TWEEDE BEAD VLISSINGSCHE COURANT Na het afschuwelijk drama van Marseille van Vrijdag 12 October 1934. No. 241. BINNENLAND VAN DE De bijzetting van wijlen koning Alexander. De kapitein van de kruiser „Dubrovnik" heeft de Joego-Slavische regeering telegra fisch medegedeeld, dat het oorlogsschip met het stoffelijk overschot van koning Alexan der aan boord in verband met het slechte weer en de hooge zee niet voor Zaterdag avond of Zondagochtend vroeg in Spalato voor anker zal gaan. Na het binnenkomen van dit bericht werd door den regentschapsraad besloten het stoffelijk overschot van de koning zonder oponthoud van Spalato naar Belgrado over te brengen. Oorspronkelijk bestond het voornemen het stoffelijk overschot in Zagreb geduren de 24 uur op te barén. In Zagreb zouden voor den dooden vorst in alle katholieke kerken plechtige Missen van Requiem wor den gedragen. Koning Alexander behoorde tot de orthodoxe kerk'. De bevolking van Kroatië, die meeren- deels tot de Katholieke kerk behoort, wilde haar dooden vorst op haar wijze en in haar godsdienst de kerkelijke eer bewijzen. Hoe wel de speciale trein met het stoffelijk over schot van den koning Zagreb zonder opont houd passeeren zal, zullen in alle Katholie ke kerken H.H. Missen wórden gecelebreerd. In Belgrado zal de koning in een pronk- - zaal van zijn slot opgebaard worden, in de zelfde zaal, waar zestien jaar geleden de proclamatie der vereeniging van Serven, Kroaten en Slovenen tot het Joego-Slavi sche koningkrijk heeft plaats gevonden. De openbare begrafenisplechtigheden zul len Dinsdag in de slotkapel plaats -vinden. Den volgenden dag zal het stoffelijk over schot in het familiegraf der Karageorge- witsch worden bijgezet. De rede die Alexander in het Elysée zou gehouden hebben. De redevoering, die koning Alexander gis teren in het Elysée zou hebben gehouden, in antwoord op de begroetingsrede van presi dent Lebrun, hield o.a. het volgende in „Dit is een der plechtigste oogenblikken in mijn leven sedert den wereldoorlog. Elkeen weet, dat wij Frankrijk liefhebben. De genegenheid is diep in ons wezen ge worteld. Wij bewonderen Frankrijk voor de oprechtheid en heldhaftigheid van zijn da den, telkens wanneer billijkheid en recht vaardigheid verdedigd moeten worden te gen een handeling van willekeur en geweld in het internationale leven, alsook voor zijn vasthoudende pogingen in den moeizamen opbouw van den vrede tusschén de volken. Maar daar het hier voornamelijk de kwes tie betreft van de verhoudingen tusschen onze twee volken, verheug ik mij om met een enkel woord nadruk te leggen op de banden, die Joego-Slavië aan Frankrijk bin den." Een verklaring van het gemeente bestuur van Marseille. Het gemeentebestuur van Marseille pu bliceert een verklaring, waarin het de ge ruchten tegenspreekt dat het zich tegen be paalde veiligheidsmaatregelen ter gelegen heid van de ontvangst van den koning van Joego-Slavië, o.a. gebruikmaking van troe pen voor den ordedienst, zou hebben verzet. De stedelijke autoriteiten van Marseille verklaarden dat zij over het organiseeren van de ontvangst van den koning in het ge heel niet zijn geraadpleegd, doch dat alle ordemaatregelen door een van Parijs naar Marseille gekomen politievertegenwoordiger zijn georganiseerd. De burgemeester is zelfs niet verzocht zich bij de autoriteiten aan te sluiten bij de aankomst van den koning. Twee medeplichtigen van Kaleman gearresteerd. Twee te Annemasse gearresteerde ver dachte personen hebben in den loop van het eerste verhoor toegegeven, dat zij teza men met Kalemen in Marseille zijn ge weest. Zij lieten verder doorschemeren, dat zij opdracht hadden in Parijs een tweeden aanslag te plegen, wanneer de eerste zou zijn mislukt. In Parijs en in de provincie wordt het onderzoek naar verdachte Zuid-Slaven met kracht voortgezet. Te St. Denis bij Parijs zijn heden twee Zuid-Slavische onderdanen gearresteerd, bij wie men verdacht materiaal in beslag heeft genomen. Men heeft nog niet kunnen vast stellen wat zij in Frankrijk uitrichtten. Naar uit Annemasse gemeld wordt, zijn de gisterenmorgen in Thonen verdacht van medeplichtigheid bij den aanslag in Mar seille gearresteerden, Benesj en Nogak, den geheelen dag door den bijzonderen com missaris Petit verhoord. De Fransche consul te Genève en de Zuid-Slavische vertegenwoordiger te Ge nève hebben zich naar Annemasse begeven, teneinde by de verhooren aanwezig te zijn. De arrestatie vond plaats in een hotel te Thonen, op instructie van Parijs. De gear resteerden hebben geen tegenstand gebo den. Zij hadden Tsjecho-Slowaaksche pas sen bij zich, welke waren uitgegeven door het Tsjecho-Slowaaksche consulaat-gene raal te Triest. Zij gaven in den loop van het verhoor echter toe, dat de passen ver- valscht waren. De verhooren worden bemoeilijkt door het feit,, dat de beide arrestanten vrijwel geen Fransch spreken. Hun werden foto's voorgelegd, waarop zij staan afgebeeld in gezelschap van Kalemen. Zij zagen zich toen gedwongen toe te geven, dat zij Kale men kenden, doch trachtten te loochenen, dat zij in eenig verband zouden hebben ge staan met de daad. Uit het verdere verhoor schijnt echter gebleken te zijn, dat zij het waren, met wie Kalemen de laatste dage a in Parijs heeft doorgebracht. De locale politie-autoriteiten zijn van meening, dat men hier een goede vangst heeft gedaan. De politieke gevolgen in Frankrijk. De Parijsche correspondent van „de Maasbode" meldt Na een onderhoud met Herriot en Tar- dieu heeft de minister-president besloten Maandag een buitengewonen ministerraad te houden, waarin de kabinets-wijziging ter sprake zou komen. De buitengewoon ernstige toon van de pers, de beroering in de openbare meening .en.de verontwaardiging in de-parlementaire kringen hebben echter de dingen verhaast en minister Sarraut genoodzaakt, onmid dellijk eenige zware strafmaatregelen te nemen. Aan Doumergue werd het voornemen toegeschreventijd te winnen en geen de missies, te aanvaarden, doch ook hij werd door de publieke opinie gedwongen zijn ge dragslijn te wijzigen. Sarraut ontsloeg den directeur van de veiligheidspolitie Berthoin en den prefect van Marseille. Na aldus de verantwoordelijke koppen te hebben ontslagen, kon de minister ook niet anders doen dan heengaan. Hij heeft daar mee niet' tot na de begrafenis van Barthou, van wien men nü weet, dat hij drie kwar tier zonder verzorging is gebleven en die tengevolge daarvan leeggebloed is, kunnen wachten. Doumergue heeft 't ontslag van Sarraut moeten aanvaarden en de crisis is dus ge opend. Vöorloopig partieel, maar het is duidelijk, dat men naar een algemeene omvorming van het kabinet streeft, die veel meer dan de beide zoo hoogst voorname vacante mi nisteries betreft. Het land zit zonder minister van buiten- landsche zaken en zonder minister van binnenlandsche zaken, dat geeft toch wel duidelijk éen beeld van den ernst van den toestand. Om eenigen indruk te geven van de ver bolgenheid in den lande geven wij slechts het volgende De altijd in haar taal zoo gematigde „Temps" zegt, dat de geheele publieke opinie, ongeveer unaniem is in de vrees, dat de orde in het land onvoldoende verzekerd is. Van dit oogenblik af, zegt het blad zelfs, is vastgesteld, dat de Fransche administra tie in het geding is en nog meer dan die organisatie zelf de geest, die zich lang zamerhand in die administratie ingeburgerd heeft. De nieuw verschenen „Presse" zegt over de tekortkomingen van de politie, dat alles wat zij daarover gezegd en geschre ven heeft, overtroffen is en dat de tijd ge komen is voor een diep ingrijpende veran dering. Verschillende bladen dringen aan, dat de verantwoordelijkheden zullen worden opgespoord, ook die van de rechters. De „Echo de Paris" zegt Men wil niets meer weten van Sarraut, die aan acht maanden niet genoeg heeft gehad, om den geest van de nationale veiligheidspolitie te wijzigen en om het vraagstuk op te lossen om de verdediging van Parijs tegen de communisten te organiseeren. En men wil niets meer weten van Ché- ron, belachelijk en onbekwaam minister, die genoodzaakt is, zich voortaan voor de öogen van de Parijzenaars te verbergen en van de verplichtingen van zijn ambt moet afzien. Een film over de gebeurtenissen. Zooals werd gemeld hebben eenige film operateurs het verloop van den aanslag ge heel op de filmstrook kunnen vastleggen en deze films zijn ter beschikking van de justi tie gesteld. Verschillende exemplaren ervan zouden reeds Woensdagavond in de jour naals der Parijsche bioscopen draaien, doch op het laatste oogenblik heeft de politie (3e vertooning ervan verboden. Een in Londen vertoonde film zou reeds sterk gecoupeerd zijn. Een enkele Parij sche bioscoop hield zich niet aan de politie- instructie en vertoonde de film ondanks het verbod. Volgens degenen die de film hebben gezien blijkt daaruit duidelijk hoe gebrekkig de ordedienst was georganiseerd. De „Paris Soir" schrijft dat men nauwelijks kan spre ken van een cordon van politieagenten, die de menigte tegenhielden, doch dat men slechts hier en daar een agent had, die de grootste moeite hadden de straat vrij te houden. Bovendien kan men op de film met verbazing constateeren dat de auto, waarin zich de koning en Barthou bevonden, slechts door 2 hooge officieren te paard was omge ven en bovendien zeer dicht langs de menig te reed. De „Matin" meldt uit Marseille dat de moordenaar van koning Alexander buiten gewoon zwaar gewapend was. Men vond op hem een Mauser machine pistool, waarin patroojibanden van 10 of 20 patronen werden gebruikt. Verder een Wal- therpistool eveneens van 7.65 m.m. kaliber en tenslotte een bom, waarvan de herkomst niet kon worden vastgesteld. Zij was van een model zooals anarchisten gewoonlijk niet bezitten, doch zooals in den oorlog ge bruikt werd. Aan patronen had Kalemen bij zich 2 patroonbanden van 20 patronen voor de Mauser en 6 patroonbanden van 9 pa tronen voor de Waltherrevolver. Alle passen zyn valsch. De Parijsche correspondent van het „Han delsblad" meldt Uit een nauwkeurig .onderzoek van den pas van Kelemen is gebleken, dat het stem pel, dat daarop is aangebracht, in vorm wel is waar met dat v^,n het Tsjecho-Slo waaksche consulaat-generaal van Zagreb overeenkomt, doch het is belangrijk kleiner en wijkt ook in ander opzicht van het ge bruikelijke Tsjechische eenheidstype af. Op de tweede pagina is achter de nationaliteit „Ceskosovenska" in plaats van „Ceskoslo- venska" gestempeld. Bovendien draagt de'klem, waarmede de foto op den pas is.'bevestigd, niet het ge bruikelijke .kenteeken van het ministerie van buitenlandsche zaken en de handteeke- ning van den ambtenaar blijkt er langs f oto- chemischen weg op te zijn geplaatst. Novak en Benesj, die lang zijn verhoord, hebben bekend, dat. ook hun passen valsch zijn. Benesj heet eigenlijk Iwan Rajlich en is afkomstig uit Kolodinet (Joego-Slavië). Novak heeft geweigerd zijn waren naam te zeggen. Zij hebben toegegeven Kelemen in Parijs te hebben gekend, maar zij ontken nen zelfs zijdelingsche medeplichtigheid- aan den moordaanslag. De oorzaak van. den moord. Het agentschap Tass meldt uit Moskou, dat Radeck in de IZwestija een artikel heeft geschreven getiteld De revolverschoten te Marseille. Het volgende is er aan ontleend De moord op Barthou en den koning van Zuid-Slavië bewij?t hoe weinig hecht de zaak van den vrede nog is en hoeveel krachten er nog aan het werk zijn om het onvaste evenwicht te verstoren dat in Euro pa bestaat. Radeck geeft een analyse van den politieken toestand in Zuid-Slavië. Hij wijst er op, dat in dat land iedere bewe ging die tegen de regeering. is gericht met wreedheid wordt onderdrukt. Tot nu toe heeft de regeering nog iedere volksbewe ging kunnen verstikken. Maar het is te be grijpen, dat dit Zuid-Slavië niet heeft kun nen bevrijden van de terroristische organi saties. De moord te Marseille is ongetwij feld te wijten aan een dergelijke organi satie. Er is een scheur gekomen in het bouw werk der Fransch—Zuid-Slavische alliantie. Er zijn mijnen gelegd onder de alliantie van Frankrijk met Roemenië. Frankrijk ont moet moeilijkheden in zijn betrekkingen met Polen. Al deze moeilijkheden spruiten voort uit hét'feit, dat in de landen, die deel uitmaken van het „systeem der allianties" van Frankrijk, de binnenlandsche economi sche toestand en de landbouwmoeilijkheden eengunstige atmosfeer scheppen voor al lerlei avontuurlijke ondernemingen, die in strijd zijn met de logica van den toestand, welke van de zijde van die landen een po litiek eischen van verdediging van den vrede en een vereeniging van krachten in die richting. De Duitsche nazi-pers ziet ia het gebeurde te Marseille „Gods hand" maar Duitschland zelf is als een stoomketel onder te hoogen druk. De stoom zoekt naar een uitweg en zou den ketel kunnen doen springen. Indien Duitschland de hand tracht te leggen op de Donau- en Balkan- landen, zou het, wanneer het zijn doel be reikt, vrienden krijgen met ak hun onder-: linge tegenstellingen. Duitschland beschikt ook niet over middelen, die alle ziekten van den Balkan kan genezen, en zulke ge neesmiddelen zijn in het bezit van geen en kel kapitalistisch land. Barthou is te Marseille als slachtoffer gevallen. Hij was, aldus Radeck, een schit terend redenaar,, een groat diplomaat en ook een man, die een breeden historischen blik had. Het voortbestaan en de stabiliteit van het Sovjet-regime had Barthou gene zen van zijn vooroordeelen en had hem ge dwongen de waarheid te zien. Barthou zag in, dat men niet terug kan naar het ver leden en wat deze groote geschiedkundige begreep, werd voor Barthou, den diplomaat, de drijfkracht van zijn handelen. Anti-Itallaansche betoogingen. Gisteren hebben zich in verschillende ste den van Joego-Slavië de anti-Italiaansche betoogingen herhaald, terwijl op sommige plaatsen ook tegen Hongarije werd betoogd. Te Lubljana (Leibach) kwam het tot ern stige botsingen voor het Italiaansche con sulaat en een der secretarissen van het con sulaat, die tusschen de menigte terecht kwam, werd mishandeld, doch kon spoedig door de politie worden ontzet. Te Submich, Subotich en Bseg aan de Hongaarsche grens, werden anti-Hongaarsche demonstra ties gehouden. De menigte drong het redac tiegebouw van een Hongaarsch dagblad binnen en stak den inventaris in brand. De brandweer slaagde er in de menigte uit het gebouw te verdrijven en den brand te blus- schen. Het Joego-Slavische kabinet heeft gisteren den drie regenten zijn collectief ontslag aangeboden. Prins Paul verzocht het ministerie in functie te willen blijven tot t.e nieuwe regeering is gevormd, hetgeen waarschijnlijk onmiddellijk na de teraarde bestelling van koning Alexander's stoffelijk overschot, welke Woensdag zal plaats heb ben, zal geschieden. Alle Joego-Slavische grensposten zijn gisteren versterkt. Naar verluidt in verband met den uittocht van talrijke Kroaten en Slovenen, die vijandig tegenover de Joego-Slavische regeering staan. Nieuwe Indische leening. De ministers van koloniën en financiën achten thans het oogenblik gekomen om de. consolidatie van een belangrijk deel van de vlottende schuld van Nederlandsch-Indië. met medewerking van het rijk, te bevorde ren door uitgifte van leeningen met lang- durigen looptijd onder garantie van het moederland, en hebben daartoe strekkende wetsontwerpen thans bij de Staten-Gene- raal ingediend. Het ontwerp van wet bevat o.m. de vol gende bepalingen De minister van koloniën wordt gemach tigd om schuldbewijzen ten laste van Ne derlandsch-Indië te gelde te maken tot een zoodanig bedrag als noodig is ter verkrij ging van een som van ten hoogste 250.000.000. De tegeldemaking kan geschieden hetzij ineens tot het geheele beloop van het in het vorig lid bedoeld bedrag, dan wel achter eenvolgens bij gedeelten daarvan op de tijd stippen, die de minister dienstig zal achten. Onverminderd het bepaalde in het vol gend lid zal de schuld, welke krachtens deze wet wordt gevestigd, worden gedelgd in een termijn van ten hoogste 40 jaren, gere kend van het jaar volgend op dat, waarin de tegeldemaking der schuldbewijzen plaats vindt. De bevoegdheid tot versterkte delging van de krachtens deze wet gevestigde schuld wordt voorbehouden. Kweekeling met acte. De minister van binnenlandsche zaken heeft de colleges van Ged. Staten een brief gezonden, waarin hij schrijft, dat de minis ter van onderwijs zijn aandacht heeft ge vestigd op de geldelijke gevolgen van de besluiten van de gemeentebesturen tot vervanging van de boventallige leerkrach ten door z.g. kweekelingen met akte. De brief luidt verder „De bevoegdheid om deze kweekelingen met akte zelfstandig in een klasse van een lagere school werkzaam te doen zijn, werd in de wet van 29 December 1933 opgeno men om tegemoet te komen aan de bezwa ren, die in sommige omstandigheden onder vonden worden van het voorschrift, dat ook de kweekeling met akte moest werken on der toezicht van een in hetzelfde lokaal aanwezige bevoegde leerkracht. Nu ver schillende gemeentebesturen de aldus ge schapen gelegenheid gebruiken om hun boventallig personeel door kweekelingen te vervangen, rijst de vraag, of inderdaad in alle omstandigheden de zuinigheid met. dezen maatregel gediend is. In de plaats van de door _e gemeente betaalde salaris sen aan surnumeraire onderwijzers, betaalt dan het rijk wachtgelden en de gemeente bovendien de bezoldiging der kweekelingen met akte. „Ook mag hierbij niet verzuimd worden acht te slaan op de verplichtingen ten op zichte van de bijzondere scholen. De ver plichting tot toekenning van de vergoeding bedoeld in art. 100 der L. O.-wet blijft nog een jaar lang na het ontslag der bovental lige leerkrachten aan de openbare scholen op de gemeente drukken, terwijl daartegen over van stonde aan de salarissen van de kweekelingen met akte het bedrag van de vergoeding, ingevolge art. 101 der wet aan de bijzondere schoolbesturen verschuldigd, beïnvloeden. Het is duidelijk, dat een en ander leidt tot opvoering der onderwijsuit gaven tot een hooger peil dan noodig is..." Minister De Wilde noodigt daarom Ged. Staten uit, bij de beoordeeling van de pos ten tot bezoldiging van kweekelingen met akte op de gemeentebegrootingen met deze opmerkingen rekening te houden het is naar de meening van beide ministers on- wenschelijk, dat een reorganisatie van het onderwijs, die anders noodig zou zijn, door deze aanstelling van kweekelingen met akte wordt ontgaan". premie van overheidswege subsidie te ver krijgen, bij de centrale ziekenkas van den Raad van Arbeid te 's-Gravenhage zijn aan gesloten. Met ingang van 1 Januari 1935 nu zal de verplichting om voor het ontvangen van subsidie in de vorengenoemde kosten aan gesloten te zijn bij den Centrale Ziekenkas, komen te vervallen. Eenzelfde gedragslijn zal ter zake met betrekking tot de onge vallenwet van 1 Januari a.s. af zijn te vol gen, d.w.z. aansluiting bij de Rijksverzeke ringsbank is dan niet meer verplicht voor geschreven. Daar men mitsdien van 1 Januari 1935 af geheel wordt vrijgelaten in de keuze van aansluiting zoowel voor de ziekte- als de ongevallenwet, zal ook voor plaatsing op de zgn. lijst geen aanleiding meer bestaan. Verlaging van steun voor vverkloozen. Een aantal predikanten te Amsterdam en enkele andere plaatsen heeft een verklaring gericht tot overheid en volk, waarin zij er tegen opkomen, dat de ondersteuningen aan de werkloozen verlaagd zijn, terwijl de cumulatie van tractementen en pensioenen nog altijd gehandhaafd wordt, al willen zij daarmede niet zeggen, dat door een verbod van cumulatie voor de overheidskas be langrijke financieele baten zullen worden verkregen. Vragenderwijs stellen zij hier mede op dezelfde lijn de dubbele inkomens van gehuwde vrouwen, die naast hare echt- genooten in overheidsdienst zijn. Voorts zijn zij van oordeel, dat de plaatsing van de N.S.B. op de lijst der voor ambtenaren ver boden vereenigingen onrechtvaardig is ge weest en dat de leden dier beweging ook toegang moeten hebben tot Bijzonderen Vrijwilligen Landstorm en Burgenvachten. Zij verklaren ten slotte niet ten over vloede zich niet te willen mengen in za ken van staatsbeleid of politieken strijd, maar uitsluitend de overheic te willen be zweren, haar van God gegeven gezag nooit te gronden op of te gebruiken tot iets, dat den toets van waarheid en gerechtigheid niet ten volle zou kunnen doorstaan. De verklaring is onderteekend door 19 predikanten. Hieronder zijn 17 Ned. Herv. predikanten, een emer. Ned. Herv. predi kant en een doopsgezind predikant, waar van 10 te Amsterdam. Uitvoering ziekte- en ongevallenwet. De minister van sociale zaken heèft be sloten in eenige voorschriften, die de uit voering van de ziekte- en ongevallenwet betreffen, de volgende wijzigingen aan te brengen Tot dusverre moesten de gemeenten, wa terschappen en polders, die met rijkssub sidie arbeid laten verrichten, indien zij sr prijs op stellen in de kosten van de ziekte Opruiming van 150.000 stuks rundvee. De veehouderijcentrale heeft in haar gis teren - gehouden vergadering beraadslaagd over het vraagstuk van de vermindering, van den veestapel. Naar wij vernemen heeft de centrale be sloten de regeering te adviseeren tot oprui ming van 150.000 stuks rundvee, waarvan 125.000 stuks zouden worden ingeblikt, 10.000 zouden worden ingevroren en de rest naar de destructie zou worden verwezen. Een van de leden van de Veehouderijcen- trale bracht een aanbod ter sprake van Russische zijde gedaan voor export van vee naar Rusiand. Over dit aanbod, dat uit den aard niet anders dan een betrekkelijk klein quantum kan betreffen, is nog geen beslis sing genomen. Consulaatwezen. Bij Kon. besluit is de heer H. Brett er kend en toegelaten als consul van de Ver- eenigde Staten van Amerika te Rotterdam voor de provincies Zuid-Holland, Zeeland, Noord-Brabant en Limburg. Het 10.000ste schip in den Nieuwen Waterweg. Het vannacht om 2.20 uur binnengeko men Engelsche stoomschip „Farnham", op weg van Bremen naar Schiedam om te bunkeren, is het 10.000ste schip, dat dit jaar den Nieuwen Waterweg binnen is ge- loopen. Verleden jaar is het 10.000ste schip op 7 November den Nieuwen Waterweg binnengekomen. De Ned. Scheepsbouw-Maatschappy gaat sluiten. Het „Handelsblad" meldt dat het volgen de ontstellend bericht te zijner kennis is gekomen De Nederlandsche Scheepsbouw Maat schappij te Amsterdam gaat noodge dwongen haar geheele bedrijf stopzetten. Als er geen nieuwe orders komen, zullen na een ruim veertigjarig bestaan, eind Maart 1935 de werven gesloten worden.

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1934 | | pagina 5