Breskensche Courant
PYAMA'S
MEUWSEN
LIKKER
WARM
GROOTE OVERWINNING VAN DE FINNEN
De gebeurtenissen met de „Altmark".
EERSTE BLAD
Sel.
Dagblad voor Zeeland, waarin opgenomen de
v» i y
Achttiende Russische divisie vernietigd.
Dertien millioen voor nieuwe
vliegtuigen aangevraagd.
Achthonderdduizend
gulden voor een
nieuwen mijnenveger.
d
Ruim 22 milioen voor
onze luchtverdediging.
Vlissingsche Courant
78ste JAARUANU NUMMdk 4a
DINSDAG 20 FEBRUARI 1940
Abonnementsprijs: 17 ct. per week of 2.20 pe»
kwartaal. Franco per post 2.50. Afzonderlijke
nummers 5 ct. Voor het buitenland neme men een
abonnement op het postkantoor zijner gemeente.
Advertentieprijs: Van 15 regels 1.25. iedere
regel meer 25 een- Bij abonnement speciale
prijs. Kleine advertenties van 15 regels
50 cent, iedere regel meer 10 cent (max. 10
regels). Derde plaatsing gratis. Vooruitbetaling.
Uitgave: Firma F. VAN DE VELDE Jr., Bureaux
Walstr. 58-60, Tel. 10 (2 Lijnen), Giro No. 66287.
Eigen kantoren teBreskens, Dorpsstraat, TeL 21
Oost- en West-Souburg, Kanaalstraat 45, Tel. 85
De Russen verliezen 18.000 dooden en gevangenen.
Het Finsche legerbericht van
Maandag maakt melding van een
uroote Finsche overwinning ten
noordoosten van het Ladoga-
meer, waar de achttiende Russi
sche divisie bij Syskyjaervi geheel
werd vernietigd.
18.000 Russen werden gedood
of gevangen genomen. Al het oor
logsmateriaal is den Finnen in
handen gevallen.
Deze Finsche overwinning is het resul
taat van geduld en volharding, aldus
Havas. Gedurende een week hebben de
Finsche troepen, die niet sterk genoeg
waren om de Russen rechtstreeks aan te
vallen, met ski-patrouille? rond de Rus
sen gecirkeld en de ravitaileering onder
schept. Convooien van vijftig tot honderd
wagens werden vernietigd. De overwinning
is behaald zonder grooten slag én vooral
door het goed gebruik maken van het
terrein en het geduld en de volharding
van de Finnen. De Finnen hebben geen
groote verliezen aan manschappen geleden,
hetgeen voor het Finsche leger van groot
Hang is.
Men moet evenwel niet gelooven, dat
thans alle Russische troepen ten noorden
van het Ladogameer zijn verdwenen; nog
steeds bevinden zich hier ongeveer twee
Russische divisies.
Eenige dezer divisies verkeeren in
uiterst ncteligen toestand en lijden aan
zienlijke verliezen. Een dezer divisies
verkeert in een toestand, die in zekere
mate gelijkt op die van de achttiende,
welke geheel vernietigd is. De verbin
dingen met de bases zijn afgesneden
en, de bevoorrading geschiedt door de
lucht De moeilijkheden dezer eenheid
kan men zich voorstellen, wanneer men
bedenkt, dat de temperatuur in dit
verlaten gebied nog steeds dertig gra
den onder nul bedraagt.
Bij de vernietiging van de achttiende
divisie hebben de Finnen een zeer hooge
Russische militaire persoonlijkheid, die een
bekenden naam heeft, gevangen genomen,
tezamen met een deel van zijn generalen
staf. De vernietiging van de achttiende
divisie is te opmerkelijker, daar numeriek
de Finsche troepen zeer bescheiden waren
en tegenover iedere Fin minstens zeventig
Russen stonden.
In den sector van Taipal'. hebben de
Russen hun hevige aanvallen weer ingezet,
waarschijnlijk om het front van het La
dogameer te ontlasten. De Russische tanks
in den sector van Taipale opereeren zonder
gevolgd te worden door infanterie.
Wat de luchtaanvallen betreft raamt
men het aantal Russische vliegtuigen, dat
boven Finland gevlogen heeft op 600, waar-
van er naar schatting twintig werden neer
gehaald.
De Russische luchtmacht-bombardemen
ten waren gericht op Abö, Hangö, Salmi,
Koevola, Hapamaki, Loimaa, Riinimaki.
Ook Viipuri en Jaensu werden bestookt.
Volgens de tot dusverre ontvangen berich
ten vielen geen slachtoffers.
De aanvallen van de Russen op de Land
engte van Karelië duren ook nog voort,
wel niet zoo hevig als de voren, doch met
aanzienlijk meer manschappen, dan waar
over de Finnen beschikken.
Viipuri wordt nog wel niet onmiddellijk
bedreigd, doch de stad ligt dicht bij het
front en op de Landengte van Karelië
hebben de Finnen manschappen en mate
rieel noodig. Hier heeft Finland hulp noo
dig. De Russen voelen het verlies van een
divisie nauwelijks.
Een Russische vlag
Onder de buit, veroverd op de achttiende
Russische divisie, bevindt zich een vlag
der divisie, welke afkomstig is uit de stad
Jaroslav. Deze vlag stelt de helft der
wereld voor waarop de stad Jaroslav zelf
wordt voorgesteld door een sikkel en
hamer, een Russische bajonet steek door
de stad, gaat door de Baltische landen
heen over Scandinavië en raakt met haar
punt Noorwegen.
Succesen van de Finsche luchtmacht.
Volgens verslagen van den Finschen staf
hebben de Finnen sinds 1 Februari min
stens 160 Russische vliegtuigen omlaag
geschoten.
Sedert den aanvang der vijandelijkheden
hebben de Finnen in het geheel 412 Rus
sische vliegtuigen neergehaald.
Het Finsche legerbericlit.
In het Finsche legerbericht van Maan
dag wordt medegedeeld:
Te land. Op de Landengte van Karelië
heeft de vijand Zondag plaatselijke aan
ballen gedaan op de nieuwe stellingen van
de Finnen tusschen de Finsche Golf en de
vuoksi. De aanvallen werden afgeslagen
fret verliezen voor den vijand, welke op
een bataljon worden geraamd. Bovendien
werden zes tanks buitgemaakt.
Ten Zuidoosten van Salemkaita hebben
Finsche troepen een vijandelijke colonne
verstrooid en drie kanonnen buitgemaakt,
alsmede een hoeveelheid mitrailleurs en
munitie.
Bij Taipale werd een aanval van den
vijand, welke cegen den middag begon,
voortgezet. Ten noordoosten van het La
dogameer hebben de Finsche troepen een
groote overwinning behaald. Zij maakten
zich meester van een belangrijk punt, dat
door een sterke vijandelijke macht was be
zet. Twintig tanks, 36 stukken geschut
van verschillend kaliber, zeventien trac
toren, 32 veldkeukens, 25 automobielen, 260
wagens en nog meer materieel vielen in
handen van de Finnen. Na dit hardnekkig
gevecht hebben de Finsche troepen de
achttiende divisie geneel vernietigd.
In de lucht: De Finsche luchtmacht heeft
Zondag met succes verscheidene verken
ningsvluchten uitgevoerd en bommen ge
worpen op en achter de linies van den
vijand. In verscheidene luchtgevechten
boekten de Finnen successen. Boven de
gevechtszone was de activiteit van de
vijandelijke luchtmacht zeer groot, zoowel
overdag als gedurende den nacht. De ste
den Kexholm, Wilmanstrand en Viipuri
werden gebombardeerd; de laatstgenoemde
stad door verscheidene, elkaar opvolgende
vijandelijke formaties.
In het binnenland heeft de vijandelijke
luchtmacht Kotka, Kouvola en de distric
ten Iisalmi en Pori gebombardeerd. Vol
gens tot nu toe ontvangen berichten zijn
enkele burgers gewond en verscheidene
huizen vernield.
Sovjet-Russische vliegers hebben met mi
trailleurs op burgers geschoten.
'Het Russische Legerbericht.
Het militaire district Leningrad deelt
mede:
„Op 19 Februari heeft zich het offensief
der Sovjet-Russische troepen op de Kare-
lische Landengte gunstig ontwikkeld. De
Russen hebben de zuivering van het ver
sterkte vijandelijke gebied van Bjorke
voortgezet en het eiland Rion, drie kilo
meter ten westen van de stad Juhannes,
het eiland Revon, vijf kilometer ten zuid
westen van Juhannes, en de stations
Lahteenmaki en Humoljoki bezet.
In andere sectoren geen belangrijke wij
zigingen. De Russische luchtmacht hèeft
aanvallen op vijandelijke troepen gedaan
en militaire objecten gebombardeerd. Bg
luchtgevechten zijn 14 vijandelijke toe
stellen neergeschoten"
GEDEELTE DER LUCHTMACHT ZAL
BLIJVEND BINNEN DE VESTING
HOLLAND WORDEN GEVESTIGD.
Bij de Tweede Kamer is een suppletoire
defensiebegrooting 1939 ingediend.
Voor de aanschaffing van vliegtuigen is
in de verhooging een bedrag van 13 mil
lioen opgenomen, waarvan reeds een be
drag van rond 6.000.000 is besteed alvo
rens daaromtrent de goedkeuring van de
Staten-Generaal werd verkregen. De mo
gelijkheid deed zich nl. voor om een aan
tal jachtvliegtuigen, welke voor export ge
reed stonden, tegen aannemelijke voor
waarden terstond over te nemen en met
deze toestellen te voorzien in een dringen
de behoefte. Bij éin der jachtafdeelingen
toch ontbrak, tengevolge van afvoering
van materiaal, een aantal toestellen .ter
wijl de overige van verouderd model waren
en op het punt stonden te worden afge
voerd, waardoor een geheele jachtafdeeling
dreigde te worden uitgeschakeld.
Het resteerende bedrag ad 7 mil
lioen, dat nog niet is verbonden, houdt
rekening met een vervangingsprogram
ma, dat is opgemaakt met het doel
aan de Nederlandsche vliegtuigindus
trie de behoefte van de weermacht
tgdig kenbaar te maken, waardoor die
industrie in de gelegenheid is de ver
langde types te ontwikkelen en tijdig
te. leveren.
Het thans ontworpen programma omvat
de aanschaffing van strategische verken
ners, eenheidsverkenners en lesvliegtuigen
ter vervanging van verouderd en ver
bruikt materieel tot een totaal bedrag van
11.000.000, waarvan 7.000.000 thans
wordt aangevraagd en 4.000.000 is aan
gevraagd op de defensiebegrooting voor
het jaar 1940.
Het ligt voorts in het voornemen na af
loop Van de mobilsatie magazgnen en
werkplaatsen van het luchtvaartbedrijf
niet weder op een beperkte ruimte terug
te brengen, doch een gedeelte blijvend te
vestigen binnen de vesting Holland Van
het daartoe benoodigde bedrag (ƒ1.600.000)
wordt thans een eerste termijn ad 700.000
aangevraagd.
NU DE „WILLEM VAN EWIJCK"
VERGAAN IS.
Gelijk bekend, is Hr. Ms. mijnenveger
„Willem van Ewijck" op 8 September 1939
bij West-Terschelling op een mijn geloopen
en dientengevolge vergaan.
Teneinde een behoorlijke uitoefening van
den mijnendienst té waarborgen, is het
noodig aldus wordt in de memorie van
toelichting op een suppletoire defensiebe
grooting 1939 medegedeeld tot vervan
ging van het aan de Koninklijke marine
ontvallen schip over te gaan. Dit kan
slechts geschieden door een nieuwen mij
nenveger te doen bouwen. Zooals bij de be
handeling van de defensiebegrooting 1940
in de Tweede Kamer door den minister
werd medegedeeld, is dit nieuwe schip
reeds op stapel gezet.
De bouw- en uitrustingskosten van Hr.
Ms. „Willem van Ewijck" hebben 690.000
bedragen, in verband met de, b\j een
voortduring der buitengewone omstandig
heden, te verwachten belangrijke stijging
van materiaalprijzen en de alsdan bestaan
de onzekerheid ten aanzien van het loon
peil, is het niet te verwachten dat een
nieuw schip voor genoemd bedrag zal kun
nen worden gebouwd en uitgerust. Hoewel
nu niet is aan te geven hoeveel boven
deze som noodig zal zijn, meent de minis
ter thans met het aanvragen van een som
van 800:000 te kunnen volstaan.
De minister verwacht dat, behoudens on
voorziene omstandigheden, de bouwtijd van
het vervangende schip ongeveer 8 maanden
na opdracht zal vorderen.
I
IN ONDERGOED
VAN MEUWSEN.
DEZE WEEK
SPECIALE AANBIEDING
IN ONDERGOED
WOL EN INTERLOCK
IETS BIJZONDERS
IN FLANEL EN POPLIN
ZIE SPECIALE ETALAGE.
WALSTRAAT 66
Verklaring van den Noorschen minister van buitenlandsche zaken.
Wat de gevangenen vertelden.
In een zaal van het ministerie voor de
voorlichting te Londen hebben verscheidene
gevangenen van de „Altmark" gisteravond
tegenover vertegenwoordigers van de in
ternationale pers verteld van hun gevan
genschap en hun bevrijding. Wat de onder
gane behandeling betreft, loopen de verha
len uiteen, al naar zij betrekking hebben
op de „Admiral Graf von Spee", dan wel
op de „Altmark". Aan boord van de „Ad
miral Graf von Spee" was de voeding
slecht maar dragelijk en de behandeling
der gevangenen behoorlijk. Aan boord van
de „Altmark" daarentegen gaven voeding
en sanitaire omstandigheden reden tot
klagen. De meesten leden voortdurend
honger. Sommigen konden een half uur
per dag, anderen om den anderen dag een
half uur frissche lucht inademen, een
derde verhaalde, dat hij negen dagen in
het ruim had gezeten zonder naar buiten
te komen. Er werd op matten geslapen.
Slechts twee of drie van de driehonderd
hadden matrassen. Sommige Duitsche ma
trozen trachtten hun lot te verzachten.
Ook een officier van de „Admiral Graf von
Spee", luitenant Schmidt, zou klaarblijke
lijk hun toestand hebben willen verbeteren,
maar hg stond onder de bevelen van den
gezagvoerder van de „Altmark", die on
handelbaar leek en vooral scheen te vree
zen, dat hij verrast zou worden door Brit-
sche of neutrale patrouilles terwijl hij ge
vangenen aan boord had.
Over het bezoek aan Bergen konden de
mannen maar weinig mededeelen. Zij ver
telden hoe zij getracht hadden de aandacht
te trekken van de Noren, door een luik op
te lichten en luid te schreeuwen. Ook had
den zij met een Engelsche vlag gezwaaid.
Zij twijfelden er niet aan, of men heeft
hen moeten hooren. Over de bewapening
van de Altmark konden zij niet veel zeg
gen, wel waren de leden van de bemanning
gewapend.
Van hun bevrijding konden zij evenmin
veel vertellen toen zij aan dek kwamen
was de vechtpartij al aan den gang.
De slachtoffers begraven.
De begrafenis van de om het leven ge
komen opvarenden van de „Altmark" te
Sogndal is gisteren onder groote belang
stelling geschied. Terwijl de zes kisten aan
land gebracht werden, bracht een detache
ment van het Noorsche oorlogsschip „Olav
Tryggvason" de eerbewijzen. Ongeveer 75
auto's volgden de lijkauto's op weg naar
het kleine kerkhof van Sogndal, waar zich
een groote menschenmenigte had verza
meld. Een plaatselijk koor zong liederen,
terwijl de Duitsche predikant van Oslo den
dienst leidde. Er werden korte redevoerin
gen gehouden door den Duitschen gezant
te Oslo, den kapitein van de „Altmark" en
een kapitein van de Noorsche marine, die
namens zijn land een laatsten groet bracht
en een krans met de Noorsche kleuren leg
de. Voorts zag men o.a. kransen van Hitier
en van de Duitsche marine.
Een Duitsch radiobericht meldt, dat het
aantal dooden bij het gevecht met de „Alt
mark" is gestegen tot acht. Gevreesd
wordt, dat nog eenige der vijf zwaargewon
den, het leven zullen verliezen.
Hoe de Noorsche minister van
buitenlandsche zaken oordeelt.
Minister Koht
De Noorsche minister van buitenlandsche
zaken, Koht, heeft gisteren in het Storting
een verklaring afgelegd, waarin hij zei,
dat Britsche oorlogsschepen in het geval
van de „Altmark" de Noorsche neutraliteit
op grove wijze hebben geschonden. De
„Altmark" was een „Reichsdienstschiff" en
had voor de Duitsche marine gevaren. Bij
gevolg diende zij overeenkomstig het inter
nationale recht als een oorlógsschip te
worden beschouwd.
Het schip kwam op 14 Februari ter
hoogte van de Trondheimsf jord in de Noor
sche territoriale wateren en werd denzelf
den dag aangehouden door een Noorsche
torpedoboot welks commandant verzocht
het schip te onderzoeken, hetgeen de kapi
tein van de „Altmark" toestond. Oorlogs
schepen zgn niet verplicht, zich aan een in
spectie te onderwerpen en de vertegen
woordiger van de Noorsche marine had
alleen het recht vast te stellen of het schip
inderdaad was, wat de kapitein beweerde
dat het was. De Noorsche officier verge
wiste zich zelf hiervan door de scheepspa
pieren in te zien. Hem werd medegedeeld,
dat de „Altmark" met luchtafweerkanon-
nen was uitgerust.
De commandant van met marinestation
Bergen geloofde evenwel niet, dat hrj vol
ledig was ingelicht en daarom werd de
„Altmark" op ongeveer 100 mijl ten noor
den van Bergen den 15en Februari tege
moet gevaren door een ander Noorsch
oorlogsschip, dat het recht eischte, haar te
onderzoeken. Doch de kapitein weigerde en
zooals ik -eeds eerder zeide, was hij daar
toe wettelijk volkomen gerechtigd, zoodat
de eisch werd ingetrokken.
Koht deed vervolgens het relaas van het
gevecht in de Joessingf jord.
Over het Duitsch protest, waarin ver
klaard werd, dat de Noorsche regeering
het Duitsche schip niet zoo doeltreffend
had bijgestaan als mogelijk was geweest,
zei Koht, dat de Noorsche oorlogsschepen
Dit nummer bestaat uit 2 bladen
cnrten*ssen
van
ten
Groote overwinning van de Finnen.
(Pag. 1, eerste blad)
Ruim 22 millioen voor onze luchtver
dediging. (Pag. 1, eerste blad)
13 millioen vliegtuigen voor defensie.
(Pag. 1, eerste blad)
800.000 uitgetrokken voor een nieuwen
mijnenveger. (Pag. 1, eerste blad)
Alle post die aan boord van de „Ame
land" werd vervoerd, is verloren gegaan.
(Binnenland)
ZIE VERDER EVENTUEEL
LAATSTE BERICHTEN^
zich voor een overweldigende meerderheid
in kracht geplaatst zagen en dat tegen
stand nutteloos en onzinnig geweest zou
zijn.
De Britsche gezant wees er op, dat de
„Altmark" gevangenen aan boord had en
dat wij het schip op dezen grond hadden
kunnen aanhouden.Hierop moesten wij
antwoorden, dat het schip in elk geval
het recht zou hebben, door de Noorsche
territoriale wateren te varen. De. comman
dant van de Noorsche torpedobooten in de
Joessingf jord had eveneens den Britschen
commandant medegedeeld, dat, zelfs al zou
de „Altmark" Britsche gevangenen aan
boord hebben, dit den Britschen oorlogs
schepen geenszins het recht gaf, hun wil
door te zetten in de Noorsche wateren.
Er bestaat in het internationale recht
geen bepaling, die een oorlogvoerend land
verbiedt, gevangenen te vervoeren over
neutraal grondgebied, als de doortocht zelf
maar wettig 'is.
Koht noemde vervolgens de instructies,
die aan den gezant te Londen gegeven zijn
voor het indienen van een protest.
Halifax heeft toegegeven, aldus
Koht, dat technisch de neutraliteit was
geschonden, doch hg redeneerde, dat
dit weinig of niets beteekende verge
leken met het feit, dat de Duitschers
300 of 400 Britsche gevangenen vast
hielden onder meer dan hondsche om
standigheden. Het schgnt, dat de Brit
sche regeering van oordeel was, dat zy
in dit geval gerechtigd was, het inter
nationale recht terzijde te stellen en
zich niets aan te trekken van een klein
land, dat in dezen oorlog geen ander
doel had, dan zijn neutraliteit te hand
haven.
Noorwegen is een klein land en het kan
zijn rechten niet baseeren op geweld, doch
wij hebben gedacht, dat de groote mogend
heden het als een eerezaak zullen be
schouwen de rechten van de kleine naties
evenzeer te eerbiedigen als de rechten van
de groote naties.
Noorwegen kan een beroep doen op den
Volkenbond of op een internationaal hof,
doch wij zijn er zeker van, dat in beide ge
vallen zulk een schending der neutraliteit
als die waaraan wij thans hebben blootge
staan, berecht zal worden door de open
bare meening in alle landen.
HET GESCHUT ENZ. IS REEDS
GEKOCHT.
Gelet op het groote belang van een krach
tige luchtverdediging, mede met het oog op
de handhaving van de neutraliteit, achtte de
regeering het noodzakelijk de luchtdoelbe
strijdingsmiddelen op korten termijn te ver
sterken. Ten gevolge van de bijzondere om
standigheden moest omtrent den aankoop
van het gewenschte materieel terstond wor
den beslistuitstel zou de levering in de
waagschaal hebben gesteld.
Om deze reden heeft de regeering
zeer tot haar leedwezen aan haar
plannen uitvoering moeten geven alvo
rens daaromtrent de goedkeuring van
de Staten-Generaal was verkregen.
Dit betreft, volgens de memorie van toe
lichting op een suppletoire defensiebegroo
ting 1939, den aankoop van
20 batterijen middelbare luchtdoelartille
rie met bijbehoorende munitie en vuurlei
dingstoestellen 16.610.000)
de bij deze 20 batterijen benoodigde zoek
lichtinstallaties 4.000.000)
het zoeklichtmaterieel, hetwelk aan de
voorgenomen organisatie voor de luchtver
dediging nog ontbrak 1.750.000)
20 luchtdoelkanonnen van klein kaliber
met munitie en toebehooren, bestemd voor
de luchtverdediging van gemeenten en par
ticuliere bedrijven (f 2.200.000). Deze gelden
vloeien later weder grootendeels in de
schatkist terug.