SINATRAN Gewetenloozer kon het al niet Wettelijke regeling werkloosheidsverzekering op stapel. BINNENLAND Zeeuwsch-Vlaanderen Breskens Oostburg Sluis Retranchement fö^'badèn geneeskrachtig en verkwikkend! Financieele positie van Zuidzande gezond. Geen verkorting van den arbeidstijd beneden 48 uur. Sneeuwruimen geen staatszaak, dus niet in werkverschaffing. De Eerste Kamer heeft Donderdag de begrooting van Sociale Zaken voor 1940 zonder noofdelijke stemming aangenomen. De vier leden van de nationaal-socialis- tische fractie vroegen aanteekening, dat zij geacht wenschten te worden te hebben tegengestemd. Dr. J. v. d. TEMPEL De minister van Sociale Zaken, dr. J. van den Tempel, heeft de leden die Woens dag het woord hadden gevoerd, beant woord. De minister betuigde zijn dank voor de welwillende houding, die men jegens hem had aangenomen. Den heer de Bruijn voerde de minister tegen, dat verbod van den arbeid van de gehuwde vrouw een aantasting zou zijn van haar zelfstandig heid. Dit verbod is steeds uitgebleven, ook onder het ministerschap van prof. Romme. Ten aanzien van de bedrgfsraden zei de minister, dat hij inderdaad op een ander standpunt staat dan de heer de Bruijn, doch dit is geen uitvloeisel van een diepgaand geschil op het terrein van de hoogste levensvragen. Het toekennen van verordenende bevoegdheid aan die raden achtte de minister wel wenschelijk, doch hij wenschte dit probleem thans niet aan de orde te stellen, daar dit het alge meen regeeringsbeleid betreft en daar het bovenal een vraagstuk is van economische politiek. De minister wil de ontwikkeling voortzetten zooals die is sinds de tot standkoming van den eerstm raad. Er worden thans pogingen gedaan om te komen tot meer centralisatie van de be drijfsraden, b.v. land- en tuinbouw De arbeidstijd. Volgens den minister is er een reeks van beletselen om thans het initiatief te nemen tot verkorting van den ar beidstijd, o.m. de internationale positie van het bedrijfsleven, die op korten termijn aan veranderingen onderhevig is. Wel streeft de bewindsman naar verkorting van den arbeidstijd van die groepen, die langer werken dan 48 uren per week. De mogelijkheid van verbetering der toe standen in verband met den fabrieks arbeid van jonge meisjes wordt reeds door de arbeidsinspectie onder het oog gezien, evenals het door mejuffrouw Ribbius Pe- BESPREKINGEN VAN HET ORGANISA TIE-COMITÉ IN HET VREDESPALEIS GEËINDIGD. Dr. Colijn en de heer Avenol zullen overleg plegen over samenstelling centraal comité. Nadat de conferentie in het vredespaleis te Den Haag geëindigd was, is gister avond om 8 uur een officieel communiqué over de besprekingen uitgegeven. Hieruit blijkt, dat het organisatie-comité aan dr. Colijn en den heer Avenol opdracht heeft gegeven om over de samenstelling van het centrale comité overleg te plegen en dat zij het resultaat van dit overleg aan het organisatie-comité moeten mededeelen. Tevens heeft het organisatie-comité be sloten niet alle 32 plaatsen in het centrale comité te vervullen en dit geldt zoowel voor de regeeringsvertegenwoordigers, wier aantal maximaal 24 kan zijn als voor de leden, die a titre personnel in het comi té zitting kunnen nemen en wier aanta' hoogstens 8 kan zijn. Uit het slot van het communiqué blijkt, dat de verschillende or ganen van den Volkenbond, die op econo misch en sociaal gebied werkzaam zijn, in het werk zijn ingeschakeld. letier ter sprake gebrachte probleem van den arbeid aan den loopenden band. Minister van den Tempel zei er over verheugd te zijn, dat over het voornemen van de regeering ten aanzien van een wettelijke geregelde vacantie in het alge meen zeer welwillend is gesproken. De heer Gelderman (lib.) had verzocht reke ning te houden met de draagkracht van het bedrijfsleven. De minister berekende den totalen nieuwen last van kinderbijslag verzekering en vacantie-regeling tezamen op niet meer dan anderhalf procent van het loonbedrag. Wat de collectieve arbeidsovereenkomsten betreft, merkte de minister op, dat inder daad nog slechts vijf verbindend zijn ver klaard, doch dat dit aantal dit jaar ver moedelijk aanmerkelijk grooter zal worden, wanneer aan verschillende formeele be zwaren tegemoet zal zijn gekomen. In antwoord op de opmerkingen van den heer von Rönninghausen zei de minister, dat de toestand in de Twentsche textiel industrie inderdaad niet bevredigend is, doch dat er van de zijde van den directeur- generaal van den arbeid pogingen worden gedaan om tot een oplossing te komen. Wettelijke regeling werkloosheidsver zekering in bewerking. Het vraagstuk van de herplaatsing van gemobiliseerden zal in studie worden ge nomen door een interdepartementale com missie. Ook deelde minister Jgpi den Tempel mede, dat een wettelijke regeling van de werkloosheidsverzekering op stapel staat. Onjuist noemde de minister de bewering van den heer von Bönninghausen, dat werk- loozen op straffe van inhouding hunner ondersteuning gedwongen worden in een vreemd land te gaan werken; sinds enkele maanden bestaat voor die bewering geen enkele grond. In de serieuze pers is hier over dan ook geen enkele klacht gehoord. Uitvoerig betoogde de minister in ant woord op den heer Hiemstra, dat sneeuw ruimen niet kan geschieden in werkver schaffing, daar de consequentie zou zijn, dat het sneeuwruimen staatszaak zou worden. Wat de werkverruiming betreft, verklaarde de minister, dat hg er naar blijft streven, dat de arbeiders in de kam pen eens in de week naar huis kunnen gaan. In het laatste kwartaal van 1939 zijn goedgekeurd 1425 cultuurtechnische werken met in totaal 11 millioen gulden loon en 79 niet-cultuurtechnische werken met 1.4 ton loon. Het grootste kwaad voor de werkloos heid, aldus de minister, blijft de ongewisse toekomst van het bedrijfsleven. Spr. ver zocht dringend den steun van alle kringen uit het bedrijfsleven. Na repliek van de heeren de Bruijn (r.k.), Gelderman (lib.), von Bönninghau sen (n.s.b.) en de la Bella (s.d.) en dupliek van den minister werd dit begrootings- hoofdstuk aangenomen. BESCHERMING VAN SCHATTEN VAN KUNST EN WETENSCHAP TEGEN OORLOGSGEVAREN. De kosten geraamd op 2.000.000. In de „wet betreffende bescherming te gen luchtaanvallen" is aan den minister van Binnenlandsche Zaken o.a. opgedragen het treffen van maatregelen voor de be scherming van schatten van geschiedenis, kunst en wetenschap. De kosten van deze maatregelen, voor zoover het gemeenten betreft gerangschikt in de tweede en de eerste gevarenklasse, komen ten laste van het rijk. Ter voorbereiding van deze maat regelen hebben de ministers van onderwijs, K. en W., van Binnenlandsche Zaken en van Defensie een contactcommissie ingesteld. Hierbij is er van uitgegaan, dat de uitga ven, benoodigd voor de verwezenlijking van haar voorstellen, zullen worden gebracht op de begrooting van het departement van Onderwas. Dienovereenkomstig is thans een supple- toire aanvrage tot dekking van deze uitga ven bij de Staten-Generaal aanhangig ge maakt. De voorgestelde bescherming bepaalt zich tot de belangrijkste voorwerpen in de rijksmusea, -bibliotheken en -archieven, tot dergelijke objecten in een zeer gering aantal niet aan het rijk toebehoorende ver zamelingen en tot 108 gebouwen van groo- te historische- en kunstwaarde, verspreid over 40 gemeenten. Bij overleg tusschen den minister en zijn ambtgenoot van fi nanciën is het voor de geheele bescherming benoodigde bedrag, door de contactcom missie aanvankelijk geraamd op f 2.700.000 teruggebracht kunnen worden tot de 2.000.000, welke de minister thans aan vraagt. De te treffen maatregelen zijn voor een groot deel een blijvend nut, bepaaldelijk voor zoover zij bestaan in brandbluschin- stallaties met watervoorziening, onafhanke lijk van waterleidingen en electrische be drijven. De te treffen maatregelen krijgen eerst hun volle nut, zoodra eventueel geregelde bewaking van de beschermde gebouwen noodzakelijk wordt. Hiervoor worden met medewerking van de burgerlijke luchtbe schermingsdiensten groepen van vrijwil ligers gevormd. Wanneer alle werken voltooid zullen zijn en de bewakingsgroepen gevormd, zal met een jaarlijksch bedrag van ten hoogste 68.000 volstaan kunnen worden. Extra-brandstoffenbijslag met een week verlengd. De minister van Sociale Zaken heeft aan de gemeentebesturen medegedeeld, dat hij termen aanwezig heeft gevonden den ter mijn, gedurende welken de extra-brand stoffen toeslag wordt verstrekt, met nog een week te verlengen. MINISTER BOLKESTEIN ZAL NIET AFTREDEN. Geruchten in verband met zijn ongesteld heid. De minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen, de heer G. Bolkestein, is sedert eenigen tijd ongesteld. Dientenge volge zijn geruchten ontstaan, dat minister Bolkestein voornemens zou zijn af te tre den. Wij vernemen van de meest bevoegde zijde, dat de minister, die voor herstel van gezondheid thuis vertoeft in zijn woning te Amsterdam, dit voornemen in geenen deele heeft. Hieraan kan nog worden toegevoegd, dat de laatste dagen de toestand van den minister is verbeterd. SPOORWEG JUBILEUM-POSTZEGELS ZIJN NIET MEER GELDIG. Op de postkantoren wordt nog steeds correspondentie ontvangen, gefrankeerd met de bijzondere postzegels, uitgegeven ter gelegenheid van het 100-jarig jubileum der Nederlandsche Spoorwegen. Men ver zoekt eraan te herineren, dat deze zegels sinds 31 December jl. voor frankeering niet meer geldigzijn. Uit Collecte voor Finland. De collecte voor Finland in de Ned. Herv. Kerk, die een week uitgesteld was, zal nu, behoudens onvoorziene omstandig heden, Zondag a.s. gehouden worden. Collecte Roode Kruis. De alhier gehouden collecte ten bate van het Roode Kruis, heeft in totaal 69.70 op gebracht. Stierenkeuring. De verplichte voorjaarskeuring van stie ren is voor onze gemeente vastgesteld op 23 Februari te 1.30 uur. Bewoners van R. K. vluchtelingenkamp emigreeren naar Brazilië. Donderdagmorgen zijn 15 emigranten van het R.K. vluchtelingenkamp per auto naar Antwerpen vertrokken waar zij in schepen voor Brazilië. Stierenkeuring. De verplichte voorjaarskeuring van stie ren is voor onze gemeente op 23 Februari te 2.30 vastgesteld. C-is' rmidda^ .wam de raad ge meente voor de eerste maal in 1940 bijeen. De voorzitter, de heer J. P. M. Beelaerts van Emmichoven, sprak een korte nieuw jaarsrede uit, waarin hg in de eerste plaats den raadsleden en hun gezin een voorspoedig jaar toewenschte. Het afge- loopen jaar, aldus spreker, is rustig ver- loopen voor de gemeente. De verkiezing bracht weinig verandering. De bevolking is echter aanmerkelijk teruggeloopen van 903 tot 890 zielen. De mobilisatie bracht veel werk voor de gemeente, temeer daar de ambtenaar Everwijn sinds April weg is en nog steeds niet vervangen. Hierbij bracht spreker een bijzonder woord van dank aan den gemeenteveldwachter, den heer J. K. Hariot, voor het vele administratieve werk, dat deze in dien tijd heeft helpen verrich ten. Spr. hoopte verder, dat de meenings- verschillen die er ook dit jaar weer wel zullen zijn, geen reden mogen zijn tot een minder prettige samenwerking. De finan- cieele positie was goed in het afgeloopen jaar en als er zich geen bijzonderheden voordoen, zal dat ook dit jaar het geval kunnen zijn. Ingekomen stukken. Bij de ingekomen stukken was een ver zoek van den heer J. Becu-Cornelis, loon- dorscher te Groede om een ontheffing te krijgen inzake de motor- en rywielwet om in de gemeente te kunnen rijden met voer tuigen boven de wettelijk gestelde belas ting. De vergunning werd zonder hoofde lijke stemming verleend. Van Ged. Staten was een schrijven bin nengekomen dat de goedkeuring op de be grooting nog niet was verleend en dat de beslissing verdaagd is. Over de bedragen kan beschikt worden tot de helft als in de begrooting omschreven. Ambtenaar van den Burgerlijken stand. De heer J. Risseeuwde Hullu had ver zocht om ontslag als ambtenaar van den burgerlijken stand. Dit ontslag werd hem op de meest eervolle wijze verleend. De voorzitter deelde mede, dat verder ambte naar in voornoemde functie zijn de heer Everwijn, die afwezig is, de burgemeester en de heer Perduyn. Daar de mogelijkheid van afwezigheid van de laatste twee be staat, wenschte hij in de vacature te voor zien. De aanbeveling van B. en W. luidde wet- De aanbeveling van B. en W. luidde: wet- houts. De heer P. Luteyn werd benoemd met 6 stemmen, 1 stem blanco. Hij aan vaardt de benoeming. De steunregeling. Hierna was de steunregeling aan de orde. Een verzoek tot wijziging der steunregeling dat in de voorgaande raadsvergadering naar B. en W. was verwezen, werd opnieuw voorgelezen. De inhoud omvatte verhooging van den steun, met steun over een geheel jaar, een uitkeering in kolen en een Kerst- gave, benevens een vaststelling der uitkee ring bij werkverschaffing, die zoo zal zgn, dat steeds 12 wordt verdiend. De voor zitter zette uiteen, dat hij om practische redenen adviseerde den steun op 7.20 te brengen inplaats van op 7 als in het schrijven genoemd. B. en W. zijn echter van meening, dat er geen geheel jaar dient uitgekeerd te worden. Wat de toeslagen betreft, ook deze bevelen zij niet aan, daar zij deze zien als een soort fooi. Met de uitkeering in werkverschaffing zijn B. en W. het volkomen eens. De heeren Ie Roy en Verhuyt waren van meening, dat het juist is, dat er een ge heel jaar uitgekeerd wordt. Verder wezen Het Nederlandsche lovertraan-preparaal met den amaak èn de Vitaminen van Sinaaiappe] maakt Uw kinderen minder vatbaar voor kouvatte^ en bronchitis. Flacons a 200 gram f. 1.03 bij An0. Sbekera en Drogisten. Fabr.N.V. Handelsver. A. J. ten Doesschate Zwolle DE VLISSINGSCHE-BRESKENSCHE COURANT HEEFT DE GROOTSTE o£ LAAG VAN ALLE IN ZEELAND VER- SCHIJNENDE DAGBLADEN. f zg er op, dat deze gemeentelijke regeling nog aanmerkelijk ten achter komt bij den rijkssteun, dien zij echter niet voor Zuid- zande wilden aanbevelen, daar dit niet voordeeliger voor de gemeente komt. De heer Perduyn was wel voor een ko- lentoeslag, wanneer dit speciale gevallen betreft. Hierna volgde nog een uitvoerige bespre king over de gevallen, waarin een werk man met en zonder eigen schuld zonder werk komt. De voorzitter wees er nog eens uitdrukkelijk op, dat indien het B. en W. bekend is, dat iemand door eigen schuld werkloos wordt, hij niet op uitkeering van de gemeente mag rekenen. De heer LuteynLeenhouts zou de kin dertoeslag niet willen stellen op 0.50 per kind voor een maximum van 4 kinderen, doch dit desnoods tot 6 of 7 willen uit breiden. De heer LuteynBouwens vond de verhooging nogal veel. De voorzitter zei, dat 6 van vroeger wel weinig was, waardoor thans een rui mere verhooging wordt genoemd. De be spreking over dit onderwerp scheen geen eind te kunnen nemen, totdat de heer Ver» buyt den voorzitter verzocht tot een stem ming te willen overgaan. Bij de stemming, werd de steun op 7.20 gesteld, terwijl met 43 stemmen werd besloten, dat de uitkeering over een geheel jaar zal loopen. Voor een deel van het jaar stemden de heeren P. Luteyn, Luteyn— Leenhouts en LuteynBouwens. De heer le Roy wees er nog op dat dan weer een wachtweek wordt gehandhaafd na een werktijd van 3 maanden. Het kerkhof. Bij de rondvraag wees de heer Verbuyt nog eens op den slechten toestand van de kleine lijkkleedjes voor begrafenissen. De voorzitter zal hieraan aandacht schenken. Verder wees de heer Verbuyt er op, dat hg zou willen zien, dat op het ongebruikte deel van het nieuwe kerkhof geen voertui gen komen, en wees er ook op, dat het niet juist is dat er hooi van het kerkhof komt. Dan wordt er niet voldoende aan dacht geschonken aan het onderhoud. De heer LuteynLeenhouts vroeg naar een instructie voor onderhoud van het kerkhof waarvan den voorzitter echter niets bekend is. Hij zei echter dat er een voorstel te wachten is om de kwestie van den gemeentewerkman met alles wat daarbij behoort eens grondig te herzien. Nog geen ambtenaar ter secretarie. De heer LuteynLeenhouts vroeg hoe ver het staat met een ambtenaar ter secre tarie. De voorzitter zei dat de pogingen om den heer Everwijn terug te krijgen op niets zijn uitgeloopen. De heer Luteyn— Leenhouts zou een hooger salaris willen voorstellen, als er geen plaatsvervanger is te krijgen. De heer P. Luteyn meende dat er toch nog wel liefhebbers voor een der gelijke functie zouden zgn. De voorzitter zei, dat al zijn pogingen zgn gefaald. Be houdens onvoorziene omstandigheden is het meeste werk thans achter den rug en hij zal nu maar trachten het alleen af te doen. De heer Risseeuwde Hullu zou het wenschelijk achten om aan Ged. Staten te vragen of Zuidzande een vasten ont vanger mag benoemen, daar de plannen voor een streekontvanger nog niet vorde ren. De heer Perduyn ondersteunde dit. Ook de heer LuteynLeenhouts is hier voor, doch hij wil voor alles een ambtenaar. De heer Risseeuwde Hullu wees er op, dat de moeilkheid is, dat men van den vorigen tijdelijken ambtenaar thans niet af kan, terwijl hij toch geen werk kan doen. Hg zou dit bg een volgend geval wil len voorkomen. De voorzitter zei, dat de eenige oplossing' is dat voor de toekomst bg een burgemees tersvacature moet worden getracht het ambt van burgemeester en secretaris te splitsen, doch thans is er niets aan te doen. Niets meer aan de orde zijnde sluit de voorzitter de vergadering. Per pak van 1 Kg 20 cl - Per'pak van 3 Kg 45 ct Werkloozensteun wordt verhoogd tot 1 7.20. Uitkeering zal over een geheel jaar loopen. OF GEDEPUTEERDEN DIT BESLUIT ECHTER ZULLEN GOEDKEUREN? 2 J Naar het Enyelsch „Wg redeneerden tot klokke twaalf, maar hij blééf er bij, dat hg van plan was, met haar te trouwen. Daar kon ik hem niet van afbrengen. Het eenige, wat ik dan nog bereikte, was, dat hg beloofde, niet met zgn aanzoek te voorschgr te komen, tot hij weer verlof krijgt. Wil je wel ge- looven, dat ik op die manier haast wen- schen zou, dat hij nog een jaar in Frank rijk blijven moest?Maar ik ben zoo bang, dat hij haar schrijven zal!" Lady Rosmer zweeg, zoodra de deur openging. Daar kwam Nancy, met een kind aan iederen arm. Het eene was een meisje van zeven, het andere een jongen van zes. „Nurse is aan het pakken," zei ze, „en mies Cameron moet iets verstellen voor Matilda Daarom hel ik de kinderen maar meegebracht. Oma vindt het heel aardig, julie eens bij zich te hebben!" De kinderen keken naar Oma, met een blik of ze dit wel eenigszins in twijfel trokken. „Heeft u ook een paar chocolaadjes, oma?" vroeg Joan. „Ei mogen wg beneden lunchen?" voeg de Bill er b\j. „Kijk eens, of er daar in het kastje nog wat chocolaadjes staan, Mabel. Neen, Bin, jullie moogt niet benede.i lunchen. Ik begrijp niet, waarom cante Nancy jullie hier gebracht heeft." „Pappie is weer mee gaan vechten," zei Bill, „en drar blijft hg, tot er geen vijand meer over is!" „Hoort eens: nu mogen jullie nog ieder een chocolaadje en dan zal tante Nancy je weer meenemen." „Oma stuurt ons altija weg!" pruilde Joan, „O, we zijn bij miss Lancaster op de kamer geweest en daar mochten we él haar moois zien. Ik mocht haar collier dragen. Dat is toch zoo'n mooie oma Allemaal paarlen!" Mabel en Nancy lachten. Ja, die collier v'an Matilda was zéker mooi! Het was een cadeau geweest van haar vad^r op haar één-en-twintigsten verjaardag, nu vijf jaai geleden. Gedurende één en twintig jaar had Josuah Lancaster diepaarlen bijeen gegaard. De ketting was geschat op vijftien honderd pond. Nancy Rosmer betreurde net feit, dat zoo'n prachtig ding in het bezit was van iemand, die, nu niet bepaald mooi ge noemd kon worden! „Ik vrees," zei lady Rosmer, „dat de. kinderen erg lastig zijn geweest?" „Neen, oma," betuigde Joan, „daarom heeft miss Cameron niet geschreid; maar ik weet heel goed, waarom het wèl was: dat nurse zei, dat pappie misschien zou worden dood geschoten en dat wg hem dan niet. weer zouden zien." „Bel eens om nurse, Mabel," drong haar ladyschap. „Of wacht, daar is miss Came ron al!" Op den drempel stond het jonge meisje, wie kapitein sir Edward Rosmer bijna een aanzoek had gedaan; het meisje, dat hy vast en zeker tot zgn vrouw wilde maken. Ze was nog heel jong, nauwelijks acht tien en de eenvoud van het toiletje, dat zij droeg, deed haar haast nog jonger schijnen. Onwillekeurig wierp haar lady schap naar een vgandigen blik toe. Cecily Cameron was zich onbewust van die onvriendelijke atmosfeer. Ze voelde slechts groote verlatenheid en eenzaamheid in haar hartje. Wat was dat een wonderlijke ervaring geweest, toen dien vorigen dag, in de leerkamer, sir Erward Rosmer ineens haar beide handen had gevat en zijn donkere oogen haar, als 't ware, gedwongen had den, om de hare op te slaan en haar geheim te verraden. Want dat dit het geval was, daar voelde zij zich zeker van. „Ik wilde eens met je praten, Cecily," had hij gezegd. Op dat oogenblik was zijn moeder juist binnengekomen en dus was het gesprek snel afgebroken. Nu vandaag was hij vertrokken. Duide lijker dan de zonnige salon stonden haar de dokken van Southampton voor oogen en het blauwe water van het Kanaal. „Aan wie de schuld was, weet ik niet, maar neemt u ze, als-je-blieft, mee!" Ju-st even was het drietal weg, of Nancy riep: „Nu, zg doet Teddy's smaak eer aan! Zg is allerliefst om te zien! Of althans dit zou ze wezen, als ik haar maar eens kleeden kon. Wat een oogen! Het lijken wel saffieren! En wat een prachtig goud blond haar, met zoo'n natuurlijken golf! Arme Matilda!" Juist hoorde ze miss -ancaster buiten de deur tegen de kinderen spreken en het volgend oogenblik stond zij in de kamer. Glimlachend kwam zg binnen; een jonge dame van zes en twintig, die op z'n minst wel vijf jaar ouder leek. Ze had vriendelij ke, bruine oogen, maar haar gelaat werd ontsierd door tallooze sproeten. „Na den lunch ga ik weg," zei ze tegen Nancy en Mabel. „Bliiven jullie hier dan lunchen," noodde lady Rosmer, „dan kan je Matilda weg brengen." Dit zeggende, stond haar ladyschap op en ging naar haar kamer In al haar doen en laten was zij even methodisch en op dit uur van den dag ging zrj altijd naar haar kamer, om haar handen te was- schen. Terwijl ze de trap op liep, zag ze de kin deren op iiet portaal, gevolgd door miss Cameron, want die gebruixten altijd de maaltijden in het achterkamertje, aan het einde van den langen corridor. Ze bleef lang boven. Terwijl ze weer de trap afging, keek ze op haar horloge en merkte, dat de lunch wel tien minuten later was dan anders; of had zij de gong soms niet gehoord? In den salon stonden de dames over een stalenboek gebogen, want Mabel zocht stof uit voor een avondtoilet. Op den grond, naast Matilda's stoel, lag haar taschje, yan dezelfde stof als haar japon. Lady Rosmer had er bijna op ge trapt. Ze raapte het ding op en gaf het aan de eigenares. Op dat oogenblik ging de gong en de dames begaven zich naar de eetkamer. Toen Matilda het vertrek doorliep, viel e. iets, naast haar op het vloerkleed. „Die sleutel is van mijn bijouterie kistje," zei ze, toen Nancy zich bukte en 'm voor haar opraapte. „Och, ja, nu herinner ik mg, dat er een klein torntje is, onder aan den zoom van die tasch". „Dan zou ik je .och raden, dat je dit naaien liet," meende haar ladyschap, da!; je dien sleutel ergens anders opborg." (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1940 | | pagina 6