VJf ssingscfie Courant Breskensche Courant MEMEL AAN DUITSCHLAND AFGESTAAN Hartelijke ontvangst van President Lebrun te Londen S v» F™" m EERSTE BLAD Dagblad voor Zeeland, waarin opgenomen de 77ste JAARGANG NUMMER 69 WOENSDAG 22 MAART 1939 Abonnementsprijs: 17 ct. per week of ƒ2.20 per kwartaal. Franco per post 2.50. Afzonderlijke nummers 5 ct. Voor het buitenland neme men een abonnement op het postkantoor zijner gemeente. Advertentieprijs: Van 15 regels ƒ1.25, iedere regel meer 25 cent. Bij abonnement speciale prijs. Kleine advertenties van 15 regels "0 cent, iedere regel meer 10 cent (max. 10 regels). Derde plaatsing gratis. Vooruitbetaling. Uitgave: Firma F. VAN DE VELDE Jr., Bureaux Walstr. 58-60, Tel. 10 (2 lijnen), Giro No.66287. Eigen kantoren te: Breskens, Dorpstraat, Tel.21; Oost- en West-Souburg, Kanaalstraat 45, TeL 35. JANGESLOTEN BIJ HET BUREAU VOOR PUBLICITEITSWAARDE, INGESTELD DOOR DE VEREENIGING „DE NEDERLANDSCHE DAGBLADPERS" Na een „verzoek", dat practlsch een ultimatum was. jj den nacht van Dinsdag op Woensdag lalt te regeering van Libauen, volgens het ÖÜB. de volgende verklaring gepubli- m de minister van buitenlandsche jiiftUrbsys, op 21 Maart te Kaunas was gekeerd, heeft" hij in den ministerraad, van 14 tot 19 uur vergaderde, ver sla? uitgebracht van het resultaat van de iespreking.en, welke hij heeft gevoerd met te minister van buitenlandsche zaken van Duitschland,Von Ribbentrop. Hieruit bleek, dat de Duitsche minister ns buitenlandsche zaken uit naam van de Ddtsehe regeering aan de rsgeering van MMien voorgesteld heeft het Memelgebied ja Duitschland terug te geven. Hij noem- j{ dit de eenig doeltreffende oplossing, jdke den vrede kon dienen en voegde ïitraan toe, dat indien dit teruggeven tot sad kwam langs den weg van vrije over stemming, Duitschland op zeer groote thai rekening zal houden met de econo- hsche belangen van Litauen in de haven rj Memel. Minister Von Ribbentrop merkte verder p. dat deze regeling ook in overeenstem- ag is met den duidelijk kenbaar gemaak te wensch van de bevolking van Memel, (ok wees hij er op, dat deze oplossing zeer ëenstig zou zijn voor de goede betrekkin- te tusschen beide landen in de toekomst li herinnerde hij aan den bekenden eisch de geheele Memelduitsche bevolking tot het rijk terug; te keeren. De stemming ia het Memelgebied is dusdanig, dat de re- geering van het vraagstuk op den door Duitschland voorgestelden grondslag, drin- noodzakelijk is, teneinde botsingen te voorkomen. Nadat de minister zjjn verslag had be ëindigd, heeft de ministerraad den toestand breedvoerig besproken. Nog vandaag zal de minister van buiten landsche zaken in de Sejm, in de geheime zitting verslag uitbrengen. Woensdag zal ,een Litausche delegatie naar Berlijn vertrekken om de overdracht van het gebied te regelen. Stelde Duitschland een ultimatum? Volgens Havas-berichten betreffende de besprekingen te Berlijn, zou een Duitsche nota de ontruiming van het Memelgebied binnen een termijn van vijf dagen hebben geëischt. In geval van tegenstand van Li- tauschen kant, zouden de Duitsche troepen, die aan de grens geconcentreerd waren, op- marcheeren zonder te waarborgen, dat hun opmarsch zou worden gestaakt. Te Berlyn wordt echter tegengesproken, dat aan Litauen een ultimatum of nota met betrekking tot de Memelkwestie zou zijn gericht. Daarentegen heeft Gailius, de Litausche gouverneur van Memel, gisteravond beves tigd, dat Duitschland aan Litauen prac tlsch een ultimatum heeft gesteld, waarin heb afstand van het Memelgebied aan Duitschland eischte. Den geheelen dag vertrokken gisteren Joden en Litauers in paniek. Bijna alle Joden waren tegen den avond vertrokken. Het spoorwegstation van Memel was gis- steravond vol vluchtelingen, die trachtten een plaatsje te vinden in de treinen. Alle beschikbare auto's zijn gehuurd door Joden en Litauers, die weg willen. Vanochtend hebben de Duitschers de ha ven, het post- en telegraafkantoor en de regeeringsbureaux -bezet. Vanavond zal de leider der Memelduitschers, Neumann, een parade afnemen. Een officieele overdracht is niet ge schied, theoretisch iis dit te acht uur he denochtend geschied. VROEGTIJDIG FRANSCH BEZOEK OP HET WEST-VLAAMSCHE BADSTRAND. Een „vochtig" verhaaltje. De Lente is in het land gekomen. Gis teren is zij althans volgens den kalender begonnen. Maar op hoe geheel andere wijze dan volgens den dichter altijd het geval was. Het was nu geen „schoone, lieve lente", geen festijn van zonneschijn, doch de storm woei langs onze kusten en regen, hagel en sneeuw joegen om beurten over het land. En in dit weer smaakten wij het genoegen op pad te kunnen gaan. Het doel was Nieuwe Sluis. Daar was reeds Fransch bezoek op het strand. Doch het gold hier een ongewone gast, n.l. het Fran- sche stoomschip „Fort de Souville", dat zooals gemeld, in den nacht van Maandag op Dinsdag aan den grond was geloopen- Het was slecht weer op het water. De „Koningin Wilhelmina" van den provincia len stoombootdienst, die ons naar „d'over- kant" moest brengen, ging aardig te keer. Onophoudelijk stak zij haar neus in de hooge golven, zoodat herhaaldelijk flinke zeetjes over het dek spoelden. Degenen die niet met een vervelend gevoel in de maag te kampen hadden, konden echter volop genieten van het prachtige gezicht dat de Schelde opleverde. Op de deinende, donkere golven met witte koppen lagen talrijke zeeschepen die beter weer afwachtten voor anker. Boven het water hingen de inkt zwarte wolken waaruit herhaaldelijk zwa re hagel- en regenbuien neerdaalden die het gezicht op de beide kusten geheel ont namen. Een kleine tien minuten te laat werd tenslotte veilig de haven van Bres kens bereikt. Ook hier ondervond men den noodigen last van het hoog opgestuwde water. De kaden en steigers waren geheel ondergeloopen, zoodat het onmogelijk was de .schepen te bereiken. Op enkele plaatsen stond het water zelfs.tot aan de langs de haven gelegen pakhuizen. Een typische aanblik, die schepen gemeerd te zien lig gen aan de onzichtbare steigers en. kade muren. Onder een cocktail van hagel, sneeuw en regen gingen wij op ons doel af. De toch al niet fraaie wegen in Zeeuwsch- Vlaanderen waren thans vrijwel onbegaan baar. De passeerende auto's deden ware modderfonteinen ontstaan. Zoo bereikten wij de kustwacht te Nieuwe Sluis. De „Fort de Souville" bleek echter nog een flink eind verder te liggen. In de verte ontwaarden wij reeds de contouren van het gestrande schip dat nijdige rookwolken uitstiet, terwijl de sleepbooten „Goliath" en „Max" enkele honderden meters uit den wal lustig op de golven dobberden. Op eenigen afstand van de kustwachterswoning lag de vernielde gasboei no. 3 tegen de palen als een stille getuige, van hetgeen zich 's nachts met het Fransche stoomschip had afgespeeld. De lamp, die ook vernield werd, was reeds veilig geborgen. Toen wij op de plaats aankwamen waar het schip aan den grond geloopen was, bleek ons dat de po sitie van de „cognacboot", zooals het schip algemeen wordt genoemd, er niet beter op geworden was. Het schip dat eerst met den achtersteven naar den wal en met den kop in het paalhoofd en in Noordelijke richting had gelegen, was nog ongeveer 40 M. ver der naar den wal gekomen, terwijl de voor steven thans naar het Westen gericht lag. Bij hoog water was het schip slechts op 60 M. van de kust verwijderd. Rond twee uur was het hoog water, doch men is er niet in geslaagd een verbinding tot stand te brengen met de sleepbooten. Toen het water ging vallen is daarom de sleepboot „Argus" die ook ter assistentie was uitgevaren, naar Vlissingen terugge keerd. Gisteravond zou deze sleeper weer derwaarts vertrekken. Rond drie uur kwam ook de „Vuicain" uit Antwerpen in zicht, even later gevolgd door een visschers- vaartuig uit Breskens, dat zou trachten een lijn over te brengen. Waarschijnlijk zag men dat pogingen om het schip vlot te trekken bij het vallende water niet veel succes zouden hebben, want spoedig keerde het vissehersvaartuig weer naar Breskens terug. Op den dijk heerschte er een tamelijke drukte. Hier en daar stonden de mannen uit den omtrek in groepjes samengeschoold, het gebeurde bepratend en ieder op zijn wijze een meening gevend over het mogelijke vlotsleepen. Er werd zelfs gemompeld dat het schip al vlot had kunnen zjjn wanneer het de sleepboothulp niet had geweigerd. Den lezers kunnen wjj wel mededeelen dat dit gerucht niet juist is. Direct na het vast- loopen des nachts heeft het schip sleep- bootassistentie gevraagd. Het was echter door de zware zee totaal onmogelijk het schip te naderen, zoowel niet met groote als met kleine sleepbooten. Langzaam vorderde de tijd en de menschen wisten van geen wijken. Kwam er een regen- of sneeuwbui dan zocht men even beschutting achter het kustlicht en daarna maar weer kijken naar het schip dat temidden van de bran ding op het strand lag. Af en toe sloegen de zware goiven tegen de scheepshuid te pletter en joegen als een watergordijn over het dek. Enkele arbeiders waren intusschen druk bezig om de vele palen uit het hoofd, die als een lucifertje waren afgeknakt, te bergen en op den dijk te sjouwen. Toen wij tegen vijven vandaar vertrokken, natuurlijk weer onder een gietbui was het al een respectabel rijtje geworden De kosten voor de herstelling van het hoofd zullen dan ook wed niet mis zijn. Zooals wij later vernamen lag het schip omstreeks zes uur geheel droog zoodat men er rond kon wandelen. Vannacht zouden wederom pogingen worden ondernomen om het schip los te trekken. Hiertoe waren nog enkele sleepbooten uit Antwerpen gerequi- reerd. In den afgeloopen nacht bij vloedtij heb ben sleepbooten tevergeefs getracht het gestrande stoomschip „Fort de Souville" vlot te sleepen. Wel bleek, dat men het schip in een eenigszins gunstiger positie heeft kunnen verplaatsen. De kans is groot dat vanmiddag, met hoog water, het schip vlot gesleept kan worden, omdat dan de wind van Noord-Noord-Oost tot Zuid- West omgeloopen zal zijn en er daardoor minder deining aan de kust is. Er zullen vanmiddag acht sterke sleepbooten aanwe zig zijn om het schip vlot te sleepen. Het polderbestuur heeft wegens toege brachte schade aan paalhoofden en oever- verdedigingswerken van de reederij van het Fransche schip een borgstelling van twintigduizend gulden geëischt. De president der Fransche republiek, lebrun, is gistermiddag te 12-55 uur te "m aangekomen. De Britsche oorlogs kepen op de reede van Dover losten de (imikeljjke saluutschoten. Dl president en zijn gezelschap werden Ifpoet door den hertog van Gloucester en ^toegejuicht door duizenden belang- itöfeien, luw specialen trein vertrokken Lebrun, rtog van Gloucester, en hun gevolg Londen, waar zij te 15 uur aan het Hdorlastatlon aankwamen. De gasten ftrden verwelkomd door den koning en de taingin van Engeland. Een groot aantal hoogwaardigheidsbe kleders, o.m. Chamberlain, Halifax, de toni Mayor van Londen, Gort, de opperbe- 'ilhebber van het leger, admiraal Baclt- tóuse, sir Cyrii Newall, sir Eric Phipps en Ited Crewe, waren ter begroeting aanwe- Toen president Lebrun uit den trein stapte, begaf koning George zich naar vo- rcn ora hem te begroeten. President Lebrun naakte een buiging voor de koningin en kaar de hand. De koning begroette Tervolgens mevrouw Lebrun. Nadat president en mevrouw Lebrun andere leden der koninklijke familie de Jand hadden gedrukt, stelden de koning en e to®ingin de bezoekers voor aan het ge selschap, dat op het perron stond opge steld. Hierna verlieten de koning en president nm Het station. Zij stapten in een ge- 'ecdataand rijtuig, gevolgd door de herto- B® van Kent en Gloucester. Mevrouw hui, de koningin en de beide hertogin- hapten in het tweede rijtuig- Een dich- Menigte stond langs den weg naar dflgham Palace geschaard, waar de ögen half vier arriveerde. Bh i!n de ^ulgen den ingang van Ska-m Palace binnenreden, riep de j menigte „Wij willen den koning o willen den president zien", resident en mevrouw Lebrun versche- met den koning, de koningin en de a kTlizabeth en Margeret Rose am opn v 1 °P het balcon, waar zij drie en «n halve minuut bleven. Mevrrfr6Sident der ^ranscbe republiek en lhk rwW JLebrun zÜn buitengewoon harte- cen rv F k^ndensche bevolking ontvan- tiei v£,„vi CIiaP' welke de beide na was zon 6n' gejuich der menigte overweldigend, dat het muziek corps, dat de Marseillaise speelde, er door werd overstemd. Een uur na hun aankomst hebben de heer en mevrouw Lebrun zich per auto naar Marlborough House, de residentie van koningin Mary, begeven. Met moeite kon de auto door de drukte heenkomen. Dui zenden juichten den president toe. Zij rie pen „Leve Frankrijk". Later heeft de president een bezoek ge bracht aan de nieuwe gebouwen van het Institut Frangais, dat geopend werd met een toespraak van de princess Royal. Na het vertrek van 's konings zuster had een ontvangst plaats, in den loop waar van verscheidene leden van de Fransche kolonie aan Lebrun werden voorgesteld. Om half tien vertrok Lebrun met zijn ge volg onder de toejuichingen van de menigte om naar het Buckingham Palace terug te keeren. Koning George met president Lebrun op den toch' van Victoria Station naar het Buckingham Palace. De intocht van President Lebrun te Londen. Een duizend koppige menigte wacht achter de stram in de houding staande sol daten, tenvyl de kleurrijke stoet met de koninklijke familie en de hooge gasten zich naar Buckingham Palace begeven. Dit nummer bestaat uit 2 bladen QeLewrlienisseii «inn Jew <8g*g| Memel aan Duitschland afgestaan. (Pag. 1, eerste blad) De Fransche president Lebrun brengt een bezoek aan Engeland. (Pag. 1, eerste blad) Japansch offensief in China. (Buitenland) De regeering heeft afgezien van de stichting van een vluchtelingenkamp te Elspeet. (Binnenland) ZEE VERDER EVENTUEEL LAATSTE BERICHTEN. Officieel banket. In de groote balzaal hebben daar de ko ning en de koningin 'n officieel banket aan geboden aan den Franschen president. Lebrun en zijn echtgenoote. Er zaten 195 gasten aan, onder wie o.m. koningin Mary en bijna alle andere leden der koninklijke familie. Voorts waren aanwezig Chamber lain, Halifax, en de andere leden van het Kabinet, vele ambassadeurs, de aartsbis schop van Canterbury. De spijzen werden opgediend op beroemde gouden schalen en ook de overige tafelstukken en het porce- lein waren van onschatbare waarde. De koning was gekleed in admiraalsuni form. Hij sprak een toast uit op de gezond heid van den Franschen president. De koning eindigde zijn toespraak als volgt„Wij zjjn ons ten volle bewust van de moeilijkheden, die voor ons liggen, doch ik ben er van overtuigd, dat wij beiden met geloof en hoop de toekomst mogen tegemoet zien, in het bewustzijn van onze kracht en van die onsterfelijke geestelijke kwalitei ten, die onze volken onderscheiden en die zich vooral in de ure des gevaars openba ren". In zijn antwoord zei Lebrun ojh. er zeker van te zijn dat het gezamenlijk stre ven der Britsche en Fransche staatslieden ertoe zal bijdragen, dat de wereld de on rustige periode, welke rij doormaakt, te boven komt.

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1939 | | pagina 1