Studie over
mestproblematiek
Armenzorg
De macht van markten
IN li E ROEI»
395.00
20.50
DE FAAM - DE VLISSINGER
EE LAN I)
INI) E P E X
Woensdag 13 november 1985
De problemen rond de enorme overschotten aan dierlijke
mest in Nederland staan al lange tijd in de belangstelling. In
Zeeland is er (nog) geen sprake van een probleem, omdat er
naar verhouding weinig mest wordt geproduceerd.
COM M ISSI KS
Behoefte aan mest
Subsidie Siichiing Theaier Orgel
Milieu
Ruimtelijke orde
ning
Junior drumstel
Voetenbankje
Brood en spelen
ABDIJ
Markten zijn, in de oorspronke
lijke betekenis van het woord,
plaatsen waar kopers en verko
pers van goederen'en diensten
elkaar treffen om zaken te doen.
De geschiedenis van de markt
als concrete ontmoetingsplaats
van vraag en aanbod van pro-
dukten, waar handel wordt ge
dreven en de prijs van goederen
bepaald wordt, gaat terug tot de
Middeleeuwen.
Leo Noordegraaf geeft in de "At
las van de Nederlandse marktste
den", recent verschenen bij de
uitgeverijen Het Spectrum en
Sijthof, uitgebreide informatie
over het ontstaan van markten.
Uit zijn beschrijving komt duide
lijk naar voren hoe belangrijk
markten waren en zijn voor de
economie van een stad en als cul
tureel en stedebouwkundig feno
meen. In de atlas, fraai uitgevoerd
met mooie plattegronden uit de
beroemde atlas van Blaeu, wor
den vijfendertig traditionele
marktsteden behandeld. De se
lectie is voor Zeeland niet erg ge
lukkig uitgevallen omdat behalve
Zierikzee de drie Walcherse ste
den Middelburg, Vlissingen en
Veere gekozen zijn. Aan de ande
re eilanden die van oudsher elk
hun eigen centrumplaats hadden
wordt geen aandacht besteed.
Opvallend verschil met de tegen
woordige weekmarkten is dat
verschillende produkten vroeger
op aparte pleinen en straten ver
handeld werden. Hoe groter de
stad des te verder deze speciali
satie doorgevoerd werd. Middel
burgse straatnamen als Markt,
Vlasmarkt, Pottenmarkt, Vis
markt, Varkensmarkt, Groen
markt, Balans en Haringplaats
herinneren aan de vroegere
marktfunctie van deze straten.
Steden hadden in de Midde
leeuwen een sterke machtspo
sitie ten opzichte van het om
ringende platteland. Als voor
beeld van economische over
heersing noemt Noordegraaf de
paardenhandel op Schouwen-
Duiveland in de 17e eeuw. Er
mochten op deze eilanden al
leen hengsten voor het dekken
IEUWS
van merries gebruikt worden
die in Zierikzee verhandeld wa
ren en door het stadsbestuur
geinspecteerd waren.
Middelburg, het belangrijkste
markt en verzorgingscentrum
voor Walcheren, slaagde er in
steeds meer dorpen binnen haar
bestuurlijke, juridische en econo
mische invloedssfeer te brengen.
In 1358 kwam Brigdamme als
eerste ambachtsheerlijkheid in
stedelijke handen. Poppekerke,
aangekocht in 1 654, was de hek-
kesluiter. Als marktplaats voor de
landbouwprodukten van het ei
land was de machtspositie van
Middelburg niet door Vlissingen
of Veere te evenaren. Daarnaast
probeerde Middelburg ook op het
gebied van de internationale han
del alles naar zich toe te trekken
en zoveel mogelijk concurrentie
uit te schakelen. Het stadsbestuur
wist bijvoorbeeld van keizer Karei
V in 1545 een privilege af te
dwingen waarin het maken van
havens, kaden of opslagplaatsen
van Arnemuiden tot aan Vlissin
gen werd verbonden. Op die ma
nier verhinderde men dat Arne
muiden zich tot een zelfstandige
haven ontwikkelde en werd have
nuitbreiding in Vlissingen voor
komen.
Omtrent de afloop van de
machtsstrijd tussen de Wal
cherse steden trekt Noorde
graaf de volgende conclusie:
Hoewel de politieke en juridi
sche basis om de dorpen te do
mineren verdwenen is en de
andere steden niets meer in de
weg kan worden gelegd, blijft
Middelburg in verschillende op
zichten toonaangevend. Vlis
singen overtreft nu qua inwo
nertal en economisch belang de
Arnestad, maar als cultureel en
bestuurlijk centrum voor de he
le provincie heeft Middelburg
een belangrijke positie gehou
den". mmm
In samenwerking met vooral
deskundigen op landbouwge
bied, planologen en milieudes
kundigen is er een notitie ge
maakt over de mestoverschot
ten in Nederland en de moge
lijke gevolgen voor de provincie
Zeeland.
Deze notitie zal worden bespro
ken in de statencommissies mi
lieuhygiëne, economische za
ken en ruimtelijke ordening. Op
dit moment is er in Zeeland
geen sprake van grote proble
men zoals in Noord-Brabant en
Limburg, waar men eigenlijk
niet goed weet waar men met
de mest heen moet. Deze mest
is afkomstig uit de intensieve
veehouderij (bio-industrie).
Zeeland is voornamelijk een ak
kerbouwgebied.
Vanuit landbouwkundig oogpunt
kan het gebruik van deze mest wel
interessant zijn. Het lijkt daarom
niet uitgesloten dat er in de toe
komst in Zeeland mestdepots zul
len worden ingericht van waaruit
Op maandag 18 november,
10.00 uur, vergadert de com
missie welzijn. Op de agenda
staan o.a. de volgende punten:
verhoging begrotingspost onder
steuning kunstzinnige vorming
1 985; subsidies aan de Zeeuwse
Theater Orgel Stichting, Stichting
Nieuwe Muziek Zeeland, Stich
ting Monumentenwacht, Huma-
nitas en de Telefonische Hulp
dienst; rijksbijdrage kunstuitin
gen Zeeland, 1983: overzicht
subsidiëring activiteiten en afge
wezen subsidieverzoeken op
grond deelprogramma's educa
tief sociaal cultureel werk 1 984
en kunst en cultuurbehoud 1 984
Om 13.30 uur die dag (18-11)
vergadert de statencommissie
voor waterstaat en verkeer.
Aan de orde komen o.a. het ver
lenen van machtiging voor ver
koop van veerboten, kosten glad-
heidsbestrijding winter
1984/1985, wijziging verorde
ning kwaliteitsbeheer oppervlak
tewateren Zeeland en de ruilver
kaveling Yerseke Moer.
Als laatste die dag (1 8-11ver
gadert om 1 6.00 uur de staten
commissie voor economische
zaken.
Agendapunten zijn o.a.: provin
ciale landbouwnota, notitie mest
problematiek (zie hoofdartikel) en
bijdrage uit het fonds bijzondere
voorzieningen voor de verbin
dingsweg Nieuwe Vlissingse-
weg/ Koudekerkseweg.
Op 20 november, 10.00 uur,
vergadert de provinciale plano
logische commissie in het ge
bouw van de planologische
dienst. Groenmarkt 13 in Mid
delburg.
Gesproken zal worden over de
provinciale landbouwnota en het
ontwerp streekplan Midden-Zee
land voor de vestiging van kern
centrales.
Ook op 20 november, 14.00
uur, vergadert de Provinciale
Onderwijs Raad in het staten
zaalcomplex, Abdij 11
De belangrijkste agendapunten
zijn: jaarverslag 1984, de vraag
naar en het aanbod van leer
krachten in het basisonderwijs en
de concept-wet planning voortge
zet onderwijs (reactie afdeling
voortgezet onderwijsj.
De commissie bestuurszaken
komt op 22 november bijeen om
9.30 uur.
Aan de orde komen o.a. begroting
1 986 van de PZEM; voorberei
dingskrediet voor uitbreiding ker-
nen'ergievermogen; beheer kou-
dekerkse Inlaag: voortzetting
subsidiëring Stichting Het
Zeeuwse Landschap voor 1 986
tot en met 1 989; éénmalig subsi
die aan Stichting Het Zeeuwse
Landschap en bijdragen aan
Vrouwenvakschool Zeeland; en
Zeeuws-Vlaamse Ijzergieterij en
Metaalgieterij en de uitwerking
van het provinciaal beleidsplan
recreatie en toerisme, verder ko
men de agendapunten aan de or
der-genoemd bij de agenda van
de commissie welzijn, 1 8 novem
ber.
Alle vergaderingen zijn open
baar. Met uitzondering van de
Planologische commissie en de
Provinciale Onderwijs Raad be
gint elke vergadering met een
half uur spreekrecht voor het
publiek. Ze worden gehouden in
het provinciehuis. Sint Pieter
straat 42 in Middelburg.
de mest kan worden gedistri
bueerd. Er staat een Meststoffen
wet op stapel die de "handel in
mest" zal gaan regelen.
Natuurlijk zijn er ook andere
voorschriften die betrekking heb
ben op de mestproblematiek: de
(toekomstige) wet Bodembe
scherming, planologische voor
schriften, de Hinderwet en andere
milieuvoorschriften.
De totale oppervlakte aan bouw
land in Zeeland is ruim 100.000
ha. De totale Zeeuwse veestapel
produceert mest voor ongeveer
15.000 ha. Rekening houdend
met de geteelde gewassen, de
"behoefte" van de grond etc. is
uitgerekend dat er maximaal
36.500 ha in aanmerking komt
om te worden bemest, via aan
voer van buiten de provincie.
Omgerekend naar hoeveelheid,
betekent dit een "import" aan
mest van jaarlijks rond 500.000
ton. Op dit moment wordt naar
Gedeputeerde Staten stellen Pro
vinciale Staten voor een extra
eenmalig subsidie te verlenen van
ƒ12.500,— aan de Zeeuwse
Theater Orgel Stichting te Mid
delburg.
Het bedrag is bedoeld om de
Stichting de gelegenheid te geven
hun schulden te betalen.
In de eerste instantie hebben GS
het verzoek afgewezen omdat zij
van mening zijn dat de Stichting
van voornamelijk plaatselijk be
lang is. De statencommissie voor
welzijn heeft GS unaniem ver
zocht hun standpunt in herover
weging te nemen. Omdat deze
schulden met name voortkomen
uit de aanloopkosten van de
Stichting en de aanschaf- en in-
bouwkosten van het theaterorgel
hebben GS besloten het verzoek
aan de Staten voor te leggen.
Al eerder hebben PS een eenma
lig subsidie van 40.000,— ver
leend in deze kosten. Gezien de
aard van de schulden zijn GS van
mening dat ook deze keer de
Stichting in aanmerking kan ko
men voor een extra eenmalig
subsidie Zij kan dan pas, volgens
GS, goed van start gaan met de
organisatie van haar activiteiten.
Inmiddels heeft de gemeente
Middelburg ook een extra subsi
die van 1 1.000,— verleend, en
zal worden verzocht dit bedrag te
verhogen tot eveneens
12.500.-.
De staten nemen in hun vergade
ring van 13 december hierover
hun beslissing.
schatting 15.000 kubieke me
ter ingevoerd.
In de notitie wordt er overigens
op gewezen dat het voor de
landbouwers ook een kwestie is
van financieel afwegen: er moet
betaald worden voor de mest.
Overbemesting zal alleen al om
deze reden niet zo gauw plaats
vinden.
Via bemesting met dierlijke mest
komen stoffen in het milieu als
stikstof, fosfaten, koper,
cadmium en zink. Bij het uitrijden
van de mest komt bovendien am
moniak vrij, een stof die plaatse
lijk een bijdrage kan leveren aan
de verzuring van het milieu. Van
zelfsprekend kan er ook stanko
verlast ontstaan. Ook op rijksni
veau hebben deze problemen de
volle aandacht: "de vermesting
van het milieu" is een van de
hoofdthema's in het beleid van
minister Winsemius. Volgens een
van de conclusies van de notitie
De derde kamer uit Gedeputeerde
Staten behandelt op dinsdag 1 9
november, 10.00 uur een beroep
van een inwoonster uit Seroos-
kerke (S) tegen een beslissing van
de gemeente Westerschouwen
geen vervoerskosten voor school
bezoek van haar kind te betalen.
De Arob-commissie uit GS heeft
op 19 november twee hoorzittin
gen. De eerste begint om 10.30
uur en heeft als onderwerp een
bezwaarschrift van de Geweste
lijke Raad voor Zeeland van het
Landbouwschap in Goes, tegen
het verlenen van verklaringen van
geen bezwaar door gs (gevraagd
door b en w van Borssele) voor de
bouw van een tweede bedrijfswo-
moet in Zeeland vooral worden
gelet op de hoeveelheid stikstof
die in het water terecht komt. Er
kan namelijk overbemesting ont
staan (entrofiëring of "algen-
bloei" genaamd) Waardoor het
water als het ware bederft.
Als het zou komen tot de oprich
ting van mestdepots dan moet
vanuit de ruimtelijke ordening
met vier zaken rekening worden
gehouden.
0 regionale spreiding;
voldoende afstand tot woon
omgeving, recreatieterrei
nen, natuurgebieden en
andere kwetsbare gebieden;
landschappelijk en verkeers
kundig verantwoorde inpas
sing;
9 goede planologische vesti
gingsvoorschriften.
ning aan de Kaaiweg te Borssele
voor de heer J. Schikker. De
tweede hoorzitting begint om
10.50 uur. De heer J. Glerum uit
Vlissingen maakt bezwaar tegen
de bouw van een bungalow aan
de Mozartlaan in Vlissingen. GS
hebben hiervoor verklaringen van
geen bezwaar aan de gemeente
Vlissingen gegeven.
De eerste kamer uit GS behandelt
die dag (19-11), 11.30 uur, een
verzoek om vernietiging, inge
diend door de heer J.P. Coppens
uit Hengstdijk. De heer Coppens
maakt bezwaar tegen het besluit
van het dagelijks bestuur van het
waterschap HuJster Ambacht over
het verwijderen van beplanting
langs een waterloop in de ge
meente Hontenisse.
De tweede kamer uit GS houdt die
dag (19-11) driemaal zitting om
beroepschriften tegen gemeente
lijke beslissingen over bijstands
zaken te behandelen. Beslissin
gen van de colleges van b en w
van Oostburg, Terneuzen en Mid
delburg worden aangevochten.
De zittingen beginnen om 10.20,
1 0.40 en 11.00 uur.
Alle zittingen zijn openbaar en
worden gehouden in het pro
vinciehuis, Sint Pieterstraat 42
in Middelburg.
Abdijnieuws is de
informatierubriek van de
provincie Zeeland.
Redactie:
bureau voorlichting.
Sint Pieterstraat 42,
4331 EW Middelburg,
telefoon 01180-31392
of 31402
In 1839 was Nederland een land
van bedeelden, landarbeiders en
handwerkers die in uiterst
kommervolle omstandigheden
leefden, met daarboven een vrij
kleine laag van handelaars.
rentetrekkers en aristocraten. Er
was geen sprake van
grootindustrie, van
vakverenigingen of van sociale
wetten.
DOOR CHRIST PETERS
'Archiefsprokkels' is een
rubriek die in principe we
kelijks verschijnt. Voor de
inhoud tekenen per keer
de gemeentearchivarissen
Christ Peters (Vlissingen)
of Peter Sijnke (Middel
burg).
Eindredactie Ad Hanne-
man.
Ook in Vlissingen, een klein
provinciestadje van ca. 8981
inwoners moest men al het
mogelijke doen om niet in
armoede ten onder te gaan. Men
kon het hoofd boven water
houden, na berooid uit de Franse
tijd te zijn gekomen. Er was voor
arbeiders wat werk op de
Marinewerf, of bij de
brandspuitfabriek van W. van
der Os (zie sprokkel d.d. 28/8
j.l.). Samen met het feit dat
Vlissingen nog garnizoensstad
was leek de zaak toch
economisch en sociaal aardig
onder controle.
Leek, want er hingen donkere
wolken boven de stad. Ondanks
het feit dat in 1841, op 25 augus
tus, de stad in feeststemming ver
keerde. Dit als gevolg van het feit
dal Koning Willem II in hoogst
eigen persoon naar Vlissingen was
gekomen om op plechtige wijze
het standbeeld van M.A. de Ruy-
ter te ontbloten zoals dat heette.
Na de onthulling was er 's avonds
feest. Door de commissie belast
met het organiseren van feeste
lijkheden was er bewust naar ge
streefd om het volk uitspanning en
vermaak te bezorgen. Men vond
dat het leven voor "den arme of
mingegoeden van tijd tot tijd iets
spannends moest hebben, of zij
zoeken hunnen troost in middelen
die hun verderfelijk zijn". Met
andere woorden: geef het volk
brood en spelen.
Dat was de ene zijde van de me
daille. De andere was het verkapte
staatsbankroet in 1841 door de li
quidatie van de uitgestelde
schuld. Voor 1000,— uitgestelde
schuld kreeg men 68,— op het 2
'/i% grootboek. Daarbij kwam de
onrust die er was t.g.v. de geruch
ten over reorganisatie bij de Ma
rinewerf. Er waren zowel voorals
tegenstanders ten aanzien van een
eventuele reorganisatie.
De tegenstanders vonden dat de
constructie- en uitrustingswerf de
kurk was waarop Vlissingen dreef.
De voorstanders van reorganisatie
vonden echter dat de stad on
danks het bestaan van de werf
jaarlijks op een verschrikkelijke
manier achteruitging, dat er hele
maal geen volkswelvaart bestond.
Of dit zo was moeten we in dit
bestek in het midden laten, een
feit is dat er in elk geval in die
periode nogal wat behoeftigen
waren.
Zo lezen we in het verslag van het
Bestuur van het Departement
Vlissingen der Nederlandsche
Maatschappij ter bevordering van
Nijverheid: Nopens de werkin
richting voor Behoeftigen: "Men
had zich, in overeenstemming met
de gewone middelen, evenals bij
den naderenden winter van 1839-
1840, slechts tot opname van een
dertigtal behoeftigen bepaald,
doch de gestrengheid en aanhou
dendheid des afgelopen winters,
koude, volslagen armoede, brag-
ten zoo velen aan de poorten de
zer werkinrichting, smeekende en
biddende om arbeid, dat het Be
stuur, geheel doordrongen van het
heilzame om door het geven van
arbeid onderstand te verschaffen,
naar middelen omzag en in het
werk stelde, ten einde het getal
arbeidenden te vermeerderen,
hetwelk dan ook gaandeweg tot 80
personen aangroeide".
Het werk dat daar gedaan werd
bestond uit de vervaardiging van:
koperen spijkers en plaatjes ten
dienst van de Marine, het fa
brieksmatig vervaardigen van
klompen, het kurksnijden en het
maken van werk- of touwplavui-
zen voor de marine.
De eerste inkomsten bestonden
vaak uit giften van de burgerij
en/of geldleningen verstrekt door
het stadsbestuur. Deze inkomsten
waren dringend nodig om de lo
nen en materiaalkosten in eerste
instantie uit te kunnen bestrijden.
Vaak moest het bestuur persoon
lijk borg staan de lening die ver
strekt werd door het stadsbestuur.
Dit was ook in het jaar 1841 het
geval. De nood was erg hoog.
•Volgens een voorzichtige schat
ting "genoot" in 1841 ca. 20-25%
van de gezinnen van een gehele of
gedeeltelijke bedeling in Vlissin-
gen.
Voor een heleboel mensen zowel
rijk als arm, was armoede een
aanvaard gegeven in die tijd. Im
mers dat er niet voor allen werk
was kwam doordat het arbeider
saanbod te groot was en de vraag
ernaar te klein.
Volgens de streng liberale princi
pes die er midden vorige eeuw nog
heersten mocht niemand daarin
ingrijpen. Ook geen overheid. Al
les moest op eigen kracht goed
komen. En als er armen waren
dan kon de groep die toevallig aan
de andere kant van de streep
stond daar zijn overschot van
barmhartige gevoelens (gepaard
gaande met wat geld of goederen
in natura) aan kwijt.
Het zou nog tot 1854 duren vóór
de eerste armenwet in werking
zou treden. Daarna zou het nog
erg langiduren eer de zorg voor
onderstand van mensen die het
nodig hebben van een gunst ver
anderde in een recht.
De Faam en De Vlissinger Buitengewoon Bereik