BEROEPENVOORUCHTER ADRIE VAN KLINKEN: Beroepen Manifestatie Zeeland Manifestatie Vlaanderenhallen: j Voor eerste maal banen- en scholingsmarkt 150 beroepen op een rij Gezondheidszorg raakt in de knel door gebrek aan leerlingen 16-p/ussers Decanen Personeelschef Willem Driessen: Beroepskeuzevoorlich- ters zijn ook maar men sen. Ook zij hebben soms hun twijfels. De zoon van de Zeeuwse beroepsvoorlichter Adrie van Klinken wil graag naar de pedagogische academie. Een beroeps keuze die pa even de wenkbrauwen deed fronsen. De toekomst mogelijkheden in onder wijsland lijken niet bepaald rooskleurig. "Als verstandig ouder heb ik die keuze niet afgekeurd. Bovendien, omdat er weinigen naar de peda gogische academie gaan, zou het best eens kunnen zijn dat m'n zoon met die opleiding precies in de roos schiet". Voortgezet onderwijs Vakkenpakket Duf Kies je Toekomst ...begin vandaag! De leeftijd Arbeidsmarkt Scholings- en Banenmarkt Woensdag 9 maart 1988 DE FAAM - DE VLISSINGER "Leerling moet zelf scoren" Adrie van Klinken is werkzaam bij de stichting Studie- en Beroeps keuze Zeeland, een onderdeel van SKOA, het Samenwerkings verband voor Keuzebegeleiding en Onderwijs- Arbeidscontacten. De stichting Studie en Beroeps keuze Zeeland, gevestigd te Goes, werd in januari 1987 opge richt. De studie- en beroepskeu- zebureau's op algemene en ledereen kan voor hulp bij de stichting aankloppen. Het '16-plus'werk wordt gesubsi dieerd door het ministerie van Sociale Zaken. De cliënten zijn een eigen bij drage verschuldigd voor tests. De stichting heeft in haar kantoor aan de Nieuwstraat 2 te Goes een informatheek. Het documen tatiecentrum over beroepen is elke dinsdag van 13.30 tot 16.30 uur geopend. Wie dan niet kan, wordt verzocht een afspraak te maken voor een andere tijd. Er zijn geen kosten verbonden aan een bezoek. De stichting begeleidt ook groepen. christelijke grondslag, die vanaf het begin van de jaren zestig in Zeeland actief waren, zijn opge gaan in de nieuwe stichting. I ja nuari 1987 trad ook de nieuwe subsidieregeling voor studie- en beroepskeuzebureau's in wer king. Deze had ingrijpende gevol gen voor de manier van werken. Was voorheen het ministerie van Sociale Zaken de enige subsidie gever, vanaf begin '87 hebben de bureau's te maken met twee 'broodheren', niet alleen het mi nisterie van Sociale Zaken, maar ook het ministerie van Onderwijs en Wetenschappen. De nieuwe regeling is door de stichting Studie en Beroepskeuze Zeeland niet met echt gejuich ontvangen. Met name het werken op basis scholen wordt door de nieuwe subsidieregels ernstig bemoei lijkt. Het rijk geeft daar geen ver goeding meer voor. Omdat ook vele gemeenten weigeren geld daarvoor uit te trekken, moeten ouders die gebruik wensen van te maken van de diensten van de stichting een bedrag van mini maal 30 en maximaal 60 gulden neertellen om hun kind te laten testen. De Zeeuws-Vlaamse gemeenten hebben collectief besloten om geen subsidie meer te geven voor dit soort advieswerk, een beslis sing die Adrie van Klinken zeer betreurt. Met name in het Land van Hulst is door schoolhoofden negatief gereageerd op de beslis sing. Van de Klinken:"Er zijn mo menteel gesprekken gaande om te bekijken wat we toch nog voor die basisschooleerlingen kunnen doen". De Zeeuws-Vlaamse gemeente bestuurders zijn unaniem van mening dat de 'concurrerende' Cito-toets voldoende is voor de basisschoolleerlingen. Adrie van Klinken vindt dat een wat kortzichtige opstelling. "Wij bieden veel meer dan de Cito- toets, zoals een nagesprek met de ouders. Ook geven wij voor lichting tijdens ouderavonden". De studie- en beroepskeuze adviseurs werken nauw sa men met de schooldecanen, in dit verband spreekt Adrie van Klinken van een goed sa menspel. "Wij geven de voor zet en de decaan heeft eveneens een spilfunctie. De leerling moet echter zeif scoren". Een minstens zo belangrijk werk terrein van de stichting Studie- en Beroepskeuze Zeeland is het voortgezet onderwijs. Men test en adviseert leerlingen van alle schooltypen. De nieuwe subsidieregeling eist dat de stichting contracten af sluiten met scholen. Om voor subsiediëring in aanmerking te komen moet een studie- en be roepskeuzebureau 20.000 leer lingen onder contract hebben. Met 25.000 leerlingen haalt de stichting die norm ruim. Opvallend daarbij is dat een aan tal scholen geen gebruik wensen te maken van de diensten van de stichting Studie- en Beroepskeu ze Zeeland. En ook in dat opzicht springt Zeeuwsch-Vlaanderen er weer uit in ongunstige zin. Grote LBO- scholengemeenschappen in Oostburg en Terneuzen laten de begeleiding van de leerlingen bij studie- of beroepskeuze over aan de op school werkzame decanen. Adrie van Klinken betwijfelt of die scholen daar wel verstandig aan doen. "Wij hebben als stichting enorm veel know-how in huis, waar men van gebruik kan maken". Alle AVO-scholen (MAVO, HAVO, VWO) in Zeeland hebben een contract met de stichting, van de LBO-scholen in Zeeland ongeveer de helft. Een nieuwe ontwikkeling is dat ook MBO-scholen de stichting 'ontdekken'. Volgens Adrie van Klinken is dat logisch verklaar baar. "Een groot percentage MBO-leerlingen verlaat de school voortijdig. Men gaat ontdekken dat een gerichte studie-en be roepskeuzebegeleiding daarin wellicht verandering kan brengen". De diensten die de stichting Stu die en Beroepskeuze verleent ver schillen per school. Het ligt er maar aan wat voor contract de school heeft. De leerlingen van het voortgezet onderwijs worden aan het eind van de brugperiode, als men een vakkenpakket moet kiezen, ge test. Meestal is dat in het 2e of 3e leerjaar. Via een schriftelijke test probeert de studie- en beroepskeuze-adviseur zicht te krijgen op de capaciteiten, de werkhouding en de interesse's van een leerling. Soms volgt na zo'n test een ver volgonderzoek en een gesprek met de ouders. HAVO'ers en VWO'ers worden in het eindexamenjaar of vlak daar voor nog eens getest. Daarbij wordt specifiek gekeken naar de interesse's van de leerling en of die aansluiten bij de schoolresul taten. De praktijk leert, aldus Adrie van Klinken, dat leerlingen vaker afgeremd moeten worden dan gestimuleerd. "Menigeen grijpt naar ons idee te hoog. Tij dens een gesprek proberen we dat duidelijk te maken. Een der gelijk advies, wordt ons niet altijd in dank afgenomen". Bij de keuze van een vervolgstu die vindt Van Klinken de mening van een leerling maatgevend. "Wat de ouders ervan vinden, komt pas op de tweede plaats. Als iemand iets heel graag wil, en hij of zij heeft er de capaciteiten voor, zal ik die leerling daar niet van afhouden. Ik ga daar niet over oordelen". Vervolopleidingen in de economi sche richting zijn tegenwoordig 'in'. Twintig jaar geleden was dat geheel anders. Adrie van Klinken:"Toen werd een kantoorbaan als duf erva ren". De perspectieven op een baan, spelen voor veel leerlingen een belangrijke rol bij hun uitein delijke keuze De studie- en beroepskeuze adviseur laat het aspect werkge legenheid niet of nauwelijks meespelen in z'n uiteindelijke ad vies. "Dat is heel hele moeilijke kwestie. De arbeidsmarkt is on voorspelbaar. Leerlingen die nu aan een vervolgopleiding begin nen, komen over 4 tot 6 jaar op de arbeidsmarkt. Het is moeilijk te zeggen of zij al dan niet een baan zullen kunnen vinden". De studie- en beroepskeuze adviseurs worden ook te hulp ge roepen als een leerling plotseling vast komt te zitten. "We probe ren dan na te gaan, waar die te rugval door wordt veroorzaakt". In heel Zeeland krijgt de stichting jaarlijks gemiddeld honderd pro bleemgevallen 'op haar bord'. Klachten achteraf over een ver keerde advisering krijgt Adrie van Klinken nooit. "Het feit dat we op verschillende scholen al 20 jaar werkzaam zijn, zegt wellicht iets. Als we het slecht deden, hadden ze ons er wel al uit gegooid". Kies je toekomst... begin vandaag! Dat is het motto van de Beroepen Manifestatie Zeeland. De manifestatie wordt deze week woensdag, donderdag, vrijdag en zaterdag voor de vierde maal gehouden. En voor de eerste keer in Zeeuws Vlaanderen. Hieronder in telegram- vorm het programma van de Beroepenmanifestatie: Plaats. De Vlaanderenhallen te Sas van Gent. Openingstijden: woensdag 16 maart van 10.30 - 17 uur; donderdag 17 maart van 10.30 - 17 uur; vrijdag 18 maart van 10.30 tot 21 uur; zaterdag 19 maart van 10 tot 17 uur. Oppervlakte: 4000 Vierkante meter. Daar zullen naar schatting 1 50 verschillende beroepen worden gedemonstreerd, zal over een groot scala van beroepeninformatie worden gegeven en zullen oplei dingsmogelijkheden voor beroepen worden gepresenteerd. Exposanten: Bloksgewijs zullen in de hal beroepsgroepen zijn te zien. De hoofdblokken zijn: Vervoersberoepen; Bouw en Hout; Metaal en Electrotechnische beroepen; Motorvoertuigen en landbouwtechniek; Installatietechnische sector; Agrarische beroepen; Consumptieve groep: horeca, slagers, bakkers; Chemische procestechnieken en la boratoriumwerk; Economische, administratieve en toeristische beroe pen; Kon. Landmacht, Luchtmacht, Marine, Marechaussee; Grafi sche beroepen; PTT: van postcode tot telecommunicatie; Politie; Ver zorgende beroepen. Verder zal er een algemene infostand staan waar verschillende oplei dingen, zoals HBO Zeeland en de opleiding VHB, zich presenteren. SKOA is aanwezig met een beroepeninfocentrum, evenals de Vereni ging van Schooldekanen. Aantal bezoekers: in 1986 in de Zeelandhallen te Goes 12.000. Entree: f3,— per persoon. Veel scholen uit Zeeland zullen groepsge wijs de Manifestatie bezoeken: ca. 100 scholen met 6000 leerlingen. "Ons doel is om scholieren te helpen bij het kiezen van een be roep. Ook om de mogelijkheden van verschillende beroepen te to nen. Iets over het beroep zelf te laten zien en informatie te geven over een beroep. Het kan ook in formatie zijn over de opleidingen voor een bepaald beroep. Hoe veel kinderen zijn er per slot van rekening niet, die eigenlijk nau welijks weten wat voor werk hun vader of moeder doet. Ze weten wélk beroep ze hebben. Maar wat het inhoudt, dat is on bekend". Aan 't woord is de heer J.P.A. Neve. Hij is directeur van het Contactcentrum Onderwijs-Arbeid in Zeeland en nauw betrokken bij de organisa tie van de Beroepenmanifestatie. Met hem en de heer D. van der Wekken, directeur van het Regi onaal Orgaan voor het Leerling wezen in Zeeland, hebben we een gesprek over doel en beteke nis van de Beroepenmanifestatie. 't Begrip Beroepenmanifestatie is niet nieuw. In 1960 werd er voor 't eerst een landelijke beurs in Utrecht gehouden. Zeeland mocht in 1982 als eerste provin cie een regionale manifestatie opzetten. Een experiment dus. "En dat sloeg aan", zo herinnert zich de heer Neve: Er kwamen 14.000 bezoekers. Veel scholie ren in eerste aanleg. Want daar was de beroepenmanifestatie ook op gericht. Intussen zijn er drie manifestaties geweest: om de twee jaar één. Alle drie in Goes, in Zeelands centrum. Voor de eerste maal wordt de Beroe penmanifestatie nu in Zeeuws Vlaanderen gehouden: in de Vlaanderenhallen te Sas van Gent. De voorgaande drie edities van de Beroepenmanifestatie hebben aangetoond dat de beurs niet al leen collectief door scholen werd bezocht. De heer Van der Wek ken: "Opvallend is, dat we een jongen of meisje, dat eerder met school op bezoek is geweest, op zaterdag nog eens met de ouders ziet terugkomen. Dat betekent dat er thuis over de opgedane in drukken is gesproken en dat de ouders ook geïnteresseerd zijn in de ideeën die er zijn opgedaan". Niet alleen de jeugd van Zeeland vanaf 12 jaar kan zich in Sas van Gent vier dagen lang oriënteren op gebied van beroeps- en onderwijskeuze in een bepaalde beroepsrichting. Voor de eerste maal zal de Zeeuwse Beroepenmanifestatie ook een Banen- en Scholingsmarkt hebben te bieden. Die richt zich vooral op werkzoekenden, herintreders, mensen die nieuwe en andere mogelijkheden zoeken en op eenieder die meer wil weten over werk en/of scholing. De entree is gratis. Let op: er zijn andere openingstijden dan voor de Beroepenma nifestatie gelden. woensdag 16 maart: van 13.30 - 20.30 uur; donderdag 17 maart: van 13.30 - 20.30 uur; vrijdag 18 maart: 13.30 - 21.00 uur; zaterdag 19 maart: 10.00 - 17.00 uur. Uiteraard is ook deze Banen- en Scholingsmarkt in De Vlaan derenhallen te vinden. Op welke leeftijd heeft een jon gere er wat aan om een dergelij ke Beroepenmanifestatie te be zoeken? De heer Neve: "We zijn aanvan kelijk begonnen om leerlingen uit te nodigen uit de onderbouw- klassen van het voortgezet on derwijs. Maar we zijn in de loop der jaren tot de slotsom geko men dat ook de hoogste klas van het basisonderwijs erbij diende te worden betrokken, 't Is goed dat kinderen tijdig een juist beeld krij gen van een bepaald beroep dat ze voor ogen staat. Vanaf de ba sisschool wordt er in wezen al een eerste stap gezet in een be paalde beroepsrichting. Dat ge beurt middels de gekozen oplei ding. Naarmate men ouder wordt, wordt het beeld scherper. De leerling komt bij wijze van spreke in een trechter terecht en belandt uiteindelijk op de plaats van bestemming. Ouders en hoofdonderwijzer van de basis school drukten in het verleden soms 'n stempel op de richting die het kind uit zou gaan. Om het beeld wat completer te maken, is zo'n beroepenmanifestatie erg geschikt". Wordt er bij het opzetten van de Beroepenmanifestatie rekening gehouden met de situatie op de arbeidsmarkt? Worden sectoren waarvan weinig perspectief wordt verwacht, geweerd? De heer Van der Wekken: "Bij de organisatie proberen we een zo breed mogelijk beeld van beroe pen en beroepsopleidingen te ge ven. Aan de bezoekers zelf wordt de keuze gelaten. Maar er vindt wel een soort van natuurlij ke selectie plaats. Is er in een be paalde beroepssector weinig vraag naar geschoolde mensen, dan zal men ook weinig werk van werving maken. Daarbij dien je overigens altijd voorzichtig te zijn om geen voorbarige conclusies te trekken. Want de situatie op de arbeidsmarkt kan heel snel veranderen. Zo zie je op het ogenblik ineens weer een aantal beroepen opduiken, waar erg veel vraag is naar goed opgeleide mensen. Dezer dagen lees je bij voorbeeld ineens in de krant dat een vakschool voor slagers in Zeeland 100 mensen tekort komt. In de bouw is er behoefte aan leerlingen. Op de Beroepen manifestatie zal een erg groot blok vanuit de verzorgende be roepen zijn te vinden. Er is daar behoefte aan leerlingen die ver pleging of verzorging in willen. En ook in de vervoersberoepen is er vraag naar goed opgeleide jon ge mensen", aldus stelt men bij de organisatie van de Beroepen- beurs vast. En een soortgelijke situatie geldt ook voor een aantal technische beroepen. "In Zee land in zijn totaliteit is er behoef te aan vaklieden in die sector. Ondanks het feit dat je wordt ge confronteerd met berichten dat er bijvoorbeeld saneringen bij De Schelde in Vlissingen zijn. De si tuatie is soms heel ondoorzich tig", aldus stelt de heer Neve vast. Voor de eerste maal wordt er een scholings- en banenmarkt bij de Beroepenmanifestatie gehouden. Waarom? De heer Neve: "Er blijken veel mensen te zijn die van functie willen veranderen. We willen met de scholings- en banenmarkt laten zien wat hun kansen zijn. Ook mensen die ingeschreven staan bij de arbeidsburo's kun nen er informatie krijgen. Op die markt zullen 20 stands zijn te vinden. We zetten het als SKO niet alleen op, maar ook de drie arbeidsburo's in Zeeland hebben er aan meegewerkt". Naast be roepen, zal men hier scho lingsmogelijkheden vinden en aanbod van werk in het kader van het leerlingstelsel. Veel verpleeg- en verzorgingshui zen in ons land hebben moeite om aan leerlingen te komen. Ook in Zeeland. Op hetzelfde moment dat er grote advertenties in de kranten staan om leerling-zieken verzorgenden te werven, doen oudere ziekenverzorgenden en verpleegkundigen hun best om terug in 't vak te komen. Maar er is voor hun geen plaats. Hoe zit dat nu eigenlijk? Met Willem Driessen, hoofd Personeelszaken van Stichting Den Berg te Goes, hebben we daarover 'n gesprek. De heer Driessen heeft te maken met het personeelsbeleid van "de Werfkampen" in Rilland, "Maria ter Weel", ,,Sint Maarten in de Groe" en Huize "Den Berg" te Goes. Bij deze stichtin gen werken mensen, waarvan ruim tweederde als (leerling)- verpleegkundige of ziekenverzor gende. De opleidingen van met name de verpleeghuizen Maria ter Weel en de Werfkampen zit ten te springen om leerling ziekenverzorgenden. Daarbij wordt op de eerste plaats gemikt op jongeren - meisjes én jongens - die Mavo/LBO-niveau hebben en de gezondheidszorg in willen, leder jaar gaan er twee opleidin gen van start: één groep in maart, de andere in september. "We hebben gewoon moeite om de groep die in maart van start moet gaan, vol te krijgen", zo stelt de heer Driessen vast. Wat is daarvan de reden? Driessen vertelt: "De concurrentie vanuit midden- en kleinbedrijf op de leeftijdsgroep tussen 17 en 20 jaar is gewoonweg erg groot. Bo vendien verlaten momenteel in verhouding vrij weinig jongeren in die leeftijdsgroep het onder wijs als gevolg van de geboorte daling in de beginjaren zeventig. Ook heb ik de indruk, dat veel jongeren eigenlijk niet zien welke mogelijkheden ze in de gezond heidszorg hebben. En vooral de komende jaren ook zullen krijger.. Wanneer ik uitga van 1990, dan is er voorzien dat er één op de vier schoolverlaters werk kan vinden in de gezondheidszorg. De groep ouderenen hulpbehoe vende ouderen wordt steeds gro ter. In de gezondheidszorg heb je sterk te maken met verjonging en doorstroming. Vooral veel meisjes - 80 procent van de ver pleegkundigen en ziekenverzor genden - blijven na hun opleiding nog 'n jaar of vijf werken en trou wen. Niettemin wordt er binnen de gezondheidszorg vanuit ge gaan dat 60 procent van de men sen gediplomeerd is en 40 pro cent leerling. Wie zich als leerling meldt, kan er momenteel dan ook van op aan werk te zullen krijgen. En bovendien is in de CAO vastgelegd dat men niet ge dwongen kan worden ontsla gen", aldus de heer Driessen. Het probleem om aan leerling verpleegkundigen en ziekenver zorgenden te komen,speelt niet alleen in Zeeland. Het is een lan delijk verschijnsel. "Heel jammer overigens", aldus Driessen, "want in feite heeft de gezond heidszorg mooie kanten te bie den: omgaan met mensen, 't is een dankbaar beroep en boven dien zit er veel toekomst in voor degenen die er in willen blijven werken". Terwijl er grote adver tenties in de bladen staan om leerlingen te werven, doen gedi plomeerde ziekenverzorgenden en verpleegkundigen hun best om weer werk te vinden. GAB's organiseren bijscholingskursus- sen voor "herintredenden". Maar beslist niet al deze bijge schoolde gediplomeerden vinden' werk. Je kunt je afvragen waar om juist mensen die vroeger in de gezondheidszorg hebben ge werkt er na verloop van 'n aantal jaren weer in terug willen. Willem Driessen: "Ik denk dat ze goede herinneringen hebben aan de tijd dat ze in verpleeg- of verzorging zaten. Bovendien zijn de 24-uursdiensten aantrekkelijk. Daardoor zijn de werktijden flexi bel en juist voor wie getrouwd is of een gezin heeft, biedt dit de mogelijkheid om een en ander te combineren". Dat er voor de oudere gediplo meerden moeilijk aan werk is te komen, heeft enerzijds te maken met de verdeelsleutel 60-40. En verder is 't natuurlijk een finan ciële kwestie. Want je kunt niet alleen oudere en duur gediplo meerden in dienst hebben", al dus Driessen. Samen met veel collega's in den lande hoopt hij dat jongelui van 't voortgezet on derwijs hun kansen grijpen om nü de gezondsheidszorg in te stappen. Blijft de werving echter moeizaam verlopen, dan zullen we ons moeten gaan richten op ouderen die een tweede kans wordt geboden. We denken aan mensen die bij arbeidsburo's staan ingeschreven en die een basisopleiding hebben. Hun -en anderen- zou dan de kans moe ten worden gegeven om een leerlingenopleiding in de gezond heidszorg te gaan volgen. Die zouden wat ons betreft dan in aanmerking moeten komen voor het minimumloon zodra ze de opleiding gaan volgen. Het minis terie zou in dat geval financieel moeten bijspringen. Maar we blij ven hopen dat de jeugd de gebo den kansen ziet. Want werken in de gezondheidszorg heeft toekomst".

Krantenbank Zeeland

de Vlissinger | 1988 | | pagina 21