1000
500
300
150
100
25
Werkkleeding
Hoera, onze Prinses verloofd
PRINSES JULIANA VERLOOFD
HU, St lacobsstr. 7
DINSDAG
No. 212
74e Jaargang
1936;
Uitgavefirma f. VAN DE VELDE Jr., Walslraat 58-60, Viissingen. Telei. 10. Postrekening 66287
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zondag en algemeen erkende Christelijke feestdagen
PRINSES JULIANA
SefycMglewisscw
naw Jew Jggfl
Hedenavond groot feest
Paviljoen „Wandelpier".
MET PRINS BERNHARD
ZUR LIPPE-BIESTERFELD
VUSSINGSCHE COURANT
ABONNEMENTSPRIJS: Voor alle gemeenten op Walcheren en waar agentschappen geves
tigd zijn f2.20 per 3 maanden. Franco door het geheele rijk f2.50. Voor België, Duitschland
en Frankrijk f3.40. Voor de overige landen bij wekel. verz. f3.20. Afzonderlijke nrs. 5 cent.
ADVERTENTIEPRIJS: Van 15 regels f 1.25; iedere regel meer 25 cent. Bij abonnement
speciale prijzen. Reclames 50 ct. p. regel. Kleine advertenties van 15 regels 50 ct. Iedere regel
meer 10 ct (max. 10 regels). Bij 3 maal plaatsing van 1—5 regels fl.—alles bij vooruitbetaling
De abonné's in 't bezit eener
Polis, zijn GRATIS verze
kerd tegen ongelukken voor:
gulden bij levens
lange ongeschikt
heid tot werken.
gulden bij dood
door
een ongeluk.
gulden bij verlies
van een
hand, voet of oog.
gulden bij verlies
van
eesi duim.
gulden bij verlies
van een
wijsvinger.
gulden bij verlies
van een
anderen vinger.
AANGESLOTEN BIJ HET BUREAU VOOR PUBLICITEITSWAARDE, INGESTELD DOOR DE VEREENIGING „DE NEDERLANDSCHE DAGBLADPERS"
die zich heden verloofde met Prins BENNO ZUR LIPPE-BIESTERFELD.
Voor
naaf
steld en besteeg Ernst, graaf en heer Zur
Lippe-Biesterfeld, graaf van Schwalenberg
en van Sternberg enz., den Lippischen troon.
Hij heeft zich een buitengewone populari
teit weten te verwerven en een standbeeld
in het Detmolder slotpark getuigt nog van
de vereering, welke zijn onderdanen hem
toedroegen.
Ernst had twee zoons de oudste, Leopold
en de jongere, prins Bernhard. Leopold
volgde hem in 1905 als vorst van Lippe op
en regeerde tot 1918. De revolutie-golf, wel
ke bij het einde van den wereldoorlog over
Duitschland ging en het keizerrijk en alle
koninkrijken en vorstendommen wegvaagde,
maakte aan zijn bestuur een einde. Thans
woont hij teruggetrokken en eenvoudig op
het oude slot in Detmold.
Zijn broeder Bernhard is de vader van den
verloofde van onze prinses,
Lippe-Biesterfeld In "den
laatsten tijd.
Graaf Ernst, die in 1905 op den Lippen-
schen troon kwam, woonde in het slot Ober-
caesel met 't daarbij behoorende oude kloos
ter Heisterbach. In het park van Heisterbach
bevindt zich ook het .mausoleum van de hee-
ren Zur Lippe-Biesterfeld.
De latere vorst Leopold en zijn broeder,
prins Bernhard, werden heiden in Obercas-
sel geboren.
Hun jeugd brachten de beide prinsen voor
Prinses Juliana verloofd met Prins
Bernhard zur Lippe-Biesterfeld.
Frankrijk versterkt zijn verdediging*
(Buitenland),
De 35e Jaarbeurs geopend.
^Binnenland);
De opstand in Spanje duurt voort
Fort Guadelupe gevallen.
.(Buitenland);
De Engelsche regeering over den toe
stand in Palestina» .(Buitenland),
Storm over Nederlandveel schade
aangerichtNederlandsche motor-
schoener in nood. Ook een Noorsch
schip in moeilijkheden.
ZIE VERDER EVENTUEEL
LAATSTE BERICHTEN
tot 1.30 uur geopend.
een groot gedeelte door op het kasteel Neu-
dorf bij Bentschen in het tegenwoordige Po
len, een bezitting der familie.
Leopold en Bernhard gingen zooals ge
woonte was bij de zoons van vorstelijken
huize in militairen dienst. Leopold werd
officier bij de garde-Uhlanen in Potsdam en
Bernhard bij de huzaren.
De militaire loopbaan van Leopold nam
Dit nummer bestaat uit twee bladen. Eerste Blad.
r 's-GRAVENHAGE. De particulier secretaris van de Koningin
heeft, in opdracht van Hare Majesteit, aan den Regeeringspers-
dienst mededeeling gedaan van de verloving van Hare Konink
lijke Hoogheid Prinses Juliana met Prins Bernhard zur Lippe-
Biesterfeld.
Het A.N.P. teekent hierbij aan, dat uit deze mededeeling blijkt,
dat Prinses Juliana zich verloofd heeft met Prins Bernhard
Leopold Frledrlch Eberhard Julius Kurt Karl Gottfried Peter
zur Lippe-Biesterfeld, geboren te Jena 29 Juni 1911.
Onmiddellijk na het bekend worden van dit heugelijk bericht,
is hier ter stede van de openbare en van verschillende particuliere
gebouwen de driekleur uitgestoken.
De vorstelijke verloving.
Een redacteur van het A.N.P., die cenige
'dagen in Detmold, de hoofdstad van het
voormalige vorstendom Lippe heeft vertoefd,
meldt jn verband met de verloving van
Prinses Juliana met Prins Bernhard gur
Lippe-Biesterfeld het-volgende
Niet ver van de Nederlandsch-Duitsche
grens, tegen het oude Westfalen aan, ligt
tiet vorstendom Lippe, voor een groot deel
bedekt door dé bossctien van het Teutobur-
gerwoud, dat zich van het noordwesten naar
het noordoosten tusschen de oude bis
schopssteden Osnabrück en Paderborn
uitstrékt.
Prachtige bosschen van loofboomen, hier
en daar - onderbroken met naaldbosschen,
bedekken voor het grootste deel deze berg
keten. Het land is van een zeer bijzondere
schoonheid. De heide gaat over in beboschte
heuvels, die weer door weiden van elkaar
zijn gescheiden. Hier en daar ziet men
dorpjes 'en steden liggen, waarvan de mees
te als badplaats een groote bekendheid heb
ben gekregen. Het geheele gebied is bijzon
der rijk aan geneeskrachtige bronnen en
nergens liggen in het noordelijk deel van
het Duitsche rijk de kuurplaatsen zoo dicht
bü elkaar als in het Lippische land.
Ook voor den Nederlander, die zijn vacan-
tie huiten de grenzen doorbrengt, is Lippe
en het Teutoburgerwoud niet onbekend.
Geen van hen, die in het Teutoburgerwoud
vertoefd hebben, zal verzuimd hebben den
Grotenburg met bet geweldige Hermanns-
denkmal, het symbool der Germaansche
overwinning op de Romeinsche legerscha
ren, te bezoeken. Hier heeft het woud ook
zijn grootste breedte en oefent op allen een
bijzondere aantrekkingskracht uit door zijn
lieflijkheid en wonderlijke schoonheid, waar
door een ieder, die eenmaal de bekoring van
dit dichtbegroeide bergland heeft gekend, er
steeds gaarne terugkeert.
Nauw met den Grotenburg en daardoor
met het geheele Teutoburgerwoud verbon
den is Detmold, de residentie van de Lippi
sche vorsten.
Weinig zullen de Nederlanders, die in
Detmold en in andere badplaatsen in Lippe
bekend zijn, vermoed hebben, dat de naam
Lippe nog eens in de geschiedenis zoo nauw
met Nederland verbonden zal worden als nu
door de verloving en het a.s. huwelijk van
H.K.H. Prinses Juliana met Prins Bernhard
zur LippeBiesterfeld staat te gebeuren.
Uit de Lippische geschiedenis
vele betrekkingen met de Neder
landen.
De geschiedenis van Lippe, zijn volk en
zijn vorstengeslacht, gaat terug tot in het
duister der vroege middeleeuwen.
Voor de 12de eeuw is geen enkel feit met
Zekerheid en historische nauwkeurigheid
vast te stellen. In oude kronieken wordt be
schreven hoe de heeren van Lippe reeds in
de oudste tijden onder de Germaansche vol
ken in groot aanzien stonden en als zooge
naamde „edele heeren" groote bezittingen
erfelijk bezaten. Historisch staat vast, dat
die heeren zur Lippe reeds Karei den Groo-
ten met de wapenen gediend hebben.
De eerste heerscher over Lippe, van wien
met zekerheid iets gezegd kan worden, is
Bernhard, heer van Lippe, die met zijn
broer Hermann in het leger van keizer
Lotharius diende, toen deze nog Saksisch
hertog was. Beide mannen namen een groot
aandeel in het beleg van Munster in 1121.
De oudste oorkonde, waarin over Bernhard
zur Lippe iets te vinden is, dateert van 1123,
De figuur van Bernhard de tweede, die
'waarschijnlijk omstreeks 1140 geboren werd,
verschijnt reeds in een duidelijk historisch
licht. Hij was een geboren krijgsman en
wordt ook beschouwd als de stichter van
Lippstadt en van Lemgo. Toen hij ouder
werd besloot hij in een klooster tj gaan,
doch zijn avontuurlijke geest hield het daar
niet lang uit.
In 1211 toen hij reeds"*n grijsaard was
trok hij met bisschop Albert van Riga
mede op 'n kruistocht tegen de Germaansche
heidenen. Hij sloeg de stammen der Esten
en Russen terug en vlocht zich bij die ge
legenheid nieuwe lauweren wegens zijn
groote dapperheid.
De overmacht der heidenen was echter
groot en omdat men wel inzag, dat het on
mogelijk was zonder hulp van buiten op den
duur tegen hun invallen stand te houden,
werd Bernhard naar Denemarken gezonden
om koning Waldemar hulp te vragen. Deze
werd gaarne verleend. Daarna trok Bern
hard naar Rome om Paus Honorius den
derden eveneens om hulp te vragen en hem
met aandrang te verzoeken de bedreigde
Christenen in het verre Noorden bij te
staan.
De paus benoemde den grijsaard als blijk
van waardeering voor zijn verdiensten tot
bisschop van Selburg. Als een merkwaar
digheid vooral omdat ons land hierbij
betrokken is kan nog vermeld worden,
dat Bernhard op de terugreis over Olden-
zaal kwam en d'aar de bisschopswijding
ontving van zijn zoon Otto, die toentertijd
bisschop van Utrecht was.
De bezittingen van het geslacht zur
Lippe hadden zich in den loop der jaren
door erfenis, door verovering en door sa
menvoeging aanzienlijk uitgebreid. In 1150
kwamen zij in het bezit van Detmold, in
1322 van Schwalenberg, Biesterfeld en
Weissenfeld. In 1368 werd het eerstgeboor
terecht ingesteld en daarmee eigenlijk de
dynastie erfelijk gegrondvest.
Nadat in 1405 de toenmaals zoo schoone
en rijke bezitting Sternberg tot de goederen
der Lippe's was toegevoegd, kreeg het
geslacht in 1528 officieel den titel van
graaf.
De eerste heer, die dien titel voerde, was
Bernhard de achtste.
Hij verbleef meestal in het slot van Det
mold, evenals zijn zoon graaf Simon de
zesde zur Lippe, die van 15631614 regeer
de en niet slechts onder de Lippische heeren
de eerste plaats inneemt, doch ook een rol
heeft gespeeld in de Duitsche geschiedenis.
De geschiedschrijvers, die zich met deze fi
guur hebben bezig gehouden, schetsen hem
allen als een bijzondere persoonlijkheid, die
een der merkwaardigste verschijningen van
zijn tijd is geweest.
Zijn aan afwisselingen en avonturen zoo
rijk leven voerde hem ook naar de Neder
landen, waar hij in 1591 en 1592 vertoefde.
Hij maakte toen deel uit van de in opdracht
van keizer Rudolf den tweeden ondernomen
bijzondere missie naar België en naar ons
land, om te trachten den vrede te stichten
tusschen koning Philip den tweeden van
Spanje en de in opstand gekomen Nederlan
den. De eigenhandige aanteekening van den
graaf over deze reis worden in het vorste
lijke huisarchief van Detmold bewaard.
Merkwaardig is wel, dat waar Munster
en Paderborn oude bisschopssteden zijn met
een overwegend katholieke bevolking, in
Lippe het protestantisme, reeds van den
eersten tijd der reformatie af, grooten in-
En voor Uw foto's.
Eri voor Uw kiekjes.
Foto HENNING, Badhuissftr. 63
vloed heeft gehad. Ook de graven van Lippe
hadden het protestantsche geloof aanvaard.
Simon de zesde, over wien wij hierboven
het een en ander mededeelden, heeft reeds
in zijn jeugd den godsdienststrijd meege
maakt. Na den dood van zijn vader zond
zijn moeder hem, met het oog op zijn ont
wikkeling naar Parijs. Hij was daar juist
in den tijd van den Bartbolomeusnacht.
Slechts ,met moeite gelukte het den jongen
graaf zich verborgen te houden en op die
manier aan de vervolging der protestanten
te ontkomen. Op lateren leeftijd was het
aan zijn bezonnenheid te danken, dat de op
stand van de Lemgo'ers, nadat de Gerefor
meerde leer officieel ingevoerd was, zonder
bloedigen strijd verliep.
Zijn zoon, graaf Simon de zevende, wordt
beschouwd als de stamvader van het ge
slacht Lippe-Detmold, dat bijna drie eeuwen
de regeerende tak in Lippe is geweest.
In 1789 werden de leden van het regee
rende huis tot -vorsten verheven met den
titel Fuerst zur-Lippe. Daarnaast ontston
den twee grafelijke zij-takken Lippe-Bies
terfeld en Lippe-Weissenfeld. Als een bewijs
van de vele betrekkingen, welke van de
vroegste tijden af tusschen Lippe en Neder
land bestaan hebben, kunnen wij nog ver
melden, dat een der Lippische graven, Si
mon Heinrich, gehuwd was met burggravin
Amalie zu Dohna, souvereine vrouwe van
Vianen en Ameiden, erfburggravin van
Utrecht, waardoor de heerlijkheid Vianen in
het bezit kwam van het Lippische huis. Him
zoon, Friedrich Adolf, werd, naar uit be
scheiden in de Lippische Landsbibliotheek
bleek, naar Leiden gezonden om daar met
„dem prinzen von Cr a ken und andern
Leute van Kondition bekamnt gemacht zu
werden". Graaf Friedrich Adolf werd ech
ter in Leiden ziek en zijn moeder haalde
hem na verblijf van een jaar in ons land
weer naar Detmold terug.
Ook later zou Friedrich Adolf nog met de
Nederlanden in contact komen zij het dan
op een andere wijze.
De prins van Oranje deed, toen de Fran-
schen het Rijnland waren binnengevallen,
een beroep op den keurvorst van Branden
burg.
Deze had een verbond met verschillende
Duitsche vorsten gesloten en zond den prins
hulptroepen. Graaf Simon Heinrich zur
Lippe, de vader van Friedrich Adolf, be
sloot een regiment ruiters te zenden om de
Vereenigde Nederlanden te hulp te komen.
Zijn zoon werd tot overste aangesteld en
nam aan tal van veldslagen tegen de
Franschen deel. Zoo wordt zijn naam ge
noemd en die van het Lippische regiment
bij den slag van Fleuris en bij dien van
Neerwinden.
r as»
Naast de vorstelijke linie en de beidé gra
felijke linies is er nog een vierde tak, welke
met Lippe verbonden is. Het is de linie
Lippe-Alferdissen, welke in de 18de eeuw
door huwelijk het graafschap Schaumburg
verkreeg en sinds dien tijd Schaumburg-
Lippe genoemd wordt. Sinds 1807 is ook
deze tak vorstelijk.
In 1895 is groot opzien gewekt in Duitsch
land door den strijd over de troonsopvolging
in Lippe. Deze kwestie heeft een tijdlang in
het middelpunt der Duitsche binnenlandsche
politiek gestaan, mede door het persoonlijk
ingrijpen van den Duitschen keizer.
De kwestie trok zelfs de aandacht Ver
over de grenzen van het kleine land en werd
aan huitenlandsche hoven en kanselarijen
besproken.
De Lippische troonstrijd, die in 1895 uit
brak, is oorspronkelijk een familiestrijd tus
schen de in Detmold regeerende hoofdlinie
en de heide grafelijke zijtakken Lippe-Bies
terfeld en Lippe-Weissenfeld. Eerst toen er
zekerheid bestond, dat de hoofdlinie zonder
mannelijke erfgenamen zou uitsterven, nam
de familiekwestie een staatkundig karak
ter aan.
Als laatste regeerende vorst stierf in 1895
vorst Woldemar. Zijn eenige broeder, prins
Alexander, die sinds vele jaren in een in
richting voor geesteszieken verpleegd werd,
kwam voor de troonsopvolging niet in aan
merking. Er waren toen drie pretendenten
voor den Lippischen troonhet vorstelijk
huis Schaumburg-Lippe en de grafelijke
takken Biesterfeld en Weissenfeld. Het zou
ons te ver voeren de aanspraken, welke elk
der pretendenten meende te kunnen doen
gelden, hier uiteen te zetten. In de Lippische
archieven kan men daarover een schat van
literatuur vinden. Het probleem werd bij
een scheidsgerecht, onder voorzitterschap
van den koning van Saksen, aanhangig ge
maakt en na een langdurige procedure werd
de linie Lippe-Biesterfeld in het gelijk ge-