Plouvier voor uw warme Pantoffels ABDIJSIROOP Aks' avonturen TWEEDE BLAD Als Uw kind hoest GEMEENTEBESTUUR BRIEVEN UIT BELGIE AKKER's verstèrkie BINNENLAND FEUILLETON In diplomatiehen dienst van de Woensdag 17 November '37. No. 271 DRANKWET. Burgemeester en Wethouders van Vlis- stngen Gelet op artikel 45 der Drankwet j doen te weten, dat bij hen is ingekomen een verzoek van Johannes Pieter Entink Jr., wonende te Zoutelande, om verlof tot den verkoop van zwak-alcoholischen drank in het klein (ver lof A) voor de benedenlocaliteit van het perceel Koudekerkscheweg Nr. 115 dat vanaf heden gedurende twee weken tegen het verleenen van het gevraagde ver lof schriftelijke bezwaren kunnen worden ingediend bij Burgemeester en Wethouders voornoemd. Vlissingen, 17 November 1937. Burg. en Weth. voornoemd, VAN WOELDEREN. De Secretaris, F. BISSCHOP. De loapenstïlstandsdag. De nieuwe regeering en Vlaanderen. De Nederlandsche letterkunde gehuldigd. Het nachtasyl Met den plechtigen luister die ieder jaar weer opnieuw diepen indruk wekt, werd j.l. Donderdag in België voor de negentiende maal de wapenstilstands dag herdacht. Uit heel het land waren oud-strijders van den oorlog naar Brussel getogen, velen te voet, om er te gaan bidden bij het graf van den onbekenden soldaat. Reeds Woensdagavond waren er duizenden te Brussel aangekomen en te zes uur arriveerden, begeleid door de Brusselsche regimenten, aan den voet van de monumentale Congreszuil, onder welke de Onbekende Soldaat begraven ligt, de twaalf fakkeldragers en de hun vergezel lende deputaties van oud-strijders uit de negen Belgische provinciën en uit Belgisch- Congo, alsmede de Belgische oud-strijders uit Luxemburg en uit Parijs, die, met uit zondering van de groep uit Belgisch Congo, den langen tocht te voet hadden afgelegd. Met de twaalf vertegenwoordigende' fakkels werd op IX November, te elf uur, dag en uur der verlossing uit den wereldoorlog negentien jaren geleden, het symbolisch vuur ontstoken dat, voor het graf van den Onbekenden Soldaat, weer voor een heel jaar branden zal. 11 November, hier gevierd als Zondag (nationale feestdag), werd dit jaar ingezet met een internationale bidweek voor den wereldvrede, waarvan de bijzondere inten tie als volgt luidt„Heer, geef bezinning aan de verantwoordelijke leiders, opdat rij niet de Christelijke beschaving in bloed en vuur laten ondergaan. Dat ons spoedig het einde der broedermoorden in Spanje en in het Verre Oosten gegeven zij, Amen". Dit gebed werd bij het graf van den Onbeken den Soldaat, door kinderen van oud-strij ders luide uitgezegd. Klokslag 11 uur, toen de twaalf fakkels het symbolisch vuur ont stoken hadden en de koning aangekomen was bij de Congreszuil, aan den voet waar van hij een krans had neergelegd, om dan het militair saluut te brengen aan den grooten naamlooze die alle oorlogsdooden van België vertegenwoordigt, viel plotse ling een kanonschot. Daarmede viel alle verkeer stil, wachtend tot het tweede ka nonschot het einde der traditioneele minuut stilte aankondigde. Onmiddellijk herkende men onder de voorbijgangers, in hun bur gerplunje, de oud-strijders, die stram het militair saluut brachten. Men zag trouwens overal hetzelfde gebaar en degenen die den oorlog niet medegemaakt hadden brachten den doodengroet met ontbloot hoofd, een minuut lang. Iedereen nam aan de plech tige doodenherdenking deel: de oudstrijders en de andere militairen, het geheele leger en alle ambtenaren, maar ook de burgers en de buitenlui, de boeren en de groote heeren, doch vooral de nederigen, de con ducteur opde tram, de chauffeur in zijn auto, het dienstertje in het café, de midi- nette met haar hoedendoos op den boule vard, de loopknecht in zijn folterschoenen en de jakkerende slagersjongen, die klokke elf zijn fiets met een ruk tot stilstand dwong en eerbiedig zijn petje afnam, om in 'de plechtige minuut stilte de dooden van den grooten oorlog te herdenken, deze zijn vader, gene zijn zoon, een andere zijn broe der en allen hun broeders, de menschen die vielen in een wreeden broederstrijd voor een betere samenleving, die helaas nog komen moet. De regeeringscrisis in België duurt nu al drie weken en nog is er geen oplossing in zicht. Alle groepen blijven stipt op hun standpunt staan en voor de eerste maal in een regeeringscrisis sinds den oorlog, worden ook de Vlaamsche eischen volledig gesteld, hetgeen nóodig is voor een duide lijke oriëntatie in de Vlaamsche kwestie. Deze dringt niet in de richting van politiek separatisme of dergelijk avontuur, integen deel.: De overgroote meerderheid der Vla mingen wil loyale samenwerking in het Belgisch staatsverband, hetgeen echter alleen mogelijk is, wanneer die samenwer king den Vlamingen ook op loyale wijze verzekerd wordt. De voorwaarde waarvan Vlaanderen Zijn medewerking aan een nieuwe regeering afhankelijk stelt, is de inwilliging van den drieledigen eisch „Vlaanderen Vlaamsch, Wallonië Fransch, Brussel tweetalig". Dit beteekent voor Vlaanderen, juister omschreven Organi sche omvorming der openbare diensten en aanpassing daarvan aan de Belgische volksdualiteit, volledige vervlaamsching van het Belgische leger met berekening van het aantal Vlaamsche officieren naar het aantal Vlaamsche manschappen en op richting van een Vlaamsche af deeling in de militaire school. De stichting van Vlaam sche academiën en stipte toepassing der Vlaamsche wetten. De Vlaamsche voor mannen, die begin dezer week de hun aan geboden ministerportefeuille moesten teruggeven,, omdat de kabinetsformateur toen nog niet bereid was te voldoen aan de bovengenoemde voorwaarden voor Vlaam sche medewerking aan de regeering, moti veerden hun houding als volgt„Alle goed gezinde Vlamingen willen de eenheid van België en zijn bereid iedere regeering te steunen die de inwilliging der Vlaamsche rechtseischen waarborgt. Blijft men echter weigeren aan de uiterste voorwaarden te voldoen, dan zal de tegenstelling Vlaande renBelgië tot den ondergang van den Staat België voeren. Zoolang de Vlamin gen in België geregeerd worden door lie den die hun geestelijken eigen aard niet kennen of niet voldoende waardeeren en hun de noodige middelen en waarborgen niet geven om hun eigen cultuur te bevei ligen en te verrijken, zoolang elk stukje Vlaamsch recht met bitterheid moet wor den afgedwongen of wordt toegegooid als bedelbrood, zoolang is de Belgische een- geeft het dan dadelijk het béste. Laat Uw kind niet langer hoesten dan noodig is, maar grijp krachtig in en help Uw kind direct van zijn hoest af met de vanouds bekende en beproefde Akker's Abdijsiroop. Akker's Abdijsiroop helpt nu nog veel sneller dan vroeger. Vanouds is Abdijsiroop een natuurlijk kruiden-middel, dat zacht doch goed en grondig aandoeningen der ademhalings-organen verdrijft. ïïïfH1-3- Apotheker Dumont de werking van Abdijsiroop op verrassende wijze verhoogd door toevoeging van de hoest-bedwingende stof codeïne, die snel en afdoend de hoest en de slijm verdrijft. H.™- verbaasd staan en binnen weinige dagen zult Gd, evenals zoovelen voor U, uit eigen onder vinding zeggen: ,,'s Werelds béste Hoest-siroop"is Flac, 90 ct., 11.50, f 2,40, f 4.20. Overal verkrijgbaar. Hoe groofor flacon, hoe voordeeliger het gebruik. heid in gevaar, want zoolang blijft het ab soluut onmogelijk de verzoening te berei ken van de twee volkeren, die in dezen Staat samenleven." o e Het academisch jaar 1937'38 der uni versiteit van Leuven brengt twee jubilea het vijftig jarig bestaan van het studenten blad „Ons Leven" en het eeuwfeest van het aan de universiteit verbonden letterkundig genootschap „Met Tijd en Vlijt." Dit Leu- vensch genootschap heeft steeds voeling gehouden met het letterkundig Noorden Bij de feestviering van verleden Zondag was het glanspunt de rede van den Neder- landschen letterkundige Anton van Duin kerken, wien het eere-doctoraat van Leu ven werd aangeboden. Ook prof. Gerard Brom werd bij deze gelegenheid tot doctor honoris causa van Leuven benoemd. Bij deze groote eer, aan letterkundig Neder land gebracht, sloot waardig aan de ver diende hulde aan de groote Vlaamsche let terkundigen mej. Belpaire, Stijn Streuvels en Cyriel Verschaeve, die eveneens het eere-doctoraat van Leuven ontvingen. Hiermede brengt de Leuvensche Alma Ma ter een dubbele hulde, namelijk aan het letterkundig genootschap „Met Tijd en Vlijt", oim zijn eeuw van strijd voor na tionale schoonheid en waarheid, en aan de Nederlandsche letterkunde in het alge meen, van boven en beneden den Moerdijk. In het Vlaamsch-universitair millieu van Leuven, zijn de talrijke jubilea en lustra als zooveel uitingen van eeuwige jeugd. Vóór twee jaar vierden clubs en gilden een jubileum naar Breugelsch recept, terwijl in den voorbijen winter het Studentenverbond zijn strijd van 35 jaren herdacht. De op voering van „Peer Gynt" en de liederen- avond van het Urselsch a-capella-koor be wezen toen het streven van Jong Vlaande ren naar een hooger cultuurpeil. Ook deze feesten van „Met Tijd en Vlijt" en „Ons Leven" hebben door him leute en hun ernst, weer bewezen, het trouw beleven van den oud-Vlaamschen regel„in 't vroe de, 't sotte ende 't amoureuse" Wij hebben reeds een en ander gemeld omtrent de verdwijning van het oude Brus sel, als gevolg van den aanleg der groote 285. Daar stonden de vier boosdoeners en overtreders van de wet Ieder móest op zijn beurt zijn naam, geboortedatum en adres opgeven. De beide chauffeurs waren gewond en in het ziekenhuis opgenomen. Gelukkig bleek het niet ernstig te zijn. De politieagenten waren, evenals ons viertal, ongedeerd. Het bewijs was volkomen ge leverd dat door toedoen van den kranten- schrijver roekeloos was gereden. Ab en Bolrando konden geen van beiden een be hoorlijk adres opgeven en een pas hadden zij ook niet. 286. Om een nader onderzoek af te wach ten, werd het viertal in een cel opgesloten. Bolrando ging eens rustig uitpuffen en nam daarvoor plaats op de grond. Ab bleef de beide heren nieuwsgierig aanstaren. De dikke kranten schrijver scheen bijzonder veel plezier in het hele geval te hebben. Geen wonder, want hij had in zoverre zijn doel bereikt, dat geen van beiden voor lopig iets nieuws aan hun krant kon rap porteren. Ijverig werden zowel Ab als Bol rando ondervraagd. Ze stonden verbaasd over zoveel avontuurlijkheden, vooral van Ab. (Morgen vervolg.) spoorwegverbinding Noord-Zuid. Tot de vele goede en slechte dingen, prachtige en leelijke gebouwen die voor genoemd doel worden opgeruimd, behoort het „Nacht- Asyl op de Marollen". Voor enkele centie men konden er daklooze sukkelaars een plaats vinden voor den nacht. Die „plaats" was echter niet al te breed. Want bedden waren er niet in dat nacht-asyl. Aan iede-r ren „logé" werd een plaats toegewezen van nauwelijks 40 vierk. c.m., een ruimte waar ternauwernood een paar groote schoenen konden staan. Om in het nacht verblijf opgenomen te worden was het vol doende volwassen te zijn. De logé mocht echter schoenen noch kleeren uittrekken en niet gaan liggen. Om te verhoeden dat hij, bij het staande slapen, om zou vallen, was het hem vergund met zijn armen over een dik touw te gaan hangen en zoo steun- nend eenigszins te rusten.- Meer gerief was er niet. De touwen waren gespannen in rijen op een afstand van pl.m. 80 c.m. De menschen hingen met de hoofden tegen elkaar. In de steeds vochtig-warme zalen walmde een door stank verpeste lucht. De lieden sliepen er te midden van het vuil, dat slechts eenmaal in de week opgeruimd werd. De trouwe klanten van het nacht asyl waren vooral zwervers en bedelaars. Zij mochten er verblijven van 's avonds negen tot 's morgens uiterlijk zes uur. Langer ging het niet. Want na hun twij felachtige rustkuur van negen uur werden, na een voorafgaand driemaal herhaald al armsein eenvoudig de touwen losgetrok ken. Het was een automatisch wekmiddel, waarbij de nablijvers voorover vielen en bruut ontwakend uit hun roes, gewoonlijk luid schreeuwend van schrik, of toornend van verontwaardiging, vlug overeind kro pen, om zich ijlings uit de voeten te maken. PRINS BERNHARD IN DEN RAAD VAN STATE. Z.K.H. Prins Bernhard heeft gisterna middag de zitting van den Raad van State bijgewoond, tijdens welke de installatie van prof. mr. P. J. M. Aalberse als lid van dien Raad geschiedde. PAUL KIÊS EN ZES ANDEREN GEROYEERD ALS LID DER S.D.A.P. Naar Het Volk meldt, heeft het partijbe stuur der S.D.A.P. in zijn vergadering van 13 November jl. besloten tot royement van de leden P. Kiès, J. H. Anerria, S. de Groot, J. D. van der Mei, A. van WallingaVeld man, H. Eisenga en A. H. Loots. OPBRENGST RIJKSMIDDELEN OP ULTIMO OCTOBER. Overzicht van den stand der rijksmidde len (hoofdsom en opcenten) op ultimo Oc tober 1937. Directe belastingen Bedrag der raming 110.300.000, zuiver bedrag kohieren 103.526.077.53 zuiver bedrag kohieren vorigen dienst tot en mét dezelfde maand van het vorige jaar 95.032.290.23. Overige middelen1/12 der raming 3 31.143.750 opbrengst October 1937 34.173.827.63, opbrengst October 1936 35.307.426.86. Opbrengst over de eerste 10 maanden van 1937 360.920.287.82, idem van 1936 302.825.994.25. Gemeentefondsbelasting Zuiver bedrag kohieren tot en met October 1937 vanaf 10 ct. enhooger DE VEY MESTDAGH Bellamypark 45-58 ROMAN VAN JOK ANN D. DEGREEF 45 Verrassender, doch van ondergeschikt belang was het voorts, dat Margareth's drukke omgang met Flemington slechts had gediend, om op de hoogte te kunnen komen van diens vertrek. Het bewees echter ook, dat de koerier het groote wild was geweest, dat men bedoelde na te ja gen en dat men bij hem had gehoopt het document te vinden. Hiermee werd de ver onderstelling bewaarheid van den detective van het centraal Bureau, die had gemeend dat hij Gordon er slechts per onge luk ingeloopen was. De Pistool-Engel had vermoedelijk verwacht interessante nota's voor Parijs, Berlijn of Rome bij hem aan te treffen en het toeval had gewild, dat zij iets veel gewichtigers in handen kreeg Tot zoover had de geschiedenis van het document thans geen geheimen meer. Hij wachtte geduldig, Margareth kende het sensationeele slot van de historie...... Na weinige oogenblikken ging 't meisje op gejaagd en toon voort„Na mijn tele foonbericht vernam ik een. paar dagen niets van mijn vader. En toen deed ik plot seling een vreeselrjke ontdekking. Herinner je je de visite bij de Hendons? Je was er met je tante. Ik was er ook. En lady Hen don zond mij naar boven, om een brief te halen. Toen ik terugkeerde hoorde ik plot seling in de kamer den naam van mijn va der noemen. Zijn aangenomen naam O'Kelly. Is het niet verklaarbaar dat ik aan de deur bleef luisteren? Margareth's stem klonk plotseling dof. „Ik hoorde lady Allenby dien naam ver- wenschen. Ik hoorde spreken over een document, dat hij je ontstolen had en ik vernam ook de klacht, dat dit voorval wel licht je heele carrière zou drukken. Toen was het me plotseling, of er een blinddoek van mijn oogen werd weggerukt. Ik be greep alles. Mijn vader behoorde zelf tot die spionnenbende...... Wat er dien avond gebeurde, weet je. De emotie werd me te machtig, en ik werd by de Hendons naar bed gebracht. En daar lag ik 's nachts na te denken. Ik wilde niet, dat een van mijn vrienden het slacht offer zou worden van mijn stilzwijgen. Ik wilde handelen, zoo mogelijk het document nog terug zien te krijgen. Maar om te handelen moest ik mij vrij kunnen bewegen en ik wist, dat de Hendons me niet zouden laten gaan. Toen vluchtte ik 's morgens in de vroegte naar de Williamso-ns, waar ik vrg was. Ik wist dat ik alles achter mij brak, doch dit leek me minder erg, dan telkens weer de menschen onder de oogen te moeten komen, die gedupeerd waren door m\jn eigen vader. Thuis verzon ik een list. Ik belde het geheime nummer op en vroeg of mijn va der in Engeland was. Toen ik een bevesti gend antwoord ontving zei ik, dat ik een gewichtigen brief voor hem zou afgeven aan den portier van Lyons' Corner House in Bond Street. Dien brief ken je. Je was erbij, toen ik hem 's middags aan den portier afgaf. Het was het briefje, daf je in de auto vond, zooals ik in de krant gelezen heb. Ik wist niet, of mijn vader het document nog had, maar ik hoopte het. Ik schreef hem dus te hebben verno men, dat er verdenking op hem rustte en dat alle havens bewaakt werden. Mijn toe leg had best kunnen mislukken, want ik wist niet eens, dat het plan bestond het stuk naar Amerika te brengen. Maar ik had geluk. Mijn vader haalde den brief volgens afspraak bij den portier af. Hij was de man met den valschen snor, naar wien in de bladen geïnformeerd werd. 's Morgens had ik een samenkomst met hem in zijn woning en tot mijn vreugde vroeg hij mij zelf, of ik bereid was mjj des avonds met het document naar Ame rika in te schepen Om Margareth's mond verscheen een bitter glimlachje. „Ik speelde dien middag voortreffelijk comedietegenover mijn eigen vader. Ik deed of ik de geschiedenis half begreep, maar ik liet geen woord van verwijt hooren. Mijn ijver om hem behulp zaam te zijn viel gemakkelijk te verklaren en wekte geen argwaan. Als hij in handen der politie viel was immers ook mijn po sitie onmogelijk geworden? Hij zag dit. in en vertrouwde mij volkomen. Ik kreeg het document en reisgeld voor Amerika en daarop keerde ik naar huis terug Uitgeput zweeg het meisje. Gordon had ademloos toegeluisterd. Margareth's rol in de geschiedenis van het document was hem thans volkomen duidelijk geworden. Hij koesterde een groote bewondering voor de geestkracht en den moed, waarmoe zij die ontegenzeggelijk zware rol gespeeld had. Maar meer nog dan bewondering, had hij eerbied voor de geweldige macht, die haar had kunnen doen besluiten haar va der te verloochenen, om zijn carrière te redden. Hoe die macht heette, hoefde niet te worden gevraagd. Bij al wat zij deed was zij gedreven door haar liefde voor hem, dat was hem even duidelijk of zij het hem zelf had bekend. Geen andere macht was in staat van een zwak meisje plotse ling een heldin te maken. En de verheven heid van dit gevoel dwong temeer eerbied af, wijl zij het vanzelfsprekend hopeloos moest hebben geacht, en het dus gespeend v/as van elk egoïstisch verlangen. Toen hij hieraan dacht, kreeg hij plotseling weer den afgrond in het oog en doorliep hem een huivering Toch kon hij het vervolg van haar be kentenis niet aanhooren, zonder eerst uiting te hebben gegeven aan het warme, sterke gevoel van dankbaarheid, dat hem jegens haar vervulde. En hij deed het in woorden, die heel vreemd konden lijken. „Ik heb eens iemand hooren zeggen, dat je moeder geieefd, geleden en geduld heeft als een heilige", zei hij met een diepe, ge voelige stem. „Die woorden klonken me toen in de ooren als een profanatie. Maar thans weet ik, diat er van een profanatie geen sprake is geweest. Een moeder, die door God zoo zichtbaar in jou gezegend werd, moet wel een heilige geweest zijn..." Zijn woorden riepen tranen in Marga reth's blik te voorschijn. Maar zij drong ze haastig terug. De herinnering aan haar moeder scheen haar nieuwe kracht te schenken, want haar stem klonk veel rus tiger en vaster, toen zij den draad van haar ongelukkige geschiedenis weer op nam. „Toen ik thuis kwam met het document dacht ik over mijn positie na. Ik wilde eerst zorgen, dat je het couvert terug kreeg en dan verdwijnen. Want dit stond b\i me vast vanaf het oogenblik. dat ik be sloten had te trachten mij van het decu- ir.ent meester te maken ik moest vluch ten. God moge het mjj niet te zwaar aan rekenen, dat ik aan die vlucht de betee- kenis gaf van een vrijwilligen dood. Ik was ziek en nauwelijks in staat te denken Zij zuchtte diep en vervolgde „Ik Kwam spoedig tot mezelf, maar mijn verdwijning bleef niettemin noodzakelijk. In de eerste plaats kon ik niet langer voortleven onder die voortdurende bedreiging, den een of anderen dag te zullen hooren, dat mijn vader gearresteerd was als een moorde naar en spion. Ik kon het geheim niet meer dragen en als ik vluchtte en een an deren naam aannam, was ik er voorgoed van bevrijd. En in de tweede plaats en dit gaf den doorslag kon ik niet langer meer in Londen8 blijven, nadat ik het do cument verduisterd had. Mijn vader zou mij ter verantwoording roepen en ik vrees de de wraak van de geheimzinnige mach ten, die achter hem stonden. Ik was dus besloten te vluchten. Na tuurlijk was ik me bewust van de ellendt en de schande, die mijn verdwijning over de Williamsons zou brengen, maar van twee kwaden was deze het minste, waar toe ik besluiten kon. 's Avonds toen het donker was verdween ik. Bevreesd dat ik zou worden gevolgd, nu ik het kostbare document in mijn bezit had, nam ik voor den schijn den trein naar Southampton om me in te schepen. Onderweg stapte ik echter uit Toen liet ik me met een taxi naar Londen terugbrengen, doch vertoonde mij niet. Ik liet den chauffeur het pakje met het document aan de kiosk afgeven en nam vervolgens den trein naar Glasgow. Daar plaatste ik onder een valschen .ïaam de honderd pond voor de reis naar Amerika op een bank en zocht een toe vlucht in Perling (Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1937 | | pagina 5