OPNIEUW
Bij de opkomst en ondergang van de Middelburgse band Dra
gonfly past achteraf gezien nog het beste de omschrijving 'ty
pisch jaren zestig'. De band maakte een plaat, was in elk
zichzelf respecterend radioprogramma te horen, verscheen op
televisie en maakte toernees met Steve Winwoods' The Traf
fic, Pink Floyd en The Move, de voorloper van ELO. De glorietijd
duurde nog geen twee jaar. Toen viel de groep uiteen. „We wa
ren uitsluitend met de muziek bezig", zegt zanger John Cal-
jouw nu. „Met de zakelijke kant weigerden we ons te
bemoeien". Gitarist Rudy de Queljoe is het er mee eens. „We
vonden alles veel te vanzelfsprekend. Met de ervaring van nu
en de kansen toen... Dan was het echt iets groots geworden".
Nu, twintig jaar later, proberen
Caljouw en De Queljoe het weer
opnieuw met Dragonfly. Ze zijn
de enige twee bandleden uit de
oude samenstelling. Bassist Ton-
ny de Queljoe is overleden, drum
mer Huib Pouwer wil niets meer
met de band te maken hebben.
Voor John Caljouw maakt dat
echter weinig verschil. „Ik ben als
een kind zo blij dat ik dit samen
met Rudy kan doen". Naast het
speelplezier vormde vooral de
vraag vanuit het publiek de aan
leiding voor de heroprichting. „Er
is een enorme behoefte om men
sen van onze leeftijd weer te
zien", zegt John. „Dat verschijn
sel vindt over de hele wereld
plaats. Kijk maar naar de Stones
en The Who. Die gaan ook weer
op toernee. Een hele generatie
kijkt nu en masse terug op hun
jeugd. Zo van, nu kan het nog,
het is nog niet helemaal voorbij".
Dragonfly terug op de podia. Dus
niet uit 'love, peace en un
derstanding' maar vanuit een za
kelijk oogpunt. Zo was het niet
altijd. „In de jaren zestig vatten
we de muziek niet op als een vak
maar als een manier van leven.
Nu zie ik het als een ambacht
waar ik voor gestudeerd heb",
geeft John toe. „Je ziet het ook
aan dé manier waarop we wer
ken. Repeteren doen we op vaste
tijden. In die tijd gebeurde dat
spontaan en overal waar het uit
kwam. En we kwamen rustig an
derhalf uur te laat voor een
optreden".
manier is teruggekeerd. We
speelden in een Londense nacht
club toen onze roadmanager to
taal over z'n toeren binnenkwam
vallen: Paul McCartney zat in de
zaal. Wij hadden waanzinnige
ideeën over dat soort mensen.
Dat het zware druggegebruikers
en enorme vrouwenversierders
zouden zijn. Bleek het een echte
gentleman, netjes in het pak
gestoken. Hetzelfde gold voor de
leden van Pink Floyd. Die speel
den van die weirde muziek, maar
het waren echte zakenmensen.
Wat wij door schade en schande
te weten moesten komen, wisten
zij al lang".
Heimwee naar de sixties? „Ach",
zegt John. „We maakten dingen
mee waar anderen van droom
den. Achteraf zie ik het ook als
een droom waar wij in figureer
den. Er was maar één soort mu
ziek en dat was de muziek die wij
speelden. De rest ging langs ons
heen, daar hadden we geen grip
op. Onze manager kocht een
Een unieke creatieve periode dus.
„Die daarna nooit meer op die
John Caljouw en Rudy de Queljoe.
Chevrolet om ons in te vervoe
ren. Zo'n mooi ding heb ik daarna
nooit meer gezien. Maar we
vroegen ons niet af waar het geld
vandaan kwam. Terwijl wij met
de muziek bezig waren, werd on
ze apparatuur gestolen".
Evenals John is Rudy altijd door
blijven spelen. Eerst in Brainbox,
later in Vitesse en de Suaru Ma
luku All Stars Band, die recent
nog in Oost-Souburg optrad. „Of
ik er van kan leven? Niet echt.
Met drie optredens per week
gaat het net. Ik heb niet echt veel
geld op de bank staan. Maar daar
heb ik voor gekozen". Met de
nieuwe bandleden van Dragonfly,
bassist Rafael Sofnner, drummer
Guan van Emmerloot en toetse
nist Robert Peijnenburg, speelt
Rudy al jaren. „Het zijn jonge
gasten. Guan is tweeëntwintig.
Het kon m'n zoontje wel zijn.
Maar ze zijn hartstikke enthousi
ast. Hoewel ze de feeling voor de
muziek van toen natuurlijk niet
hebben. Daarom hebben we de
nummers omgebouwd tot een
soort mengeling van toen en nu.
Zodat we toch lekker kunnen
spelen".
Gewoon lekker spelen en er nog
wat aan verdienen ook. Ex-
drummer Huib Pouwer ziet dat
niet meer zitten. „Dragonfly is
een gepasseerd station. De jaren
zestig kun je niet meer terugha
len", vindt hij. De Dragonfly-tijd
vond Pouwer heel onwezenlijk,
„ledereen kapte met werk of
school, we hadden een enorme
vrijheid. Die ons uiteindelijk heeft
genekt. De één ging achter de
vrouwtjes aan, de ander aan de
drugs. Misschien heb ik wel een
kans laten lopen, ja. Maar ik zit
nu in de verpleging en dat is ook
heel zinnig werk. Nee, ik heb ner
gens spijt van. De dingen gaan
zoals ze gaan".
John Caljouw kan zich in die laat
ste opvatting vinden. „Ik heb m'n
onderwijsactes gehaald en lesge
geven. Ik heb genoeg geld ver
diend om aan cocaine uit te
geven. Maar dat is allemaal voor
bij. Ik ben nu clean en zielsgeluk
kig dat ik muziek kan maken.
Uiteindelijk word je toch wie je
moet zijn".
PAPA LONG JOHN AND THE SMALL ONES
TROGGS OP HERHALING
Een programma dat lang van te
voren is samengesteld wil nog
wel eens een wijziging onder
gaan. Soms vallen er letterlijk
mooie dingen (Pretty Things)
weg. Maar de organisatie heeft -
gezien het enorme succes van
vorig jaar - een uitstekende ver
vanging weten te vinden in de
Engelse formatie Troggs. In mei
1966 knalde deze band de Engel
se hitparade binnen met het
sindsdien legendarische nummer
Wild Thing. Twaalf weken lang
wist dit nummer zich in de hitpa
rade te handhaven.
Twee maanden na hun eerste
nummer één hit bereikten de
Troggs voor de tweede maal de
hoogste plaats met With a Girl
Like You. Met deze twee singles
kregen de Troggs het voor elkaar
om zowel The Beatles als de Rol
ling Stones van de eerste plaats
te verdrijven. En het succes was
nog niet voorbij. I Can't Control
Myself bereikte in september
1966 een tweede plaats en bleef
14 weken in de hitparade staan.
Hierna volgde minder grote suc
cessen als: Anyway That You
Want Me, Give It To Me, Night Of
The Long Grass en Hi, Hi, Hazel.
Eind '67 werd met Love Is All
Around de vijfde plaats van de
hitparade bereikt. Het hierna uit
gebrachte Little Girl werd even
eens een grote hit.
Sinds hun eerste nummer één hit
hebben de Troggs een gigantisch
succes gekend over de hele we
reld. In Engeland zijn ze nog
steeds een belangrijke attractie in
clubs en theaters. Regelmatig zijn
ze op de Engelse televisie te zien
bij allerlei showprogramma's. De
Troggs is één van de weinige
groepen die nog steeds in de ori
ginele bezetting optreedt: Reg
Prosley (solo zang), Ronnie Bond
(slagwerk), Chris Britain (gitaar)
en Tonny Murray (basgitaar).
Op het Sixties festival vindt ook
een reünie plaats van een echte
Vlissingse groep, namelijk Papa
Long John and the Small Ones.
Deze groep werd geformeerd
door en rond de destijds bekende
kastelein/discotheekeigenaar
Jorgen Pedersen, alias Papa Long
John. Als leadzanger van de
groep, selecteerde hij zijn muzi
kanten uit de vaste-klanten-kring
van zijn discotheek 'Long John'.
Een bepaalde bieromzet was dan
ook gewenst, om in de band te
mogen spelen.
De band oefende in de kelderge
welven van de discotheek. De
geluidsoverlast bleef daardoor
beperkt. Het repertoire van de
groep bestaat voornamelijk uit
rock'n roll en blues. De historie
van de band kent vele, voorna
melijk regionale, hoogtepunten.
Zo speelde de band op de zes
'definitieve' sluitingsavonden van
de 'Vic', in die dagen een beken
de horeca gelegenheid in Vlissin
gen. Natuurlijk heeft de band,
zoals alle andere Zeeuwse bands,
alle dorpen op de Midden-
Zeeland-route aangedaan en de
dorpshuizen, korenbeurzen en
graanschuren op stelten gezet.
Het hoogtepunt was misschien
wel het afhuren van de sporthal
in Vlissingen voor een popfesti
val. Naast PLJ and the Small
Ones traden daar ook andere
Zeeuwse bands op en, als top of
the bill, Wally Tax.
The Small Ones bestaan uit Chris
Sibbald (gitaar), Guus Sibbald
(basgitaar). Hans Walrave
(drums), John Nöthe (drums) en
Rens de Regt (gitaar en zang).
Naast het repertoire van Papa
Long John, brengen de Small On
es nummers in het genre van The
Band en Lou Reed.
THE DREAMERS
The Dreamers bereikte hun
grootste populairiteit samen met
Freddie Garrity en de band was
dan ook vooral bekend als Fred
die and the Dreamers. In die sa
menstelling maakte deze Engelse
formatie een aantal fameuze hits.
Wie de jaren zestig bewust heeft
meegemaakt kan ze vast en ze
ker nog wel meezingen, num
mers als: If You've Gotta Make a
Fool of Somebody (bereikte in
1963 de derde plaats in de En
gelse hitparade), I'm Telling You
Now (kwam hetzelfde jaar op de
tweede plaats). You Were Made
For Me (ook op drie in dat jaar).
Dit gigantische succes ging nog
een tijdje door met hits als: Over
You, I Love You Baby en I Un
derstand, allemaal uitgebracht in
1964. The Dreamers maakten
toernees over de hele wereld.
Hun act bestond en bestaat nog
steeds uit een mengeling van
nostalgische jaren zestig muziek,
op geroutineerde en komische
wijze aan elkaar gebreid. In janu
ari 1977 besloten The Dreamers
zonder Freddie verder te gaan.
Nog steeds staan ze bekend als
één van de beste live bands van
de wereld. Niet vreemd dus dat
hun agenda overvol is.
The Dreamers bestaan uit Gerry
Evans (slagwerk), Peter Ford (so
logitaar en zang), Bryan Byng
(slaggitaar, toetsen, mondorgel)
en Alan Mosca (basgitaar en solo
zang).
The Dreamers.