Courant TWEEDE BLAD Ook al Griep? AKKER.UCHETS DE TWEELINGZUSTERS BINNENLAND FEUILLETON van do van Vrijdag 23 November 1934. No 277 KAMEROVERZICHT TWEEDE KAMER. Vergadering van Donderdag. Economische Zaken. De nieuwe Minister van Economische Zaken heeft voor de eerste maal zijn be grooting verdedigd. Gelijk wij gisteren reeds opmerkten, zet hij het werk voort, gelijk dit door mr. Verschuur is aangevan gen. De richting van het beleid is eenmaal vastgesteld en daarin kan gèen belangrijke wijziging worden gebracht. Veel moet de Minister afwijzen. De 254 bezoekers die hij zeide in vijf maanden tijds btf zich gehad te hebben, zullen voor een groot deel wel onverrichter zake naar huis zijn gegaan, omdat zij het onmogelijke van den Minister eischten. Verschillende punten verdienen eenige aanstipping. Er was geklaagd over het hooge salaris van den nieuwen directeur- generaal van landbouw. Na een onderhoud met den betrokkene is dat nu 2000 gld. per jaar verlaagd. Het salaris zal nu 9000 gld. zijn. Toch nog behoorlijk. Deze function- naris zal zich niet met crisis-aangelegen heden inlaten, maar alleen den landbouw zelf trachten te leiden. Wel zal hij deelne men aan den zgn. Crisisraad. Hoeveel salarissen betaalt de Regeering aan crisis-ambtenaren Men zegt 12 mil- lioen gulden per jaar volgens den Minister veel minder. De aanpassing der bedrijven wordt ge regeld bevorderd, maar het vraagstuk is moeilijk. Niet alle heil dient men van de contingenteering te vernachten wel heeft deze beteekenis voor den export als onder- handelsobject, maar voor den binnenland- schen handel staat het vraagstuk anders. Verhooging van de invoerrechten is ook aan een limiet gebonden de tariefsmach tigingswet geeft den Minister bevoegdheid tusschen contingenteering en verhooging der invoerrechten heen te laveeren. Ge slonken is de export niet. In 1933 was die byna elf millioen ton, in 1934 11 millioen. Bij tal van contingenteeringen wordt vastgehouden aan den eisch van prijsver laging, om allerlei verrassingen te voorko men. Samenwerking tusschen Nederland en Indië is gewenscht en de Minister be-~ vordert die ook bij de clearingkwestie met Duitschland is dat gedaan. Industrieën oprichten is heel best, maar het moet met verstand geschieden, want de financieele nadeelen die er aan verbonden zijn, zijn niet gering. Een aardappelvlok- kenfabriek is z,i. te riskant. Bij de industri alisatie zijn de moeilijkheden zeer vele en zeer groot. Vandaar dat elk geval nauw keurig wordt onderzocht. De kwestie der clearing met Duitschland kon de Minister niet in het openbaar be handelen. De moeilijkheden zijn pas in Juni van dit jaar begonnen. Binnen enkele dagen zullen uitbetalingen worden gedaan loopend tot 25 September. Ten slotte heeft de Minister zijn stand punt over de befaamde coördinatie in het bedrijfsleven uiteengezet. Dwang acht hij in deze aangelegenheid af te keuren door samenwerking moet iets bereikt worden en de Regeering kan allen leidend en aanmoe digend optreden. Wanneer het in sommige gevallen tot dwang moet komen, dan is dat omdat het geheel dreigt te mislukken. Een synthese op economisch en sociaal gebied is de allereerste eisch, dien de Minister meent te moeten stellen. Het klinkt heel mooi; maar hoe zal het in de praktijk we zen Praktisch zullen de belangen telken male tegen elkaar botsen en zal de Minis ter meer te analyseeren hebben dan syn thetisch te arbeiden. Bij de afdeeling Handel en Scheepvaart is van verschillende zijden aangedrongen op steunverleening voor den bouw van een nieuw schip voor de Holland:Amerika-lijn in het type van de „Statendam".' Voor de binnenschipper^, voor betere vrachtverdee- ling, tegen steun aan den Kon. Holl. Lloyd, voor meer steun'aan den middenstand, voor een wetgeving op tentoonstellingen," uitvër- koopen en cadeaux, voor hulp aan de pa pier-industrie op de Veluwe, voor vestl- gingseischen voor winkels en nog meer detailpunten werd door diverse leden ijve rig gepleit. De Minister zal morgen daarop ant woorden. AVONDVERGADERING. Begrooting van Defensie. Dat de begrooting van Defensié dit jaar tot een geanimeerde discussie aanleiding zou geven, was te verwachten. Al aan stonds kwamen de heeren Albarda en K. ter Laan in het vuur. Pikanter zou het misschien geweest zijn als ook de woord voerder van de vrijzinnig-democraten vóór het partijcongres van a.s. Zaterdag zijn rede had gehouden. Nu bleef het althans voor dezen avond bij een eenzij digen aanval van socialistische zijde op de hou ding van de vrijzinnig-democratische mi nisters. Zóó erg had de heer K. ter Laan het nog nooit beleefd Hoe konden nu de ministers Marchant en Oud, die vroeger zoo anders hadden gesproken en wier partij nóg naar ontwapening, althans naar scher pe bezuiniging op de militaire uitgaven streeft, zich accoord verklaren met de defensiepolitiek van het Kabinet, nu de be grooting inplaats van een verlaging 'n ver hooging aanwijst Terwijl alles omlaag moet, aldus de soc.-dem. afgevaardigde, blijft Defensie buiten schot. Gehéél waar is dit niet. Er zijn belangrijke besparingen ook op Defensie in uitzicht gesteld, terwijl het Indisch budget toopt, dat het.de Regee ring ernst is om.ook op militair terrein te bezuinigen wat mogelijk is. En wanneer men met emphase uitroept, dat Defensie (dit jaar) buiten schot blijft, dan zou de toevoeging niet overbodig zijn geweest, dat Defensie jaren achtereen onder vuur is ge nomen, zoodat op deze begrooting een exceptioneel groote verlaging is verkregen, zóó groot, dat er achterstand is' ontstaan, een achterstand zóó nijpend, dat zelfs dit Kabinet dat saneering van de publieke financiën als primairen eisch stelt meen de dat in dézen tijd van internationale spanning althans de ergste achterstand dient te worden ingehaald. Is de begrooting voor 1935 nu „militaris tisch" Mr. Van Rappard^dïé het débat opende, ontkende zulks met nadruk. Ver schillende kleinere landen hebben hun weer macht versterkt, w.o. staten waar de socia listen grooten invloed op de regeering heb ben, in een land als Zwitserland heeft de sociaal-democratie, na eenige jaren de een zijdige ontwapening te hebben gepropa geerd, onlangs met groote meerderheid besloten zich voor landsverdediging uit te spreken. Ook in onze S.D.A.P. gaan stem men van twijfel op of de eenzijdige ontwa pening nog wel houdbaar is. Aan den be wapeningswedloop doen wij niet mee, con stateerde de liberale spreker wij moeten slechts hebben een niet te groot leger, dat behoorlijk uitgerust is en dat dus preven tieven vloed uitoefent, hetgeen van groot belang kan zijn op de houding van even- tueele belligerenten. De heer Duymaer van Twist, die op hetzelfde standpunt staat richtte zijn critiek vooral op de S.D.A.P wier houding nog altijd tweeslachtig is en die maar niet wil inzien, dat ons land bij ontwapening zeker bij een conflict terrein van den strijt za' worden. Is het waar, wat de lieer Ter Laan den Minister verwijt, dat hij een deèl van ons volk van zich afstoot door zijn vijandschap tegenover de S.D.A.P. Wij gelooven veel eer, dat -ïinister Deckers niets liever zou zien, dan dat deze partij tegenover de lands verdediging een volkomen loyaal standpunt innam en alle- uitzonderingsbepalingen zou kunnen intrekken. Is het bij militaire con flicten wel eens moeilijk uit te maken wie de aanvaller is, in dit geval kan het antwoord niet twijfelachtig zijn. Het is voor tegenspraak niet vatbaar, dat deze partij onder haar volgelingen een beslist vijandi- gen geest tegen alles wat de landsverdedi ging betreft heeft gekweekt en dat de Re geering daarom genoodzaakt was maatre gelen te nemen. Dat deze maatregelen mis schien niet altijd onberispelijk worden uit gevoerd, is mogelijk. Ir. Albarda heeft daaraan zelfs zijn rede uitsluitend gewijd, doch al ware al het door hem aangevoerde juist en verkeerd, dan zou daarmee nog al lerminst bewezen zijn dat de schuld van al deze narigheid op de Regeering rust. Hoe kort is het nog geleden, de heer Amelirik heeft er aan herinnerd, dat de leiders der sociaal-democratie openlijk verzet en sa botage bij mobilisatie predikten Het is waar, er is kentering ingetreden, een zwen king in de goede richting is onmiskenbaar, maar, helaas, de S.D.A.P. blijft tweeslach tig, in haar houding is nog veel niet helder. Of de heer Van Zadelhoff, dié oök op de sprekerslijst staat, het verlossende woord zal spreken Wij vreezen Prinses Juliana te Londen. De correspondent van. „de Maasbode" te Londen meldt Den eersten avond reeds, dat H. K. H. Prinses Juliana ijl verband met het aan staand huwelijk van Prins George en Prin ses Marina in Londen vertoefde, heeft op de Nederlandsche legatie 'n officieele maal tijd plaats gehad te Harer eere. Een uitge lezen gezelschap heeft daaraan deelgeno men. Alle prinsessen en prinsen, welke op het oogenblik in Londen vertoeven, hadden er een uitnoodiging voor ontvangen. Ook de Engelsche kroonprins, de prins van Wales, bevond zich onder de gasten van den Ne- derlandschen gezant, jhivmr. R. de Marees van Swinderen. Extra-steun voor Werkloozen. De regeering is voornemens een bedrag van ongeveer twee millioen gulden, dat ge heel ten laste van het rijk zal komen, be schikbaar te stellen als extra-steun voor de werkloozen. Een deel van. dit bedrag zal ge bruikt worden terverhoóging van den Kersttoeslag, de rest- óm het Nationaal Crisis-Comité in staat te stéllen, meer zgn. B-steun, te verschaffen. Minister Slotemaker de^ Bruine geeft van dit voornemen kennis in een' schrijven aan de Tweede Kamer. Daarin wordt herinnerd .aan de toezegging van minister Colijn in de zitting van 9 November jl., dat de regeering bereid zou zijn, nu de organisatie van een doeltreffende particuliere „Winterhilfe" nog niet voorbereid is, een tegemoetkoming te verschaffen om die particuliere hulp te steunen. Daarbij werd gezegd, dat over den vorm daarvan beter zou kunnen gesproken worden bij de behandeling van hoofdstuk XA. Een bijzondere reden noopt den minister reeds thans het resultaat van de overleg gingen der regeering in zake die tegemoet koming ter kennis van de Kamer te bren gen. Het is hem namelijk bekend, dat van particuliere zijde overwogen wordt, met net oog op dezen winter een bijzondere poging te wagen tot het bijeenbrengen van gelden voor hen, die niet onder de steunregeling voor werklooze arbeiders vallen. Indien dit voornemen zal worden uitgevoerd, zal het wenschelijk zijn, dat met die uitvoering bin nenkort een aanvang gemaakt wordt. Daar de regeering bereid is, voor ditmaal een bij zonderen steun ten behoeve van de werk looze valide arbeiders te verstrekken en daar dè eene actie de andere steunen kan, was het wenschelijk reeds thans van het voornemen der regeering te doen blijken. De minister brengt daarom ter kennis van de Kamer, dat de regeering bereid is te bevorderen, dat voor eenmaal een bedrag beschikbaar wordt gesteld, dat omtrent 2 millioen zal bedragen en dat ten deeie strekken zal tot verhooging van den Kerst toeslag, gelijk deze reeds enkele jaren wordt verstrekt, en grootendeels tot ver grooting van het bedrag, dat het Nationaal Crisis-comité ter beschikking zal hebben voor den zgn. B-steun. De. bedoeling is, dat deze verhooging en vergrooting geheel voor rekening komt van de rijkskas en niet mede door: de gemeemen wordt gedragen. Een daartoe strekkende suppletoire begrooting is in voorbereiding. Herziening clearing-verdrag met Duitschland. Gisteren zijn op het departement van economische zaken te 's-Gravenhage de besprekingen tusschen Nederlandsche en Duitsche regeeringsvertegenwoordigers be gonnen, die voorloopig over een wijziging van het onlangs opgezegde ciearingverdrag zullen gaan. Behalve de door ons reeds genoemde Nederlandsche vertegenwoordigers nemer., aan deze besprekingen deel de heeren Schaepmans, Rutgers, Bonthuis. Postuma, Kortenhorst, Valstar en Philipse, secre taris. Leider van de Duitsche delegatie is dr R. Kohier, ministerial-direktor aan het Reich swirtschaftministeriüm te Berlijn. De Duitsche delegatie bestaat verder uit de heeren Flach, Walter, Dentzler, Harten- stein, Scherer en Von Spintier. Kindertoeslagen. Naar „de Volkskrant" verneemt, zou het in de bedoeling liggen van den minister van sociale zaken om binnenkort den Hoogen Raad van Arbeid advies te vragen over een voor-ontwerp van wet, regelende de moge lijkheid van bindendverklaring van kindcr- toeslagregelingen. Onderscheidingen. Bij Kon. besluit zijn benoemd tot ridder in de Orde van Oranje Nassau mej. A. E. Beckly, brigadier, secretaresse van het werk onder vrouwen en kinderen en maat schappelijk secretaresse van het Leger des Heils in Nederlandsch-Indië, en majoor H. Loois, pionier-officier van het Leger des Heils in Midden-Celebes, thans hoofd der kweekschool voor officieren van dat leger te Bandoeng. Di© hoofdpijn, dat gevoel van ziek zijn en die pijnen overal zullen dan snel verdwijnen met Volgent «-eeepf won Apotheker Dumont. "AKKERTJES" Incident in den gemeenteraad te Utrecht. In de gisteren gehouden raadsvergade ring te Utrecht kwam aan de orde 'n voor stel van B. en W. tot het doen aanleggen in contra-prestatie van banen voor paard- en motorsport op Mereveld. Bos (S.D.A.P.) stelde hierbij voor, geen contra-prestatie toe te passen, maar het tot nu toe in Utrecht gevolgde stelsel van werkverschaf fing. Dit werd verworpen met alleen de stemmen der S.D.A.P. voor. 'n Voorstel van protestantsch-christelijke zijde om in de exploitatievoorwaarden de bepaling op te nemen, dat op Zondag geen sport mag beoefend worden, werd verwor pen met 23 tegen 10 stemmen. Een R.K. lid en de protestantsch-christelijke fractie op één uitzondering na, stemden voor dit voorstel. Tenslotte werd de voordracht van B. en W. aangenomen met 20 tegen 14 stemmen. Toen de voorzitter het volgende agenda punt aan de orde stelde, verliet een groot- aantal bezoekers de publieke tribune. Een van de bezoekers riep nog „Weg met de contra-prestatie". LUCHTVAART Huldiging A. Plesman. De directeur van de K.L.M., de heer Ples man, woont in de Balistraat in Den Haag. Hij is er geboren, heeft er als jongen ge speeld en is thans ruim 45 jaar (behoudens enkele onderbrekingen) bewoner van de Balistraat.- .Dat alle „Balineezen" in deze dagen trotsch op hun straatgenoot zijn, spreekt wel vanzelf. Zij hebben het plan geopperd den heer Plesman te huldigen „namens, de bewoners van de Balistraat". Aan dit plan is gisterenavond uitvoering gegeven. Een deputatie van de buren begaf zich naar de woning van den heer Plesman, waar de heer Mazel namens allen het woord heeft ge voerd en den heer Plesman op harteiijke wijze heeft toegesproken en gehuldigd, hem de verzekering gevende, dat alle bewonérs van de Balistraat trotsch op hem zijn. Na mens alle straat- en' buurtgenooten heelt de heer Mazel den heer Plesman een zilve ren presenteerblad aangeboden met een inscriptie, betrekking hebbende c'p dén" roemrijken tocht van de „Uiver". In een geestig speechje bedankte de heer Plesman. Deze huldiging was nauwelijks afgeioo- pen of een nieuwe demonstratie Kondigde zich aan. Thans was het het tamboers- en pijper corps van de Princevlag, dat met vlaggen en fakkels den heer Plesman een serenade kwam brengen. Een groote menschenmemg- te was van deze serenade getuige. Toen de heer Plesman en zijn echtgenoote naar bui ten kwamen, hadden zij een ware ovatie in QP ELKE,BUS, ÈtN BON VOOR, GESCHENKEN - DÉ BONS VAN DE REUZFNBUS HERBEN DUBBELE WAARDE Uit het Engelsch van PATRICIA WENTWORTH. (Nadrak verboden) 55) De boom, waartegen ze leunde, scheen te bewegen, want ze voelde de ruwe schors schuren tegen haar handpalmen. John zag haar wankelen ze was op het punt te vallen. Voor ze het bewustzijn geheel verloor, was ze zich nog vaag bewust van stevige armen beschermend om haar heen. XXXI. Anne Belinda is boos Anne kwam. tot zich zelf door den klank van haar eigen naam. „Anne Anne Anne Anne". Het was als het geluid van het breken van gol ven. Het was haar eigen naam, maar die klonk haar vreemd in de ooren. Ze opende de oogen. John's gezicht was zoo dichtbij, dat zij ze onmiddellijk weer sloot. Haar lin kerhand rustte op iets droog en hards. Beukenbladeren. Ze zat op den grond op een bed van beukenbladeren. John's arm was om haar heengeslagen, haar hoofd lag tegen zijn schouder, zijn gezicht beroerde het hare, hij zei haar naam. Zij antwoordde „Ik ben weer in orde", en duwde met haar rechterhand tegen zijn wm, Het was geen flinke duw, „Ik ben weer in orde, John." In plaats dat hij haar losliet, voelde zij zijn arm steviger om zich heen. „Laat me los", sprak Anne met vreemde, bewogen stem. „Voel je je niet op je gemak Is het beter zoo „Laat me alsjeblieft los." „Je kunt veel beter rustig blijven zitten. Je hebt me afschuwelijk aan het schrikken gemaakt. Ik geloof vast, dat het verschrik kelijke mensch je niet genoeg te eten heeft gegeven. Luister eens, ik heb wat melk in den auto. Zou jij even tegen een boom kunnen leunen, terwijl ik de melk ga halen Hij liet haar tegen een boom leunen en ging heen. Anne keek hem door haar oog haren na. Ze moest er eigenlijk over na denken, wat ze tegen hem zeggen zou. Wat wist hij Hoeveel wist hij Als iemand zegt dat hij alles weet, hoe moest men dan zien uit te vinden of het inderdaad alles was, wat men zelf wist. Ze moest het te weten zien te komen ze moest iets zeg gen. Het kwam er ontzettend veel op aan, wat ze zei en ze zou maar niets bedenken om te zeggen. John kwam terug, in de beste stemming, een thermosflesch en twee kroezen in de hand. „Het is geen melk het is koffie. Koffie smaakt wel uit een thermosflesch, maar thee is afschuwelijk. Er zijn eiersandxviches in dit pakje." Hij wierp het in haar schoot, schonk koffie in en gaf haar een kroes vol. De koffie rook heerlyk en Anne werd zich be wust, dat een warme dronk juist hetgene was, waaraan ze werkelijk behoefte nad. „Als je een volgenden keer weer flauw valt van den honger, zou ik graag willen, dat je me waarschuwde. Voor jou is het niet zoo erg, mgar ik schrik me een onge luk als ik je zoo zonder waarschuwing moet opvangen." Het woord „Pollard" schoot door Anne's geest als een .slang, die door het gras schiet. John praatte en deed alsof er heeie- maal niets gebeurd was. Moest zij het daar bij laten Of moest ze nu zeggen ja, nu, tusschen dezen slok koffie en den volgen den „Wat heeft Pollard jou verteld Ze zette haar kroes neer. Er volgde een moment van ernstig pogen. Toen nam ze den kroes weer op en dronk. Nu niet. Waarom zou ze spreken Ze kon niet spreken ze kón het niet. „Ik was van plan over Lieth Hill te rij den en in Dorking thee te drinken, maar het zal te ver zijn. Wij moesten ons maar niet haasten. Wat vindt jij Anne vond niets. Ten slotte voerden ze hun oorspronkelijk plan uit en John ver dreef den tijd met opgewekte conversatie, zonder met een woord over Pollard te reppen. Toen ze naar de stad terugreden, vroeg hij Anne plotseling wat voor soort verlo vingsring ze wenschte. „Daar heb ik nooit over nagedacht. Denkt men wel daar over als men niet ver loofd is „Ik weet het nietdat komt er ook niet op aan. Wat voor een zou jij graag willen hebben „John, ik ben niet met jou verloofd." „O, neen „Natuurlijk niet." „O Dat maakt het gecompliceerd, om dat ik wel met jou verloofd ben, dus er zit ook niets anders op, dan dat jij met mij verloofd bent." „Ik ben niet met jou verloofd." „Ik geloof van wel. Ik zie ook geen uit weg voor je. Zou je een ring met saffieren en diamanten willen hebben of alleen dia manten Of een groote saffier met kleine diamantjes er om heen „John, ik ben niet „Ik weet het. Je hebt het al eerder ge zegd. Ik wou, dat je het niet telkens her haalde het maakt het zoo vreeselijk moei lijk om v besluit te nemen. Zie je. ik kan je niet gewoon komen opzoeken en dan over ringen praten. Wij moeten het nu afspre ken, anders zou ik je moeten opbellen. En dan luistert dat verschrikkelijke mensch. ons elefoongesprek misschien af. Dus je ziet, dat het absoluut noodig is om alles nu af te spreken. Zie je het ook niet in Anne gaf geen antwoord. „Ik voor mij houd veel van blauwe stee- nen. Ik zou je dolgraag een groote saffier willen geven. We moesten er samen maar een Taan uitzoeken, een, die precies bij je oogen past." John praatte door over ringen, tot ze bij den hoek van Malmesbury Terrace waren Anne bleef zwijgen. Ze luisterde naai zijn verhaal over kostbare steenen en anec dotes over verlovingen en verlovingsringen Soms had ze behoefte om te lachen, dan weer om te huilen, maai ze slaagde ei in om geen woord te zeggen. John stopte bij den hóek en liep met haar de Ossington Road in. Het was een donkere avond. Er stonden niet veel lantaarns midden in den weg was er een en de vol gende brandde zoo goed als niet. Terwijl ze door één donker gedeelte van den weg lie pen. voelde Anne John's arm om zich heen. Zijn stem, zacht en dringend, klonk aan haar oor „Ben je nog boos Anne was hee'emaal niet boos, maar ze zei „Ja." „Omdat ik je in Wisley gekust heb „Ja." „Maar waarom Anne, je liet me ,mijn gang gaan dat weet je wel „O Het was een zachte kreet, van protest. „Anne je liet het toe Ik zou je nooit gekust hebben, als je het niet goed gevon den had. Dat weet je toch wel „O klonk het weer. Johh bracht zijn hand heel zacht naar haar kin, duwde haar gezicht omhoog en kuste haar zooals hij eerder gedaan had twee kussen op haar oogen en één op haar mond. „O zei Anne weer. Toen stootte ze hem met alle macht van zich af en rende weg. Nadat hij haar het verlichte gedeelte van den weg had zien oversteken en 'door een poort van het blok huizen zien verdwijnen, keerde hij zich om en wandelde naar den auto terug. Toen hij bij Malmesbury Ter race kwam, neuriede hij een vrooiijk deuntje. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1934 | | pagina 5