Breskensche Courant
Sombere vooruitzichten voor de Maatschappij „Zeeland".
Dagblad voor Zeeland, waarin opgenomen de
Angst voor de naaste toekomst in 240 gezinnen.
Belangrijke besprekingen
te Berlijn.
De „Orzel" wordt achtervolgd.
Vlissingsche Courant
77ste JAARGANG NUMMER 223
DONDERDAG 21 SEPTEMBER 1939
Abonnementsprijs: lï ct. per weeü ot 2.2U pei
kwartaal. Franco per post f 2.50. Afzonderlijke
nummers 5 ct. Voor bet buitenland neme men een
abonnement op het postkantoor zijner gemeenta
Advertentieprijs: Van 1—5 regels 1.25, iedere
regel meer 25 cent. Bi) abonnement speciale
prijs. Kleine advertenties van 15 regels
50 cent, lederè regel meer 10 cent (max. 10
regels) Derde plaatsing gratis. Vooruitbetaling.
Uitgave: Firma fc. VAN DE VEILDE Jr„ Bureaux
Walstr. 58-60, TeL 10 (2 lijnen), Giro No.66287.
Eigen kantoren te:Breskens, Dorpsstraat, TeL21;
Oost- en West-Souburg, Kanaalstraat 15, Tel 85.
AANGESLOTEN BIJ HET BUREAU VOOR PUBLICITEITS W A ARDE, INGESTELD DOOR DE VEREENIGING „DE NEDERLANDSCHE DAGBLADPERS'
ALS DE REGEERING NIET STEUNT, IS HET BEDRIJF
IN EEN JAAR VERDWENEN.
Wanneer wordt doorgevaren, zelfs binnen een half jaar
Het ziet er lang niet mooi uit voor de Stoomvaart Maatschappij
„Zeeland" te Vlissingen. Nauwelijks is het bedrijf er in geslaagd de
vloot te vernieuwen en rendabel te worden, of de oorlog heeft alle
vooruitzichten in één slag vernietigd.
In plaats van dagelijks, wordt nu driemaal in de veertien dagen
gevaren en het aantal passagiers is zóó gering, dat iedere reis
groote verliezen oplevert. Gaat men zoo door, dan ontbreken binnen
een half jaar de noodige middelen zet men het bedrijf stop, dan
eischen onderhoud van schepen, gebouwen, verzekeringen e.d. nog
zóóveel, dat men het hoogstens nog een jaar uithoudt. Daarom is
een beroep op de Regeering gedaan, het de „Zeeland" financieel
mogelijk te maken, den beperkten driemaal-maal-in-de-veertien-
dagen-dienst te onderhouden. Ook als de regeering steunt, zullen
velen moeten worden ontslagen.
oorlog uitbrak werd deze kwestie, nadat
ongeveer een week niet was gevaren, op
nieuw geregeld. Weliswaar was de premie
hoog, maar toch in ieder geval ongeveer
50 lager dan op de vrije verzekerings-
markt het geval zou zijn.
De Zeeland-directie heeft toen overlegd
wat haar te doen stond want de kolen-
prijzen stegen, de gages werden met 25
verhoogd, de premie voor de kostbare mo-
lest-verzekering steeg. En daartegenover
kon slechts een gering vrachtvervoer en
een nog onbeteekenender passagiersvervoer
worden gesteld. Men wist van te voren,
dat dit verlies zou opleveren en dat men
zoo niet zou kunnen doorgaan. Maar men
wilde de practijk laten bewijzen of de be
rekeningen klopten en besloot dus, den
dienst op zoo zuinig mogelijke manier te
hervatten. Hieruit ontstond de thans gel
dende regeling om met één schip gedurende
14 dagen drie reizen in beide richtingen te
maken.
In verband met deze ontstellende feiten,
hadden wij Woensdag een onderhoud met
den directeur van de Stoomvaart Maat
schappij „Zeeland", den heer K. G. Bron,
die ons in de directie-kamer van het „Zee-
land"-gebouw vriendelijk ontving, gekleed
in de uniform van luitenant ter zee le
klassehij is zelf gemobiliseerd en werk
zaam als havencommandant te Vlissingen.
Een functie, die hem, in verband met de
thans geringe scheepvaart, gelukkig al
thans éénigen tijd laat, zich .te wijden aan
de belangen van zijn scheepvaartbedrijf
en dat is hard noodig ook J
EEN GEHEEL ANDERE SITUATIE
DAN IN 1914.
De Zeeland staat er nu geheel anders
voor, dan in 1914 bij het uitbreken van
den oorlog het geval was. En bovendien
zijn ook de omstandigheden van geheel
anderen aard.
Om met het'laatste te beginnen In 1914
was ook België in den oorlog betrokken na
den inval der Duitschers en de Ostende-
dienst werd dientengevolge gestaakt. Er
was een geweldige vluchtelingenstroom uit
verschillende landen die via Vlissingen
huiswaarts poogden te keeren. Europa zat
toen vol vacantiegangers van allerlei na
tionaliteiten die, hals over kop via de neu
trale landen terug gingen en het duurde
heel lang vóór al die menschen zoover wa
ren. 1915 is- er zelfs nog een zakelijk zeer
goed jaar voor de „Zeeland" door gewor
den. Men kon in de eerste oorlogsjaren de
vele liefhebbers nauwelijks helpen en kwam
schepen tekort. Hoewel herhaaldelijk met
twee schepen een paralleldienst werd on
derhouden, moest men .dikwijls passagiers
weigeren, die soms groote sommen boden
in de hoop dan toch mee te kunnen. Toen
de maatschappij in 1916 den dienst moest
stop zetten, was de kas goed gespekt.
Maar nu Het publiek heeft den oorlog
lang te voren zien aankomen. Het toeris
me was beduidend geringer. Het aantal
Engelschen dat Europa bezocht, was af
genomen en de Amerikanen waren heele-
maal sporadisch, terwijl het aantal vluchte
lingen in verhouding ook zeer gering is.
Ook het normale reizigersvervoer heeft om
voor de hand liggende redenen niet veel om
het lijf. De vervoerseisch is nu dus van veel
geringer beteekenis dan in 1914 en
DE KAS STAAT ER SLECHTER
VOOR
De „Zeeland" heeft pas enkele maanden
geleden nieuwe mailschepen in de vaart ge
bracht, die millioénen hebben gekost. Op
zichzelf is dit een gelukkig feit, want nu
zou nieuwbouw aanmerkelijk duurder zijn
(voor zoover de materiaal-scbaarschte hem
niet heelemaal onmogelijk zou maken) en
de oorlog duurt toch ook niet eeuwig. Als
de vrede gesloten is, kan de „Zeeland"
direct weer gaan varen met haar prachtige
nieuwe materiaal. Wat dit betreft staat
nien er dus heel wat gunstiger voor dan in
1918 toen de oorlog vier mailschepen had
doen verloren gaan.
Maar intusschen is in de mailschepen een
groot kapitaal vastgelegd en de beschik
bare kasmiddelen zijn dus vrij gering. Dat
is geen bezwaar in een bedrijf dat winst
oplevert. Maar het is een onoverkomelijk
struikelblok, wanneer er bij iedere reis veel
geld toegelegd moet worden. En dat is nu
bet geval.
m
Toen de internationale verhoudingen zich
g^gen toespitsen (om het precies te zeg
gen sinds 1 Juli 1939) werd door herver
zekering bij- de regeering een molestverze-
kering in het leven geroepen en toen de
De resultaten zijn nog heneden d-s
toch al lage verwachtingen gebleven.
De „Oranje Nassau" vertrok vorige
week Donderdag met 25 passagiers en
100 ton ladingen het schip kwam
Zaterdag met 27 passagiers en zonder
lading terug.
Dinsdag had men 100 ton lading en
58 passagiers.
In normale omstandigheden rekent
men in dezen tijd van het jaar op 250
passagiers
MEN KAN ZOO NIET DOORGAAN.
De conclusie ligt voor de hand varen
onder deze omstandigheden kost handen
vol geld. Wil men de „Zeeland" zoolang
het gaat op de been houden om straks
weer normaal te kunnen varen, dan moet
de dienst nu worden gestaaktwant die
verslindt geld om de hierboven genoemde
redenen. Bovendien is heel het organisatie
apparaat berekend op een dagelijkschen
dienst in beide richtingen en dus te om
vangrijk voor een dienst die slechts drie
keer per 14 dagen wordt uitgevoerd.
Zet de „Zeeland" de vaart geheel
stop, dan kan men het nog een jaar
bolwerken. Want men moet 5 schepen
onderhouden en verzekeren, evenals de
gebouwen en het hiervoor benoodigde
personeel salarieeren. Bovendien móet
men een personeel-kern in dienst hou
den om het bedrijf niet geheel te ver
nietigen en na den oorlog den dienst te
kunnen hervatten deze kern moet dus
op wachtgeld worden gesteld.
Dit alles kost zooveel, dat men het
hoogstens een jaar zal kunnen uitzin
gen.
En wil men doorgaan met zoolang
mogelijk varen, dan is het bedrijf on
der de omstandigheden van het oogen-
blik, zelfs in een maand of vjjf finan
cieel onmachtig om ook nog maar iets
te kunnen doen.
EEN BEROEP OP DE REGEERING.
De directie heeft niet onmiddellijk de
eigenlijk onvermijdelijke conclusie willen
trekken, maar heeft de regeering dringend
om financieelen steun verzocht, in dier
voege, dat men met inachtneming van de
noodige zuinigheid, den huidigen dienst
(drie maal in de veertien dagen in beide
richtingen) zonder verlies voor de maat
schappij kan blijven onderhouden.
Zij kon dit vrijmoedig doen, aange
zien het hier geen noodlijdend bedrijf
betreft, maar een bedrijf dat rendeert,
z\jn kosten en afschrijvingen verdient
en zelfs winst maaktd.w.z. in nor
male omstandigheden.
De „Zeeland" stond er nog nooit zoo
goed voor als tot enkele weken geleden
het geval was en het bedrijf is door en
door gezond
Men heeft pas enkele maanden geleden
in verband met de in dienst stelling der
nieuwe motorschepen een personeel-reor-
ganisatie ingevoerd. Het exploitatiecijfer
der motorschepen is beduidend gunstiger
dan dat der oude stoomschepen, zoodat
aanmerkelijk betere finaneieele resultaten
verkregen werden. Kortom, in de leiding
zei men tevreden tot elkaar nu zijn we
eindelijk' boven Jan. En toenbrak de
oorlog uit en kwam in één slag een einde
aan heb vervoer dat de bestaansbasis voor
de „Zeeland" vormt.
De Regeering heeft nog niet beslist.
Hiervan hangt dus alles af. Daarnaast
heeft men den directeur-generaal van
P.T.T. om geldelijke medewerking gevraagd
om een bescheiden dienst te kunnen onder
houden. Met het oog op het postvervoer,
heeft P.T.T. hier zelf groot belang bij.
In afwachting van deze beslissingen
wordt de dienst voortgezet. De geruchten,
dat niet meer wordt gevaren, zijn dus on
juist.
HET BESTAAN VAN 240 GEZIN
NEN OP HET SPEL.
Het tijdelijk of voorgoed van het too-
neel verdwijnen van de „Zeeland" zou niet
alleen voor Vlissingen, maar voor geheel
de provincie Zeeland en voor de talrijke
bedrijven die leveranties aan deze scheep
vaartmaatschappij dop- -een zeer zware
slag be teekenen.
Na een vergadering met commissaris
sen op Zaterdag j.l., heeft de directie in
de afgeloopen dagen het personeel van
den stand van zaken op de hoogte ge
steld. Maandagmorgen het kantoorperso
neel Maandagmiddag aan boord de op
varenden van de „Oranje Nassau" die ge
reed lag voor vertrek en Dinsdag de
overigen.
Men heeft bij de „Zeeland" met het per
soneel altijd een soepel contact gekend,
beschouwt het bedrijf zoo,'n beetje als een
gezinsverband. Daarom hadden de men
schen er naar het oordeel der directie
recht op, te weten hoe de zaken er voor
staan. Dan kwam er tenminste een eind
aan de spanning waarin men verkeerde
omdat men wel begreep dat er iets zeer
onaangenaams moest gebeuren.
De heer Bron heeft het talrijke perso
neel op deze bijeenkomsten gezegd, dat
men zich op het ergste voor de naaste
toekomst moet voorbereiden. Natuurlijk
heeft dit diepen indruk gemaakt en vindt
men dit vooruitzicht ellendigmaar men
heeft het gelaten aanvaard, omdat men
begrijpt dat het onvermijdelijk is en dat
een andere oplossing niet kan worden ge
vonden.
IN IEDER GEVAL ZULLEN
ONTSLAGEN MOETEN WOR
DEN GEGEVEN.
Ook als de regeering, naar men hoopt,
financieelen steun biedt, zullen menschen
ontslagen m/aeten worden. Want heel het
apparaat is gebaseerd op een d a g-
dienst en dus te omvangrijk voor de
eischen van het oogenblik. Op velerlei ge
bied zal men dus, om zoo zuinig mogelijk
te werken, moeten inkrimpen, zoowel op
organisatorisch gebied als op dat van de
pe.rsoneel-bezetting. Verschillende ontsla
gen worden onvermijdelijk geacht, ook als
de regeering bijspringt. Men is thans met
de regeling hiervan, doende.
Vooir het varende personeel wil men de
oplossing zoeken in een rouleeringssys-
teem, waarbij alle menschen in dienst blij
ven, doch afwisselend een maand dienst
doen. In de maand dat zij thuis zijn, zul
len de menschen geen loon ontvangen.
Daar staat tegenover dat zij in de vaar-
maand een koogere gage uitbetaald krij
gen de verhooging bedraagt nu reeds
25 en zal dezer dagen nog belangrijk
stijgen. Op deze manier hoopt men zoo
weinig mogelijk slachtoffers te maken en
het bedrijf intact te houden voor het
moment dat men in vrediger omstandig
heden den dienst kan hervatten. En de
directie gelooft, dat het ook voor het per
soneel beter zal zijn op deze wijze het
contact met het bedrijf te behouden en
ongeveer de helft van het gebruikelijke
salaris te ontvangen, dan te worden ont
slagen en voor een niet onbelangrijk deel
op de steunverleening te worden aange
wezen.
Het was aan den heer Bron duidelijk te
bemerken, hoe ellendig hij het vindt, zul
ke besluiten te moeten nemen. Maar het
kan niet anders.
DE REGEERING MOET HELPEN.
Tot zoover de mededeelingen zooals die
kunnen worden samengevat uit de mede
deelingen die de „Zeeland"-directie ons
MAART 1939.
Een hoogtijdag in de geschiedenis van de „Zeeland". Onder gejuich en gejubel
van duizenden loopt een der nieuwe mailschepen van stapel
Toenvreugde en blijmoedig optimisme.
Nu i de nieuwe vloot ligt stil en groot is de zorg voor hetgeen de naaste
toekomst zal brengen.
§cl»eMrlew»s»ew
nan Jew
Sombere vooruitzichten voor de Stoom*
vaart Maatschappij „Zeeland".
(Pag. 1, eerste blad}
Warschau is wederom hevig gebom
bardeerd. XPag. 2, eerste blad}
Weinig nieuws van bet Westeljjk front.
(Pag. 2, eerste blad}
Nadere berichten over opstandige be*
weging in Bohemen en Moravië.
(Pag. 2, eerste blad}
ZIE VERDER EVENTUEEL
LAATSTE BERICHTEN
deed. Wij willen hier nog aan toevoegen
dat de regeering o.i. ook een moreele
plicht heeft, de „Zeeland" in deze benar
de omstandigheden bij te staan. Het is ons
uit andere bron bekend, dat de „Zeeland"
een tijd geleden gepoogd heeft, het bedrijf
naar Hoek van Holland te verplaatsen. De
regeering heeft geweigerd hiervoor toe
stemming te verleenen. Wij onderschrijven
volledig, dat er gewichtige redenen van
landsbelang zijn (niet geschikt om hier
publiekelijk nader in te treden), die het
behoud van een Nederlandschen Kanaal
dagdienst van Vlissingen uit, noodzakelijk
maken. Maar de lasten hiervan, dienen
niet alleen op de maatschappij te druk
ken
Het is een feit, dat men in de moeilijke
omstandigheden van het oogenblik, voor-
deeliger van den Hoek zcu kunnen varen,-
In normale tijden heeft de Zeeland een
belangrijke voorsprong. Deze snel-dag-
dienst neemt bederfelijke goederen mee,
op een dusdanig tijdstip dat zij in Enge
land nog op de markten kunnen worden
afgeleverd en dat is voor het hetere
goederenvervoer buitengewoon belangrijk
en aantrekkelijk. Maar nu is er geensnel-
dienst meer en moeten alle lijnen 's mor
gens vertrekken. De Zeeland ondervindt
hiervan thans op gevoelige wijze de na*
deelige gevolgen.
Er zijn dus tal van klemmende redenen,
waarom de regeering dit belangrijke
scheepvaartbedrijf dient bij te staan. Om
redenen van landsbelang, om zakelijke èn
om moreele redenen. En in de 240 gezin
nen der rechtstreeks hierbij betrokkenen
ziet men met groote spanning naar de.
komende beslissing uit
NAAR EEN 4 MOGENDHEDEN-PACT
TUSSCHEN DUITSCHLAND,
RUSLAND, ITALIË EN JAPAN?
Dagbladcorrespondenten melden, volgens
Reuter uit Berljjn, dat Japansche, Sovjet-
Russische en Italiaansche hooge autori
teiten veelvuldig bezoeken brengen aan
het Duitsche ministerie van buitenland-
sche zaken en het ministerie van oorlog.
De correspondenten concludeeren hieruit
de mogelijkheid van een pact tusschen
Rusland, Duitschland, Italië en Japan.
Wat men het meest vreest, is, dat een
dergelijk pact ertoe zal leiden, dat de
Vereenigde Staten aan de zijde der demo
cratieën den oorlog ingaan.
De correspondent van „National Tiden-
de" meldt, dat Duitschland en Sovjet-
Rusland reeds zouden zijn overeengeko
men een autoweg aan te leggen tusschen
Berlijn en Moskou.
Het agentschap Elta deelt mede, dat het
gemachtigd is de bewering tegen te spre
ken, dat de Sovjet-Russische vloot de Est-
landsche havens zou hebben geblokkeerd!
De volkscommissaris voor buitenlandsche
zaken, Molotov, heeft den Estlandschen ge
zant te Moskou doen weten, dat de Russi
sche vloot de achtervolging van de uit
Tallinn ontsnapte Poolsche duikboot „Or
zel" in den Finschen bocht zal beginnen. De
Estlandsche vloot is reeds begonnen met
een energieke achtervolging.
Uit Kopenhagen wordt gemeld dat drie
Russische slagschepen, zes kruisers, 50
duikbooten en een groot aantal vliegtui
gen uit de vlootbasis Kronstadt zijn ver
trokken, naar Reuter zegt, blijkbaar met
het diael de Poolsche duikboot „Orzel" te
zoeken.
De „Orzel" heeft volgens den correspon-
ujnt van de „Berlingske Tidende" te
Stockholm, die deze inlichting geeft, vooi*
drie maanden proviand aan boord,