ïljssinpche Courant
tweede blad
gemeentebestuur
binnenland
Met de 3 Dampo producten bestrijdt U alle verkoudheden
MARINE EN LEGER
jec0
15'
van de
van
Donderdag 9 Maart i939. Nummer58
"'—T'
VERZOEK BOUWEN VAN EEN
SCHOORSTEEN HOOGER DAN
20 METER.
Burgemeester en Wethouders van Vlis
singen
Gezien artikel 27, 10e lid der Bouwver
ordening, der gemeente Vlissingen
brengen ter openbare kennis
dat bij hun college is ingekomen een ver
zoek van J. Visser, alhier, waarbij vergun
ning wordt gevraagd tot het bouwen van
een schoorsteen, welke een hoogte zal ver
krijgen van 21 meter, op het perceel Gla-
cisstraat no. 163
dat slechts aan dat verzoek zal kunnen
worden voldaan, indien door den Raad dezer
gemeente ontheffing zal worden verleend
van artikel 27, 9e lid dier verordening, het
welk bepaalt, dat de hoogte niet meer dan
20 meter mag bedragen
dat dit verzoek gedurende twee weken
van heden af ter gemeente-secretarie (ka
mer no. 4, 2e afdeeling) voor een ieder ter
inzage is nedergelegd.
Vlissingen, 9 Maart 1939.
Burg. en Weth. voornoemd,
W. P. EDELMAN, L.B.
De Secretaris,
F. BISSCHOP.
het bezoek van minister
steenberghe aan leipzig.
Ter-eere van den Nederlandschen Minis
ter van Economische Zaken, Steenfcerghe,
die gisteren voor een bezoek, dat twee da
gen duren zal, in Leipzig is aangekomen,
heeft de Nederlandsche gezant, jhr. mr. a.
M. van Haersma de With, een receptie ge
houden, waar de Minister een toespraak
hield. De Minister wees daarbij op de groo-
te beteekenis van de Leipziger Messe voor
de bevordering der goede betrekkingen
tusschen Nederland en Duitschland. De
vice-president van het Messeamt, Fichter,
wees op den grooten goederenruil tusschen
de beide landen. Duitschland, zoo zei hij,
heeft in 1938 15 van den geheelen uit
voer van Nederland opgenomen. De Voor-
jaarsmesse van 1938 werd door 2600 Ne
derlandsche zakenlieden bezocht.
rljtïjdenbe sluit in mei in
werking.
In de memorie van antwoord aan de Eer
ste Kamer nopens het wetsontwerp tot
vaststelling van de begrooting van het de
partement van waterstaat voor 1939, zegt
de Minister van Waterstaat dat het rijtij
denbesluit dezer dagen zal worden afge
kondigd. Zonder hiermede op de beslissing
te dezer zake te willen vooruitloopen, wil
de Minister in dit verband toch wel mede-
deelen, dat hij de inwerkingtreding om
streeks Mei van dit jaar verwacht.
VOETBALWEDSTRIJD BELGIË—
NEDERLAND.
De grensformaliteiten.
De A.N.W.B. meldt, van het Belgisch mi
nisterie van financiën bericht te hebben
ontvangen, dat met het oog op den voet
balwedstrijd BelgiëNederland op 19
Maart a.s. het personeel van de douane
kantoren te Wuestwezel en Putte-Stabroek
versterkt zal worden en dat laatstgenoemd
kantoor op 18 en 19 Maart a.s. tot midder
nacht geopend zal blijven, dat te Wuestwe-
Dampo-verxoudheids-balsem, Pot 50, Doos 30 ct. Dampo-hoestbonbons, Doos 25 ct. Dampo-neusdruppels, Flacon met druppelspuitje tO ct
zei is steeds dag en nacht open.
Op verzoek van den A.N.W.B. zullen be
zitters van autocars vrijgesteld zijn van
het overleggen van een lijst met namen der
inzittenden, terwijl automobilisten en mo
torrijders zich te voren bij den A.N.W.B.
kunnen voorzien 'van een fiche, waarop
verschillende gegevens kunnen worden in
gevuld, hetgeen dient ter bespoediging van
de vervulling der grensformaliteiten. Wie
geen pas, bewijs van Nederlanderschap of
toeristenkaart bezit zal kunnen volstaan
met een zgn. voetbalpasje.
CENTRAAL VLUCHTELINGENKAMP
TE ELSPEET?
Joodsche vluchtelingen en hun gezinnen
zouden hier worden ondergebracht.
Vrijdagmiddag a.s. zal de gemeenteraad
van Ermelo in een spoedeischende verga
dering bijeenkomen, ter behandeling van
een voorstel tot uitgifte in erfpacht van
honderd h.a. heide te Elspeet aan den
Staat der Nederlanden voor de vestiging
van een centraal kamp voor Joodsche
vluchtelingen.
Naar wij vernemen heeft Minister van
Boeyen bij zijn bezoek van Vrijdag jl. aan
Ermelo zijn keuze op dit terrein laten val
len. Het is de bedoeling, dat ook vrouwen
en kinderen van Joodsche uitgewekenen in
dit kamp worden ondergebracht. Het kamp
zou in totaal tusschen de 2500 en 3000 per
sonen kunnen bevatten.
Geleidelijk hoopt men dan tot de ophef
fing van de andere vluchtelingenkampen
over te gaan:
DE JUSTITEEBEGROOTENG IN DE
EERSTE KAMER AAN DE ORDE.
Woensdagmiddag heeft de Eerste Kaber
een aanvang gemaakt met de justitiebe
groting voor 1939. Hierbij stonden in het
brandpunt der belangstelling 's ministers
beleid ten aanzien van de wilde bussen, de
bestrijding van excessieve uitingen en
extremistische stroomingen en het vluchte
lingenvraagstuk. Het verzoek van den voor
zitter, om de kwestie-Oss niet te bespreken
alvorens de Tweede Kamer zich zal hebben
uitgesproken over de nota van den minis
ter van justitie, had tot gevolg, dat deze
kwestie slechts terloops ter sprake kwam.
Ten aanzien van zijn beleid inzake de
wilde bussen ontmoette de minister critiek
van de zijde van den heer Kranenburg
(v.d.). De heer In 't Veld (s.d.) meende,
dat men de moeilijkheden met het regle
ment autovervoer personen eerder had kun
nen voorzien, zoodat het noodwetje op een
gunstiger tijdstip had kunnen komen. De
heer Michiels van Kessnich (r.k.) echter
verdedigde 's ministers beleid in deze. Vol
gens deze spreker had de minister niet an
ders kunnen handelen dan hij deed.
Bgna alle sprekers hielden zich bezig
met het vluchtelingenvraagstuk. De heer
Vorrink (s.d-) erkende de groote moeilijk
heden, waarvoor de regeering zich ge
plaatst zag. Hij drong er op aan, het on
derscheid tusschen legale en illegale vluch
telingen te doen vervallen en de transmi
gratiebepalingen soepeler toe te passen. De
heer Van Vessem (n.s.b.) bepleitte het door
de N.S.B. voorgestane Joodsch nationaal
tehuis in Guyana. Het liberale lid de heer
Van Rappard was van meening, dat bij het
toelaten van vluchtelingen de uiterste voor
zichtigheid in acht dient te worden geno
men.
Algemeen drong men aan op maatrege
len tegen extremistische stroomingen en
onbetamelijke uitlatingen in pers en verga
deringen. De heer Van Rappard was van
oordeel, dat vele van deze uitingen onder
de strafwet vallen en dus vervolgd moeten
worden, terwijl de heer Kranenburg meen
de, dat in de meeste gevallen de strafwet
niet toepasselijk is. Hij achtte een oplossing
zeer goed mogelijk zonder aantasting van
de grondslagen der democratie door spe
ciale bepalingen. Daarentegen stond de
heer In 't Veld huiverig tegenover verscher
ping der strafbepalingen.
De minister zou vandaag de verschillen
de sprekers beantwoorden.
GEESTELIJKE EN MOREELE
HERBEWAPENING.
Oproep tot de burgerij van Rotterdam.
Rotterdams burgemeester, mr. P. J. Oud,
heeft naar aanleiding van de radiorede van
27 Januari jl. over moreele en geestelijke
herbewapening, uitgesproken door H.M. de
Koningin, het initiatief genomen tot het
beramen van middelen, waardoor 1 ït
vraagstuk der werkloosheid te Rotterdam,
méér nog dan anders, in het brandpunt der
algemeene belangstelling komt te staan.
De burgemeester heeft daartoe, met me
dewerking van de reeds bestaande com
missie van samenwerking voor bijzondere
nooden in de gemeente Rotterdam, een
plan ontworpen, dat in hoofdzaak den
vorm van een enquête heeft welke Vrijdag
zal worden aangevangen. Dan zullen in
groote hoeveelheden twee soorten brieven
verzonden worden. Het grootste deel gaat
na alle werkgevers in de Maasstad, wien
hiermede een reeks vragen ter beantwoor
ding wordt voorgelegd.
In den oproep tot de burgerij van Rot
terdam wordt er op aangedrongen de
stichting „Commissie van samenwerking
voor bijzondere nooden in de gemeente
Rotterdam" te steunen ïer leniging van
stoffelijken nood.
Voorts wordt verzocht mede te helpen
tot leniging van de werkloosheid door het
verschaffen van werk.
Den vakbonden zal behalve deze oproep
een anderen brief worden gezonden.
AFSCHAFFING VAN PERSONEELE
BELASTING VOOR MOTORRIJTUIGEN
IN OVERWEGING.
Blijkens de Memorie van Antwoord aan
de Eerste Kamer inzake de begrooting
van waterstaat voor 1939, zou de regee
ring bij het uitwerken van hare belasting
plannen overwegen, de personeele belas
ting over motorrijtuigen aanzienlijk te ver
minderen of deze heffing af te schaffen
met gelijktijdige invoering van een geringe
verhooging van de andere belastingen,
welke op het motorrijtuigenverkeer druk
ken. Die overweging heeft ertoe geleid,
dat in de belastingvoorstellen van den mi
nister van financiën een voorstel tot af
schaffing van de pers:neele belasting naai
den grondslag motorrijtuigen zal worden
opgenomen, waarbij voor plm. 30 pet. van
de opbrengst dier belasting compensatie
zal worden gezocht ih ëèn verhöoging met
12 y2 pet. van de mot or rij tuigenbel asting
voor de voor personenvervoer ingerichte
mic-torrrij tuigen. Hiérbij wordt er op gere
kend, dat afschaffing van de personeele
belasting voor motorrijtuigen een niet on
belangrijke toeneming" van het aantal per
sonenauto's tot gevolg zal hebben, waar
door reeds een aanzienlijk gedeelte van het
verlies door vermeerdering van de op
brengst van andere belastingen (motorrij
tuigenbelasting, benzinebelasting en in
voerrechten) zal worden gedekt.
De toestand van 's rijks financiën laat
een vermindering van de overige lasten,
welke op het metorverkeer drukken, niet
toe. Het rapport van de commissie-de
Vries betreffende de kosten van den weg
is verschenen.
Aangezien de motorrijtuigenbelasting
over de jaren 1936, 1937 en 1938 respectie
velijk 20.983.000, 21.923.000 en
22.996.000 heeft opgebracht, kan de ra
ming voor 1939 ad 23.750.000 niet opti
mistisch worden genoemd.
De meening van sommige leden, dat een
benzinebelasting beter en billijker zou zijn
dan een belasting van de motorrijtuigen,
omdat laatstgenoemde belasting ock moet
worden betaald als het motorrijtuig niet
of weinig gebruikt wordt, kan de minister
geenszins deelen.
DE BESCHAVING BEDREIGD.
In een zeer druk bezochte bijeenkomst
van Court „Charity" der „Ancient order of
Foresters", heeft het lid der Eerste Kamer,
dr. Henri Polak, gisteravond een rede ge
houden over bovengenoemd onderwerp. Na
een uitvoerige beschouwing, waarin dr.
Henri Polak het verloop der belangrijkste
wereldgebeurtenissen schetste, gaf de spr.
een uiteenzetting van de steeds verder
gaande aanmatiging en machtsusurpatie
der totalitaire staten, waaraan door de de
mocratische groote mogendheden maar al
te weinig weerstand is geboden. De exces
sen, die men thans beleeft, speciaal wat de
schandelijke Jodenvervolgingen betreft,
kunnen zelfs niet met die der duistere
Middeleeuwen worden vergeleken. Toen wa
ren het de, vaak verschrikkelijke, uitbars
tingen van een onwetende en opgezweepte
massa, thans gaat men van de zijde der
overheid te werk met duivelsch vernuft, en
diabolische stelselmatigheid.
Dreigend verheft zich de gepantserde
vuist in den vorm van een ongekend zware
bewapening. De totalitaire staten streven
naar gebiedsuitbreiding. Duitschland heeft
zich meester gemaakt van Oostenrijk en
Tsjecho-Slowakije Italië heeft Abessinië
overweldigd Duitschland en Italië teza
men zijn bezig zich meester te maken van
Spanje. Japan dringt door in China.
Duitschland eischt koloniën. In de totali
taire staten zslf heerscht terreur en angst,
de vruchten van het humanisme, democra
tie en beschaving zijn vertrapt, van zelf
bestuur is geen sprake meer en de dictator
heerscht oppermachtig als gebieder, aan
wien ieder slechts te gehoorzamen heeft.
Van recht of rechtszekerheid is geen spra
ke meer.
Het is mogelijk, dat er een economische
ineenstorting zal komen, die ook door som
mige Engelsche staatslieden verwacht
schijnt te worden, doch het kan nog lang
duren eer op deze wijze aan dergelijke re
gimes een einde gekomen is, dit zou ook
het gevolg kunnen zijn van een oorlog,
doch de verschrikkingen daarvan zullen ook
niet te overzien zijn. Noodzakelijk is thans
vóór alles, dat de democratische landen één
front vormen, dat krachtig en energiek
weerstand biedt aan de eischen en verlan
gens der totalitaire staten. Hier bouwt spr.
in het bijzonder zijn hoop en verwachting
op de Vereenigde Staten van Amerika, die
getoond hebben een werkelijke democratie
te zijn. Ook in ons land, dat toch een onver
brekelijk deel van het democratische geheel
uitmaakt, zal men zich tot het uiterste
moeten schrap zetten voor het behoud en
de versterking der democratie.
ENGELSCHE DEFENSIEPROBLEMEN
EN ENGELSCHE INDUSTRIE.
Voor het genootschap NederlandEnge
land, heeft gisteravond de Britsche vice-
admiraal C. V. Usborne, in tegenwoordig
heid van den Engelschen gezant, van den
chef van den marinestaf, vice-admiraal J.
T. Furstner en van verschillende hoogere
marine-officieren een voordracht gehouden
over „Industrie en het probleem van de
Britsche landsverdediging".
Met Hr. Ms. „Gelderland" zijn de vol
gende officieren uit West-Indië in Neder
land teruggekeerd: luit. ter zee le kl. mr.
M. W. Micuton (le officier), C. Hendrikse
en id. marine-reserve S. E. Schipper id.
2e kl. A. van Es, M. C. van Hoorn, L. E.
van Laer, H. M. v. d. Wall Bake en ma
rine-reserve S. Hendriks gen. Jansen id.
3e kl. J. A. van Beusekom, J. C. K. Leeks-
man en T. Vermeijden officier v. d. ma-
rine-stoomv. dienst le kl. P. Vlam (hoofd
mach.kamer) en id. 2e kl. J, H. Schuite-
ma en T. Vermeijden officier v, d. ma-
Kempees en officier van gezondheid 2e kl.
P. J. v. Waegeningh.
IEDER DIE
VEEL IN HUIS ZIT!
Ook ouderen hebberi- zon
noódigo Hersfef 't)éf 'te,kort
met JECÖVITÓL> dé beste
levertraqn. Dié 'verhoogt-
Uw weerstandsvermogen en
Uw energie! Ên-voorkomt
griep en verkoudheden
**0J,
flBS»
S. Taaie f
Te Hilversum is op 85-jarigen leeftijd
overleden de heer S. Taaie, gep. hoofdoffl-
cier M.S.D. 2de klasse.
Jubileum Staf muziekcorps der Koninklijke
Marine.
Men verzoekt ons plaatsing voor het on
derstaande
Op den lsten April van dit jaar zal de
stafmuziek der Koninklijke Marine, popu
lair in geheel het land als „de Marineka-
pel" bekend, het feit herdenken, dat het 75
jaar geleden opgericht werd.
Resds eenigen tijd geleden werden in
Den Helder, als vanouds de bakermat van
het corps, de koppen bij elkaar gestoken,
en het resultaat was, dat een huldigings-»
comité gevormd werd. Burgemeester G*
Ritmeester werd bereid gevonden het eere
voorzitterschap van dit comité op zich te
nemen. Doel van dit comité is gelden te
verzamelen, teneinde hiervan een blijvend
aandenken aan het jubilesrende corps te
schenken men denkt hierbij aan een in-*
strument, hetgeen door het corps meege-
di'agen kan worden.
Het corps heeft een uitstekenden naam
in den lande en dat is geen wonder. In vrij-*
wel alle grootere plaatsen trad het ver*
maarde ensemble op en steeds bleek dit op-<
treden een evenement te zijn. Vandaar dan
ook, dat hst comité verwacht, dat de gel
den niet alleen uit Den Helder, doch even
eens uit alle andere deelen des lands zullen
toestroomen.
Op welke wijze dien lsten April door hst
corps, dat in den loop van vele jaren zoo
veel gedaan heeft tot het uitdragen van
den naam der Nederlandsche Marine ge
vierd zal worden is nog niet bekendook
dit in verband met de nog in te komen gel-i
den. Maar zeker is, dat het een jubileum
wordt, het corps waardig.
Zij, die thans in de gelegenheid gesteld
worden geldelijk van hun sympathie blijk
te geven, kunnen hun bijdragen storten ten
name van notaris A. M. Eng-slmann in Den
Helder, postgirorekening 32777, met vermel
ding „Jubileum Stafmuziek", of ten name
der Heldersche Courant, giro 16066, onder
hetzelfde motto.
TORPEDO-VOLGBOOT WERD
VERLOREN GEWAAND.
In veiligheid op Terschelling.
Gistermiddag verkeerden de marine
autoriteiten in Den Helder eenigen tijd in
ongerustheid over het lot van een torpedo-
volgboot, behoorende bg het inschietbedrijf
van de „Schorpioen", welke vc-lgboot, ter
voldoening van een opdracht Dinsdagmor
gen naar Terschelling was vertrokken en
vandaar Woensdagmiddag om kwart over
een was vertrokken. Toen het verwachte
bootje uitbleef verliet de sleepboot „Am
sterdam" de haven, om naar het vermiste
bootje te zoeken, waarvan men vermoedde,
dat het in den geweldigen Westerstorm
was vergaan.
Tegen zes uur in den avond echter kreeg
men te Nieuwediep bericht, dat het ver
miste schip, dat op weg was naar Den
Helder, wegens het slechte weer rechts
omkeert had gemaakt naar Terschelling,
in afwachting van kalmer weer.
FEUILLETON
Een tragisch geheim
NAAR HET ENGELSCH
23
„Voorzichtigwaarschuwde Madge.
„Dat moeten wij aan de politie geven".
„Waarvoor? Moeder en ik hebben haar
lang genoeg in huis gehad. Me dunkt, dat
al wat zij had van ons was
„Waarschijnlijk ook wel. Maar eerst moet
de politie het gezien hebben. Geef het any
eens".
Rose liet het dingetje los en Madge pakte
het stevig beet.
„U durft zei het halfwijze kind. „Want
het is niet van u
„Hoor eens hier. Ik wil er mg niet ver
der mee bemoeien, maar ik weet, dat alles,
wat op deze wijze gevonden wordt, moet
worden afgegeven. Ga met mij mee, dan
zullen wy het naar mr. Cox brengen, of
baar de politie hier wat je liever wilt. La
ter zal ik den verloren tijd met werken
Wel inhalen".
Ze draalde even en zei toen.
„Ik zal het wel brengen. Dit haalt u de
moeite van de wandeling uit".
„Neen, wg zullen samen gaan".
„Ik zou toch eigenlijk wel gek zgn, als ik
me daarvoor moe maakte Je hoeft niet
je beiden een leege beurs te dragen
kunt ze houden ook voor mijn part
Madge antwoordde niet. Ze legde enkel
haar gereedschap neer en liep met fier op-
gerichten hoofde. Ze wist immers, dat ze
zoo doen moest en stoorde zich niet aan
Rose, die haar smalend nariep
„Ik hoop, dat u een belooning zult krij
gen. Sommigen verlangen altijd naar geld
Ik gelukkig niet
Toen Madge over de eerste ergernis van
de beleediging heen was, moest ze eens in
zichzelve lachen en dacht
„Arm kind Ze weet niet beter Maar
wat was ze nieuwsgierig, om te zien, wat
er in de beurs zat Zou ze weten, dat
Hanna haar huwelijkscertificaat daar be
waarde? Ik ben blij, dat ik maar niet ge
zegd heb, dat Helen dat al weggebracht
had. Ze mocht eens denken, dat die ook al
uit was op belooning
HOOFDSTUK XV.
Het verhoor van George Simm inzake
den moord op Albert Smith en de geschie
denis, die hij vertelde, wierp weer een ander
licht op de heele zaak.
Met dramatisch gebaar legde hij den eed
af en getuigde toen voor rechter en jury,
dat al wat hij te voren gezegd had, waar
was, maar dat hij één feit verzwegen had
hij had namelijk een schot gehoord en was
gewoon doorgeloopen in de gedachte, dat
er niet anders dan op vogels geschoten
werd. Maar daar zag hij tusschen het kreu
pelhout de dienstbode vandaan komen,
Hanna, met een geweer in haar handen. Ze
trachtte het in de sloot te werpen. Hij hield
haar tegen en zijn horlogeketting brak
daarbij afhij meende, dat een gedeelte
aan het geweer was blijven haken. Hij had
niet gesproken met Hanna, toen hij een
man hard zag loopen, achternagezeten door
den herder. Hanna zei nu „Die man heeft
den boer gedood Daar is hij Hij zelf
ging nu ook den moordenaar achterna,
maar bedacht zich toen ineens en liep naar
de plaats, waar hij den herder geknield
vond bij het lijk van Albert Smith. Wie de
moordenaar was, daar had hij niet het
minste idee van, maar dien volgenden dag
had Hanna hem de tien vijfpondsbanknoten
gegeven, die aanleiding waren, dat hij zelf
gevat werd.
Verscheidene getuigen kwamen na hem
waaronder de schaapherder, wien gevraagd
werd, of George Simm ook soms ademloos
was geweest van het loopen, toen hg zich
bij hem voegde.
Brown antwoordde in alle oprechtheid,
dat hij dit niet meende. Wel was hij op dat
oogenblik te zeer verdiept in Smith, om
veel aandacht te schenken aan Simm,
maar als die gehijgd had, of ademloos was
geweest, dan zou hij het toch wel gemerkt
hebben.
Toen werd Rose Smith opgeroepen. Zij
was zeer bleek en haar handen trilden
zenuwachtig onder het beantwoorden van
de haar gestelde vragen.
„U herinnert zich den dag van den dood
van uw vader, niet waar?" vroeg de rech
ter. „Kunt u ook zeggen, of er dier ochtend
iets vreemds of bgzonders aan zijn hou
ding viel waar te nemen?"
„Niet dat ik weet. Hij leek geheel de
zelfde als altijd. Ik nam niets bijzonders in
zijn houding waar".
„Is hij uit huis gegaan met of zonder
geweer?"
„Met het geweer. Hij zei, dat hij een duif
zou meebrengen voor het eten".
„Hoe lang zal hij weg zijn geweest, toen
Hanna Lee ging?"
„Dat kan ik niet zeggen. Ik was zelf op
het veld. Hanna was thuis, toen ik ging".
„Had Hanna een grief tegen uw vader?"
„Niet dat ik weet. Zij durfde hem flink
te antwoorden, maar hij zei nooit veel
tegen haar".
„Wie heeft u het eerst verteld, dat uw
vader dood was?"
„Ik weet het niet. Ik was juist thuisge
komen, toen moeder en ik een troep men-
schen zagen naderen en iemand hoorden
zeggen „Het is mrs. Smith". Toen zag ik
vader daar liggen en ik kreeg een toeval".
„Herinnert u zich, toen u weer bijgeko
men was, of Hanna Lee verdriet toonde
over den dood van uw vader?"
„Ik herinner mij niet, of zrj er wel iets
van gezegd heeft I"
„U heeft gehoord, dat zij later den ge
vangene Simm vijftig pond heeft gegeven
van het geld van uw vader? Wist u daar
iets van?"
„Ze heeft mij wel gevraagd, of ik haar
wat geld kon geven, maar ze wilde niet
zeggen, waarvoor. Ik had het niet. Moeder
en ik hadden nooit veel geld, toen vader
nog in leven was".
„Is het waarschijnlijk, dat Hanna Lee
weten wilde, waar uw vader zijn geld be
waarde?"
„Dat wist zij anders net zoo goed als
moeder en ik. Zg hielp vader boekbniid*-"".
„Leek ze wanhopig, toen ze u om geld
vroeg?"
„Ze leek in het minst niet teleurgesteld,
toen ik het niet had".
Rose zag er vreeselijk moe uit. Ze scheen
alles verteld te hebben, wat ze wist.
Er volgde een korte pauze toen deed
een lid van de jury haar een vraag
„Hebt u ooit een vreemden man in den
omtrek van uw boerderij gezien, of hebt u
ooit een jongen' man op „De Wilgen" ge
huisvest?"
Rose Smith schudde het hoofd.
„Ik herinner mij niet, dat ik ooit een
vreemde heb gezien, behalve de officieren
in het kamp. Wij hadden nooit iemand op
„De Wilgen".
Zij lieten haar gaan en riepen mrs. Smith
op. Zij was zenuwachtiger dan haar doch
ter en geneigd, om af te dwalen van het-
geen haar gevraagd werd. Ze gaf heel wat
inlichtingen betreffende dingen, die rech
ter en jury niet wenschten te hooren, maar
heel weinig van wat ze wel wilden weten.
Ze vroegen haar, of haar man zijn ge
weer had meegenomen eerst zei ze van
niet, maar later sprak ze er van, dat hij het
wel gedaan zou hebben, want dat ze zich
herinnerde van een duif, die hij zou schie
ten voor het eten en toen voegde zij er
nog een heel verhaal bij, hoe zij die dan
altijd moest klaar maken voor Smith.
Over het geheel kwam haar getuigenis
overeen met dat van haar dochter en in
geen enkel opzicht deed ze de verklaring,
door Simm afgelegd, te niet.
(Wordt vervolgd.)]