Gemakkelijk loopen - Welfschoenen koopen FEUILLETON In het holst van den nacht BINNENLAND van deze allerveiligste en kortste interna tionale route meester gemaakt. Geen an dere haven biedt dezelfde voorwaarden en vooral ook ten opzichte van het buitenland wordt hier de Nederlandsche driekleur met eere gevoerd. De sedert 1875 dagelijks op Engeland varende Zeeland-booten, de gere gelde, slankgelijnde voorbijgangers van het strand, hebben zonder stagnatie den dienst onafgebroken kunnen onderhouden. Zee land is ondenkbaar zonder de „Zeeland". Altijd interessant is een bezoek aan de gemoderniseerde haven, na volhardenden arbeid in deze jaren verkregen, dank zij den hiervoor genoemden eersten burger van Vlissingen. Bunker- en oliestations vestigden zich er reeds. De perspectieven voor deze Nederlandsche haven zyn groot. KAMEROVERZICHT EERSTE KAMER. Vergadering van Dinsdagavond. Goedgekeurd werden verschillende natu ralisatie-ontwerpen. Zonder debat en hoofdelijke stemming werd aangenomen het wetsontwerp tot be schikbaarstelling van een renteloos voor schot uit 's rijks was ten behoeve van de N.V. Waterleiding Mij. Zeeuwsch-Vlaande- ren, te Ter Neuzen. Aan de orde was hierna het wetsontwerp tot verlaging der loodsgelden. De heer Droogleever Fortuyn verklaarde dat dit wetsontwerp voor de havensteden volkomen gewettigd is. Voor een nieuwen tarievenstrijd behoeft niet te worden ge vreesd. De maatregel bedoelt niet te zijn uit lokking van een tarievenstrijd. Spreker acht het verkeerd dat voor lijnbooten on derscheid wordt gemaakt in de nationali teit van gezagvoerders en stuurlieden. Dit zal ook in de practijk tot verkeerde toe standen leiden. Spreker vindt dit jammer, maar verheugt zich in het algemeen over het wetsontwerp. De heer Knottenbelt voegt hieraan toe, dat de Staat door dezen maatregel de kos ten van scheepvaartbedrijven verlicht en deze dus steunt. Spreker hoopt hetzelfde ook voor andere bedrijven. Spreker betoogt dat 9 der nieuwe bepalingen niet te streng moet worden toegepast, bijv. in ge val van zware stuwage, waarvoor het inne men van lading in meer havens noodig is, bijv. resp. te Amsterdam, Hamburg en weer te Amsterdam. Vervolgens onder steunt spreker het betoog van den vorigen spreker. Hij is echter overtuigd dat nooit de bedoeling is geweest, de Nederlandsche vlag te bevoordeelen. Het verdrag betref fende het statuut in zake internationaal havenregime, goedgekeurd bij de wet van 9 December 1923, voorziet reeds in deze materie. De regeering beperke deze dus niet tot Engeland. De minister van defensie, de heer Deckers, dankt den heer Droogleever For tuyn voor diens woorden. Het doet spreker genoegen, eenige verlichting voor de Neder landsche scheepvaart te hebben kunnen bij brengen. De critiek op eenige detailpunten beantwoordend, zegt de minister, dat de eisch van Nederlanderschap voor kapiteins en stuurlieden van lijnbooten om het loods- brevet te krijgen ten onrechte is beschouwd als een beperking. Van groote beteekenis is de kennis van Nederlandsche wetten, welke niet kan worden gevergd van niet- Nederlanders. Bovendien zijn eventueel te nemen maatregelen veel moeilijker toe te passen tegen niet-Nederlanders dan tegen Nederlanders. Daarom is de regeling op jneer bescheiden schaal gemaakt. Voor het standpunt van den heer Knot tenbelt is wel iets te zeggen. De algemeene maatregel zal worden toegepast wederkee- rig voor landen met gelijke faciliteit. Dit is een voorzichtigheidsmaatregel. Op den nieuwen weg moet met niet al te groote schreden voorwaarts gegaan. Spreker zal vóór het vaststellen van den algemeenen maatregel van bestuur zijn meening nog toetsen aan die van den heer Knottenbelt. Het wetsontwerp wordt zonder hoofde lijke stemming aangenomen. i Naar het Duitsch, bewerkt door J. VAN DER SLUYS. (Nadruk verboden) 16) „Hier is de patiënte, dokter, maar u moet haar met psychische middelen weer beter maken, want ik wil u wel in het diepste geheim vertellen, dat slecht sma kende medicijnen zonder pardon worden weggegooid „Dat maakt mijn taak niet eenvoudiger", zei dr. Römhild glimlachend, terwijl hij de hand, die Traute hem ter begroeting had toegestoken, bleef vasthouden. „Zegt u mij maar eens, wat er aan scheelt, juffrouw Falkenhayn V* „O, het heeft niets te beteekenen de ge wone hoofdpijn. Morgen is «het weer over. Ik heb het liefst, dat u er geen notitie van neemt." Zij had haar hand teruggetrokken en er vloog een schaduw over haar gezicht, toen Römhild op een la^en stoel dicht bij den divan ging zitten en zich naar haar voor overboog. „Zoo licht zullen wij het toch maar niet opnemen", antwoordde hy op vriendelijk- rustigen toon, waarin bij alle beleefdheid toch ook het zelfbewuste was, dat bet fen TWEEDE KAMER. Vergadering van Dinsdag. Landbouwcrisisfonds. Het heeft niet veel zin om over het land bouwcrisisfonds veel te zeggen. Het zijn altegader uitgemaakte zaakjes en over het algemeen is men tevreden met het beleid van den afgetreden minister van Economi sche Zaken. Het is me dan ook een bedrag dat hier besteed is, zoo tegen de 200 mil- lioen gulden aan. Toch waren er nog leden die niet tevreden zijn, zooals de heer Weit- kamp. Wou die nog meer geld hebben Want het is alleen om geld en nog eens geld te doen. De klachten over de misbrui ken zijn niet van de lucht geweest en dat is teekenend. Wijze adviezen werden niet gegeven of ze waren al heel oud. De klachten betroffen nog dikwijls de prijsdaling alsof de Regee ring daar iets aan kan doen. Men vond zelf dat in de zgn. beschutte bedrijven de prijzen nu ook maar moeten dalen. Voorts werd meer gevraagd voor de zandboeren. Ook de pachtprijzen werden behandeld. De holiebolle gijzen van het agrariërsdom willen steeds meer, al weten zij dat er geen geld in kas is. Allerlei details zijn natuurlijk ter sprake gebracht, maar ook die doen weinig ter zake. Hoofdzaak is dat men tevreden scheen en het beleid van ex-minister Ver schuur toejuichte. De toestand der werknemers in administratieve en distributieve bedrijven. Het dagelijksch bestuur van den Nederl. R.-K. Bond van Handels-, Kantoor- en Winkelbedienden, „St. Franciscus van Assisië" heeft met aandacht en met zorg in zijn laatste vergadering de positie van een groot deel zijner leden onder oogen gezien. Het verweer der centrale Katholieke arbeidersbeweging, waarvan de bedienden- bond met het daarbij aangesloten winkel-, kantoor- en vertegenwoordigend personeel deel uitmaakt en welk verweer meer in het bijzonder is gericht tegen een voortgaande verlaging van loon- en steunnormen door de huidige regeering, heeft de volle instem ming van het bestuur van bovengenoemden bond. Nog immer zijn voorts de kantoorbedien den wachtende op de uitvoering van het voornemen van den minister van sociale zaken, waarbij de minister in uitzicht stel de een aanvang te zullen maken met invoe ring van het Werktijdenbesluit voor de kantoren, zij 't dan voorloopig voor slechts enkele categorieën. Ook de uitvoering van het Werktijdenbe sluit voor winkels, bijv. de wijze waarop het in dit besluit genoemde overleg met de organisaties wordt geïnterpreteerd, kan niet ten volle de goedkeuring van het bondsbestuur wegdragen. Met instemming werd voorts kennis ge nomen van de houding van den minister president dr. H. Colijn, ten aanzien van de wijziging der Winkelsluitingswet, meer in het bijzonder de Zondagssluiting betreffen de, al had men gaarne gezien, dat de kabi netsleider bij de behandeling der motie-Ku- pers in de Tweede Kamer der Staten-Gene- raal eveneens de ethische normen wat zwaarder had laten wegen dan zijn econo mische bezwaren. De Diesel-electrische treinen. Het begin van de invoering van de Die sel-electrische tractie op sommige baan vakken der Nederlandsche spoorwegen heeft gisteren volop reden tot tevreden heid gegeven. Wel was er eenige vertra ging in den loop der treinen, hetgeen uit den aard der zaak op den eersten dag van een nieuwe dienstregeling verklaarbaar is, doch voor het overige is er alleen een rem- blok van een der Diesel-treinen bij Abcoude warmgeloopener was verzuimd een kraan van de luchtleiding om te draaien. De vertraging van enkele treinen werd mede veroorzaakt door de uitbreiding van den groepswagendienst voor het goederen vervoer en den loop der goederentreinen, waarvoor des nachts één uur minder tijd geweest was dan normaal. Nederlandsche veilingomzetten weer gedaald. Blijkens het verschenen jaarverslag van het Centraal bureau van veilingen in Ne derland, heeft de totale omzet der bij deze organisatie aangesloten veilingvereenigin- gen, in 1933 bedragen 56.439.000 tegen 64.698.000 in 1932, een vermindering dus met 13 De achteruitgang van de omzetcijfers heeft zich dus ook in het afgeloopen jaar voortgezet, en reeds vijf jaar achtereen valt deze teruggang te constateeren. In 1928 werd het hoogste bedrag bereikt, nl. 100.240.000, doch in 1929 liep dit omzet cijfer reeds met bijna 5 millioen terug. In 1911 was de omzet reeds gedaald tot 80.149.000 en daarna volgde de grootste vermindering in 1922 tot 64.698.000. In vijf jaar tijd zijn dus de Nederland sche veilingomzetten met 44 gedaald. Verkeersweek. Voor de door het Verbond van Vereenï- gingen voor Veilig Verkeer in ons land van 49 Juni a.s. te houden verkeersweek be staat in verschillende plaatsen groote be langstelling. Deze verkeersweek zal ten doel hebben een algemeene propaganda te maken voor het nakomen van de verkeers regels. In tal van gemeenten, waar vereeni- gingen voor veilig verkeer bestaan, is men druk bezig met het treffen van voorberei dende maatregelen, welke ongetwijfeld tot goede resultaten zulle i leiden, daar overal de medewerking van politiewege is toege zegd. De Kunst in nood. Het comité met den veelzeggenden naam „De Kunst in nood", dat in stilte reeds een massa voorbereidend werk heeft verzet en dat bij zijn beroepen op medewerking van het Nederlandsche volk ook naar buiten van zich heeft doen hooren, heeft in een persconferentie, gehouden bij Kleykamp te 's-Gravenhage, belangwekkende mededee- lingen gedaan over de van alle zijden on dervonden sympathie en over de wijze, waarop het totnutoe heeft gehandeld, zoo mede over zijn plannen voor de de naaste en misschien nog verre toekomst. De heer Luc. Willink, een van de ijverige leden van dit comité, vertelde ons o.a., wat de ervaringen aangaat, dat wel zeer duidelijk is gebleken, dat er onder de Nederlandsche kunstenaars bitter gebrek wordt geleden, maar hij mocht er tevens bij zeggen, dat er op zeldzaam verrassende en eensgezinde wijze alle instanties, tot welke het comité zich heeft gewend om hulp, die medewer king hebben verleend. Begin September 1932 is men „en trés petit comité" begonnen en, zooals alle be gin, is dat een moeilijke aanvangsperiode geweest, maar al spoedig kwam de belang rijke toezegging van H. M. de Koningin, die, als kunstenares zich het lot van de crisis-slachtoffers in de kunst in hooge ma te aantrekkend, dadelijk een zestal harer werken ter reproductie afstond voor de col lecte, welke het comité zich voorstelde ten bate van de noodlijdende beeldende-kunste- naars in boekvorm uit te geven. Geleidelijk kwamen toen tal van toezeggingen tot ac tieve deelname van kunstena ,rs aan het werk binnen, zoodat een rijke representa tieve verzameling werd verkregen. Gerui- men tijd was echter noodig voor het vor men van een garantie-fonds om een derge lijke lithografische uitgave te kunnen ver wezenlijken, want men wilde niet in zee gaan, alvorens het geld daartoe was bijeen gebracht of althans verzekerd. In tal van plaatsen van ons land is het comité er op uitgetrokken om sympathie voor de uitga ve te winnen en het mag met vreugde wor den geconstateerd, dat men die sympathie op royale wijze heeft mogen verwerven. Het voorloopig resultaat was, dat de fraaie uitgave betaald ter wereld ver scheen, zoodat verder alle opbrenst ten bate van de noodlijdende kunstenaars kon worden geboekt. Het is een werk in zes deelen geworden, waarvan elk deel ook af zonderlijk verkrijgbaar werd gesteld, maar dat als geheel een zoo waardevol bezit mag worden genoemd, dat het geen twijfel meer behoeft te lijden of de geheele voorraad van 4600 exemplaren van de collectie zal spoedig zijn uitverkocht. Hierbij dient in aanmerking te worden genomen, dat een 1200-tal exemplaren ge reserveerd moest worden voor de deelne mers aan het garantiefonds enz. Intusschen hebben vele inteekenaren een veel hooger bedrag dan den netto-prijs 15 met inbe grip van linnen portefeuille) aan het comité toegezonden, hetgeen den noodlijdenden kunstenaars weder ten goede komt en bo vendien mogelijk maakt, dat een grooter aantal kan worden geholpen dan waarop men aanvankelijk rekende. De te helpen personen ontvangen geen uitkeering, doch zij ontvangen honorarium voor een of meer kunstwerken, die zij aan het comité ten verkoop aanbieden. Natuur lijk moet een keuring van het werk aan den verkoop voorafgaanniet alles wat aangeboden wordt, kan op den titel van kunst aanspraak maken, doch in geval van twijfel wat bij kunst nu eenmaal moge lijk is dan geeft de nood den doorslag. Voor de te koopen werken betaalt 't comi té een redelijken prijs, in vele gevallen heel wat meer dan de vaak al te bescheiden vervaardiger ervoor heeft gevraagd. Alle aangekochte werken zullen worden tentoongesteld en bij elke tentoonstelling zullen er een aantal worden verkocht, bij loting of op andere manier, waarvan de opbrengst langs een omweg weder aan de noodlijdende kunstenaars ten goede. komt. In alle steden en in tal van dorpen van be teekenis zal de tentoonstelling van zich doen getuigen. Met de daadwerkelijke hulpverschaffing is intusschen einde Maart reeds een begin gemaakt en daarmede wordt in snel tempo voortgegaan. Voorzitter van 't comité de heer C. G. Kleykamp, directeur van de Koninklijke Kunstzaal, secretaris-penningmeester is mr. J. Visser, directeur van A. Hoboken en Co's Bank te 's-Gravenhage, welke laatste te vens de verkoop-organisatie van de uitga ve heeft behartigd, met medewerking van den heer E. J. van Dort, die een krachtig aandeel in de propaganda voor zijn reke ning heeft genomen. Op 10 Mei en 15 Mei jl. hebben minister Marchant en oud-minister Reymer reeds hartelijke woorden door de radio gesproken ter aanmoediging van dit mooie werk. KERK- EN SCHOOLNIEUWS Ned. Herv. Kerk. Beroepen te Biezelinge ds. C. G. H. Blok te Westmaas. Drietal te Rotterdam ds. D. Tromp te Zandvoort, dr. G. W. Oberman te Utrecht en dr. J. van Dijk Oldenzaal. Bedankfc voor het beroep naar Arnemizi- den door G. van den Bogert, cand. te Som- melsdijk. Vereeniging van kerkvoogdijen in de Ned. Herv. Kerk. Gisterenmiddag is te 's-Gravenhage de jaarvergadering van de Vereeniging van kerkvoogdijen in de Ned. Herv. kerk ge houden, onder leiding van den heer J. Bak ker uit Menaldum. Deze stipte in zijn ope ningswoord o.m. de moeilijkheden der cri sis voor de kerkvoogdijen aan. Bij de afdoe ning van huishoudelijke zaken kwam het jaarverslag van den secretaris, mr. A. de Jong uit Dordrecht, ter sprake. Wij ont- leenen hieraan, dat 51 kerkvoogdijen toe en laten van den dokter altijd kenmerkte. „En ik wil u wel eerlijk bekennen, juffrouw Falkenhayn, dat het niet heelemaal toeval lig is, dat u mij hier ziet. Gisteravond al, bij de von Puchdorf's, stond uw uiterlijk mij niet aan." „Dat is niet bepaald galant gezegd, dok ter 1" riep Lizzy in vroolijk protest. „Met een dergelijke openhartigheid zult u uw vrouwelijke patiënten voor het hoofd stoo- ten. Het lijkt mij niet bevorderlijk voor uw praktijk." „Ik dank u voor den goed gemeenden wenk, juffrouw Delvendal", schertste Röm hild terug, „maar ik kan tot mijn spijt geen woord terugnemen van wat ik gezegd heb." En daarop weer tot Traute „Toen u bin nenkwam, zag u er uitstekend uit, juffrouw Falkenhayn, maar ik schrok, toen ik later nog eens naar u keek. En daar ik toch moeilijk kan veronderstellen, dat u in de gastvrije woning van Freiherr von Puch- dorf iets onaangenaams gepasseerd is, moet ik wel aannemen, dat u iets man keert. Dat is de reden, dat ik vandaag ge komen ben." De rimpel tusschen Traude's wenkbrau wen werd dieper. „Ik stel uw belangstelling bijzonder op prijs, dokter, maar u hebt u noodeloos bezorgd gemaakt. Ik voelde mij gister avond heel wel en ik verzeker u nog eens, dat mijn hoofdpijn van vandaag niets te beteekenen heeft." Er werd geklopt en een dienstmeisje met een mutsje op, keek om het hoekje van de deur. „Neemt u mij niet kwalijk, dat ik stoor", zei ze beleefd, „maar kan juffrouw Delven dal misschen een oogenblik komen Er is iemand, die de juffrouw spreken wil." „Je excuseert mij wel even, kind ik ben zoo terug." De deur sloot zich achter Lizzy en het dienstmeisje. Traute maakte een beweging alsof zij zich uit haar liggende houding wilde oprichten, maar dr. Römhild legde de hand op haar arm om dit te verhinderen. „Neen, houdt u zich maar zoo kalm mo gelijk, juffrouw Falkenhayn. Natuurlijk ben ik ook overtuigd, dat u niets ernstigs man keert, maar dat neemt niet weg, dat uw zenuwen rust nor dig hebben. Juist nu, bij het begin van het winterseizoen, dat veel van de krachten van een jongedame van de uitgaande wereld vergt, is het noodig, dat u een flinke dosis weerstandsvermogen opdoet. En ik mag u niet ontveinzen dat ik den laatsten tijd tot mijn leedwezen on miskenbare teekenen van een zekere ner vositeit bij u heb waargenomen." „Met uw nervositeit, waarvan ik zelf tot dusver niets heb gemerkt, zal het wel zoo'n vaart niet loopen, dokter klonk het spottend. Römhild schudde afkeurend het hoofd. „U neemt het heusch te licht op", waar schuwde hij. „Laat ik uw. po1; maar eens controleeren." Het jonge meisje aarzelde, als door een innerlijken tegenzin gedreven. Maar ze begreep, dat ze den huisarts niet met goed fatsoen beletten kon haar pols te voelen, en ze liet hem den mooi-gevormden arm nemen, die uit de mouw van haar peignoir te voorschijn kwam. Met zijn vrije hand haalde hij zijn horloge uit den zak en telde zwijgend. Maar ook nadat hy het horloge weer opgeborgen had, liet hij haar arm nog niet los. „Ik dacht wel, dat uw pols hoogst on regelmatig zou zijn. Het is haast ondenk baar, dat u zich heelemaal goed voelt met zoo'n pols. Waarom bént u toch niet open hartiger tegen mij, juffrouw Falkenhayn?" Toen zijn hand haar arm een zacht drukje gaf, maakte Traute zich vrij en sprong op. „Maar mijn hemel, dokter, ziet u dan niet, dat u mij kwelt Ik ben niet ziek en als ik het was, zou ik my toch met alle kracht tegen behandeling door een dokter verzetten." Ook Römhild was opgestaan. „Dat maakt de zaak anders. Ik bied u mijn excuses aan, dat ik u met myn be langstellende vragen lastig heb gevallen. Ik zal uw vader verzoeken de zorg voor de gezondheid van zyn familie aan een ande ren medicus op te dragen." Traute schrok van de gevolgen van haar uitval. „Zoo was het niet gemeend", stamelde ze onthutst. „Het was absoluut niet mijn be doeling u onaangenaam te zijns" traden en vier bedankten als lid, zoodat het aantal leden nu de 700 nadert. Voor het eerst werden streekvergaderingen in- gevoerd. Met den raad van beheer, den Ned. Bond van predikanten en de Alge meene synode der Ned. Herv. kerk werden tal van conferenties gehouden, alsook met het algemeen college over de mogelijkheid van oprichting van een kerkelijke hy- potheekbank. Inzake de wijziging van het reglement op de pastoriegoederen bracht de voorzit ter hulde aan de Synode, die mede op voor stel der vereeniging, een verandering in dit reglement heeft aangebracht, waardoor de samenwerking tusschen bestuur en beheer sterk is verbeterd. Ook heeft de synode het denkbeeld der vereeniging overgenomen om de door den raad van beheer voorge stelde verlaging der tractementen slechts tijdelijk te doen zijn, en inmiddels een com missie te benoemen tot algeheele herzie ning van het reglement op de predikants- tractementen. Spr. behandelde voorts het contract met de Federatie van diaconieën en met den Predikantenbond, en vervolgde ihet de op merking, dat de vereeniging de vervulling der vacatures in de provinciale colleges van toezicht en daarna ook in het alge meen college van toezicht in studie heeft genomen ongeveer 800 kerkvoogdijen zjjn bij het toezicht aangesloten, en dus is de uitoefening van het toezicht een groot al gemeen belang voor de kerkvoogdijen. In sterke spanning. Het Zendingsbureau te Oegstgeest ver zoekt ons plaatr voor het volgende Er is geen beter woord dan dit om uit te drukken in welke gevoelens wij in deze da gen verkeeren. Pinksteren staat nu voor de deur. Het feest van den Heiligen Geest. En vanouds de feestdag, die in prediking en collecte staat in het teeken der Zending. Wij hebben alom aan de leden der ge meente iets willen geven tegenover hetgeen van hieruit dikwijls wordt gevraagd. Het Pinksterboekje geeft ook dit jaar een kort overzicht van den stand van het werk. Wij zijn zoo dankbaar, dat er meer van ge plaatst konden worden dan verleden jaar. Bijna 266.000 exemplaren werden er aange- vraagd, en de ervaring .eert, dat er ook in de laatste dagen nog aanvragen komen. Daartegenover waren deze maand tot dusver de inkomsten weer ongekend laag nog geen f 10.000 terwijl de heb van de maand byna voorbij is. Maar wij hopen nu, dat de Pinkstercol lecten veel zullen inhalen. Moge dat de ont spanning geven die op de groote spanning volgt. Het Zendingsbureau heeft postreke ning No. 6074. Examens. Aan de universiteit te Utrecht is ge slaagd voor het doctoraal examen Indisch recht de heer J. P. van Rigteren te Mid delburg. Gecommitteerde eindexamens kweekscholen. De minister van onderwijs, kunsten en wetenschappen heeft aangewezen als ge committeerden bij de in 1934 af te nemen eindexamens der rijks-, gemeentelijke- en bijzondere kweekscholen voor onderwijzers en onderwijzeressen in de tweede hoofd-in- spectie Groep 23 als gecommitteerden C. Wit, inspecteur van het lager onderwijs in de inspectie Middelburg, te Middelburg (voor zitter), (voor handenarbeid) mejuffrouw H. C. M. Ghijsen, te Domburg mevrouw dr. G. M. Kooiman, geboren van Midden dorp, leerares bij het middelbaar onderwijs te Middelburg mevrouw L. van Nouhuys van Zwanenberg, te Vlissingen (voor nuttige handwerken) als plaatsvervangende gecommitteerde ds. J. Koopmans, predikant te 's Heer Hen drikskinderen voor de rijkskweekscholen te Middelburg en de bijzondere kweekschool te Middelburg, Heerengracht M 29. Groep 24 als gecommitteerden B. J. A. Stoopman, inspecteur van het lager onder wijs in de inspectie Goes, te Goes (voorzit ter) ds. P. J. Steinz, predikant te Goes mevrouw A. Was, geboren Osinga, direc trice van een Nuts-fröbelschool, te Vlissin gen (voor nuttige handwerken) „Dat is de kwestie niet. Maar het is mij niet mogelijk ergens huisarts te zijn, waar geen vertrouwen in mij wordt gesteld. Wanneer dat vertrouwen ontbreekt „Uw woorden houden een bedekte be schuldiging van ondankbaarheid in", viel ze hem haastig in de rede. „Ik zou het vreese- lijk vinden, als u mij voor ondankbaar hield. Hoe zou ik ooit kunnen vergeten, wat u voor mijn lieve moeder in haar langdurige ziekte bent geweest Vergeet u alstublieft, wat ik daarnet gezegd heb, dokter." „Niets is mij liever", verklaarde Römhild grootmoedig. „Het verlies van uw vertrou wen zou mij zeer zwaar zijn gevallen en iK zou moeten hebben veronderstellen, dat ik daartoe op eenigerlei wyze aanleiding bad gegeven. Dat is toch niet het geval, wel Traute schu if het hoof „Neen, er is niets van dien aard gebeurd, dokter." „Dan moet ik mij hiermee tevreden stel len tot het oogenblik, dat u uit u zelf ver langen zult by mij, als bij uw besten en meest vertrouwden vriend, uw hart uit te storten. U kunt er opaan, juffrouw Falken hayn, dat ik altijd klaar sta, ieder uur van den dag, om u te helpen, zooveel als in myn vermogen is." Traute, die hem een oogenblik stom-ver baasd had aangestaard, kwam ten slotte ondanks zichzelf onder den indruk van zijn woorden en net een spontaan gebaar stak ze hem de liand toe. .(Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1934 | | pagina 6