500 300 150 25 DONDERDAG 13 MAART Radio-rede van Minister Colijn* No. 61 74e Jaargang! 1936: Uitgavefirma F. VAN DE VELDE Ir., Matraat 58-60, Vlissingen. Telef. 10. Postrekening 66287 Verscbiint dagelijks, uitgezonderd op Zondag en algemeen erkende Christelijke feestdagen GEEN AANLEIDING TOT ONGERUSTHEID. STADS- EN PR0V1NCIENIEUWS ABONNEMENTSPRIJS: Voor alle gemeenten op Walcheren en waar agentschappen geves tigd zijn f2.20 per 3 maanden. Franco door het geheele rijk f2.50. Voor België. Duitschland en Frankiijk f3.40. Voor de overige landen bij wekel. verz. f3.20. Afzonderlijke nrs. 5 cent. COURANT ADVERTENTIEPRIJS: Van 1—5 regels fl.25; iedere regel meer 25 cent. Bij abonnement speciale prijzen. Reclames 50 ct. p. regel. Kleine advertenties van 1-5 regels 50 ct. Iedere regel meer 10 ct. (max. 10 regels). Bij 3 maal plaatsing van 1 5 regels f 1.alles bij vooruitbetaling De abonné's in 't bezit eener Polis, zijn GRATIS verze kerd tegen ongelukken voor: gulden bij levens lange ongeschikt heid tot werken. dood gulden bij door een ongeluk. gulden bij verlies van een hand, voet of oog. gulden bij verlies van een duim. gulden bij verlies van een wijsvinger. gulden bij verlies van een anderen vinger. AANGESLOTEN BIJ HET BUREAU VOOR PUBLICITEITSWAARDE, INGESTELD DOOR DE VEREENIGING „DE NEDERLANDSCHE DAGBLADPERS" Dit nummer bestaat uit twee bladen, - Eerste Blad. Uit de uitvoerige berichten en beschouwingen de laatste dagen in onze dag bladen verschenen heeft ook het Nederlandsche volk kunnen vernemen, dat de politieke spanningen in Europa weer grooter geworden zijn. Het ligt niet in mijn voornemen tot U te spreken over het geschil zelf dat daartoe aanleiding gegeven heeft. Nederland is daarbij niet rechtstreeks be- troklcen, omdat wij geen partij zijn bij het verdrag van Locarno. Met de internationale rechtsvragen die met het ontstane geschil verbonden zijn hebben wij dus geen directe bemoeienis. Dientengevolge gaat dus ook de afwikkeling van de strijdvraag, zooals ik de zaak thans zie, buiten ons om. Daarentegen moet door ons wèl rekening worden gehouden met de mogelijke gevolgen die het voorgevallene zou kannen hebben voor het behoud van den vrede in Europa. En dan prijs ik mij gelukkig er reeds dadelijk op te kunnen wijzen, dat blijk baar allerwege de neiging aanwezig is om het gevaar voor oorlog te keeren, om langs den weg van onderlinge besprekingen den vrede in Europa te handhaven. Frankrijk heeft zich gewend tot den Raad van den Volkenbond, Engelands Minister van Buitenlandsche Zaken heeft een bezadigde houding aangenomen en tot overijlde daden is het nergens gekomen. Er is dus, zooals de zaken nu staan, reden om te vertrouwen dat men er in zal slagen langs vredelievenden weg tot oplossing van het gerezen geschil te geraken. Dit neemt intusschen niet weg, dat het geraden moet worden geacht de ontwikkeling van den gang van zaken met nauwkeurige oplettendheid te blijven volgen. Men kan niet zeggen, dat alle gevaren reeds verdwenen zijn, omdat in de eerste phase van het conflict koele beradenheid den toon aangaf. De mogelijk heid van toenemende spanning mag niet geheel uitgesloten worden geacht en met die mogelijkheid moet dus rekening worden gehouden. Dit geldt met name voor een land met zoo blootgestelde ligging als Nederland een land, welks legerstelsel bovendien zoo is ingericht, dat niet het geheele jaar door beschikt kan worden over een voldoend aantal geoefende militairen om de noodige voorzorgsmaatregelen te treffen tot verzekering eener mobilisatie wanneer die noodig mocht blijken. In zulk een periode bevinden wij ons thans, nu a.s. Zaterdag voor de dienst plichtigen van de z.g. winterploeg het tijdstip zou zijn aangebroken om met groot verlof huiswaarts te keeren. Ging dit door, dan zou een zoodanige ver mindering van de sterkte aan geoefende militairen intreden, dat daardoor gemist zou worden wat juist in dagen van internationale spanning niet kan worden ontbeerd. Het is in verband hiermede, dat de Regeering besloten heeft de dienst plichtigen van de regimenten infanterie en van het regiment wielrijders, die thans voor eerste oefening onder de wapenen zijn en eerstdaags -huiswaarts zouden keeren, tot nader order in werkelijken dienst te houden. Ik spreek het vertrouwen uit, dat men in dezen maatregel niet meer zal zien en er vooral niet meer in zoeken zal dan er werkelijk in gelegen is. De Regeering vertrouwt, dat het geschil op vredelievende wijze zal worden op gelost, maar zij acht het niettemin noodzakelijk aan de nu eenmaal in ons legerstelsel bestaande lacune tegemoet te komen op een wijze, die de geringste bezwaren voor de betrokkenen meebrengt en internationaal het minste stof opjaagt. Indien toch de winterploeg aan het einde der week met groot verlof ging, en de omstandigheden zouden er onverhoopt eens toe leiden, dat oproeping van grootverlofgangers noodig werd, dan zou dit èn in het eigen land èn naar buiten een veel ernstiger indruk maken dan de maatregel die thans genomen zal worden. Ik hoop en ik vertrouw zelfs, dat de aanhouding van de dienst plichtigen die anders binnen enkele dagen naar hunne haardsteden zouden terugkeeren, van zeer korten duur zal zijn. Binnenkort zal de toestand zich wel duidelijker gaan afteekenen. En verloopt de strijdvraag zooals de Regeering denkt dat zij vermoedelijk verloopen zal, dan zal de bijzondere maatregel die nu genomen wordt weer spoedig tot het verleden behooren. Daarom maan ik nog eens aan om zich niet te laten verontrusten. Het is beter dat men later getuigen moet dat de Regeering wel heel erg voorzichtig is geweest, dan dat haar, met hoe geringe kans ook, later verweten zou kunnen worden dat zij gedut had op een tijd dat waakzaamheid plicht was. Ik verzoek den luisteraars dan ook om, wanneer zij straks hunne legersteden opzoeken, even rustig te gaan slapen als zij dat ook andere nachten doen. Er is voorshands geen enkele reden om ongerust te zijn. Wie gisteravond naar de radio-rede van Minister Colijn geluisterd heeft, kan zich gelukkig prijzen. Want juist in dagen als wij thans beleven, verliezen de menschen zoo gauw het hoofd en wie van hetgeen in regeeringskringen leeft, uitsluitend kennis kan nemen uit de pers, zal nooit zóó sterk kunnen aanvoelen dat de regeering weet waar zij heen wil, als gisteravond het geval was. Het is een groot voordeel van de radio, dat zij staatslieden gelegenheid geeft tot rechtstreeksch contact met het publiek, waardoor een kaLmeerend woord in dagen van spanning gesproken, de noodige rust kan doen weerkeeren. Want niet alleen de tot zinnen gerijde woorden, maar vooral de wijze waarop zij worden gezegd, zijn van groote beteekenis. En wie gisteravond naar Minister Colijn luisterde, begreep dat hier «en ernstig man aan het woord was, zich bewust van de draagwijdte van hetgeen hij zei (voor den aandachtigen luisteraar te hespeuren aan een kleine trilling van de stem hier en daar) maar een man ook, in staat om het terrein te overzien en wiens opwekking tot bezinning en kalmte daar door het gewenschte gevolg zal hebben. Ongetwijfeld was de mededeeling die Mi nister Colijn gisteravond moest doen, niet van aangenamen aard. En vooral den be trokken dienstplichtigen, die er op gerekend hadden dezer dagen naar hun haardsteden te kunnen terugkeeren, zal deze verrassing niet welkom zijn. Maar aangenaam of niet, wij onderschrijven op dit punt volledig de meening van Minister Colijn, dat deze han delwijze de geringste bezwaren met zich brengt en internationaal het minste stof opjaagt. Voor ongerustheid is ook o.l. op het oogenblik geen aanleiding. Hetgeen niet zeggen wil, dat men zou mogen aannemen dat verrassingen in de ingewikkelde inter nationale politieke situatie van het oogen blik, zijn uitgesloten. Daarom is het een daad van wijs beleid, geen ongerustheid te wek ken door oproeping van groot-verlofgan gers, maar liever de dienstplichtige infan teristen en wielrijders die dezer dagen huis waarts zouden keeren, tot nader order on der de wapenen te houden. Een besluit, dat ongetwijfeld voor de be trokkenen niet prettig is. Maar het betreft slechts 4000 man en wanneer de regeering de meening is toegedaan, dat dit aantal ge oefende militairen voldoende is, om voorloo- pig de ontwikkeling der dingen even te kunnen aanzien, is deze maatregel verre te verkiezen boven een voorbarigemobili- satie, die in Nederland groote ongerust heid en in het buitenland een slechten in druk met zich zou brengen. A.s. Zaterdag vergadert te Londen de Volkenbondsraad en het is zeer waarschijn lijk, dat ook Duitschland zich daar zal doen vertegenwoordigen. Alle landen die voorna melijk betrokken zijn bij de situatie, gescha pen door de eenzijdige opzegging van het verdrag van Locamo door Duitschland, zijn dan om de raadstafel verzameld. En ai 'is het beeld, dat de wereld de laat ste jaren vertoont, niet bijster opwekkend, het wil er bij ons toch niet in, dat de staats lieden die Zaterdag te Londen vergaderen, den krankzinnigen moed zouden hebben om de wereld opnieuw tot een hel van bloed en onmenschelijk leed te maken. Want dit ware pure waanzin, omdat het gelijk zou staan met zelfmoord onzer beschaving en van a lie menschelijke en geestelijke waar dén. Daarom gelooven wij niet künnen wij niet gelooven dat men het zoover zal durven laten komen. Waarschijnlijk zal de Zaterdag dus de ontspanning brengen waar naar de wereld snakt. En in dat geval zal de jongste maatregel onzer Regeering onge twijfeld met bekwamen spoed weder onge daan worden gemaakt. Voorongerustheid is dus vooralsnog geen aanleiding. Evenredige vertegenwoordiging een goed of een kwaad Zooals wij gisteren reeds in het kort be richtten, heeft de.heer S. S. Smeding voor den Bond van Jong Liberalen, af deeling Vlissingen, een inleiding gehouden over bovenstaand onderwerp. 'Wij bntleene» aan deze redevoering het volgende Het vraagstuk der Evenredige Vertegen woordiging is geen politiek vraagstuk in den engeren zin des woords Een goede staatskunst eischt het bestaan van ver tegenwoordigende lichamen als eenheden van boven-persoonlijke orde, die de belan gen der individuen, bezien als volksgeheel, zoo rechtvaardig en zoo goed mogelijk be hartigen. Hoe moeten die vertegenwoordigende lichamen nu tot stand komen Het alge meen stemrecht als feit aanvaardende, zijn er twee mogelijkheden die der dominee- rende richtingen en die der evenredige ver tegenwoordiging. Het eerstgenoemde is een stelsel van wisselend overheerschen der liberale of con servatieve gedachte liberaal hier in niet partij-politieken zin te verstaan. De evenredige vertegenwoordiging is eenerzij ds constanter, andererzij ds daardoor tot verstarring neigend. De E. V. vertoont alle schakeeringen van het werkelijke poli tieke leven, doch zij brengt de oppervlakkige fluctuaties daarvan veel minder tot uit drukking. De voordeelen der Evenredige Vertegen woordiging zijn de nadeelen van haar feite lijke tegenovergesteldehet districten- meerderheidsstelsel, zooals Engeland dat sinds eeuwen tot op den huidigen dag kent. Enkele voorbeelden van deze nadeelen het 51e Amerikaansche congres bestond uit 164 Republikeinen, (rond 5.35 millioen stem men) en uit 161 Democraten (door rond 5.50 millioen stemmen afgevaardigd.) Het 52e congres der U.S.A. bestond voor ruim 71 uit Democraten (die nog geen 51 der uitgebrachte stemmen hadden behaald) en voor slechts 27 uit Republikeinen, hoewel deze partij in den lande 43 dei- uitgebrachte stemmen had behaald. Lord Avebury geeft in zr?n werk van denzelfden naam nog typischer cijfers voor Engeland bij de algemeene verkiezingen in 1886 kregen de Liberalen met ruim 1.3 millioen stemmen 176 zetels in het Lager huis en de Unionisten met ruim 1.4 millioen stemmen kregen daarvoor283 zetels i In 1895 werd het nog gekker de Liberalen kregen toen met 1.800.000 stemmen 202 zetels en de Unionisten met 1.775.000 stemmen...... 279 zetels. De evenredige Vertegenwoordiging. Het voordeel der evenredige vertegen woordiging is, dat dit euvel wordt opgehe ven. Er staan ook, zeer ernstige, nadeelen tegenover. De zwaarste bezwaren zijn wel, ten eerste, dat door het lijstenstelsel de band tusschen kiezer en afgevaardigde vrij wel geheel wordt verbroken, er ten tweede, dat b\j den huidigen vorm van E. V. elke uitgebrachte stem even hooge vaarde heeft. De huidige vorm van evenredige verte genwoordiging is rekenkundig voortreffe lijk en wrjsgeerig het; toppunt der dwaas heid. Het ongerijmde der tegenwoordige even redige vertegenwoordiging ligt hierin, dat men maatstaven, die slechts op elkander niet rakende gebieden gelden, in de ver keerde gebieden aanlegt. Een goede politiek is die staatskunst, welke zoo goed mogelijk dat wil zeg gen zoo redelijk en zoo zedelijk moge lijk de onderlinge levensverhoudin gen en de gezamenlijke levenshouding regelt van de staatsburgers, die ge zamenlijk en in gemeenschap het volk vormen. Goede politiek is derhaxve een zaaK van redelijke zedelijkheid en zedelijke rede lijkheid - en die beiden hebben met het getal niets van doen. Wanneer van tien menschen er negen dronken zijn en een spiegelruit willen inwerpen, dan heeft de nuchtere tiende gelijk, als hij tot doorloo pen aanmaantal is hij in de minderheid. De voorvechter der Evenredige Verte genwoordigheid in Engeland was de groote filosoof John Stuart Mill, met zijn werk „Representative Government". Maar be halve een voorstander der E.V. was Stuart Mill nog iets anders een verklaard tegen stander van het enkelvoudige algemeene kiesrecht. Dat het geheele volk aandeel in de regeering hebbe, is volgens hem eisen van recht en rechtvaardigheid, maar dit wil niet beteekenen dat iedere stem ook even veel waarde zou bebooren te hebben. Ook de Nederlandsche wijsgeer Bolland heeft hier op reeds scherp gewezen. In zijn Spreuken bijv. (I812818) wijst hij er eerstop, dat het eenige ware algemeen stemrecht is dat voor mannen, vrouwen en kinderen zonder uitzondering dit brengt, volgens Bolland die een zeer wijs man was „de verkeerde klasseregéering. n.i. afdoende overstemming van koogeren geest door lagere zieligheid En„het stem recht van den gemeenen man in den staat onzer dagen maakt het staatsbedrijf ge meen en den gemeenen man niet gelukkig het parlementarisme is de zelfironizeering van den geest der vrijheid en des réchts voor allen" voegt hij hier aan toe. Het door spreker destijds gepubliceerde stelsel der volledige versmelting tusschen het districtenstelsel en de Evenredige Ver tegenwoordiging heeft het bezwaar van het ontbrekend verband tusschen kiezer en gekozenen volledig op als een moeilijkheid zal echter gevoeld worden dat de volks vertegenwoordiging dan een meer geogra- fisch-vertegenwoordigend karakter krijgt, waarbij de partij-leidingen echter van te voren heelemaal niet kunnen beramen, wie er wèl en wie niet in de Kamer zal komen Meervoudig stemrecht als corrigens op den tegenwoordigen vorm de»- E. V. lijkt der overweging waard. En tenslotte, in breederen zin beschouwd, is de E. V. in het geheel niet gebonden aan een partij-lij sten- stelsel, noch aan het enkelvoudige alge meene kiesrecht. Zoo, in algemeenen zin beschouwd, mag de Evenredige Vertegenwoordiging nimme' verdwijnenonderdrukking van een be paalde laag des volks, die bestendigd kan worden omdat die volkslaag de kans tot sprekend verweer niet krijgt, mag nooit in ons staatsbestel terugkeeren. Abessinië, Land en Volk. Concertgebouw. De lezingen, voorlichtingen o± hoe men ds bijeenkomsten met bovengenoemd onder werp ook wil noemen, werden gisterenavond met een vermeerderd door het optreden voor A.G.O. en Vereeniging „Volkenbond en Vre de" van den heer Kurt Lubinski, die ingeleid werd door den heer mr. F. G. van Deinst uit Middelburg, hoofdbestuurslid van de laatste vereeniging. Deze sprak zijn waar deering uit voor het organiseeren van dezen avond door de afd. Vlissingen en bracht hulde aan A.G.O. voor het nemen van het initiatief om een objectief verhaal te hoo- ren van iemand, die 7 maanden daar in het land heeft vertoefd. Sprekende over de moeilijkheden in het bestaan van den Vol kenbond, welks slagen afhangt van de re geeringen der leden ervan, die hun stimu lans moeten krijgen van de publieke opinie der volkeren zelf, spoorde spr. de vrij tal rijke aanwezigen aan, voor zf over zij nog geen lid waren, dit te worden van de Ver eeniging Volkenbond en Vrede. Hierna gaf hij het woord aan den spre ker, die ons na een voorwoord, waarin hij de gelegenheden aanstipte, dat de Abessini- sche en Europeesche cultuur met elkaar in aanraking waren gekomen (midden 16e eeuw, toen de Portugeezen daar kwamen, 2e helft 19e eeuw, toen Theodoor een ern stig gemeend huwelijksaanzoek deed bij Ko ningin Victoria)een beknopt overzicht gaf Van'de pogingen tot verdeeling van het lana dat 30 maal zoo groot is als Nederland. Spr. bracht ons met lichtbeelden -naar Aden. toonde ons vervolgens een. landkaart vaA Abessinië, waarna hij een beknopt over ^dicwrlewisscn BOM deus daag Radio-rede van Minister Colijn. Duitschland zal worden uitgenoodigd den Volkenbondsraad te Londen bij te wonen. Rede van den Belgischen premier Van Zeeland. Zal het Britsche Kabinet Frankrijk steunen in den eiseh, dat alvorens on derhandeld kan worden, de Duitsche troepen uit het Rijnland moeten worden teruggetrokken Italië zal Frankrijk bijstaan. Herinneringen aan de overstroomings- ramp van 12 Maart 1906. Evenredige vertegenwoordiging, een goed of een kwaad? (Stadsnieuws.) Overzicht Eerste en Tweede Kamer. Jaarvergadering van de Vereeniging „Handelsbelang" te Middelburg. (Provincie.), Legerorder van den commandant van het veldleger. (Laatste Berichten.) ZIE VERDER EVENTUEEL LAATSTE BERICHTEN zicht gaf van de verdeeling in grondsoor ten. Hij toonde ons aan de hand van licht beelden, hoe de moderne autowegen aange legd werden en hoe het kostbare water (be waard in leeren zakken) verhandeld werd* Vervolgens deed hij ons de reis per spoor maken, die voor een afstand van Amster dam naar Zürich, 3 dagen in beslag nam. Maar hij liet ons tevens ook nel gemoede lijke daarvan ondervinden (spoortrein, die moest stoppen voor alles, wat zich op de baan bevindtlocomotief, die „gemolken" wordt door de dames-reizigsters, die gebrek aan drinkwater hebben). Spr. gaf ons een indruk van de luxe in Addis Abeba met daarnaast de primitieve huisvesting niet zoo heel ver buiten de stad. Hij besprak de 3 soorten geld, waarnaast als voornaam ruilmiddel het zout in verschillende vormen werd genoemd en toonde ons voorbeeldea van Abessijnsche kunstnijverheid. Na over kleeding en haartooi van dames en kinderen met lichtbeelden het een en ander te hebben getoond en verteld en den godsdienstigen toestand der bevolking, grootendeels van den Koptischen godsdienst besproken te hebben, gaf spr. de drie manieren van hu welijk aan en liet de dansen der priesters en de godsdienstige offers op het doek pro jecteeren. Hij behandelde de rechtspraak, die nog even primitief is als vroeger en waarbij vaak nog geldt de oud-Testamenti- sche uitspraak oog om oog, tand om tand. Gelukkig geldt dit niet voor de blanken, die hun eigen rechtspraak hebben. Na de pauze besprak de heer Lubinski in de eerste plaats het gezelschapsleven, dat in de gemoderniseerde kringen evenveel eischen stelt als het onze. Hij besprak de hulpmiddelen, van het land, voortkomende uit de economische bronnen ervan, waarbij hij op. het eigenaardige wees van het feit, dat Italië door het betrekken der Abessijn sche koffie de valuta van zijn vijand steunt. Verder behandelde spr. nog de eigenaardige tafel-etiquette, die ons Europeanen minder aanstaat en het, aan inboorlingen eigane, dat ze belangstellen in alles wat van Euro pa komt. Ze trachten zooveel mogelijk de Europeanen na te doen. Het oude gebruik, dat de bruidegom zijn bruid koopt, waarbij de waarde der vrouwen omgezet wordt 'in idem zooveel koeien, werd vermeld, naast het werken van slaven voor hun meest irs, welker onderlinge verhouding nog is zooals hier te lande in de Middeleeuwen. Schitte rende opnamen van watervallen, van apen en de angst der Inlandsche bevolking voor de camera, werden gedemonstreerd op den tocht naar Harrar, waar een diner werd ge nuttigd, dat heel veel op een Europeesch di ner geleek. Het slotbeeld gaf een schilderij van een Abessijnschen schilder te zien, die spr. en zijn vrouw geïdealiseerd te zien gaf bij eenige inheemsche dieren, waarvan de muilezel een der meest onmisbare is bij het reizen in dat land. De reisbelasting. De Vereeniging van handelaren in gra nen, zaden en peulvruchten in Zeeland, heeft aan de Tweede Kamer een adres ge zonden met het verzoek bij de behandeling van het ontwerp reisbelasting het volgende in overweging te nemen Aangezien vele leden der vereeniging, vooral zij, die gevestigd zijn in Zeeuwsch- Vlaanderen, voor het verkoopen van pro-

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1936 | | pagina 1