500 300 25 WOENSDAG 13 APRIL :No.89i 74e «Jaar gang; UitgaveFirma F. VAN DE VELDE lr„ Walstraat 58-60, Vlissingen. Telef. 10. Postrekening 66287 Vorschiint dagelijks, uitgezonderd op Zondag en algemeen erkende Christelijke Feestdagen De DarJoncIlcn Dr. Van Schelven in ons land. §el»em»te«itssei» «an Jew Jng STADS- ENPROVINCIENIEUWS 1936! VLISSINGSCHE COURANT ABONNEMENTSPRIJS: Voor alle gemeenten op Walcheren en waar agentschappen geves tigd zijn f2.20 per 3 maanden. Franco door het geheele rijk f2.50. Voor België, üuitschland en Frank: ijk f3.40. Voor de overige landen bij wekel. verz. f3.20. Afzonderlijke nrs. 5 cent. ADVERTENTIEPRIJS: Van 1—5 regels fl.25; iedere regel meer 25 cent. Bij abonnement speciale prijzen. Reclames 50 ct p. regel. Kleine advertenties van 1 -5 regels 50 ct. Iedere regel meer 10 ct. (max. 10 regels). Bij 3 maal plaatsing van 1 5 regels fl.—alles bij vooruitbetaling De abonné's in 't bezit eener Polis, zijn GRATIS verze kerd tegen ongelukken voor: gulden bij levens lange ongeschikt heid tot werken. gulden bij dood door een ongeluk. gulden bij verlies van eén hand, voet of oog. gulden bij verlies van een duim. gulden bij verlies van een wijsvinger. gulden bij verlies van een anderen vinger. AANGESLOTEN BIJ HET BUREAU VOOR PUBLICITEITSW AARDE, INGESTELD DOOR, DE VEREENIGING „DE NEDERLANDSCHE DAGBLADPERS" Turksch sperfort tusschen Engeland en Rusland Turkije wenscht herziening der verdragen! De laatste gebeurtenissen betrekking heb bende op bet pact van Locarno hebben een andere aangelegenheid volkomen op den achtergrond gedrongen. Bijna de geheele Europeesche pers heeft de verklaring van den Turkschen minister van buitenlandsche za ken, waarin deze aandrong op een oplossing van het probleem van de versterking der zeestraten, zonder commentaar weergegeven. Bovenstaand vraagstuk heeft een juridi sche en een politieke zijde. Juridisch ligt de aangelegenheid zoo, dat het Turkije door het verdrag van Juli 1923 verboden is, de Dardanellen te versterken. Deze overeen komst bepaalt verder, dat een "Volkenbonds commissie onder voorzitterschap van een Turk moet waken voor een vrije en onge hinderde doorvaart door de zeestraat. In alle gevallen, zoowel in vredes- als in oor logstijd, is het recht van vrije doorvaart zoowel voor handels- als oorlogsschepen onbeperkt. Deze overeenkomst is niet opgenomen in het kader van het vredesverdrag van Lau sanne, doch werd in aansluiting aan deze vredesonderhandelingen afgesloten. Turkije onderteekende de overeenkomst vrijwillig, zoodat er een parallel met het Locarno-pact valt waar te nemen. Deze parallel laat zich bovendien nog verder doortrekken juist omdat Turkije zich op aandringen van En geland bereid verklaarde de overeenkomst betreffende de Dardanellen' te onderteeke nen, werden de militaire clausules van het vredesverdrag van Sèvres niet in de over eenkomst van Lausanne opgenomen en Turkije werd in militair opzicht van alle beperkingen bevrijd. Engeland en de Dardanellen. De grootste belangstelling voor de neu traliseering van de Dardanellen toonde En geland te Lausanne. Deze belangstelling vindt zijn oorzaak in de ervaringen, die men in den wereldoorlog had opgedaan en waar uit de groote militaire beteekenis van deze zeestraat was gebleken. De Dardanellen bleken in den wereldoorlog" een onneembare vesting te zijn. De verbinding tusschen Rus land en de Geallieerden kon ondanks de meest krachtige aanvallen van de verbon den vloten niet tot stand worden gebracht en de Engelschen verloren bij Gallipoli een groot aantal van hun beste schepen. De situatie is intusschen sinds den we reldoorlog volkomen veranderd en gelijkt ook op geen enkele wijze meer op den toe stand onmiddellijk na het einde van den burgeroorlog in Rusland, die op de confe rentie te Lausanne in het brandpunt der belangstelling stond. Er is op het oogen- blik geen sprake meer van een mogelijke interventie in Zuid-Rusland en daarom is het oogenschijnlijk ook niet meer noodza kelijk, den weg van de Middeïlandsche naar de Zwarte Zee vrij te houden. Turkije wenscht versterking. Turkije heeft er zijnerzijds jaren lang aan gewerkt, aan de Dardanellen een feitelijke situatie te scheppen, die geenszins meer met de juridische overeenkomt. Dit is hoofdzakelijk met Russischen steun ge schied. Voorloopig trachtte Turkije, die ook de jure de volle souvereiniteit over de zee straten bezit, deze militair, te beveiligen. Intusschen beperkte Ankara zich daarbij tot het in stand houden van de oude verde digingswerken, om op het beslissende mo ment steeds klaar te staan. Dit oogenblik scheen voor Turkije gekomen, toen de ont wapeningsconferentie ineenstortte en 'ook Duitschland den Volkenbond verliet. Men zal zich herinneren, dat Turkije op dit tijdstip het probleem der zeestraten of ficieel te Genève ter sprake bracht. Enge land bleek toen nog steeds een tegenstan der van nieuwe versterking te zijn en daar ook Frankrijk de Turksche wenschen niet ondersteunde, liep de geheele zaak dood. Maar sinds dien tijd heeft Turkije de Dar danellen eigenlijk weer versterkt. Het door de conventie verboden in stelling brengen van zwaar geschut heeft inde meest be langrijke forten reeds plaats gevonden, de garnizoenen zijn versterkt en reeds op het oogenblik zou het geen kinderspel zijn, om de Dardanellen aan te vallen. De Turksche politiek was, sinds Kemal Ataturk aan haar hoofd staat, steeds met de gedachte bezield, een evenwicht tus schen Engeland en Rusland te houden. Dit thema heeft Turkije uiterst handig en in vele variaties weten te bespelen. De betrek kingen niet. sovjet-Rusland zijn zeer nauw, zonder dat de communistische propaganda de mogelijkheid heeft, in Turkije 'n vrucht baar arbeidsveld te vinden. En de betrek kingen met Engeland zijn zeer goed, on danks het feit, dat de Britsche en Tuncsche belangen in Voor-Azië nog al eens op elkaar botsen. Geen belang meer bij eeii vrije doorvaart. In de Dardanellenkwestie moest Turkije logischerwijze door de beide mogendheden gelijktijdig ondersteund worden. Voor Rus land beteekenen de versterkte zeestraten sperforten, die het tegen verrassing uit het Zuiden beschermen. En voor Engeland be teekenen de zware kanonnen aan den Bos porus eveneens veiligheid tegenover verras singen in Voor-Azië. Zooals de zaken op het oogenblik liggen, hebben de beide groo te mogendheden veel minder belang bij een vrijen zeeweg, dan wel bij een buffer, die mogelijke tegenstellingen bij tijds vermag op te vangen. Het is dan ook waarschijnlijk, dat dé Turksche wenschen dit keer gehoor zullen vinden. Natuurlijk zou Turkije de Locarno- aangelegenheid tot precedent kunnen ne men en het verdrag van Lausanne kortweg opzeggen. Aanleiding tot een dergelijke daad heeft Ankara echter niet, want ten slotte is Turkije in den Volkenbondsraad vertegenwoordigd, en een dergelijke ver- dragsscbending zou Genève maar weer voor nieuwe moeilijkheden plaatsen. Binnen af- zienbaren tijd zal men zich wel aan de con ferentietafel zetten en alles wijst er op, dat ook in het Turksche geval tot een herzie ning der verdragen zal worden besloten. (Nadruk verboden) Vreeselijke ervaringen in Abessinië. Naar men weet was dr. Van Schelven met de „Christiaan Huygens" uit Port Said ver trokken om, na de emoties in Abessinië, in eigen land herstel te zoeken van zijn ver wondingen. Zijn toestand was van dien aafd, dat een rustkuur noodzakelijk was en daarom was het aanvankelijke plan om aan boord te blijven tot Amsterdam. De boe treis heeft hem echter zoo goed gedaan, dat dr. Van Schelven zich krachtig genoeg gevoelde om in Genua van boord te gaan en met den boottrein van de maatschappy Nederland naar Arnhem te vertrekken, waar hij he denochtend is aangekomen. Een redacteur van het A.N.P. is dr. Van Schelven tot Dusseldorf tegemoet - gereisd en heeft in den trein een onderhoud met hem gehad en van hem, na de min of meer fragmentarische berichtgeving over zijn lotgevallen, een aaneengeschakeld relaas gehoord, van hetgeen hem is overkomen. Dr. Van Schelven zelf voelde er eerst niet veel voor. Zijn toestand was bevredigend, zeide hij. Wel voelde hij zich nog wat slap, doch dit zou, naar hij hoopte,, spoedig beter worden. Voor het overige was er, naar hij opmerkte, weinig nieuws. Toen kwam mevrouw Van Schelven, die in gezelschap van haar zestienjarigen zoon, haar man tot Port Said was tegemoet ge reisd, den journalist te hulp en te samen wisten zij dr. Van Schelven aan het praten te krijgen en hem verschillende bijzonder heden te laten vertellen. Dr. Van Schelven vertelt. „Wij konden niet werken", a;<ius dr. Van Schelven, „als wij by elkaar .bleven. De.am bulance moest zich splitsen. Dat was onze overtuiging en hoewel wij de gevaren daar aan verbonden, niet onderschatten, hebben wij zulks gedaan. Het hoofdbestuur van het Roode Kruis was er nooit veór geweest. Steeds had men in Den Haag gezegd bij el kaar blijven en, achteraf gezien, is gebleken, dat het splitsen inderdaad cuitengewone groote risico's met zich bracht. Wij meenden echter, dat het belang van onzen arbeid het vorderde. De eenheid, waar ik toe behoorde, ontmoette een aantal re bellen. Nu moet men zich van rebellen ui Abessinië geen verkeerde voorstelling ma ken. Dit zijn eenvoudig wilden,, die in ben den van do bergen komen,, geheel naakt zijn en rooven en plunderen waar zij maar kun nen. Wanneer een Abessijnsch escorte dergelijke rebellen ontmoet, wordt er zonder meer op hen geschoten. Ons escorte viel dan ook dadelijk de rebellen aan en bij deze vechtpartij vielen verschillende doo- den. Wij trachtten den strijd te doen eindi gen en toen onze begelëiders twee gevangen rebellen ook wilden dooden, het bén wij dit belet. Dit ging zelfs niet zonder dat wij de menschen op de meest krachtige manier dwongen met de moordpartij op te houden. Waarschijnlijk heeft dit optreden mij het leven gered. Want de rebellen namen wraak. Wij zagen ze om ons heen sluipen en inderdaad werd onze eenheid, -korten tijd later overvallen; Wij verdedigden ons zoo goed wij konden. Echter was de overmacht te groot. Onze gids zag ik naast mijneervallen en daarna werd mij alles zwart voor de; oogen en zakte ik ineen. Ik was door twee kogels in de borstkas getroffen. Hoe lang ik daar bewusteloos gelegen heb, weet ik niet. Toen ik echter bijkwam, stond een Abessijnsch roover voor mij met de p.unt van zijn speer op mijn buik. Ik dacht toen, dat 't met mij afgeloopen was en iedere seconde- verwachtte ik, dat de wilde toe zou steken. Hij deed dit evenwel niet en ik bemerkte, dat hij bijzondere aandacht had voor mijn horlogeketting. Ik maakte die los en gaf hem deze. Daarna maakte ik een beweging alsof ik schieten wou hoewel mijn revolver kwijt was en daar op retireerde de roover langzaam. De haat der, rebellen ging-in de eerste plaats tegen de Abessiniërs zelf. Voor hen kenden zij geen genade. De blanken waren nog zoo kwaad niet; zoo dachten zij blijk baar. Van de he! !u den hemel. Nooit zal ik vergeten .hoe ik twee dagen daar gelegen heb in de woestijn, bij tijden het bewustzijn verliezen -'e, gekweld door pijn en dorst, met een aantal Ijken om mij heen en de sluipende hyena's in. de onmid dellijke nabijheid. Ik had geen kracht om op te staan. Adem kon ik nauwelijks halen. Met een riem trachtte ik mijn. wonden af te binden en uitgeput door het hevig bloedverlies bleef ik uur na uur liggen. De dorst, welke ik leed was net ergste. Ik voelde in mijn zakken en vond een medi cijn, welke ik gretig slikte. Langzamerhand drong het tot mij door, dat ik uit deze hel moes; wegkomen, omdat het anders onherroepelijk met mij ge daan zou zijn. Ik sleepte mij voert en na een niet te vertellen lijden, bereikte -ik een dorp. Hier beduidde ik, dat ik water moest heb ben. Het duurde echter uren voor ik het kreeg. Het geheele dorp liep eerst uit om mij te zien en toen begonnen alle inwoners te delibereeren wat zij met mij zouden doen en of ze mij water zouden geven. Eindelijk kreeg ik het lang begeerde te c'rinken. Toen werd ik het dorp uitgejaagd, en kroop meer dan. ik liep naar het volgende dorp. Het was een waanzinnige toestand. Alle dorpen werden bewoond door rooversben- den, die elkaar bevochten en die bang voor elkander waren. Hoe ik eindelyk in Kwo- ram gekomen ben, weet ik nog niet Mevrouw VanSchelven viel. haar man in de rede en wees op zijn handen, welke vol kerven en sneden waren. „Zoo is hij over de rotsen gekropen", voegde zy hieraan toe. „Eigenlijk hebben de brieven van mijn vrouw mij het leven gered", zoo ging dr. Van Schelven .verder^.want ik.nad een pak brieven in mijn binnenzak en daardoor werd de kogel iets gestuit. Had deze 'n millimeter verder gegaan, dan zou ik u naar alle waarschijnlijkheid nu niet meer kunnen vertellen. In Kworam kwam ik in een hemel ver geleken met wat ik had moeten doorstaan. Ik was er de gast van den Negus en werd twee dagen in den keizerlijken schuilkelder verpleegd. Ik zou toen per vliegtuig naar Dessie gaan, maar deze toezegging van den Negus is hem duur te staan gekomen, want beide vliegtuigen, welke hij voor mij be stemd had, werden vernield. Op het veld stond de machine voor mijn vertrek al ge reed, toen Italiaansche bommenwerpers er bommen op wierpen. Toen zou ik des na middags met een tweede vliegtuig vertrek ken. Ik stond al gereed om in de cabine te stappen toen- wederom de Italianen na derden en bommen lieten vallen Ik maakte dat ik uit de buurt kwam en de Italianen misten aanvankelijk met hun bommen- werpen. Daarna vlogen zij zeer laag. over het terrein en vernielden met mitrailleurs de machine. De Negus besloot toen, dat ik per auto naar Dessie zou gaan. Daartoe stelde hy zijn eigen muilezel te myner leschikktng Drie uur moest ik op dit dier rijden om by het begin van den autoweg naar Dessie te komen. Met de keizerlijke auto ging het toen verder, Echter waren wij nog niet aan het eind van onze ellende, want bij het oversteken van een rivier, geraakte de ben zinetank lek en vulde deze zien met water. Wy moesten toen wachten tot er een vrachtauto met gewonden kwam en daarbij konden wij nog een plaatsje krijgen. Zoo kwamen wij in Dessie. dat mij na alle doorgestane ontberingen cd verschrik kingen werkelijk een paradijs leek. Nu moet men zich ook van dien tocht naar Dessie vooral geen te mooie voorstel ling maken. Herhaaldelijk werd onze ka ravaan door Italiaansche vliegtuigen ge bombardeerd en het mag werkelijk een wonder heeten, dat wij zonder groote onge lukken in ons basiskamp aankwamen. U kunt zich voorstellen hoe vreemd ik mij voelde toén ik weer in een bed lag. Maar nog merkwaardiger vond ik, dat wij niet geregeld gebombardeerd werden. Aan het front was "ik daar zoo aan gewoon ge raakt, dat de stilte in Dessie mij trof". Abessinië en het Abessijnsche volk. Vervolgens vroeg de journalist dr. Van Schelven wat zijn indruk was van het Abes-" sijnsche volk, van hun beschaving en cul tuur. „Het. is een vrijgevochten, tuchtlooze be volking. Italiaansch protectoraat zal zon der twijfel zegenrijk zijn voor dit volk." Maar aan den anderen kant gun ik nie mand, dat hij zijn vrijheid verliest. Het land is eigenlijk te greot. De Abes siniërs bewonen nauwelijks drie provincies. De overige hangen er maar zoo wat aan. Zij zijn nu eens voor den Negus, dan weer tegen den Negus. Er is geen saamhoorigheidsg.evoel en men kan dan ook van een Abessijnsche natie niet spreken. ;Wat wij meegemaakt hebben, bewijst wel duidelijk hoe primitief en ongeciviliseerd de toestanden daar zijn en hoe er inderdac£l nog de eerste--grondslagen voor een geor dende samenleving gelegd moeten worden. 0 o e Mevrouw Van Schelven las 's Maandags in de krant, dat haar man gewond was. Zij kon niet lijdelijk wachten op nadere berich ten, maar besloot dadelijk handelend op te treden. Met haar 16-jarigen zoon vertrok zij denzelfden avond naai* Rome en dank zij de bemiddeling van onzen gezant aldaar kreeg zij toegang totde hoogste militaire autoriteiten. Deze stelden alles in het werk om haar te helpen. Er werd zelfs 60 kilo gram vliegpost achtergehouden om haar 'n plaats in het vliegtuig van Rome naar As mara te geven. Wanneer rij dan in Asmara aangekomen zou rijn, zou zij op eigen gele genheid en eigen risico over het gevechts terrein moeten gaan om dan de Abessijn sche troepen en de daarachter gelegen Roode Kruis colonnes te bereiken. Mevrouw van Schelven greep deze gele genheid aan. Maar.kort voor haar vertrek ontving zij een telegram van haar man, van den volgenden inhoud „Packet of your letters saved my life. Kworam now." Zij besloot nu een anderen weg te volgen en ging van Rome naar Marseille en van daar met een Fransch schip naar Djiboeti. In Suez heeft rij toen haar man ontmoet en is met hem via Port Said teruggereisd. Dr. van Schelven was vol lof over de hulp, welke hij van tal van autoriteiten heeft ondervonden. Dr. Lampe van de Ne derlandsche ambulance heeft als een vader voor hem gezorgd in de eerste dagen na zijn verwondingen. Ook de heer Boddard, de Fransche gezant te Addis Abeba, heeft ge daan wat hö, kon. Tenslotte was de maat schappij „Nederland" zoo vriendelijk om ons van Port Said naar Den Haag gratis terug te brengen. Dit medeleven en deze hartelijke gastvrijheid heeft ons zeer ge troffen. Ik heb, zoo besloot dr. van Schelven, van den Negus voor mijn vertrek nog een on derscheiding gekregen. Ik ben namelijk be noemd tot officier in de orde van de H. Drieeenheid. Tenslotte wist dr. van Schelven ook nog mee te deelen, dat jhr. dr. van der Does zich eveneens op de terugreis b.-vindt. Het perspectief voor de ambulance. De Nederlandsche ambulance is eigenlyk de eenige, welke nog niet gebombardeerd is, zoo vertelde dr. van Schelven nog onder zyn andere reisavonturen door. Daarom is de stemming in Dessié in het Nederlandsche kamp zoo goed. Zij, die op de vooruitge schoven posten zijn, worden door de voort durende bombardementen wol down. Wij hebben wel iets bereikt, doch naar verhou ding van het geld, de moeite en. inspanning is dit toch eigenlyk bitter weinig. We» heD- ben wij zeer veel informatief Werk gedaan en dat kan later van groote waarde zyn voor het Roode Kruis. In elk geval hebben wij geleerd, dat men niet meet beginnen met een bovenbouw van een ambulance, maar dat, vooral ia ongeciviliseerde stre- „De Dardanellen". (Hoofdartikel.)' Wetsontwerp ingediend met betrekking tot de Zeeuwsch-Ylaamscbe. Tramweg Maatschappij. (Provincie.) Jaarvergadering y. d. Prov. Zeeuwsche Vereeniging „Het Groene Kruis". Jaarvergadering Chr. Hist. Unie. (Binnenland.) Een interview met dr. van Schelven. Jbr. v. d. Does eveneéns op de terug reis. Dessié door de Italianen bezet. (Oorlog Italië-Abessinië.) Het Japansche leger stelt eischen. (Buitenland.) Vonnissen in diverse Ossche strafzaken, (Rechtszaken.), Legervliegtuig in Ned.-Indië neerge stort 3 dooden. (Luchtvaart.) ZIE VERDER EVENTUEEL LAATSTE BERICHTEN ken, de onderbouw het belangrijkste is. Al pratende was Zevenaar beréiVt en daar deed rich nog een aardig voorval voor bij de douane. Deze verzocht mevrouw van; Schelven een koffer open te maken, doch. toen de beambte den naam „Dr van Schel ven" en het Roode Kruis-embleem zag, bood hij zijn verontschuldigingen aan ca zei „ik zie al wie u bent en u behoeft niet? open' te maken." Om zeven uur stoomde de f.rein het sta tion Arnhem, binnen. Hier war.-n de kinde ren van dr. van Schelven op het perroit aanwezig, om hun vader en moeder en broer te verwelkomen. Namens het hoofdbestuur van het Nederlandsche Roode Kruis was de heer B. W. de Kanter ter begroeting aan* wezig. Een hartelijk welk mi tusschen ouders en kinderen volgde en daarop ging de familie van Schelven naar haar woning iii Velp. Gemeentelijke Arbeidsbeurs. Bij den gemeentelijken dienst derarbeïds» bemiddeling alhier staan als werkzoekenden ingeschreven Mannen 1 drukker, 1 letterzetter, 1 be« hanger, 23 grondwerkers, 1 loodgieter, 1 mandenmaker, 1 mastieker, 11 metselaars, 23 opperlieden, 21 schilders, S stucadoors, 45 timmerlieden, 3 ververs, 2 betonwerkers, 3 vlechters, 3 oprichters, 1 machinaal-hout- bewerker,4 meubelmakers, 2 politoerders, 4 stoffeerders, 5 kleermakers, 2 wasschers, 2 schoenmakers, 300 metaalbewerkers, 4 drankbereiders, 11 brood/banketbakkers, 3 koks, 9 slagers, 1 tuinman, 6 magazijnbe dienden, 3 reizigers/agenten, 7 winkelbe* dienden, 7 chauffeurs, 11 kellners, 22 loo- pers, 3 portiers, 5 sleepers, 26 transport- Doelmatig adverteeren wint een half millioen klanten. In 1935 heeft er in Engeland een zeer vooruitstrevende reclame campagne voor Electriciteit ge- loopen (die trouwens dit jaar zeer energiek doorgevoerd wordt). Officieele gegevens over het re sultaat toonen nu aan, dat men ongeveer een half millioen nieuwe klanten verwierfdus menschen, die van andere verwarmings methoden overgingen naar elec triciteit. Bovendien werden in datzelfde jaar niet minder dan 250.000 elec- trische kookapparaten geplaatst. „Wij willen in 1936 een toename van ruim een millioen electrici- teits-verbruikers", verklaarde de Electriciteits-Commissie. Welnu, zij zijn goed op weg met doelmatig adverteeren kan men ongeveer alles bereiken.

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1936 | | pagina 1