tweede blad Vlissingsche Courant Gemesntebastar Vlissingsn Finland heeft dringend hulp nocdig. Da eigsnaardke gJrurtenissen te Koerujk. men de oorlogs berichten moet lezen. Chamberlain spreekt over Engelands oorlogsmethoden. Adahlad-vnar Zeeland waann opgenomen de greskensche Courant Donderdag 1 Februari 1941 No. 27 DRANKWET. Burgemeester en Wethouders van Vlis- singen Gelet op artikel 45 der Drankwet doen te weten dat bij hen is ingekomen een verzoek van Mary Paulina Edwarts van Muyen, wonen de te Vlissingen, om verlof tot den verkoop van zwak-alcoholischen drank in het klein (verlof A) voor de bovenvoorlocaliteit van het perceel Nieuwendijk no.43 Dat vanaf heden gedurende twee weken tegen het verleenen van het gevraagde ver lof schriftelijke bezwaren kunnen worden ingediend bij Burgemeester en Wethouders voornoemd. Vlissingen, 1 Februari 1940. Burgemeester en Wethouders voornoemd, VAN WOELDEREN. De Secretaris, F. BISSCHOP. „Er zijn wonderen gebeurd, doch men mag geen onafgebroken reeks wonderen veriangen". Russische aanvallen opnieuw afgeslagen. Aan een noenmaal van de BritschAme- rikaansciis pers ver eeniging te Parijs heeft de r insclie gezant, Harri Holma, verklaard, dat Fin.and dringend behoef.e heeft aan huip, anders is het ter dood veroordeeld. Er zijn wonderen gebeurd, doch men mag geen onafgebroken reeks wonderen verlan gen. Ben Finsch geneesheer, Tage Ellinger, heeft aan he^ze^de noenmaal medegeaee.d, dat binnenkort dank zij de g-siden in Frankrijk bijeengebracht, een veldhospitaal van 10ü bedden naar Finland zal vertrek ken. Een aantal ambulances zal vo.gen. De Amerikaanschs organisatie tot hulp aan Fin.and heeft 60.000 ampuhen vaccine voor Finland besteld. Het instituut Pasteur te Parijs heeft hier zes weken werk aan. De krijgsverrichtingen. De correspondent van het Norsk Tele- grambyraa me.dt De Russiscne troepen zijn Vv oensdag van Hoyenjasrvi opgerukt, genoipen door een krachtig optrec.£n der luchtmacht. In Kirke..es hoorae men het ge.uid van een hevig bombardement op de Finsche linies en de ontploffing van bom men. De Russen zijn echter in den namiddag teruggeweken en de stellingen lijken onge wijzigd. De speciale correspondent van Heiningen in Fimand meldt, dat in Kare.ië de Finsche ü'oepen vier stukken anti-tajik- geschut op de Russen hebben buitgemaakt. De FinsCiie batteirijen hebben een Sovj&t- co.onne, die op marsch was, gedecimeerd en een batterij artillerie vermetigd. Aan het Karsxische front zijn gisteren geen .belangrijke gevechten voorgekomen, vee.eer een reeks kieine offensieven, vooral op Kaitale, een p.aatsje waaraan de Russen een zeer groot belang schijnen te hechten. Finsch legerbericht. De Finsche legerleiding deelt mede In de landengte van Karehë hebben de Finnen een aanval der Russen op de rivier Taipale afgeslagen. De Russen hebben 60 dooden op het slagveld achtergelaten. Ten noorden van het Ladogameer heeft de vij and opnieuw aanvallen gedaan op verschei den punten der Finscne stellingen, doch deze aanvallen werden overal afgeslagen. Negen Russische strijdwagens werden ver nietigd. In de andere sectoren de gewone beschietingen door artillerie en activiteit van verkenners. Ter zee Niets belangrijks te melden. In de lucht De actie der Sovjet lucht macht was beperkt en voornamelijk gecon centreerd op het strijdtooneel. Boven het binnenland eenige op zichzelf staande vluchten. In den nacht van 29 op 30 Janu ari heeft de Finsche luchtmacht verschei den verkenningsvluchten gemaakt, en bom bardementen uitgevoerd. Volgens gecon troleerde mededeeiingen werden vijf Rus sische vliegtuigen door hst Finsche lucht doelgeschut en Finsche jachtvliegtuigen omlaag geschoten. De leider van de passieve verdediging van Finland heeft medegedeeld, dat bij de bombardementen van de Sovjet-Russische luchtmacht in December en Januari 357 personen werden gedood. Het Russische legerbericht. Het agentschap Tass publiceert het Rus sische legerbericht van gisteravond. Het luidt: Optreden van verkenner: en ver kenningsvluchten van onze luchtmacht". THANS WORDT TURKIJE WEER DOOR EEN AARD VERSCHUIVING GETROFFEN. De linkeroever van de Turkshce rivier de Sineckli is over grooten afstand weg sprongen als gevolg van een aardver schuiving, die zich met een snelheid van twintig centimeter per dag voltrekt. Twee honderd huizen loopen gevaar in te ster ten. Intusschen hebben de Turksche autori teiten, teneinde nieuwe overstroomingen van de rivier de Komchadji te voorkomen, besloten, den loop ervan te verleggen, zoo dat de rivier uitstroomt in de zee van Mar- taora. Che! van den Belgischen Generalen Staf verzoekt ontslag. LUITENANT-GENERAAL VAN DEN BERGEN WIL EEN COMMANDO HEBBEN. Levendige verrassing in Brussel. De Belgische, minister van landsverdedi ging heeft den ministerraad 'medegedeeld, dat luitenant-generaal Van den Bergen, chef van den generalen staf van het Bel gische leger, den koning heeft verzocht hem van zijn functie te willen ontheffen om hem een commando be geven. De mi nister, generaal Denis,, deelde verder mede, dat hij voornemens is den koning voor te stellen generaal-majoor Michiels te benoe men tot chef van den generalen staf. De ministerraad hechtte hieraan zijn goedkeuring. Het verzoek van generaal Van den Ber gen heeft algemeen levendige verrassing gewekt. In welingelicht© kringen te Brussel ver- k'aart men, dat generaal Van den Bergen zijn besluit zondér eenigen druk van bui tenaf heeft genomen, en dat het geen ver band houdt met meeningsverschillen tus- schen den generaal en hoogere autoritei ten. Slechts persoonlijke overwegingen heb ben tot het besluit van generaal Van den Bergen geleid. Generaal Michiels. Generaal Michiels, die voorgedragen is als opvolger van generaal Van den Bergen, is in 1881 te Brussel geboren. Na in 1909 de krijgsschool als onderluitenant te heb ben verlaten, was hij tijdens den oorlog van 1914 tot 1918 chef van het bureau operaties bij het hoofdkwartier van luite nant-generaal baron van Dixmud-e. Hg werd, na in 1919 tot majoor te zijn be noemd, chef van den staf van het eerste legercorps, en in 1934 werd hij aan he+ hoofd geplaatst van het regiment grena diers. De in 1937 tot generaal-majoor be vorderde officier werd in September 1939 belast met heb bevel over een divisie. NADERE BIJZONDERHEDEN. Buitengewoon politieblad verschenen. In verband met het te Moerdijk voorge vallene is een buitengewoon politieblad ver schenen, luidende als volgt De brigade-commandant der Koninklijke Marechaussee te Moerdijk maakt hekend, dat in den avond van 27 Januari te Moer- d^'k, gemeente Klundert eenige militaire uitrustingstukken werden ontvreemd uit een schoolgebouw, waarin militairen gele gerd zijn. De diefstal werd ontdekt, doordat een militair-chauffeur in den avond van opge- mclden datum omstreeks 23.15 uur op den rijksweg van Breda naar Moerdijk een bur ger, in het beziit van een karabijn in een luxe-auto zag stappen. De soldaat vertrouwde dit niet en toen hij den burger naar de herkomst van de kara bijn vroeg en daarbij die karabijn aan den burger wilde ontnemen, ontstond tusschen beide personen een gevecht. Tijdens dit gevecht werd de kleeding van den soldaat tweemaal met een mes doorsto ken. De soldaat wist aan den burger de karab'jn te ontrukken. In den auto was nog een tweede (burger) persoon gezeten, die tijdens het gevecht zou hebben geroepen „Kom Dirk, het is mis aan dsn Moerdijk." Deze persoon (van wien nader signale ment ontbreekt) sprak met Limburgsch dialect, evenals zijn metgezel. Na deze geweldpleging wisten de burgers in hun auto te ontkomen en reden zij weg in de richting Breda. Na het gebeurde werd door politieperso neel op gemeld weggedeelte nog gevonden een militair gasmasker, een militaire over jas en een paar rubberlaarzen. Bij onderzoek bleken deze goederen te zgn ontvreemd uit voormeld schoolgebouw. Het signalement van den burger, waar mede de soldaat handgemeen werd, is als volgt lang 1.80 1,85 M., mager uiterlijk, leeftijd ong. 35 jaar, gekleed met lederen jekker en een pet scheef op het hoofd. Het signalement van den auto luidt als volgt donkerkleurige Chevrolet, vermoede lijk van het jaar 1933/34, 4-persoons, 4- deurs, stuur links, voorzien van het kentee- ken P 4408. Intusschen Is komen vast te staan, dat van dit nummer valschelijk werd gebruik gemaakt. De brig.-comm. Kon. Mar. voornoemd ver zoekt opsooring, aanhouding en voorgelei ding van de onbekende daders. WAT WAAR IS EN NIET WAAR IN DE BERICHTGEVINGEN DER STRIJDENDE PARTIJEN. Praclische raadgevingen voor den lezer. Langzamerhand beginnen er bijzonder heden los te komen over de wijze, waarop zich de ondergang van het Pcoische leger heeft voltrokken, al dragen deze inlich tingen, daar zg alle van Duitschen kant komen, uiteraaru een zeer eenzijdig ka ter. Het za. waarschijnlijk nog lang duren, et wij weten wat eigenlijk de plannen van de Poolsche legerleiding waren. Uit een van Duitsche zgde uitgegeven kaartje, omtrent de aanvankelijke opatel ling der Poolsche divisiën en cavalerie brigades, de plaatsen waar het tot ern stige gevechten kwam, de terugtochts wegen en de plaatsen, waar de Poolsche eenheden ten slotte werden vernietigd, valt dit niec af te leiden. Dit kaartje toont :ns het Poolsche leger in een krachteloos uiteengerukte opstelling langs de grenzen, waarin geen operatieve gedachte valt te onderkennen. Een tegenhanger hiervan vormt een dui delijk, zij het schetsmatig kaartje van de Duitsche operatiën, afgedrukt in een bro Sanostol, het natuurlijke levertraan product met sinaasappelsmaak, be hoedt hem voor het in Nederland (óók in den zomer) steeds dreigende vitaminen-tekort. Het lekkere levertraan-product dat ook de aller kleinsten dolgraag lusten en dat him spelenderwijs een ongekend ge halte aan groei-vitaminen toevoert. Ook voor volwassenen is er geen beter 'onicum dan Sanostol. Per flacon f. 1.40; voordeeliger is de „familieverpakking", die 2'/a maal zooveel bevat en slechts t 2 75 kost. chure van Walter Picht, in het Neder- landsch vertaald en uitgegeven onder den titel „De waarheid marcheert". Duidelijk zien wg hier afgeteekend hoe aan de Duitsche operatiën de gedachte ten grond slag lag, het Poolrche leger in de tang te nemen. Het boekje zelf is te rangschikken onder de Duitsche propaganda-lectuur, doch most als zoodanig als zeer geslaagd werden be schouwd. Het bepaalt er zich toe, op de ééne bladzijde de officieele Duitsche leger- berichten tijdens den veldtocht in Polen af te drukken en op de bladzijde daar tegenover de gelijktijdig daarmede ver schenen Poolsche en Geallieerde mede- deelingen terzake, die, z:oa!s wij thans weten, tenslotte door de feiten volkomen zijn gelogenstraft. Zoodoende wil het boek je dsn neutralen lezer blijkbaar de be trouwbaarheid van de Duitsche bericht geving en de onbetrouwbaarheid van die der Geallieerden suggereeren. Oorlogsberichtgeving uit een oogpunt van propaganda. Msn weet te goed, dat de oorlogsbe richten voor beide partijen een der mid delen vormen cm de publieke opinie in het eigen land en in het buitenland te be ïnvloeden en dat de waarheid slechts „mar cheert" zoover en zoolang men in de waarheid denkt een bondgenoot te heb ben. Buitendien kan men de waarheid op verschillende wijzen zeggen. Wie in dit opzicht een kijkje achter de schermen wil nemen, leze eer.j hefc aller aardigste boek „Le Grand Quartier Gé- néral", door den Franschen schrijver Jean de Pierrefeu. Deze, reserve-officier, van beroep journalist, was in de. jaren 1914-18 in het Fransche Algemeen Hoofdkwartier belast met het opatellen van het dagelijk- sche legerbericht en heeft na afloop van dsn vorigen wereldoorlog verhaald van de stylistische goocheltoeren, die daarbij te pas kwamen. Wij hebben uit het boekje van Walter Pich* weder de conclusie getrokken, dat men uiterst critisch moet staan tegenover de oorlogsberichten der belanghebbenden e willen onzen lezers da< ~bg enkele wen ken geven. Men boude in het oog, dat: a. de overwinnaar geloofwaardiger is de verliezer; b. de partij, die terreinwinst boekt, plaatsnamen noemt en een bericht met vage aardrijkskundige gegevens dus ge woonlijk dient om een terugtccht te be mantelen; c. een overwinning slechts dan be- teekenis heeft, indien kanonnen zijn buit gemaakt, omdat hieruit voortvloeit, dat de infanterie, die steeds vóór de artillerie is opgesteld, althans plaatselijk volkomen is verslagen. Voorbeelden uit den Fïnschen oorlog. Een voorbeeld van dsn tweeden regel gaf de berichtgeving uit Finland cnlangs te zien. De Finnen spreken reeds geruimen tijd over hevige gevechten, ook wel over den slag bij Salla, een gehuchtje, gelegen in den hals van de flesch" (het smalste gedeelte van Finland) op omstreeks 60 kilometer van de grens. Men kreeg den indruk van gevechten met wisselend verloop, echter niet van een Finschen terugtocht. Enkele d2gen geleden werd echter plotseling van Finsche zijde de herovering gemeld van het dorpje Kursu, omstreeks 60 kilometer meer weste lijk gelegen en neg slechts 20 km. van Kemijarvi, het eindpunt van dFinsche spoorbaan naar dit gebied. Zoo werd een succes gebruikt, om daarmede een vooraf gegaan ongunstig gevechosverloop tevens ter kenris te brengen. Het aldus vergulden van een p'. wordt in de oorlogsberichtgeving veelvuldig toege past en heeft op de breede massa bgna steeds het gewenschte succes. Ten einde niet zelf slachtoffer te worden, raadplege men, zrodra de oorlogsberichten plaats namen vermelden, steeds een kaart. Men zal dan soms tot het verrassende resultaat komen, dat de berichtgever er op specu leert, dat et gros der lezers deze moeite niet neemt. Zoo herinneren wij ons uit den oorlog 191418 berichten in den gc ~t van bet volgende: „Onze troepen sloegen in de stePingen bg X een aanval des viiands af." Op het gros der lezers maakt dit een geruststellender indruk. Het aspect is echter geheel anders, indien men weet. dat X op '0 km. achter de stekingen van gisteren ligt. Tot het groote publiek dringt dit echter niet door. Minister-president Chamberlain heeft gistermiddag te Londen het woord gevoerd aan een noenmaal. Hij begon zijn toespraak met te spreken over de onvermijdelijke grie ven en klachten, welke voortvloeien uit be- beperkingen in oorlogstijd bij afwezigheid van opwinding over oorlogsvoorbereidingen op groote schaal. Het zou ongelukkig zijn indien het publiek in een stemming van somberheid of depressie zou verkeeren, om dat de feiten niet alleen aantoonen, dat wondere Inspanningen worden gedaan, doch dat wonderlijke resultaten zijn bereikt. 11/ millioen man onder de wapenen. Thans bevinden zich in Fr.nkrijk, in Indië en in andere stations overzee aan onze vitale verkeerswegen meer dan 1^4 millioen man onder de wapenen. Deze troepen in de garnizoenen overzee stellen ons in het binnenland in staat zon der vrees voor onderbreking voort te gaan met de uitbreiding en de uitrusting van on ze strijdmacht. De prestaties der Britsche marine. Sprekende over de eischen, die aan de marine worden gesteld, zei Chamberlain, dat een slagschip reeds 34.000 mglen heeft afgelegd sinds het uitbreken van den oor log. In de eerste 120 dagen van den oorlog heeft een kruiser zich 120 dagen op zee be vonden en een torpedojager 103 dagen. De afstand tusschen Noord-Schotland en de kust van Groenland, waardoor Duitsche koopvaarders moeten doordringen bedroeg 1000 mijlen. In dit gebied wordt voortdu rend en met toenemend succes door de Britsche marine gepatrouilleerd. Een der meest stoute van de vele stoute verzekerin gen van den Duitschen minister voor de propaganda is, dat zij ons de heerschappij ter zee hebben ontnomen. De aanvallen op onverdedigde schepen. Het is waar, dat zij van hun luchtmacht gebruik maken om onverdedigde treilers, visschersschepen en lichtschepen aan te val len en hoewel zij zich haasten naar huis te rug te keeren, wanneer het vuur op hen wordt geopend door ons luchtdoelgeschut en onze gevechtsvliegtuigen, zijn zij op deze wijze toch aan een zeker aantal schepen en menschenlevens noodlottig. Wij moeten hulde brengen aan den prach- tigen moed van de opvarenden van deze schepen en koopvaarders, die onverstoord hun plicht voortzetten, ondanks deze lafhar tige aanvallen, doch nog steeds blijft waar, dat de macht van de Britsche marine nie* alleen convooien kan beschermen met een zoodanig succes, dat zij in toenemende mate door neutralen worden gebezigd, doch het is ook mogelijk een ontzettend machtig wa pen der contrabande controle uit te oefenen ongehinderd door de Duitsche gewapen de macht. De uitbreiding der luchtmacht. Chamberlain gaf vervolgens cijfers over den omvang der Britsche inspanningen bij de oorlogsvoering. Hij zei, dat er duidelijke redenen bestaan geen cijfers te geven over de uitbreiding van de luchtmacht, doch het aantal arbeiders, dat thans gebruikt wordt bg den vliegtuigbouw, is zevenmaal zoo groot als dat van de jaren 1933 tot 1936. Sprekende over de opleiding voor vliegers van het Britsche rijk in Canada, zei Cham berlain, dat in Canada niet minder dan 67 oefenscholen zgn gesticht. Zij zullen een personeel hebben van 40.000 koppen en de beschikking hebben over tachtig nieuwe of vergroote vliegvelden. Economische maatregelen. „Wg hebben schikkingen getroffen, op grond waarvan wg de geheele productie van wol in het Britsche rgk voor den duur van den oorlog hebben opgekocht en ook nog voor den tijd van een jaar daarna. Wg heb ben tot een bedrag van 85 millioen pond aan textiehvaren en leer gekocht. Meer dan duizend firma's in Groot-Brittanniê ver vaardigen thans khakikleeding. Anderhalf millioen yards vcor overjassen voor de troepen en een half millioen gevechtstenuen worden maandelijks vervaardigd. 1.300.000 paren schoenen worden wekelijks voor het leger gemaakt Sedert het begin van den oorlog is de productie van kanonnen ver dubbeld, in sommige gevallen verachtvou digd. De productie van granaten is verdub beld en thans tien keer zoo groot als na de eerste vgf maanden van den oorlog van 1914. THANS V/4 MILLIOEN MAN ONDER DE WAPENEN. EEN VRAAG AAN DE NEUTRALEN. „Alles btj elkaar hebben wij sedert September bestellingen geplaatst voor kanonnen, kleine wapens, munitie, ont ploffingsmiddelen, voertuigen, machi nerieën en andere behoeften ter waarde van bijna 200 milliojn pond sterling". De civiele verdediging. Chamberlain vervolgde met te zeggen, dat voor de civiele verdediging meer dan tweehonderdduizend betaalde mannen en vrouwen en ook een millioen vrijwilligers ter beschikking zijn. „Wij hebben nog geen luchtaanvallen gehad, doch zijn er op voor bereid, indien zij komen". Sprekende over den Britschen handel zei Chamberlain, dat de waarde van den uit voer in December grooter was dan de ge middelde maandelijksche uitvoeren gedu rende de drie maanden voorafgaande aan het uitbreken van den oorlog. Chamberlain verwees ook nog naar de nationale inspan ning op het gebied van den landbouw en het streven de uitgestrektheid van bouwland in het eerste jaar met twee millioen acres uit te breiden. (Een acre is 4.047 vierk. m. Red.) Honderden millioenen uitgegeven. „Gij ziet dat wg gebruik maken van de diensten van millioenen mannen en vrouwen. Wij hebben een controle over tientallen millioenen materiaal en wij hebben honderden millioenen aan geld uitgegeven. Wij verwachten in de toe komst nog grootere inspanningen te doen en toch is er niet één enkel niet- oorlogvoerend land, dat zichzelf be dreigd gevoelt door deze enorme op- eenhooping van macht. Er is niet een, die zgn onafhankelijkheid in gevaar ge voelt tegenover ons. Er is niet een die ons ervan verdenkt, ook maar een vier kante duim van zijn gebied te zullen nemen". Chamberlain verklaarde dat de bedoelin gen der geallieerden bg herhaling zijn uit eengezet. „Doch één ding wordt met den dag duidelijker, niet uit hetgeen wij zeggen, doch door het optreden van de Duitschers zelf, nl. dat wij niet alleen voor onszelf strijden, doch voor ieder land dat gedrukt wordt door de vrees, dat het zich den een of anderen dag in de positie zou kunnen bevin den, welke achtereenvolgens is ingenomen door Tsjecho-Slowakije, Polen en thans door Finland. Vraag aan de neutralen. „Natuurlijk betwisten wg geen oogen- blik het recht der neutralen te beslis sen of zij in het conflict zullen geraken of dat zy verkiezen er buiten te blijven, op welke wijze zy de neutraliteit zullen gebruiken, welke zij hebben verkozen. Doch wij mogen hun vragen en wg vra gen, of zij klein en zwak zgn of groot en, machtig, er rekening mede te willen houden, dat hoewel wg bij de uitoefe ning van ons onbetwist recht van oor logvoerenden zonden kunnen ontreden op een wijze, welke hun ongemakken of zelfs verliezen bezorgt, wij in geen ge- van ooit neutrale schepen hebben tot zinken gebracht cn nimmer bewust een enkel neutraal leven in gevaar hebben gebracht. Aan den anderen kant be dreigt onze vijand het bestaan van sta ten, die te klein of te zwak of te dicht bij zijn om ze te trotseeren en zy gaan voort een bijna volledige onverschillig heid te betoonen niet alleen voor hun belangen, doch voor gewone gebruiken van de menschheid. Voor ons schijnen deze overwegingen voor een groot deel ernstiger dan eenige tijdelijke versto- rrng van den handel. Tezelfder tijd er kennen wij ten volle, dat een ver storing van den handel der neutralen ernstig voor hen kan zgn". Na nog gewezen te hebben op de overeen komst met de Vreenigde Staten, welke een jaar geleden is onderteekend, zei Chamber lain dat deze gebaseerd was op het beginsel van meest begunstigde natie, hetgeen naar onze opvatting in normale tijden de beste manier was om den internationalen handel te bevorderen en dat wij, wanneer deze oor log met succes zal zgn besloten, voornemens zijn tot die gedachte terug te keeren. Een van onze eerste bedoelingen zal zijn een herstel van den internationalen handel. Dit is de politiek welke wij in gedachte hebben wanneer de tyd zal komen, opnieuw van oorlog tot vrede terug te keeren. Het incident met Japan. Tenslotte bracht Chamberlain het jong ste incident „tusschen ons en de neutrale vriendschappelijk gezinde regeering van Japan" ter sprake. VTy zijn genoopt alle maatregelen te nemen, welke voor ons open staan om de machinaties van den machtigen en volkomen medoogenloozen vijand te fnuiken, doch zeer zeker is het laatste, dat wij zouden willen doen het zelfrespect van een vriendschappelijke natie, waarmede wig in vrede wenschen te leven, te trotseeren." Chamberlain besloot met de verwijzing naar een gelijke positie van Groot-Brittan- nië, thans honderd jaar geleden. Vandaag is die vijand van honderd jaar geleden onze innigste en meest getrouwe vriend en bondgenoot. Zg zgn niet minder dan wgzelf vastbesloten deze zaak door te zetten, totdat ons doel zal zijn bereikt. Zijde aan zgde zullen wg vechten, totdat de vrij heid, welke is aangerand, zal zijn hersteld, totdat vriend en vijand by een zuilen kunnen zitten om een gelukkige en veilige wereld op te bouwen". „Kleintje" legt een hechten band tusschen zakenman en klant.

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1940 | | pagina 5