MEER NEDERLANDERS
NAAR GRIEKENLAND
JsL
DE FAAM - DE VLISSINGER
Woensdag 6 augustus 1986
HERAKLION. Kreta zindert. Het lijkt
of het kleine vliegveldje opgebouwd is uit
bewegende schijven, zo heet is de lucht bo
ven het solide beton, waar dagelijks vlieg
tuigen uit alle windstreken neerdalen.
Neem nou de maand mei, alleen uit Schiphol arri
veerden er toen al 21 toestellen, die samen 3083 naar
zon en cultuur snakkende Nederlanders „uit
spuwden"
BOEING 747
EENVOUD
FANTASIE
FASCINEREND
DE WIEG VAN ZEUS
TEDERHEID
GRIEKENLAND is in. De laatste jaren reist een groeiend
aantal Nederlanders naar Hellas. Als reactie daarop worden
steeds meer eilanden in de Egeïsche Zee aangevlogen. Rho-
dos, Kos, Corfu, Levkas, om er maar een paar te noemen.
Vooral Kreta mag zich de laatste tijd in een zeer grote popula
riteit verheugen. „Er vlogen meer dan 80.000 Nedelanders
naar toe in 1985", rekende Sakis Ioannides voor, in Amster
dam de directeur van de Griekse Nationale Organistie voor
Toerisme (Leidsestraat 13, 1017 NS Amsterdam, telefoon 020-
248786), waar ook gratis alle inlichtingen te krijgen zijn). En
daarmee is Kreta tegelijk topscorer geworden, want naar
hoofdstad Athene vlogen
datzelfde jaar zo'n 60.000
Nederlanders en Rhodos
werd door om en nabij de
50.000 vaderlanders be
zocht. Met zijn 260 kilome
ter lengte en 60 kilometer
breedte is Kreta ook het
grootste der Griekse eilan
den en wellicht het grillig
ste, zoals men kan ervaren
wanneer men het binnen
land intrekt. Een safari van
Evenements Reizen biedt
daartoe de mogelijkheid.
Op salari door
even
rusten,
op de
rand
van de
afgrond.
het onherbergzame Kreta
van de schaapherders
Met dat getal zijn wij de derde „toeristenleverancier"
op Kreta, slechts geklopt door Duitsland, die er vier keer
zoveel brengt en het Verenigd Koninkrijk, waar, in die
zelfde maand mei, zo'n zeseneenhalf duizend mensen ko
zen voor het eiland, dat in oppervlakte gerekend een vier
de van Nederland beslaat.
Kreta, de zeer hoog scorende
televisieserie over de vraag wie
de veerman moest betalen,
„Who Pays the Ferryman",
heeft bijgedragen tot de grote
populariteit van het eiland. De
laatste jaren is het onstuimig in
beweging, de plaatselijke aan
nemers komen handen tekort
om hotels, appartementencom
plexen en bungalows neer te
zetten. Vooral die laatste twee
accommodatiemogelij kheden
voorzien in een grote vraag.
„Het succes van Kreta heeft in
een grote mate te maken met de
vele appartementen en bunga
lows die gebouwd zijn. Daar
boeken wij tweederde van al
onze gasten in", zegt ook Bob
Hoegen, algemeen-directeur
van Evenements Reizen en een
van de Griekenlandspecialisten
in ons land.
Hoegen heeft een absoluut
geloof in Kreta als vakantiebes
temming en zette deze zomer
zelfs een Boeing 747 van de
KLM in; de eerste keer in onze
toeristische geschiedenis dat er
een rechtstreekse verbinding
Schiphol-Heraklion met een
Jumbojet wordt onderhouden.
Het toestel, van het type SUD,
met een verlengd bovendek
dus, biedt plaats aan niet min
der dan 416 mensen. De landing
van de Boeing 747 op het kleine
vliegveld van Heraklion is een
feest op zich. Het reusachtige
toestel domineert het hele plat
form en alle eilandautoriteiten
liepen verleden maand uit, met
in hun kielzog de hoteleigena
ren, om de aankomst van de
eerste Jumbojet te vieren. „Een
groot vliegtuig voor een klein
vliegveld", mompelde bij die
gelegenheid afhandelaar van de
KLM, Jannis Marakis van Aero-
vesta, vol ontzag, toen hij de
reuzevogel zag landen.
Hoewel ze over het hele land
uitzwermen, zijn de meeste toe
risten toch te vinden langs het
noordelijke strand tussen
hoofdstad Heraklion en het lie
felijk maar ook al weer sterk
uitgegroeide Agios Nikólaos.
„In die plaats vind je de groot
ste toeristische concentratie
van het land, al doet Réthimnon
pogingen die positie over te ne
men", bevestigt Sakis Ioanni
des, in Amsterdam de directeur
van de Griekse Nationale Orga
nisatie voor Toerisme. Agios,
met zijn witte huizen en platte
daken, ligt op een begerens
waardige plaats, in de luwte van
een baai, met een paar mooie
stranden. In het stadje - dat bui
ten het seizoen alleen maar haar
een steen met een lap plastic erover als eettafel
op de onverharde wegen die zich door de bergen
I slingeren waait het stof meters hoog op
Evenements
Reizendirecteur Bob
Hoegen: „Succes van Kreta
heeft erg veel te maken met
de vele appartementen en
bungalows die gebouwd
zijn".
eigen 5000 inwoners gastvrij
heid biedt - neemt het meertje
Voulismeni een bijzondere
plaats in. Natuurlijk komt er
een godin aan te pas, waarom
ook niet in cultuurrijk Grieken
land, Pallas Athena, die er ge
baad zou hebben. Dat moet dan
met verdrinkingsgevaar ge
weest zijn, want het verhaal wil,
dat het meertje peilloos diep is.
Buiten het seizoen worden de
terrassen langs het meertje op
geëist door de oudste genera
ties van de plaatselijke bevol
king, kaartende Kretenzers, die
zich trouwens ook in de zomer
maanden niet van de wijs laten
brengen door in kleine shorts
verdwijnende hgoe bruine be
nen en andere weinig verhul
lende kledij van het toeristen
volkje.
iïjSïifn
ww
-m xw-<
W: ©rsg.i
fxagiKü; T.V
iffClSf) ïw/yjfflyiii
TÓflOBflOW' t'i
Sn «:*.«•»->•
»PI»T«<T<0 0: r<-
r«
£5f.si>n i.K ÏOW &V
©i d raivittd i»«. s'ov
KpOC!
de
moederlijke
gids en
uitvindster
van de
safari Niki
Angelidakis
(links) ontfermt zich over het dessert
JiöV êittïrtp'&'bc "TO
coopt -' i nv -xanu!
•wittavTc
rvii
'i <3-v
I éw
.•a-.. kpr
Kreta ademt een heel speciale
sfeer. Jo Dominicus, die voor
Uitgeverij Gottmer een hele
kast vol reisboeken schreef, no
teert in zijn zeer informatieve
en lezenswaardige deeltje „Kre
ta" dan ook: „Kreta, tot voor
kort een afgesloten vreemde
wereld, staat nu open voor het
steeds toenemende toerisme,
maar toch is het nog een vreem
de wereld gebleven. Het leven
heeft er iets behouden van de
eenvoud en harmonie van vroe
ger eeuwen, met voor toeristen
aantrekkelijke zeden en ge
woonten". Dat openstaan voor
het toerisme merk je ook in het
grote en levendige Heraklion.
Tachtigduizend inwoners rijk
zuigt het, lijkt het wel, de
stroom toeristen met plezier op
en neemt ze op in het eigen
ritme.
op het dorpsplein van Anogia herinnert een
gedenkteken aan de dag dat het dorp door de Duitsers
werd plat gebrand en de mannelijke bevolking tot ver in
de omtrek werd vermoord.
Wie Heraklin tè snel neemt,
zal het een saaie lelijke stad vin
den, maar degenen die daar
doorheen kijken en wat meer
tijd uittrekken, zullen zich er
welkom en thuis voelen. Voor
cultuurminnaars is er de rijk
dom in het historische mu
seum, drie verdiepingen vol,
waarin de kunst en de bescha
ving van het eiland vanaf de
middeleeuwen tot heden wordt
geëtaleerd en Byzantijnse, Ven-
etiaanse en Turkse collecties
schitterend kijkwerk ver
schaffen.
En natuurlijk is er het Arche
ologisch Museum, met Kreten
zische schatten, die nergens an
der ter wereld te zien zijn en een
volledig beeld geven van de rij^
ke Minoïsche cultuur van het
eiland. En nu we het toch over
cultuur hebben, bij een bezoek
aan Kreta mag men Knossos
niet vergeten. Overal vandaan
heb je de geheel verzorgde ex
cursies, maar vanuit Heraklion
vertrekken de gewone stads
bussen ook zeer geregeld naar
deze slechts zes kilometer ver
der gelegen beroemdste neder
zetting van het Minoïsche Kre
ta. Slechts een deel van het
vroegere paleis, dat 800 tot 1300
vertrekken moet hebben ge
teld, is gerestaureerd. Het is het
levenswerk geweest van de Brit
Arthur Evans, die later in de ad
elstand werd verheven en Sir
voor zijn naam mocht zetten.
Dertig jaar besteedde hij aan de
restauratie. Een klein borst
beeld bij de ingang herinnert
nog aan hem.
Ondanks de kritiek die Evans
werk meekreeg, is Knossos een
toeristische trekpleister van de
eerste orde. De kritiek zei dat
Evans in zijn enthousiasme zijn
fantasie te veel vrijheid gaf. Do
minicus schrijft daarover nuch
ter: „Wat aan originele fresco's
werd teruggevonden, bevindt
zich in het museum van Hera
klion; die in Knossos zijnalle-
maal kopieën, bijna geheel op
nieuw geschilderd, soms naar
motieven op gevonden vaat
werk. Anderen hebben er be
zwaar tegen dat Evans van een
aantal steenhopen een paleis
van enkele verdiepingen op
bouwde; twee verdiepingen zou
nog kunnen, want er werden
trappen teruggevonden, maar
drie verdiepingen is toch wel te
veel van het goede".
Hoe dan ook, Knossos hoort
bij een bezoek aan Kreta, al was
het alleen maar om even neer te
zakken op de uitgesleten zetel
van de oude stoel van de wijze
koning Minos, die een belang
rijk stempel drukte op het Kre
ta van weleer. Volgens Home
ros genoot Minos zelfs het voor
recht met oppergod Zeus om te
mogen gaan. De wijsgeer had
het trouwens hoog op met het
eiland en schreef ook: „Midden
in de wijnkkeurige zee ligt het
land Kreta, schoon, vruchtbaar,
door de zee omspoeld".
Vruchtbaar is het zeker, daar
krijgt de bezoeker ook een uit
stekende indruk van bij een be
zoek aan het binnenland. Een
heel doortastend uitstapje is
wat dat betreft de uitvinding
van de kleine, maar zeer korda
te Niki Angelidakis, die 1-daag-
se Jeep-safari's over het eiland
heeft uitgezet. Met haar Crusta-
nos Tours, waarvan ze de eige
naresse is, is ze ook de agent
van Evenements Reizen op het
eiland, die daardoor de safari
exclusief in het programma kon
opnemen. Anders dan de naam
zou vermoeden, moeten deelne
mers er niet op rekenen, zoals
in Kenia het geval is, kuddes ze
bra's, leeuwen, tijgers en olifan
ten tegen te komen. Wel onaf
zienbare aantallen geiten en
schapen en evenveel zorgzame
hoeders, die hun diertjes naar
de berm leiden, wanneer er een
partij Suzuki's de berg op-
gromt. Want met die uiterst
wendbare door vier wielen aan
gedreven jeeps wordt de ont
dekkingstocht over het eiland
gemaakt.
De rit is zonder meer avon
tuurlijk en op z'n zachts gezegd
fascinerend. Niki heeft twee
routes samengesteld. De eerste
voert dwas over het eiland, naar
het gehucht Tris Eklissis aan de
zuidkust. Maar minstens even
veel stuurmanskunst vergt de
tweede tocht, die naar de ruim
2000 meter hoge berg Psiloritis
voert, in het Idigebergte. De rit
is bijna onbeschrijfelijk en wie
de kap van zijn jeep afneemt,
wordt onwillekeurig onderwor
pen aan een spoedcursus stof-
happen. Een stuk van de safari
voert over het normale (ook al
niet zo goede) wegenstelsel,
maar een groot deel wordt afge
legd in totaal onherbergzaam
gebied, voert langs diepe ravij
nen en over paden, waardoor
zelfs die naam al te overdreven
is. De eerste stop is Anogia, ei
genlijk het voorportaal van het
gebergte, want direct daarna
volgt een snelle klim naar de
wolken.
Anogia is gloednieuw en ge
bouwd op emmers bloed, want
dat vloeide er in de oorlogsjaren
rijkelijk. De Duitsers hadden er
te maken met een heftige tegen
stand. Na de overgave en de
waarschuwing dat gewapende
burgers op staande voet zouden
worden doodgeschoten, en
voor elke gedode Duitser tien
Kretenzers zouden worden ge
fusilleerd, bleef er fel verzet en
bezorgden goed georganiseerde
Kretenzische guerilla's de Duit
se troepen grote moeilijkheden.
Vele Kretenzers kwamen in die
tijd op. Zoals Niki nu wel zegt:
„Elke familie op het eiland
heeft zijn eigen oorlogsslachtof
fers". In april 1944 ontvoerden
de guerilla's de Duitse leger
commandant op het eiland. Dat
leidde tot een bloedige vergel
ding, enkele dorpen werden
van de kaart gewist, ook Anogia
werd platgebrand en alle man
nen binnen 'n cirkel van een ki
lometer van het dorp werden
dood geschoten. Op het dorps
plein van Anogia herinnert 'n
steen aan die tragedie. Anogia
is langgerekt en vredig. De weg
erheen is gezond en blozend,
eucalyptus, vijg, wijnstok, ole
ander, agave, cipres en amandel
wedijveren er. En natuurlijk
olijfbomen - een geschenk van
dezelfde Pallas Athena die in
het meertje van Agios kopje on
der ging - want die overdekken
het eiland. Er zouden er 13 mil
joen zijn en vele dorpen zijn er
geheel door omgeven. De olijf
wordt niet alleen als lekkernij
verhandeld, maar er wordt olie
uitgeperst en van de resten van
de vruchten wordt zeep en vee
voer vervaardigd. De vloeistof
uit de gekneusde pitten dient
weer als brandstof voor
lampen.
Verder omhoog, weer overal
geiten en schapen, die de luwte
zoeken van weerbarstige rots
hellingen. Ideon Antron wordt
bezocht, volgens de Griekse
mythologie de geboorteplaats
van Zeus, op een hoogte van
1280 meter. Die geboorteplaats
is omstreden, want anderen ge
loven dat Zeus in de grot van
Psihro, in het meer westwaarts
gelegen Dikti-gebvergte is ge
boren. Maar een kniesoor die
daar tijdens de safari een punt
van maakt. Hoe hoger de tocht
komt, hoe grilliger, woester en
kaler de natuur, met schitteren
de vergezichten. We passeren
een drenkplaats met koel hel
der water uit een bergbron. Bo
ven wordt het spektakel nog
volmaakter en wordt op een
plateau, naast een herdershut
een vuur gestookt en een
schaap geroosterd.
Zo hoog boven de wereld is
de stilte overweldigend; het
schot van een jager galmt se-
condenlang door het dal. Niki
ontpopt zich als de moeder van
het gezelschap, maakt een voor
treffelijke Griekse salada, poft
aardappels env ersnijdt reu
sachtige watermeloenen als
dessert. De wereld beneden is
vergeten, tweeduizend meter is
een hele ruk en schenkt in ieder
geval een hemels gevoel. Geeft
kracht ook voor de weg terug,
die mogelijk nog onherbergza
mer is, vol stenen en kuilen,
haarspeldbochten en angstig
diepe ravijnen. Niki gidst het
gezelchap naar beneden. Een
laatste top met een uit druiven-
droesem getrokken Raki als
hartversterker. De wat minder
sterke anijsbrandewijn Ouzo,
de nationale drank, komt ook
op tafel.
De safari duurt ongeveer
twaalf uur, een hele dag dus.
Terug aan zee, in het comforta
bele Agapi Beach Hotel, nabij
Heraklion, schieten, na een
berg indrukken op zo' dag, de
woorden van Nikos Kazantza-
kis door het hoofd, die over zijn
eiland schreef: „Vrij van overla-
denheid, krachtig en beheerst,
van mannelijke strengheid en
goed proza. Tussen de ruige lij
nen ontdekt men een gevoelig
heid en tederheid die men niet
zou hebben vermoed. In be
schutte dalen geuren de sinaas
appel- en citroenbomen en in
de verte stroomt uit de zee een
grenzeloze poëzie. En ook dat
allemaal zit in de safari ve-
pakt.