Hobs
Hoonturen
BINNENLAND
131. Rob had nïet lang tfc'd om over dit probleem na te den
ken, want op dat ogenblik hoorde hij het schrille getrompet
van een olifant. Behoedzaam voorwaarts kruipend bereikte
Rob de rand van de wildernis en ontdekte een lang pad bedekt
met gras. En daar kwam een kudde olifanten met gespitste
oren en opgeheven slurpen op hem af .1
132. Vlug verborg Rob zich weer, in de hoop hun aandacht të
ontgaan, maar hij was reeds gezien. Met een schril getrom
pet van woede kwam een grote olifant recht op hem afzetten.
Rob maakte rechtsomkeert, met de hele kudde achter hem
aan. De leider van de sudde was vlak bij hem. Rob keek over
zijn schouder en zag, dat het onmogelijk was, het dier uit de
weg te blijven. Zijn enige kans op redding bestond in een listig
ontwijken, (Morgen vervolg).
toegelegd. Asyls, pensions, bad-inrichtingen
voor het huisdier zijn verrezen en een eigen
kerkhof ontbreekt aan deze serie zelfs niet.
Het laatste wat op dit gebied is ont
staan is de dieren-ziekte-verzekering. Hoe
wel het aantal artsen toenam, daalde het
honorarium voor hun hulp niet en het was
dus begrijpelijk, dat men tot een soort
fonds-vorming is gekomen. Voor een dub
beltje per week verkrijgt men voor zijn.
hond gratis geneeskundige behandeling en
medicijnen. Naar wij vernamen, neemt het
aantal aangeslotenen zeer toe en breidt
deze verzekering zich geregeld gestadig uit.
Voor het oogenblik is Den Haag nog het
centrum van dit nieuwe instituut, dat ech
ter ook wel verder zal door-werken. In de
Vondelstraat 19 is het hoofdkwartier ervan
gevestigd en wie er dus inlichtingen over
wenscht, kan zich tot dit adres wenden.
Toen een paar weken geleden het gerucht
over een zeden-schandaal door de pers ging,
hebben wij ons leedwezen er over betuigd,
dat daarvan op een schromelijke wijze
openbaarheid werd gegeven. Het vermelden
van de namen, of geheel of met zooveel
letters en1* met beroepsaanduiding, dat on
middellijk bekend was wie hier de betrok
ken personen waren, was voor de menschen
zelf en voor de familie en vrienden een
hoogst onaangename straf. Nu gemeld is
dat van de negen in preventieve hechtenis
gestelden er weer zeven achtereenvolgens
zijn vrijgelaten omdat er te weinig aanwij
zingen voor hun schuld bestaat, komt nog
eens heel duidelijk aan het licht hoe ernstig
en wreed die aanvankelijke publicatie is ge
weest. Natuurlijk zal het groote publiek
niet overtuigd zijn van de onschuld en eer
gelooven, dat deze zeven door de mazen van
de wet zijn heengekropen, maar al ge
schiedt dit niet, er is een vreeselijke blaam
op deze personen geworpen, die nooit meer
is uit te wisschen.
Het lijkt ons, dat hier eens ernstig over
wogen moet worden, wat gedaan kan wor
den om dit zeer verkeerde in den gang van
een rechtszaak te voorkomen. Het is niet
de eerste maal, dat iets dergelijks ge
schiedt en vooral op het precaire gebied
der zgn. zede is het wel gewenscht dat men
voorzichtig zij. Wie heeft hier de namen
aan de pers verstrekt? Heeft diegene daar
toe het recht? Dit is wel de eerste vraag,
die rijst. Het ernstige gevolg is nu weer
eens in alle schrilheid gebleken en het is
inderdaad te hopen, dat dit geval zich niet
zal herhalen. Het Recht moet altijd zijn
loop hebben, maar in de eerste plaats dient
het te voorkomen dat onrecht wordt ge
daan, vóór het Recht zijn uitspraak deed.
De maand Maart is voor onze stad wel
geer merkwaardig geweest. Er hebben zich
twee verschijnselen voorgedaan die hoogst
zeldzaam zijn. Onlangs meldden wij reeds
dat in een maand onze bevolking met een
20-tal zielen was achteruitgegaan, maar
dat niettegenstaande dit verschijnsel de
aanwas van het aantal woningen bleef
voortduren. Thans echter is in Maart het
aantal inwoners met 91 gedaald en de
voorraad woningen met 63 verminderd,
De uittocht van bewoners was eenige hon
derden grooter dan de intocht en het ge
boorte-accres dekte dit verschil niet. Hoe
wel er 155 nieuwe woningen klaar kwamen,
verdwenen er door slooping en verbou
wing en onbewoonbaarverklaring 218. Nu
fceteekent deze laatste achteruitgang niet
veel, want het waren uiteraard alle leeg
staande en vrijwel waardelooze panden. In
April waren alweer 892 woningen in aan
bouw, zoodat dit proces blijft voortgaan.
Het blijven echter merkwaardige verschijn
selen, die de bizondere tijdsomstandigheden
doen uitkomen. De trek uit de provincie
naar de groote stad is eindelijk stopge
zet. Of dit nadeel is voor onze stad moet
nog blijken. Veel voordeel had het stellig
niet.
Den Haag telt nu 482.700 zielen.
EIBER.
Nationale Woningraad.
Jaarvergadering te Leiden.
In de Stadsgehoorzaal te Leiden werd
gisteren en heden de jaarvergadering ge
houden van den Nationalen Woningraad,
Algemeene bond van Woningbouwvereni
gingen.
De gistermiddag gehouden vergadering
werd bijgewoond door den burgemeester,
ar. A. van de Sande Bakhuyzen, den ge
meentesecretaris mr. dr. C. E. van Strijen,
de wethouders Splinters, Verwey en van
Stralen, jhr. van Ellemeet de Jonge, voor
zitter van het Instituut voor Volkshuisves
ting en Stedenbouw, den heer van der Drift,
als vertegenwoordiger van den minister van
sociale zaken en vele andere autoriteiten.
De voorzitter van het hoofdbestuur, mr.
Ör. E. van den Bergh, uit Amsterdam, hield
een begroetingsrede, waarin hij zeide, dab
het aantal aangesloten organisaties 392 be
draagt met tezamen 41.436 woningen.
De woningproductie door vereenigingen
verminderde van 4127 in 1934 tot 2978 in
1935.
De jaarverslagen van secretaris en pen
ningmeester werden onveranderd goedge
keurd. De aftredende bestuursleden, de hee-
ren A. Bruintjes en C. Lambeck, werden bij
acclamatie herkozen.
In de plaats van den heer Van den Bergh,
die zich niet herkiesbaar stelde, werd, even
eens bij acclamatie als voorzitter gekozen,
3e heer L. van der Wal uit Amsterdam.
De vice-voorzitter, de heer K. R. van
Staal, huldigde den afgetreden voorzitter
voor alles wat hij gedurende zijn 12-jarig
presidium voor de zaak der volkshuisvesting
'én der Nationalen Woningraad heeft gedaan
en bood hem den door den heer Meesters uit
Halfweg vervaardigden kijker aan.
In de plaats van een drietal afdeelings-
voorstellen bracht het hoofdbestuur onder
staande resolutie in stemming, welke met
algemeene stemmen werd aangenomen.
„De ledenvergadering, enz.,
van oordeel, dat het vraagstuk der huur-
verlaging voor de zonder rjjkssteun ingevol
ge de Woningwet gebouwde vereenigings-
gemeentewoningen dringender dan ooit
voorziening behoefb,
draagt het bestuur op
a. er nogmaals bij de regeering op aan te
dringen, dat zij gebruik zal maken van haar
wettelijke bevoegdheid om de rente en zoo
noodig ook de aflossingsbedragen van dooi
de rijksfondsen voor bedoelde woningen
verstrekte leeningen te verlagen
b. de regeering nogmaals te verzoeken
bedoelde woningen te brengen onder de bij-
dragenregeling van 9 Mei 1935
c. te blijven age eren voor verlaging van
andere op de exploitatie drukkende lasten.
De heer J. Splinter, wethouder van fabri
cage te Leiden, hield vervolgens een voor
dracht over „De ontwikkeling van de volks
huisvesting te Leiden".
Na afloop werden de congressisten door
heb gemeentebestuur officieel ontvangen in
de Lakenhal, waarbij de burgemeester hen
toesprak.
Tot besluit van den eersten dag werd een
rondvaart gemaakt over de Kager- en Bra-
semermeren.
Het bezoek van den Hertog van Kent
aan ons land.
Gistermiddag is de Hertog van Kent per
particulier vliegtuig op Waalhaven gear
riveerd.
Omstreeks kwart over drie kwam öe
hofauto, waarin de Hertog van Kent, de
Engelsche gezant en jhr. De Jonge van
Ellemeet hadden plaats genomen, voor het
Museum Boymans te Rotterdam aan. De
directeur van dit Museum, dr. Hannema,
ontving Z.K.H. bij den ingang en leidde den
hoogen gast rond. Het bezoek duurde on
geveer een uur.
Voorafgegaan door de Rotterdamsche
motorpolitie, die den stoet tot aan de grens
van de gemeente Rotterdam begeleidde,
vertrok het gezelschap vervolgens in de
richting van Den Haag.
In Den Haag.
Na een rit door Delft, over de Markt en
langs het Prinsenhof op het Oude Delft,
volgde de stoet weer den rijksweg en arri
veerde tegen 5 uur aan de woning van den
Engelschen gezant op het Westeinde.
Vele belangstellenden hadden zich voor
de Engelsche legatie verzameld, die den
Hertog van Kent bij zijn aankomst harte
lijk toejuichten.
Bezoek aan het Mauritshuis.
Tegen zes uur reed de Hertog van Kent,
vergezeld van den gezant en van jhr. De
Jonge van Ellemeet, naar het Mauritshuis,
waar hij door den directeur, prof. dr. W.
Martin, werd ontvangen en rondgeleid.
Ook in dit museum vertoefde de prins
ruim een uur.
Tegen 7 uur verliet prins George het
museum, nadat prof. Martin hem een nieu
we editie van den Franschen catalogus had
aangeboden.
Vervolgens werd een korte rit door Den
Haag gemaakt.
Diner op de Engelsche legatie.
Gisteravond hebben de Engelsche gezant
en lady Montgomery een diner gegeven ter
eere van de aanwezigheid van den Hertog
van Kent. In verband met den Engelschen
hofrouw was aan dezen maaltijd geen offi
cieel karakter gegeven.
Rechts van den Hertog had lady Montgo
mery plaats genomen, links van hem me
vrouw Snouck Hurgronje, echtgenoot© van
den secretaris-generaal van het departe
ment van buitenlandsche zaken. Tot de
gasten behoorden verderde minister-pre
sident, dr. H. Colijn, de gezant van de Unie
van Zuid-Afrika en mevrouw Van Broek
huizen, de president van het Permanente
Hof van Internationale Justitie, sir Cecil
Hurst, de vice-president van den Raad van
State en mevrouw Beelaerts van Blokland.
De secretaris-generaal van het departement
van buitenlandsche zaken, de minister van
Staat en Commissaris der Koningin in
Zuid-Holland en mevrouw Van Karnebeek,
de groot-officier van H. M. de Koningin en
baronesse van Hardenbroek van Harden-
broek, de gouverneur der residentie, luite
nant-generaal jhr. W. Roëll, de chef van
den marinestaf, schout-bij-nacht J. T.
Fürstner, de burgemeester van Den Haag
en mevrouw De Moncby, jhr. de Jonge van
Ellemeet, de le secretaris van de Engel
sche legatie en mevrouw le Rougetel, de mi
litaire attaché, major Paris, de luchtvaart-
attaché-eseadercommandant Thornton, lord
Herbert, stalmeester van den hertog van
Kent en de luitenant-vliegenier Fielden,
die piloot is van den Engelschen koning en
het vliegtuig van Z. M., waarmede de Her
tog naar Waalhaven is gevlogen, bestuurde.
De Hertog van Kent heeft hedenochtend
de residentie weer verlaten, na den nacht
te hebben doorgebracht op de Britsche lega
tie aan het Westeïnde. Precies om 10 uur
is de Hertog van Kent in een hofauto naar
Amsterdam vertrokken.
Ofschoon het tijdstip van vertrek niet
bekend was, bleek de belangstelling van
het publiek vrij groot te zijn.
Naar wij vernamen zou het in het voor
nemen van prins George liggen, om op weg
naar Amsterdam nog een bezoek te bren
gen aan het Frans Hals-museum te Haar
lem.
TWEEDE KAMER.
Vergadering van Vrijdag 3 Juli.
Giro-wet.
Voortgezet wordt de behandeling van het
wetsontwerp regelen betreffende de taak
der openbare lichamen met betrekking tot
het betalingsverkeer zonder gereed geld en
daarmede verband houdende werkzaamhe
den (Giro-wet).
De heer Steinmetz {r.k.) is er nïet van
overtuigd, dat de plaatselijke girodiensten
versnippering hebben veroorzaakt en den
centralen girodienst schade berokkenen. Hij
ziet in dit ontwerp een aantasting van het
recht der lagere, publiekrechtelijke licha
men. De plaatselijke girodiensten voorzien
in een behoefte. De voorgestelde centralisa
tie gaat spr. te ver.
De heer De Geer (c.h.) ziet in dit ontwerp
twee elementen, toezicht en concurrentie-
besnoeiïng. Hij acht het van algemeen be
lang, dat rijkstoezicht wordt uitgeoefend op
de gestie der plaatselijke diensten.
Hij acht onjuist, dat het arbeidsveld van
den centralen girodienst wordt ingeperkt
door het optreden der gemeentelijke dien
sten. Spr. wijst op de moeilijkheden, welke
van het vergunningsstelsel, zooals dat in het
ontwerp is opgenomen, het gevolg zullen
zijn. Hij vreest, dat geen voldoende onder
scheid zal worden gemaakt tusschen het al
gemeen belang en het belang van den rijks-
girodienst. Hij is evenwel bereid, over zijn
bezwaren heen te stappen, mits de bestaan
de plaatselijke diensten niet aan het ver
gunningsstelsel worden onderworpen.
De heer Van den Tempel (s.d.) acht öe
strekking van het ontwerp eveneens scha
delijk voor het algemeen belang. Dit wets
ontwerp wil de gemeentelijke girodiensten
stellen onder het centrale gezagop deze
wijze zullen de gemeentelijke diensten wor
den verstikt.
Groote groepen van 'de bevolking worden
wel tot den plaatselijken, doch niet tot den
centralen girodienst getrokken. Het beta
lingsverkeer word door dit ontwerp te veel
gecentraliseerd.
Vrees voor concurrentie aan den rijksgi
rodienst is aan dit ontwerp niet vreemd.
Spreker's hoofdbezwaar is, dat door dit
ontwerp belangrijke beslissingen van de ge
meentelijke diensten onder toezicht van het
rijksgezag worden gesteld. De autonomie
der gemeenten zal hierdoor opnieuw worden
aangetast.
De rekeninghouders van de gemeente
giro hebben geen behoefte aan den rijlfs-
girodienst. Zij hebben grootendeels slechts
betalingen van plaatselijken aard te doen.
Voor hen heeft de plaatselijke girodienst be
paalde voordeelen. Het denkbeeld van den
minister, dat de houders van een gemeente
lijke girorekening den rijksgirodienst kun
nen toevloeien, acht spr. onjuist.
De argumenten tegen de rentevergoeding
overtuigen spreker geenszins. Een belan
gentegenstelling tusschen de centrale- en
gemeentelijke diensten ziet spr. evenmin.
Wanneer Amsterdam haar girodienst móet
missen, beteekent dat voor haar een finan
cieel nadeel. Spreker's hoofdbezwaar gaat
tegen de aanzienlijke vrijheidsbeperking der
lagere rechtelijke organen.
Het algemeen belang zou door deze wet
worden geschaad. Spr. hoopt, dat dit ont
werp niet in het Staatsblad zal verschijnen.
De heer Kortenhorst (r.k.)' is van mee
ning, dat het ontwerp coördinatie en orde
ning beoogt. Als men de ontwikkeling van
de girodiensten nieb ordent, bestaat de mo
gelijkheid, dat in alle gemeenten girodien
sten komen. Dit acht spr. schadelijk voor
het algemeen belang.
Is het gewenscht, zoo vraagt spr., dat de
gemeentelijke diensten cliënten tot zich
trekken, doordat zij rente vergoeden Hier
door concurreeren zij tegen den centralen
girodienst. Bovendien rijst dan de vraag, of
de rekeninghouders den girodienst als een
spaarbank gaan beschouwen. Dreigt dan
niet het gevaar, dat de gelden niet onder
alle omstandigheden veilig worden belegd?
De heer Vos (lib.) vreest, dat door dit
ontwerp de bestaande gemeentelijke giro
diensten in gevaar worden gebracht. De
voorwaarde, waaronder de gemeentelijke
diensten werken zijn van dien aard, dat er
maar weinig behoeft te gebeuren, of zij
kunnen hun werkzaamheden niet voort
zetten.
De gemeentelijke girodiensten moet men
als aanvulling van den rijksgirodienst be
schouwen. Het motief van concurrentie, dat
de minister aanvoert, vindt niet zijn recht
vaardiging door de ervaring, welke men van
de bestaande gemeentelijke girodiensten
heeft.
In Nederland is de ontwikkeling van het
giroverkeer, vergeleken bij het buitenland,
nog gering. Een groot gebied ligt nog braak.
Men torne niet aan de geringe rentevergoe
ding van de plaatselijke diensten. Hun be
staan zou er door in gevaar worden
bracht.
Spr. is bevreesd, dat men met deze cen
tralisatie te ver gaat en dat de gemeente
lijke autonomie door dit ontwerp wordt
aangetast. Men late het eigene eener ge-,
meente, dat een nuttige functie verricht, en
historisch is gegroeid, onaangetast. Aan de
bestaande plaatselijke girodiensten worde
niet getornd.
De heer IJsselmuïden (r.k.) zegt, naar
aanleiding van hetgeen de heer Kortenhorst
heeft betoogd, dat als dit ontwerp ordening
beoogt, hij niet meer weet, wat ordening is.
Wanneer de centrale girodienst een zoo
groot mogelijk aantal rekeninghouders wil
trekken, organiseere hij zelf plaatselijke
diensten, in die gemeenten, die daartoe zelf
niet het initiatief namen. Met dit ontwerp
drijft men naar het vormen van een centraal
kasbedrijf. Daartegen heeft spr. bezwaar.
De heer Wijnkoop (c.p.) zegt, dat dit ont
werp wel degelijk een aanval doet op de ge
meentelijke autonomie.
Het tast instellingen aan, welke, zoowel
in het belang van kleine als groote lieden
zijn opgericht.
Toezicht op de bestaande gemeentelijke
girodiensten van rijkswege acht hij overbo
dig. Zij worden goed gecontroleerd.
Men zegt, dat de Amsterdamsche giro
dienst moeilijkheden heeft gehad bij den val
van het Engelsche pond. Maar heeft de Ne-
derlandsche Bank in 1932 geen moeilijkhe
den gehad? En de Nederlandsche Bank
heeft die moeilijkheden op een buitengewoon
onelegante wijze opgelost.
De heer Kersten (s.g.) kan zich met de
concentratie, die dit ontwerp beoogt, niet
vereenigen.
De minister van binnenlandsche zaken, öe
heer de Wilde, zegt, dat de centrale post
cheque en girodienst aanvankelijk was ge
decentraliseerd en toen een omslachtige en
kostbare werkwijze volgde. Daarom kwam
men. tot centralisatie en mechanisatie. Bui
ten dezen centralen girodienst bestaan er
thans 4 gemeentelijke diensten, te Amster
dam, Zaandam, Arnhem en Bussum.
Spreker heeft er geen bezwaar tegen om
de vier bestaande gemeentelijke diensten
zooveel mogelijk vrij te laten. Maar thans
is er nog gelegenheid om te voorkomen, dat
in andere gemeenten vrijelijk girodiensten
worden opgericht en wanorde zullen stich
ten. Spr. vreest, dat andere motieven, dan
de bevordering van het betalingsverkeer, bij
de oplichting een rol kunnen spelen. De ge
meenten zouden zich op deze wijze kasgel
den kunnen verschaffen.
Het verwijt, dat de gemeentelijke autono
mie door dit ontwerp wordt aangetast, wijst
de minister ten stelligste van de hand. Het
giroverkeer in niet van locaal, maar van in
tercommunaal belang.
Spreker wijst op de gevaren, welke een
hooge rentevergoeding mede zullen brengen.
Rentevergoeding is niet de taak van den
girodienst. Een groot gevaar, waaraan de
gemeente zich blootstelt, is, dat de gelden
van den girodiensb als kasgeld worden aan
gewend. Daartegen moet het rijk waken.
Wie voor ordening is, kan niet tegen dit
wetsontwerp zijn.
De algemeene beraadslagingen worden
gesloten.
Bij artikel 1 dringt de heer Van Braam
beek (s.d.) erop aan, dat de minister zal
schrappen de bepaling, iat bij den centralen
postcheque- en girodienst geen rente mag
worden vergoed.
De minister vraagt, om dit artikel aan te
houden in verband met amendementen op
volgende artikelen.
Bij artikel 2 verdedigt de heer Van den
Tempel (s.d.) een amendement, waardoor de
regeering geen directieven aan de gemeen
telijke diensten zal geven met betrekking
tot den aard van de door deze diensten te
verrichten werkzaamheden en handelingen
met betrekking tot de heffing van rechten.
Dit zal dan gelden zoowel voor bestaande
als nog op te richten gemeentelijke diensten.
Spr. verdedigt ten tweede een amende
ment om te schrappen de bepaling, dat geen
rente mag worden vergoed over de saldi-
tegoed bij een gemeentelijken dienst.
De heer Kortenhorst (r.k.) wil bepaald
zien, dat de algemeene maatregel van be
stuur het maximum-rente percentage vooi!
gemeentelijke diensten zal vaststellen.
De heei' Schouten (ai.r.) bestrijdt de amen
dementenVan den Tempel.
De heer IJsselmuiden (r.k.) steunt het
eerste amendement-Van den Tempel.
De heer De Geer (c.h.) dient een amende
ment in, om het rentepercentage voor be
staande en nog op te richten gemeentelijks
girodiensten maximaal te stellen op 1
Minister de Wilde bestrijdt het eerste
amendement-Van den Tempel. Wat 't twee
de amendement betreft, spr. zou het beste
vinden, dat de girodiensten in het geheel
geen rente vergoeden. Toch wil hij wel aan
het geuite verlangen tegemoet komen en
het amendement-De Geer ondersteunen.
De heer Van den Tempel (s.d.) trekt zjjn
tweede amendement in. Hij handhaaft zjjn
eerste amendement.
Minister de Wilde handhaaft zijn bezwa
ren tegen het eerste amendement-Van deii
Tempel. Hij neemt het amendementDe
Geer over.
Het eerste amendement-Van den Tempel
wordt aangenomen met 36 tegen 34 stern-
mem
De minister neemt over een amendement-
De Geer (c.h.) om de bestaande gemeente
lijke girodiensten vrij te stellen van de ver
plichting om een vergunning aan te vragen.
De Kroon kan voorts volgens dit amende
ment aan de bestaande gemeentelijke giro
diensten voorschriften geven ten aanzien
van bepaalde punten.
Voorts beoogt dit amendement toe te la
ten dat de gemeentelijke diensten over de
saldi-tegoed ten hoogste 1 's jaars ver
goeden.
De miniser schrapt nu uit artikel 1 de be
paling, dat over de saldi-tegoed bij den cen
tralen post-cheque- en girodienst geen rente
mag worden vergoed.
De heer Van den Tempel (s.d.) verdedigt
een amendement om een commissie van ad
vies in te stellen betreffende de bemoeiin
gen van de openbare lichamen met betrek
king tot het betalingsverkeer zonder gereed
geld en daarmede verband houdende werk
zaamheden.
De commissie bestaat uit vijf leden, waar
van twee leden, die in het bijzonder de be
langen van de gemeentelijke diensten ver
tegenwoordigen.
Zij worden door de Kroon voor vijf jaren
benoemd. De commissie dient, op de wijze,
bij algemeenen maatregel van bestuur te
regelen, van advies bij de uitvoering van
deze wet.
Minister De Wilde heeft tegen dit amen
dement geen bezwaar en neemt het over.
Dinsdag zal over het wetsontwerp worden
gestemd.
Aan de orde zijn de wetsontwerpen wijzi
ging en verhooging van het zevende hoofd
stuk b der rijksbegrooting voor 1935 (cre-
diet voor werkverruiming), wijziging en
verhooging van het tiende hoofdstuk der
rijksbegrooting voor 1936 (industriefinan
ciering).
De heer Kupers (s.d.) critiseert den gang
van zaken bij het Werkfonds. De practische
resultaten zijn uitermate gering en kunnen
kwalijk een krachtdadige bestrijding der
werkloosheid genoemd worden.
Groote openbare werken dienen in een
sneller tempo te worden uitgevoerd. De
aangevraagde gelden zijn onvoldoende. Is
hier onmacht of onwil in het spel? Welke
beweegredenen hebben ertoo geleid om het
verzoek van Gedeputeerde Staten van Zuid-
Holland om gelden beschikbaar te stellen
voor de uitvoering van het provinciale we
genplan af te wijzen?
Geen normale- en onderhoudswerken mo
gen worden uitgevoerd in werkverschaffing
met financiering van het Werkfonds. Dit
heeft verplaatsing van de werkloosheid en
loondruk tengevolge.
De heer Amelink (a.r.) berekent, dat
toen er een bedrag van 67 millioen was
vastgelegd voor bepaalde werkverruiming*
er nog maar 1.6 millioen gulden rechtstreeks
van was verloond.
De vergadering wordt om kwart over zes
verdaagd tot Dinsdag a.s. te 1 uur.