ïljssinpche Courant tweede blad gemeentebestuur binnenland Met de 3 Dampo producten bestrijdt U alle verkoudheden MARINE EN LEGER jec0 15' van de van Donderdag 9 Maart i939. Nummer58 "'—T' VERZOEK BOUWEN VAN EEN SCHOORSTEEN HOOGER DAN 20 METER. Burgemeester en Wethouders van Vlis singen Gezien artikel 27, 10e lid der Bouwver ordening, der gemeente Vlissingen brengen ter openbare kennis dat bij hun college is ingekomen een ver zoek van J. Visser, alhier, waarbij vergun ning wordt gevraagd tot het bouwen van een schoorsteen, welke een hoogte zal ver krijgen van 21 meter, op het perceel Gla- cisstraat no. 163 dat slechts aan dat verzoek zal kunnen worden voldaan, indien door den Raad dezer gemeente ontheffing zal worden verleend van artikel 27, 9e lid dier verordening, het welk bepaalt, dat de hoogte niet meer dan 20 meter mag bedragen dat dit verzoek gedurende twee weken van heden af ter gemeente-secretarie (ka mer no. 4, 2e afdeeling) voor een ieder ter inzage is nedergelegd. Vlissingen, 9 Maart 1939. Burg. en Weth. voornoemd, W. P. EDELMAN, L.B. De Secretaris, F. BISSCHOP. het bezoek van minister steenberghe aan leipzig. Ter-eere van den Nederlandschen Minis ter van Economische Zaken, Steenfcerghe, die gisteren voor een bezoek, dat twee da gen duren zal, in Leipzig is aangekomen, heeft de Nederlandsche gezant, jhr. mr. a. M. van Haersma de With, een receptie ge houden, waar de Minister een toespraak hield. De Minister wees daarbij op de groo- te beteekenis van de Leipziger Messe voor de bevordering der goede betrekkingen tusschen Nederland en Duitschland. De vice-president van het Messeamt, Fichter, wees op den grooten goederenruil tusschen de beide landen. Duitschland, zoo zei hij, heeft in 1938 15 van den geheelen uit voer van Nederland opgenomen. De Voor- jaarsmesse van 1938 werd door 2600 Ne derlandsche zakenlieden bezocht. rljtïjdenbe sluit in mei in werking. In de memorie van antwoord aan de Eer ste Kamer nopens het wetsontwerp tot vaststelling van de begrooting van het de partement van waterstaat voor 1939, zegt de Minister van Waterstaat dat het rijtij denbesluit dezer dagen zal worden afge kondigd. Zonder hiermede op de beslissing te dezer zake te willen vooruitloopen, wil de Minister in dit verband toch wel mede- deelen, dat hij de inwerkingtreding om streeks Mei van dit jaar verwacht. VOETBALWEDSTRIJD BELGIË— NEDERLAND. De grensformaliteiten. De A.N.W.B. meldt, van het Belgisch mi nisterie van financiën bericht te hebben ontvangen, dat met het oog op den voet balwedstrijd BelgiëNederland op 19 Maart a.s. het personeel van de douane kantoren te Wuestwezel en Putte-Stabroek versterkt zal worden en dat laatstgenoemd kantoor op 18 en 19 Maart a.s. tot midder nacht geopend zal blijven, dat te Wuestwe- Dampo-verxoudheids-balsem, Pot 50, Doos 30 ct. Dampo-hoestbonbons, Doos 25 ct. Dampo-neusdruppels, Flacon met druppelspuitje tO ct zei is steeds dag en nacht open. Op verzoek van den A.N.W.B. zullen be zitters van autocars vrijgesteld zijn van het overleggen van een lijst met namen der inzittenden, terwijl automobilisten en mo torrijders zich te voren bij den A.N.W.B. kunnen voorzien 'van een fiche, waarop verschillende gegevens kunnen worden in gevuld, hetgeen dient ter bespoediging van de vervulling der grensformaliteiten. Wie geen pas, bewijs van Nederlanderschap of toeristenkaart bezit zal kunnen volstaan met een zgn. voetbalpasje. CENTRAAL VLUCHTELINGENKAMP TE ELSPEET? Joodsche vluchtelingen en hun gezinnen zouden hier worden ondergebracht. Vrijdagmiddag a.s. zal de gemeenteraad van Ermelo in een spoedeischende verga dering bijeenkomen, ter behandeling van een voorstel tot uitgifte in erfpacht van honderd h.a. heide te Elspeet aan den Staat der Nederlanden voor de vestiging van een centraal kamp voor Joodsche vluchtelingen. Naar wij vernemen heeft Minister van Boeyen bij zijn bezoek van Vrijdag jl. aan Ermelo zijn keuze op dit terrein laten val len. Het is de bedoeling, dat ook vrouwen en kinderen van Joodsche uitgewekenen in dit kamp worden ondergebracht. Het kamp zou in totaal tusschen de 2500 en 3000 per sonen kunnen bevatten. Geleidelijk hoopt men dan tot de ophef fing van de andere vluchtelingenkampen over te gaan: DE JUSTITEEBEGROOTENG IN DE EERSTE KAMER AAN DE ORDE. Woensdagmiddag heeft de Eerste Kaber een aanvang gemaakt met de justitiebe groting voor 1939. Hierbij stonden in het brandpunt der belangstelling 's ministers beleid ten aanzien van de wilde bussen, de bestrijding van excessieve uitingen en extremistische stroomingen en het vluchte lingenvraagstuk. Het verzoek van den voor zitter, om de kwestie-Oss niet te bespreken alvorens de Tweede Kamer zich zal hebben uitgesproken over de nota van den minis ter van justitie, had tot gevolg, dat deze kwestie slechts terloops ter sprake kwam. Ten aanzien van zijn beleid inzake de wilde bussen ontmoette de minister critiek van de zijde van den heer Kranenburg (v.d.). De heer In 't Veld (s.d.) meende, dat men de moeilijkheden met het regle ment autovervoer personen eerder had kun nen voorzien, zoodat het noodwetje op een gunstiger tijdstip had kunnen komen. De heer Michiels van Kessnich (r.k.) echter verdedigde 's ministers beleid in deze. Vol gens deze spreker had de minister niet an ders kunnen handelen dan hij deed. Bgna alle sprekers hielden zich bezig met het vluchtelingenvraagstuk. De heer Vorrink (s.d-) erkende de groote moeilijk heden, waarvoor de regeering zich ge plaatst zag. Hij drong er op aan, het on derscheid tusschen legale en illegale vluch telingen te doen vervallen en de transmi gratiebepalingen soepeler toe te passen. De heer Van Vessem (n.s.b.) bepleitte het door de N.S.B. voorgestane Joodsch nationaal tehuis in Guyana. Het liberale lid de heer Van Rappard was van meening, dat bij het toelaten van vluchtelingen de uiterste voor zichtigheid in acht dient te worden geno men. Algemeen drong men aan op maatrege len tegen extremistische stroomingen en onbetamelijke uitlatingen in pers en verga deringen. De heer Van Rappard was van oordeel, dat vele van deze uitingen onder de strafwet vallen en dus vervolgd moeten worden, terwijl de heer Kranenburg meen de, dat in de meeste gevallen de strafwet niet toepasselijk is. Hij achtte een oplossing zeer goed mogelijk zonder aantasting van de grondslagen der democratie door spe ciale bepalingen. Daarentegen stond de heer In 't Veld huiverig tegenover verscher ping der strafbepalingen. De minister zou vandaag de verschillen de sprekers beantwoorden. GEESTELIJKE EN MOREELE HERBEWAPENING. Oproep tot de burgerij van Rotterdam. Rotterdams burgemeester, mr. P. J. Oud, heeft naar aanleiding van de radiorede van 27 Januari jl. over moreele en geestelijke herbewapening, uitgesproken door H.M. de Koningin, het initiatief genomen tot het beramen van middelen, waardoor 1 ït vraagstuk der werkloosheid te Rotterdam, méér nog dan anders, in het brandpunt der algemeene belangstelling komt te staan. De burgemeester heeft daartoe, met me dewerking van de reeds bestaande com missie van samenwerking voor bijzondere nooden in de gemeente Rotterdam, een plan ontworpen, dat in hoofdzaak den vorm van een enquête heeft welke Vrijdag zal worden aangevangen. Dan zullen in groote hoeveelheden twee soorten brieven verzonden worden. Het grootste deel gaat na alle werkgevers in de Maasstad, wien hiermede een reeks vragen ter beantwoor ding wordt voorgelegd. In den oproep tot de burgerij van Rot terdam wordt er op aangedrongen de stichting „Commissie van samenwerking voor bijzondere nooden in de gemeente Rotterdam" te steunen ïer leniging van stoffelijken nood. Voorts wordt verzocht mede te helpen tot leniging van de werkloosheid door het verschaffen van werk. Den vakbonden zal behalve deze oproep een anderen brief worden gezonden. AFSCHAFFING VAN PERSONEELE BELASTING VOOR MOTORRIJTUIGEN IN OVERWEGING. Blijkens de Memorie van Antwoord aan de Eerste Kamer inzake de begrooting van waterstaat voor 1939, zou de regee ring bij het uitwerken van hare belasting plannen overwegen, de personeele belas ting over motorrijtuigen aanzienlijk te ver minderen of deze heffing af te schaffen met gelijktijdige invoering van een geringe verhooging van de andere belastingen, welke op het motorrijtuigenverkeer druk ken. Die overweging heeft ertoe geleid, dat in de belastingvoorstellen van den mi nister van financiën een voorstel tot af schaffing van de pers:neele belasting naai den grondslag motorrijtuigen zal worden opgenomen, waarbij voor plm. 30 pet. van de opbrengst dier belasting compensatie zal worden gezocht ih ëèn verhöoging met 12 y2 pet. van de mot or rij tuigenbel asting voor de voor personenvervoer ingerichte mic-torrrij tuigen. Hiérbij wordt er op gere kend, dat afschaffing van de personeele belasting voor motorrijtuigen een niet on belangrijke toeneming" van het aantal per sonenauto's tot gevolg zal hebben, waar door reeds een aanzienlijk gedeelte van het verlies door vermeerdering van de op brengst van andere belastingen (motorrij tuigenbelasting, benzinebelasting en in voerrechten) zal worden gedekt. De toestand van 's rijks financiën laat een vermindering van de overige lasten, welke op het metorverkeer drukken, niet toe. Het rapport van de commissie-de Vries betreffende de kosten van den weg is verschenen. Aangezien de motorrijtuigenbelasting over de jaren 1936, 1937 en 1938 respectie velijk 20.983.000, 21.923.000 en 22.996.000 heeft opgebracht, kan de ra ming voor 1939 ad 23.750.000 niet opti mistisch worden genoemd. De meening van sommige leden, dat een benzinebelasting beter en billijker zou zijn dan een belasting van de motorrijtuigen, omdat laatstgenoemde belasting ock moet worden betaald als het motorrijtuig niet of weinig gebruikt wordt, kan de minister geenszins deelen. DE BESCHAVING BEDREIGD. In een zeer druk bezochte bijeenkomst van Court „Charity" der „Ancient order of Foresters", heeft het lid der Eerste Kamer, dr. Henri Polak, gisteravond een rede ge houden over bovengenoemd onderwerp. Na een uitvoerige beschouwing, waarin dr. Henri Polak het verloop der belangrijkste wereldgebeurtenissen schetste, gaf de spr. een uiteenzetting van de steeds verder gaande aanmatiging en machtsusurpatie der totalitaire staten, waaraan door de de mocratische groote mogendheden maar al te weinig weerstand is geboden. De exces sen, die men thans beleeft, speciaal wat de schandelijke Jodenvervolgingen betreft, kunnen zelfs niet met die der duistere Middeleeuwen worden vergeleken. Toen wa ren het de, vaak verschrikkelijke, uitbars tingen van een onwetende en opgezweepte massa, thans gaat men van de zijde der overheid te werk met duivelsch vernuft, en diabolische stelselmatigheid. Dreigend verheft zich de gepantserde vuist in den vorm van een ongekend zware bewapening. De totalitaire staten streven naar gebiedsuitbreiding. Duitschland heeft zich meester gemaakt van Oostenrijk en Tsjecho-Slowakije Italië heeft Abessinië overweldigd Duitschland en Italië teza men zijn bezig zich meester te maken van Spanje. Japan dringt door in China. Duitschland eischt koloniën. In de totali taire staten zslf heerscht terreur en angst, de vruchten van het humanisme, democra tie en beschaving zijn vertrapt, van zelf bestuur is geen sprake meer en de dictator heerscht oppermachtig als gebieder, aan wien ieder slechts te gehoorzamen heeft. Van recht of rechtszekerheid is geen spra ke meer. Het is mogelijk, dat er een economische ineenstorting zal komen, die ook door som mige Engelsche staatslieden verwacht schijnt te worden, doch het kan nog lang duren eer op deze wijze aan dergelijke re gimes een einde gekomen is, dit zou ook het gevolg kunnen zijn van een oorlog, doch de verschrikkingen daarvan zullen ook niet te overzien zijn. Noodzakelijk is thans vóór alles, dat de democratische landen één front vormen, dat krachtig en energiek weerstand biedt aan de eischen en verlan gens der totalitaire staten. Hier bouwt spr. in het bijzonder zijn hoop en verwachting op de Vereenigde Staten van Amerika, die getoond hebben een werkelijke democratie te zijn. Ook in ons land, dat toch een onver brekelijk deel van het democratische geheel uitmaakt, zal men zich tot het uiterste moeten schrap zetten voor het behoud en de versterking der democratie. ENGELSCHE DEFENSIEPROBLEMEN EN ENGELSCHE INDUSTRIE. Voor het genootschap NederlandEnge land, heeft gisteravond de Britsche vice- admiraal C. V. Usborne, in tegenwoordig heid van den Engelschen gezant, van den chef van den marinestaf, vice-admiraal J. T. Furstner en van verschillende hoogere marine-officieren een voordracht gehouden over „Industrie en het probleem van de Britsche landsverdediging". Met Hr. Ms. „Gelderland" zijn de vol gende officieren uit West-Indië in Neder land teruggekeerd: luit. ter zee le kl. mr. M. W. Micuton (le officier), C. Hendrikse en id. marine-reserve S. E. Schipper id. 2e kl. A. van Es, M. C. van Hoorn, L. E. van Laer, H. M. v. d. Wall Bake en ma rine-reserve S. Hendriks gen. Jansen id. 3e kl. J. A. van Beusekom, J. C. K. Leeks- man en T. Vermeijden officier v. d. ma- rine-stoomv. dienst le kl. P. Vlam (hoofd mach.kamer) en id. 2e kl. J, H. Schuite- ma en T. Vermeijden officier v, d. ma- Kempees en officier van gezondheid 2e kl. P. J. v. Waegeningh. IEDER DIE VEEL IN HUIS ZIT! Ook ouderen hebberi- zon noódigo Hersfef 't)éf 'te,kort met JECÖVITÓL> dé beste levertraqn. Dié 'verhoogt- Uw weerstandsvermogen en Uw energie! Ên-voorkomt griep en verkoudheden **0J, flBS» S. Taaie f Te Hilversum is op 85-jarigen leeftijd overleden de heer S. Taaie, gep. hoofdoffl- cier M.S.D. 2de klasse. Jubileum Staf muziekcorps der Koninklijke Marine. Men verzoekt ons plaatsing voor het on derstaande Op den lsten April van dit jaar zal de stafmuziek der Koninklijke Marine, popu lair in geheel het land als „de Marineka- pel" bekend, het feit herdenken, dat het 75 jaar geleden opgericht werd. Resds eenigen tijd geleden werden in Den Helder, als vanouds de bakermat van het corps, de koppen bij elkaar gestoken, en het resultaat was, dat een huldigings-» comité gevormd werd. Burgemeester G* Ritmeester werd bereid gevonden het eere voorzitterschap van dit comité op zich te nemen. Doel van dit comité is gelden te verzamelen, teneinde hiervan een blijvend aandenken aan het jubilesrende corps te schenken men denkt hierbij aan een in-* strument, hetgeen door het corps meege- di'agen kan worden. Het corps heeft een uitstekenden naam in den lande en dat is geen wonder. In vrij-* wel alle grootere plaatsen trad het ver* maarde ensemble op en steeds bleek dit op-< treden een evenement te zijn. Vandaar dan ook, dat hst comité verwacht, dat de gel den niet alleen uit Den Helder, doch even eens uit alle andere deelen des lands zullen toestroomen. Op welke wijze dien lsten April door hst corps, dat in den loop van vele jaren zoo veel gedaan heeft tot het uitdragen van den naam der Nederlandsche Marine ge vierd zal worden is nog niet bekendook dit in verband met de nog in te komen gel-i den. Maar zeker is, dat het een jubileum wordt, het corps waardig. Zij, die thans in de gelegenheid gesteld worden geldelijk van hun sympathie blijk te geven, kunnen hun bijdragen storten ten name van notaris A. M. Eng-slmann in Den Helder, postgirorekening 32777, met vermel ding „Jubileum Stafmuziek", of ten name der Heldersche Courant, giro 16066, onder hetzelfde motto. TORPEDO-VOLGBOOT WERD VERLOREN GEWAAND. In veiligheid op Terschelling. Gistermiddag verkeerden de marine autoriteiten in Den Helder eenigen tijd in ongerustheid over het lot van een torpedo- volgboot, behoorende bg het inschietbedrijf van de „Schorpioen", welke vc-lgboot, ter voldoening van een opdracht Dinsdagmor gen naar Terschelling was vertrokken en vandaar Woensdagmiddag om kwart over een was vertrokken. Toen het verwachte bootje uitbleef verliet de sleepboot „Am sterdam" de haven, om naar het vermiste bootje te zoeken, waarvan men vermoedde, dat het in den geweldigen Westerstorm was vergaan. Tegen zes uur in den avond echter kreeg men te Nieuwediep bericht, dat het ver miste schip, dat op weg was naar Den Helder, wegens het slechte weer rechts omkeert had gemaakt naar Terschelling, in afwachting van kalmer weer. FEUILLETON Een tragisch geheim NAAR HET ENGELSCH 23 „Voorzichtigwaarschuwde Madge. „Dat moeten wij aan de politie geven". „Waarvoor? Moeder en ik hebben haar lang genoeg in huis gehad. Me dunkt, dat al wat zij had van ons was „Waarschijnlijk ook wel. Maar eerst moet de politie het gezien hebben. Geef het any eens". Rose liet het dingetje los en Madge pakte het stevig beet. „U durft zei het halfwijze kind. „Want het is niet van u „Hoor eens hier. Ik wil er mg niet ver der mee bemoeien, maar ik weet, dat alles, wat op deze wijze gevonden wordt, moet worden afgegeven. Ga met mij mee, dan zullen wy het naar mr. Cox brengen, of baar de politie hier wat je liever wilt. La ter zal ik den verloren tijd met werken Wel inhalen". Ze draalde even en zei toen. „Ik zal het wel brengen. Dit haalt u de moeite van de wandeling uit". „Neen, wg zullen samen gaan". „Ik zou toch eigenlijk wel gek zgn, als ik me daarvoor moe maakte Je hoeft niet je beiden een leege beurs te dragen kunt ze houden ook voor mijn part Madge antwoordde niet. Ze legde enkel haar gereedschap neer en liep met fier op- gerichten hoofde. Ze wist immers, dat ze zoo doen moest en stoorde zich niet aan Rose, die haar smalend nariep „Ik hoop, dat u een belooning zult krij gen. Sommigen verlangen altijd naar geld Ik gelukkig niet Toen Madge over de eerste ergernis van de beleediging heen was, moest ze eens in zichzelve lachen en dacht „Arm kind Ze weet niet beter Maar wat was ze nieuwsgierig, om te zien, wat er in de beurs zat Zou ze weten, dat Hanna haar huwelijkscertificaat daar be waarde? Ik ben blij, dat ik maar niet ge zegd heb, dat Helen dat al weggebracht had. Ze mocht eens denken, dat die ook al uit was op belooning HOOFDSTUK XV. Het verhoor van George Simm inzake den moord op Albert Smith en de geschie denis, die hij vertelde, wierp weer een ander licht op de heele zaak. Met dramatisch gebaar legde hij den eed af en getuigde toen voor rechter en jury, dat al wat hij te voren gezegd had, waar was, maar dat hij één feit verzwegen had hij had namelijk een schot gehoord en was gewoon doorgeloopen in de gedachte, dat er niet anders dan op vogels geschoten werd. Maar daar zag hij tusschen het kreu pelhout de dienstbode vandaan komen, Hanna, met een geweer in haar handen. Ze trachtte het in de sloot te werpen. Hij hield haar tegen en zijn horlogeketting brak daarbij afhij meende, dat een gedeelte aan het geweer was blijven haken. Hij had niet gesproken met Hanna, toen hij een man hard zag loopen, achternagezeten door den herder. Hanna zei nu „Die man heeft den boer gedood Daar is hij Hij zelf ging nu ook den moordenaar achterna, maar bedacht zich toen ineens en liep naar de plaats, waar hij den herder geknield vond bij het lijk van Albert Smith. Wie de moordenaar was, daar had hij niet het minste idee van, maar dien volgenden dag had Hanna hem de tien vijfpondsbanknoten gegeven, die aanleiding waren, dat hij zelf gevat werd. Verscheidene getuigen kwamen na hem waaronder de schaapherder, wien gevraagd werd, of George Simm ook soms ademloos was geweest van het loopen, toen hg zich bij hem voegde. Brown antwoordde in alle oprechtheid, dat hij dit niet meende. Wel was hij op dat oogenblik te zeer verdiept in Smith, om veel aandacht te schenken aan Simm, maar als die gehijgd had, of ademloos was geweest, dan zou hij het toch wel gemerkt hebben. Toen werd Rose Smith opgeroepen. Zij was zeer bleek en haar handen trilden zenuwachtig onder het beantwoorden van de haar gestelde vragen. „U herinnert zich den dag van den dood van uw vader, niet waar?" vroeg de rech ter. „Kunt u ook zeggen, of er dier ochtend iets vreemds of bgzonders aan zijn hou ding viel waar te nemen?" „Niet dat ik weet. Hij leek geheel de zelfde als altijd. Ik nam niets bijzonders in zijn houding waar". „Is hij uit huis gegaan met of zonder geweer?" „Met het geweer. Hij zei, dat hij een duif zou meebrengen voor het eten". „Hoe lang zal hij weg zijn geweest, toen Hanna Lee ging?" „Dat kan ik niet zeggen. Ik was zelf op het veld. Hanna was thuis, toen ik ging". „Had Hanna een grief tegen uw vader?" „Niet dat ik weet. Zij durfde hem flink te antwoorden, maar hij zei nooit veel tegen haar". „Wie heeft u het eerst verteld, dat uw vader dood was?" „Ik weet het niet. Ik was juist thuisge komen, toen moeder en ik een troep men- schen zagen naderen en iemand hoorden zeggen „Het is mrs. Smith". Toen zag ik vader daar liggen en ik kreeg een toeval". „Herinnert u zich, toen u weer bijgeko men was, of Hanna Lee verdriet toonde over den dood van uw vader?" „Ik herinner mij niet, of zrj er wel iets van gezegd heeft I" „U heeft gehoord, dat zij later den ge vangene Simm vijftig pond heeft gegeven van het geld van uw vader? Wist u daar iets van?" „Ze heeft mij wel gevraagd, of ik haar wat geld kon geven, maar ze wilde niet zeggen, waarvoor. Ik had het niet. Moeder en ik hadden nooit veel geld, toen vader nog in leven was". „Is het waarschijnlijk, dat Hanna Lee weten wilde, waar uw vader zijn geld be waarde?" „Dat wist zij anders net zoo goed als moeder en ik. Zg hielp vader boekbniid*-"". „Leek ze wanhopig, toen ze u om geld vroeg?" „Ze leek in het minst niet teleurgesteld, toen ik het niet had". Rose zag er vreeselijk moe uit. Ze scheen alles verteld te hebben, wat ze wist. Er volgde een korte pauze toen deed een lid van de jury haar een vraag „Hebt u ooit een vreemden man in den omtrek van uw boerderij gezien, of hebt u ooit een jongen' man op „De Wilgen" ge huisvest?" Rose Smith schudde het hoofd. „Ik herinner mij niet, dat ik ooit een vreemde heb gezien, behalve de officieren in het kamp. Wij hadden nooit iemand op „De Wilgen". Zij lieten haar gaan en riepen mrs. Smith op. Zij was zenuwachtiger dan haar doch ter en geneigd, om af te dwalen van het- geen haar gevraagd werd. Ze gaf heel wat inlichtingen betreffende dingen, die rech ter en jury niet wenschten te hooren, maar heel weinig van wat ze wel wilden weten. Ze vroegen haar, of haar man zijn ge weer had meegenomen eerst zei ze van niet, maar later sprak ze er van, dat hij het wel gedaan zou hebben, want dat ze zich herinnerde van een duif, die hij zou schie ten voor het eten en toen voegde zij er nog een heel verhaal bij, hoe zij die dan altijd moest klaar maken voor Smith. Over het geheel kwam haar getuigenis overeen met dat van haar dochter en in geen enkel opzicht deed ze de verklaring, door Simm afgelegd, te niet. (Wordt vervolgd.)]

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1939 | | pagina 5