Courant TWEEDE BLAD Gemakkelijk Ioopen - Welfschoenen koopen De crisisbollebof ontdekt. BINNENLAND FEUILLETON Haar moeders evenbeeld van de Donderdag13September1934. N°216 ONS WEEKPRAATJE Z.M. de Spoorweg-wegwerker. Deze hoog-gesalarieerde houdt ons in den crisisput. Merkwaardig1, dat eerst thans bekend is geraakt, wie eigenlijk het voortduren van de crisis op z'n geweten heeft. Ergens moest er een lek zijn dat voelde een ieder waar doorheen alle welvaart weer wegvloeide, welke de maatschappij 5 of 6 crisisjaren lang bezig is te verzamelen met belastingverhooging, bezuiniging, ver sobering, loonsverlaging enz. Gelet op de hoeveelheid toegepaste middelen, had de crisis al lang geweken moeten zijn, en tóch Aan mr. Wendelaar, voorzitter van de Liberale Staatspartij, danken we het, dat het lek in onzen welvaartspot eindelijk is ontdekt. Mr. Wendelaar had zijn liberale mannen uit het hooge noorden van ons land op Zondag jl. in Zuidlaren ter po- litieken Landdag vergaderd en bij die ge legenheid heeft hij ze, alles blijkens het verslag in „de Courant", allereerst den somberen toestand van 's Rijks schatkist voorgehouden. Op de begrooting komen we nog een slordige 40 millioen tekort, zei hij, maar die moeten dan maar gevonden worden door middel van bezuinigingen, in geen geval door nieuwe of verhoogde belastin gen, want de bevolking kan geen nieuwen druk meer torsen. Juist Onder „bezuiniging" bleek mr. Wende laar ook een nieuwe korting te verstaan op het salaris van het overheidspersoneel, hetwelk derhalve blijkbaar niet tot „de bevolking" behoort, althans niet tot het deel, hetwelk geen nieuwen druk meer zou kunnen torsen. Mr Wendelaar wenscht alleen niet een percents-gelijken aftrek voor allen. Hij acht b.v. de materieele positie van een leeraar M.O. niet al te lucratief en zelfs vrij be roerd, vergeleken met een gelijkwaardige positie in de vrije maatschappij. Van het salaris van zoo'n leeraar kan derhalve niet veel meer af, meent mr. Wendelaar. Anders is dat echter, en let wel hier komt de onthulling, Anders is dat, als men „kijkt naar het loon van een weg werker bij de Spoorwegen en naar dat van diëns gelijkwaardige in het particu liere bedrijf". Wie dAt beziet, meent mr. Wendelaar, moet :oncludeeren, dat de spoorweg arbeider nog wel wat kan laten „vallen". DAAr hebben we dus den crisisdader, den bollebof, die tot op heden stiekum parasiteerde op de malaise en door het toucheeren van een onevenwichtig-hoog in komen het herstel van het economisch even wicht in de maatschappij tegenhield. Zoo'n rakker Zijn hooge sprongen zullen nu weldra uit zijn. We wilden zoo'n crisls-croesus nog wel eens zien en spreken, vóór hij gevild en geschoren zou zijn door het politieke jager- dom, dat hem op het spoor is gekomen. Na óns in onze Zondagsche plunje te hebben gestoken en onzen hoed te heb ben geborsteld, wat we alleen bij begrafe nissen en andere plechtigheden plegen te doèn, hebben we ons aan een der sta tions van de Ned. Spoorwegen aangemeld en daar gevraagd, of we „meneer" mochten spreken. Eerst kwam er iemand met een rooie pet, maar toen we vroegen, of hij. zoo'n mensch was, van wiens loon, volgens mr. Wendelaar, nog wel wat Af kon, toen moesten we snel drie pas achterwaarts springen om een moord te ontwijken. Wien je zoekt, weet ik niet brulde de man maar ik ben de chef hier van het station, ik heb 33 jaar lang dag en nacht gewerkt en geploeterd voor de maat schappij, welke nu in enkele jaren tijds mijn salaris met méér dan 'n vierde heeft gekortik heb trouw premie betaald van mijn oude, hoogere inkomen, maar ik word straks óp straat gezet met een pensioen, dat naar mijn verlaagde inkomen wordt berekend. Ik 't Was ons al lang duidelijk, dat we den verkeerde te pakken hadden. „Neem me niet kwalijk stamelde ik maar ik zocht dien man met het groöte inkomen; den spoorweg-wegwerker Man repliceerde de chef als je gekomen bent om ons hier een beetje te beduvelen, dan zal ik je eens laten zien, hoe ik jou hier van den spoorweg kan wegwerken, ja, dan zal ik je Omdat de man min of meer dreigend op me afkwam, hebben we haastig de beenen genomen. Maar ons doel hebben we tenslotte toch bereikt, want we heb ben in Utrecht geïnformeerd en daar hebben ze de noodige gegevens verstrekt. De meeste spoorwegwegwerkers, zoo leerden we, zijn in de IVe klasse onder gebracht, omdat de meeste lijnen nu een maal buiten de steden liggen. Zoo'n vol slagen wegwerker der IVe klasse wordt aangesteld op een loon van 1125.20 per jaar, waarvan 8V2 pet. wordt geminderd voor pensioen hij ontvangt dus per week ƒ19.80. Na een aantal dienstjaren kan de man zijn maximum bereiken en een in komen te genieten krijgen van 1306.08, welk bedrag ook weer met 8V2 pet. wordt geminderd er blijft dan per week over 23.Op verdere verhooging is dan geen uitzicht meer, tenzij de man een groot gezin krijgt, in welk geval vanaf het derde kind een toeslag van 3 pet. wordt verleend. Zoo'n spoorweg-arbeider heeft dag-in dag-uit zwaren arbeid, grondwerk, te ver richten telkens weer wordt hij opgeroe pen voor nachtarbeid, zonder dat hem daar extra-vergoeding voor wordt gegeven. De menschen klagen' niet. We hebben van deze lieden gesproken en ze erken nen, dat ze tevreden waren met hun po sitie en dat ze voor dezen tijd uitverko-, renen mochten worden geheeten. Maar dat zij de menschen zouden zijn, van wie- mr. Wendelaar zei, dat ze nog wel wat van hun loon kunnen laten vallen eerder zij, dan leeraars bij het M.O. is iets om er van te huilen. In dezelfde rede vertelde de heer Wen delaar onder applaus van zijn gehoor, dat op leger en vloot in geen géVAl 'meer be zuinigd mocht \vorden onze weerkracht, zei hij, moet integendeel wórden verhoogd. Laten we toch eens gaan inzien, dat noch onze economische weerkracht, noch onze militaire weerkracht worden ver hoogd door ons volk in het pauperisme terug te trappen. Economische weerkracht eischt'koopkracht van de massa; militaire weerkracht is onmogelijk, als het volk, waaruit de soldaten moeten voortkomen, verzwakt door de ellende van een armoe- be.~taan. De derde Dinsdag van September. Tweede Kamer bijeengeroepen. De Tweede Kamer is in vergadering bij eengeroepen op Dinsdag 18 September, te kwart over drie. Aan de orde is de aanbiedipg van de rijksbegrooting voor 1935 en opmaken van een nominatie voor het voorzitterschap. Uitvoering van de tabakswet. De Bond van Sigarenwinkeliersvereeni- gingen, welke 27 vereenigingen over het ge- heele land omvat, heeft aan den minister van financiën een schrijven gericht, waarin de Bond zpn erkentelijkheid aan den minis ter betuigt met de uitvoering van de ban- derolle-bescherming en afschaffing van het cadeaustelsel, vervatin de gewijzigde ta bakswet. De Bond heeft echter geconstateerd, dat de naleving van de gewone tabakswet veel te wenschen overlaat en dat zijn leden zien daardoor-ernstig in hunbestaansmogelijk heid zien bedreigd. Zij :hebben bij dit schrij ven de medewerking van den minister ver zocht om aan die euvelen een einde te ma ken. Huldiging mr. P. W. A. Cort van der Linden. Het hoofdbestuur van den Bond van Jonge Liberalen heeft besloten, ter gelegenheid van de herdenking van' den aanvang der mobilisatie in 1914, den minister van staat, mr. P. W. A. Cort van der Linden te hul digen voor het feit, dat het voor een zeer groot deel aan zijn beleid is te danken, dat Nederland buiten den wereldoorlog is ge bleven. >■- Wegens het verblijf buitenslands van mr. Cort van der Linden zal deze huldiging eerst plaats hebben op Zaterdag 15 Septem ber. Op dien dag zal men zich om 3 uur opstellen op het Malieveld in Den Haag sn gezamenlijk wandelen naar het huis van mr. Cort van der Linden, Belasting enLijfsdwang. Het eerste geval in de residentie. Verleden jaar 's de wet op de inkomsten belasting van 22 Mei 1845 aangevuld met een artikel betreffende tóepassing van lijfs dwang. Dit in verband met de groote moei lijkheden waarvoor de fiscus dikwijls komt te staan bij 't innen van achterstallige gel den. H~t spreekt vanzelf, dat met de toe passing hiérvan zeer voorzichtig te werk moet worden gegaan en het ligt zeker niet in de bedoeling an autoriteiten om lijfs dwang toe te passen tenz-; men beseft, dat dit krachtig optreden door en door verant woord en gewettigd is. Indien men echter van meening mocht zijn, dat de fiscus tot de practische uitvoe ring van dit, door velen louter als „dreige ment" gevoelde artikel niet zou overgaan, dan vergist men zich. Dinsdagochtend heeft zich een dergelijk geval te 's-Gravenhage voorgedaan. Mr. de Groot, plaatsvervangend kantonrechter, vergezeld van een deurwaarder en twee re chercheurs heeft zich om 8 uur v.m. ver voegd bij een bewoner van de Paviljoens gracht, mét wien de fiscus reeds lang op slechten voet staat. Natuurlijk ontstond in de buurt onmiddellijk een oploop en weldra was bekend, dat de bewoner meegenomen zou worden wegens een belastingconflict. Motorpolitie zette de :omgeving van het huis af. De man is per auto overgebracht naar het huis van bewaring in de Casuariestraat. Men ziet, dat het den belastingautoriteiten ernst is en de fiscus is van plan met dezen maatregel door te. gaan in gevallen, die daarvoor in aanmerking komen. Minister Steenberghe bezoekt de Jaarbeurs. Gisterenmorgen heeft de minister vaa economische zaken, mr. M. P. L. Steen berghe, een officieel bezoek gebracht aan de Nederlandsche Jaarbeurs te Utrecht. De minister arriveerde te ongeveer elf uur op het Jaarbeursterrein. De minister werd vergezeld door den heer F. K. J. He ringa, regeeringscommissaris. Bij de ontvangst waren, behalve de voor zitter en de secretaris-generaal van den raad van beheer, de heeren F. H. Fentener van Vlissingen en W. Graadt van Roggen, aanwezig de leden Jos. ten Berg, A. A. Freijlink, ir. P. A. Roelofse en J. C. Rijk. De minister bezocht de verschillende, bui- tenlandsche afdeelingen en wijdde vervol gens voornamelijk zijn aandacht aan de stands van de vooraanstaande nationale in dustrieën. Op de Duitsche afdeeling, waar de minis ter werd rondgeleid door den heer Franke, voorzitter van de Duitsche Kamer van Koophandel, toonde hij veel belangstelling voor het' reiigieuse houtsnijwerk van Ober- ammergau. Langdurig verbleef de minister op de af deeling van zijn eigen departement van eco nomische zaken, waar de aanwezige ambte naren bij de verschillende statistieken een uitvoerige toelichting gaven. Naar aanleiding van het overzicht van handelsbetrekkingen met Nederland en Nederlandsch-Indië met eenige landen in 1933, ontwikkelde zich tusschen den minis ter en den heer Fentener van Vlissingen een gesprek over de exportmogelijkheden van ons land. Op de daarnaast gelegen Koloniale afdee ling werd aan den minister en de andere gasten door de inlandsche vrouw in de hut voor Surinaamsch fruit een glas sinaasap pelen aangeboden. Prof. De Bussy leidde den minister verder op deze afdeeling rond. In de afdeeling Philips was bij het bezoek van den minister dr. A. F. Philips aanwezig. De minister wandelde de natrium-straat door en had daarna veel aandacht voor den super-inductie-trein. Ook de minister onder wierp de gevoeligheid van de super-induc tielamp aan een proef en liet het treintje bij Budapest stoppen. De minister heeft ongeveer 2 uur op de Jaarbeurs vertoefd, waarna hem in het gele zaaltje door den raad van beheer een lunch werd aangeboden. Ook de burgemeester van Utrecht, mr. dr. G. A. W. ter Pelkwijk, was hierbij aan wezig. Kolen verzending tusschen Nederland en België. Naar aanleiding van de in Nederland ge nomen contingenteeringsmaatregelen be treffende den invoer van buitenlandsche ko len, overweegt men in België nog in den loop van deze maand nieuwe onderhande lingen met Nederland te openen, aldus de Brusselsche correspondent van het „Hbl.", teneinde een overeenkomst betreffende den wederzijdschen invoer van steenkolen uit de beide landen te sluiten. combineerde vergadering van de hoofdbe sturen van deze organisaties heeft men te genover de voorstellen van de directie een afwijzend standpunt ingenomen. De organi saties zullen trachten de directie er van te overtuigen, dat het spoorwegpersoneel, het welk men steeds met het rijkspersoneel wil vergelijken, dit laatste steeds in verslechte rende omstandigheden vooruit is, doch dat het spoorwegpersoneel in de verbeteringen, die het rijkspersoneel in verschillende op zichten deelachtig is geworden, niet heeft gedeeld. De organisaties willen trachten te ver krijgen, dat de directie een minder scherpen maatregel toepast. A.R. Partij en Chr. Vakbeweging. Op 31 Maart van het vorige jaar werd door de leiding van de A.R. partij met de leidinggevende personen in den kring der Chr. Vakbeweging, voorzoover ze lid waren van een A.R. kiesvereeniging, een confe rentie gehouden, waarin dr. H. Colijn een uiteenzetting gaf van den economischen toestand. Thans heeft het Centraal Comité van A.R. kiesvereenigingen en de A.R. Kamerfractie dezelfde personen uit de Chr. Vakbeweging weer uitgenoodigd tot een zelfde conferentie op 21 Sept a.s. te Utrecht, waar de heer J. Schouten en C. Smeenk een korte inleiding hopen te geven over den economischen toestand en de in verband daarmede getroffen en nog te treffen maat regelen. Loonsverlaging bij de Spoorwegen. Directie wil met ingang van 1 Jan. 1935 globaal 3 korten. Naar de „Tel." verneemt, heeft de direc tie van de Nederlandsche Spoorwegen aan den personeelraad een voorstel inzake een nieuwe loonsverlaging doen toekomen. Glo baal genomen komt dit voorstel neer op een verlaging van. 3 voor de nieuwe loonen van het geheele personeel. Het ligt in de be doeling van de directie, den maatregel met ingang van 1 Januari 1935 toe te passen. De nieuwe verlaging zal voor diegenen van het personeel, die niet op hun maximum staan, voorloopig op 3 neerkomen. Zij, die al op hun maximum staan, hebben ech ter nog met een overschot te maken, dat de directie1 tot nieuwe maxima wil afronden. Voor den een zal dit mee, voor den ander tegen loopen. Dit betreft echter slechts fracties over het algemeen kan dan ook van een verlaging, ook voor deze groep, van 3 worden gesproken. De personeelraad heeft de voorstellen van de directie reeds aan de organisaties van spoorwegpersoneel doorgegeven. In een ge Sociale studieclubs van het Chr. Nat. Vakverbond. Naar wij vernemen heeft het Dagelijksch bestuur van het Chr. Nationaal Vakverbond besloten ook in den a.s. winter weer voort te gaan met den arbeid der studieclubs in verschillende plaatsen van het land. De volgende zes onderwerpen zullen dezen winter aan de orde komen 1. De practijk van het Vakvereenigings- werk in de afdeelingen onzer vakbonden 2. Beteekenis en inhoud van de sociaal- politieke programs van het C.N.V. 3. Overheidsbemoeiing met productie en distributie 4. Arbeid, natuur en kapitaal, de drie voornaamste productiefactoren in het maat schappelijk leven 5. Chr. vakbeweging en coöperatie 6. De geestelijk-zedelijke en maatschap pelijke beteekenis van werkloozenzorg. Over deze onderwerpen zullen weer even als vórige winters schetsen en leidraden worden uitgegeven. Dr. B. C. J. Loder 85 jaar. De oud-president van het Permanente Hofvan Internationale Justitie, dr. B. C. J. Loder, viert vandaag zijn 85sten verjaardag. Dr. Loder is een der vermaardste juristen, die, ons land ooit heeft gekend. Zijn schitte rende carrière begon te Rotterdam, waar hij zich, na te Leiden te zijn gepromoveerd op een bekroonde prijsvraag over de leer der volkssoevereiniteit, als advocaat en dispa cheur vestigde. De jonge jurist verwierf hier snel een groote reputatie. Niet alleen dat hij het burgerlijk recht cn het interna tionaal zeerecht tot in finesses beheerschte, hij was ook een vurig pleiter, die door de bondigheid van zijn argumentatie en zijn welsprekendheid een gevreesde tegenstan der was. In de rechtszaal bevocht mr. Loder me nige overwinning door de kracht van zijn woord en zoo was het geen wonder, dat hij de raadsman van talrijke firma's werd. Naar het Engelsch van LOUIS TRACY. (Nadruk verboden 60) Ze knabbelde aan haar sandwiche en dronk haar thee. Deze vrouw van de wereld was een veel te goede menschenkenster om, nu ze haar kaarten had opengelegd, haar tegenpartij tot het uiterste të drijven als het niet noodig was. Hij moest tijd hebben om. op adem te komen om zijn houding te bepalen. Ze was zeker van haar zaak. Juridisch gesproken stond ze weliswaar niet sterk en dat zou hij zeker wel merken, maar over dien boeg wilde ze het ook niet gooien. Als anderen konden complotteeren, nu, dan was zij ook niet van gisteren dat was alles. Er viel een lange stilte, waarin zij rustig doorging met eten en drinken. (Misschien wilt u wel zoo goed zijn om precies uit te leggen, waarom u naar Cro mer bent gekomen, lady Carshaw", viel Meiklejohn eindelijk uit. De uitdagende klank in zijn stem ontging haar niet, maar ze reageerde er met een lachje op. Er zou een woordenduel op leven en dood plaats vinden en ze had zich ter dege voorbereid. „Toe, eerst nog even een kopje thee", verdocht ze en hij schoof onbehaaglijk op zijn stoel heen en weer. Dat telkens weer uitstellen pijw rde hem. Ze rolde haar blaad jes met notities uit. Meiklejohn keek er met voorgewende onverschilligheid naar. „Ik heb een afspraak", begon hij, op zijn horloge knkend. „Die moet u dan maar afzeggen", pa reerde ze, plotseling scherp. „De gewich tigste conferentie, die u ooit in uw leven kunt hebben gehad, vindt nu plaats, in uw kamer, William Meiklejohn. Ik had het straks over Scotland Yard. Met wie wilt u liever spreken met mij of een ambtenaar van de politie?" Het beetje kleur dat weer op zijn gezicht gekomen was, trok opnieuw weg. Deze vrouw uit de groote wereld had klauwen en ze zou niet aarzelen die te gebruiken als ze geprikkeld werd. „Ik geloof niet dat ik iets gezegd heb om op een dergelijken toon toegesproken te worden", mompelde hij, met 'n mislukte po ging tot glimlachen. „U hebt mij er toe aangezet om het meis je waarvan mijn zoon hield, de woestijn in te sturen" was het bescheid. „U hebt daar mee een ernstige vergissing begaan. Na een poosje drong het tot mij door wie ze was. Ik heb haar moeder gekend. Moet ik nog in bijzonderheden treden?" „Ikwerkelijkik..." „Uitstekend. Achttien jaar geleden ver moordde Uw broer, Ralph Vane Meiklejohn, een zekeren Mr. Marchbanks, die ontdekt had dat u en uw broer zijn vrouw beroofden van fondsen, die bij uw bank, welke haar vermogen beheerde, waren gedeponëerd. Ik heb hiep alle .bijzonderheden, yan de mis daad. Ik zeg niet dat het wettig bewijs is geleverd dat uw broer, die naderhand ge vangenisstraf heeft moeten ondergaan en u nu onder den naam van Ralph Voles hand- langers-diensten bewijst, dien moord heeft gepleegd. Misschien is ook het woord „Moord" te sterk met betrekking tot den dood van Mr. Marchbanks, maar ik ben overtuigd dat iedere officier van Justitie u en hem veroordeeld kan krijgen wegens een berooving van een inmiddels overleden da me en haar dochter, het meisje, dat u en hij de vorige week hebben ontvoerd." De wrekende gerechtigheid zat tegenover hem in de gedaante van deze welopgevoede, beschaafd en zakelijk pratende vrouw. Meiklejohn had geen folterender zieleangst kunnen uitstaan als hij in de beklaagden bank gestaan had. 't Was al erg genoeg zoo als 't vreeselijk geheim al die jaren aan zijn leven had geknaagd, maar dat hier in koelen bloede werd blootgelegd door een dame uit de kringen, waarin hij zich ten koste van alles een plaats had hopen te veroveren, was nog duizendmaal erger. Hij begroef het hoofd in de handen. Éven flitste de gedachte aan moc-l door zijn hersens. Maar Lady Carshaw's aristocratische stem bracht hem weer tot zich zelf. „Zal ik voortgaan?" vroeg ze. „Zal ik over Rachel Barlett spreken, van het schan daal dat niet alleen ontstaan zal door die financieele malversaties, maar ook door dien schandelijken aanslag op Lord Ronald To wer?" Hij hief zijn ontdaan gezicht op. Hij was een .trotsch man en niet van glan zich zon der tegenstand gewonnen te geven. „Natuurlijk ontken ik alles, wat u gezegd heb", klonk het. „Maar, als het waar was, dan moet u er een heimelijke bedoeling mee hebben op deze insinueerende wijze tegen mij op te treden. Wat is die „Ik ben blij dat u dat inziet. Ik ben hier om u voorwaarden aan te bieden." „En die zijn?" „U moet dat meisje, Winifred March- banks, onmiddellijk aan mijn hoede toever trouwen ze zal bij mij blijven tot mijn zoon met haar gaat trouwen en u moet haar haar moeders erfdeel restitueeren." „U hebt ongetwijfeld een bepaalde som in Uw gedachten?" „Zeker. Mijn advocaten hebben mij ge zegd, dat u de rente ook behoort te betalen. Maar Winifred zal met de hoofdsom tevre den zijn. U moet haar vijf en tachtig dui zend pond uitkeeren Hij sprong overeind, grijs van emotie. „Mensch", schreeuwde hij onbeheerscht, „je bent stapèlgek HOOFDSTUK XXX. Wie het laatst lacht Lady Carshaw keek hem door de glazen van haar gouden face A main scherp aan. „Gek?" protesteerde ze. „Geen sprake van, hoor Alleen maar een oude vrouw, die voor haar zoon tracht te krijgen, wat er te krijgen is. Reginald zelf zou het nooit hebben willen doen. Na je een duchtig pak slaag te hebben gegeven, zou hij je aan den sterken arm van de wet hebben overgelaten en dat zou uw ondergang beteekend heb ben, Mr. Meiklejohn. Maar ik sta er anders tegenover. Ik wil me niet beter voordoen dan ik ben de groote voet waarop ik heb geleefd en mijn zorgeloosheid, hebben ten gevolge gehad dat Reginald's bezittingen bezwaard zijn met een hypotheek van tach tig duizend pond. Als ik zijn vrouw een bruidschat kan bezorgen, waarmee de hy potheek kan worden afbetaald en die haar nog een speldegeld van vijfduizend overlaat, heeft hij mij niets te verwijten. Dan zal ik erg tevreden over mezelf zijn „Vijf en tachtig duizend pond Ik ontken alles waarvan u mij beschuldigd heeft. Bo vendien heb ik een dergelijk bedrag niet ter beschikking." „Dat hebt u wel, of kunt het binnenkort gemakkelijk hebben. Wenscht u dat ik u de tails geef omtrent uw West-Afrikaansche concessie, Uw nieuwste manoeuvre, samen met die nobelen Mr. Jacob en Lady Helen Tower? Die kunt u krijgen, hoor En wat uw ontkenning betreft, misschien ben ik een beetje haastig geweest. Sta me toe de geschiedenis op m'n gemak, hoofdstuk voor hoofdstuk, met u door te gaan." Ze spreidde de blaadjes met aanteekenin- gen, die ze al had opgevouwen, weer voor zich uit. „Schei uit met die verwenschte come- die......" Meiklejohn schreeuwde het bijna uit, want -»aar kalmte maakte hem wild van zenuwachtigheid. „Alsiktoestem welke garantie heb ik (Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1934 | | pagina 5