1000 500 300 150 100 25 ZATERDAG 34 MAART EERSTE BLAD "gemeentebestuur binnenland stads- en provincienieuws JOH. TER POORTEN DAMES-KAPSALON 72e Jaargang Uitgave: Firma F. VAN OF VELDE Ir., Walstraat 58-60, Vlissingen.Telef. 10. Postrekening 66287 Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zondag en algemeen erkende Christelijke Feestdagen No. 71 1934- VUSS1NGSCHE COURANT ABÜNNEMENTSPRIIS: Voor alle gemeenten op Walcheren en waar agentschappen geves tigd zijn 12.20 per 3 maanden. Franco door het geheele rijk /2.50. Voor België, Duitschland en Frankrijk /3.40. Voor de overige landen bij wekel. verz. 13.20. Afzonderlijke nrs. 5 cent. ADVERTENTIEPRIJS: Van 1—5 regels '1.25; iedere regel meer 25 cent. Bij abonnement speciale prijzen. Reclames 50 ct p. regel. Kleine advertenties van 1—5 regels 50 ct. Iedere regel meer 10 ct. (max. 10 regels). Bij 3 maal plaatsing van 1—5 regels 11.—alles bij vooruitbetaling De abonné's in 't bezit eenei Polis, zijn GRATIS verze kerd tegen ongelukken voor gulden bij levens lange ongeschikt heid tot werken. gulden bij dood door een ongeluk. gulden bij verlies van een hand, voet of oog. gulden bij verlies van een duim gulden bij verlies van een wijsvinger gulden bij verlies van eiken anderen vinger AANGESLOTEN BIJ HET BUREAU VOOR PUBLICITEITSWAARDE, INGESTELD DOOR DE VEREENIGING „DE NEDERLANDSCHE DAGBLADPERS" Dit nummer bestaat uit 4 bladen SLUITING GEMEENTEHUIS OP DINSDAG 27 MAAKT A.S. Burgemeester en Wethouders van Vlis singen brengen ter algemeene kennis, dat in verband met de bijzetting van het stoffe lijk overschot van wijlen Hare Majesteit de Koningin-Moeder op Dinsdag 27 Maart a.s. het gemeentehuis op dien dag voor het pu bliek gesloten zal zijn, zulks met uitzonde ring van het bureau van den Burgerlijken Stand, welk kantoor voor het doen van aan giften van geboorten of overlijden zoo noo- dig dien dag zal zijn geopend, indien de noodzakelijkheid daartoe door de belang hebbenden des daags te voren aan den Ambtenaar van den Burgerlijken Stand wordt aangetoond. Vlissingen, 23 Maart 1934. Burg. en Weth. voornoemd, VAN WOELDEREN. De Secretaris, F. BISSCHOP. HEFFING VERGUNNINGSRECHT VOOR DEN VERKOOP VAN STERREN DRANK IN HET KLEIN. Burgemeester en Wethouders van Vlis singen. brengen ter algemeene kennis, dat bij Koninklijk Besluit van 3 Maart 1934, nr. 26, is goedgekeurd de verordening op de heffing van vergunningsrecht voor den ver koop van sterken drank in het klein in de gemeente Vlissingen, welke in werking treedt 1 Mei 1934. Vlissingen, 24 Maart 1934. Burg. en Weth. voornoemd, VAN WOELDEREN. De Secretaris, F. BISSCHOP. DIENSTPLICHT, Vrijstelling wegens kostwinnerschap. De Burgemeester van Vlissingen brengt, Sngevolge artikel 30 2e lid van het Dienst plichtbesluit ter openbare kennis, dat door den Minister van Defensie, bij beschikking van 19 Maart 1934, 7e afd. nr. 224 V, met ingang van 1 Mei 1934 voor goed van den dienstplicht is vrijgesteld wegens kostwin nerschap, de ingeschrevene voor den dienst plicht dezer gemeente, lichting 1933 Jaco bus Hendricus Leijdekkers. Tegen deze uitspraak kunnen uiterlijk den tienden dag na den dag, waarop de uit spraak ter algemeene kennis is gebracht in beroep komen dc ingeschrevene wien de uitspraak geldt, elk der overige voor de ge meente ingeschreven personen of de wet tige vertegenwoordiger. Het verzoekschrift aan de Koningin te richten, moet met redenen zijn omkleed en worden ingediend bij den Burgemeester, waar de persoon, wien de uitspraak geldt, voor den dienstplicht is ingeschreven. De Burgemeester zendt het verzoekschrift aan de Kroon door. .Vlissingen, 24 Maart 1934. De Burgemeester voornoemd, .VAN WOELDEREN. Rykssteun aan de noodlijdende gemeenten. De minister van binnenlandsche zaken heeft een wetsontwerp ingediend tot ver hooging van de rijksbegrooting 1933 in ver band met de groote eischen, die aan de schatkist worden gesteld voor de steunver lening aan noodlijdende gemeenten. Al was het aantal steunaanvragen bij het opmaken der begrooting reeds aanmerkelijk grooter dan in 1932, men kon, zoo zegt de minis ter, niet vermoeden, dat de toeneming zich in zoodanige mate zou voortzetten, als ten slotte is geschied. Niet alleen het aantal gemeenten, ook de mate, waarin iedere noodlijdende ge meente een beroep op 's rijks schatkist doet, is een factor, die vooraf niet met ze kerheid is te bepalen. Een totaal bedrag van 5.250.000 zal dan ook noodig zijn. Verhooging tot dit bedrag wordt thans aan gevraagd. Het is op dit oogenblik niet mogelijk voor de verhooging ad 4.675.000, geheel of ge deeltelijk compensatie te geven. Bij de sa menstelling van een volgend suppletoir ont werp zal hiernaar alsnog zoovel mogelijk Worden gestreefd, Bezwaren van den Koninkï. Nederl. Middenstandsbond. Het algemeen bestuur van den Kon. Ne- derlandschen Middenstandsbond heeft zich naar aanleiding van het ingediende wets voorstel inzake „Voorzieningen betreffende de heffing van belastingen van besloten vennootschappen enz." met het navolgende adres tot de Tweede Kamer gewend „De besloten naamlooze vennootschap is in den loop der jaren de bedrijfsvorm bij uit stek voor het middenstandsbedrijf gewor den. De oorzaken hiervan liggen geenszins in antifiscale doeleinden. Het heeft ons Be stuur getroffen, dat omtrent den omvang van het kwaad, dat met het onderhavige wetsontwerp bestreden wil worden, in de M. v. T. geen gegevens vermeld zijn, ter wijl dit toch juist de urgentie van het voor stel zou moeten aantoonen. Hoewel niet ontkend kan worden, dat de besloten N.V. misbruikt kan worden voor het ontgaan van belastingen en ook inderdaad als zoo danig misbruikt is, mag men zich afvragen of het middel dat daartegen thans wordt voorgesteld niet over het doel heen schiet. Men zal er op kunnen wijzen, dat be sloten N.V.'s, die zich niet antifiscaal ge dragen, van het onderhavige wetsvoorstel, eenmaal wet geworden, geen last zullen ondervinden, omdat er dan voor den fiscus geen aanleiding zal bestaan ben als beslo ten aan te wijzen. De beoordeeling daarvan wordt echter geheel gelegd in de hand van de lagere fiscale ambtenaren, daar bij mid- denstandsbedrijven doorgaans het kapitaal minder dan 100.000bedraagt, zoodat voorafgaande machtiging van den minister voor de Inspecteurs niet vereischt is en be roep op het Hof te Amsterdam, waaraan uiteraard bovendien kosten verbonden zijn door de beperkte bevoegdheid, welke in het wetsvoorstel aan genoemd' rechtscollege is toegedacht, weinig effect zal sorteeren. Aan de Inspecteurs wordt zoodoende een groote macht gegeven, hetgeen trou wens geheel ligt in de lijn van alle belas tingvoorstellen, die in den laatsten tijd bjj Uw Hoog College aanhangig zijn gemaakt. Deze ontwikkeling in het Nederlandscne belastingrecht, dat zoodoende den naam van „recht" nauwelijks meer waardig za! zijn, begint in toenemende mate verzet bij de belastingbetalers hier te lande uit te lokken. Voor het onderhavige wetsontwerp wordt dit verzet nog gevoed door de omstandig heid, dat de Inspecteur wel het recht heeft om een N.V. als besloten aan te wijzen, maar de belastingplichtigen geen recht hebben hun vennootschap als zoodanig te laten aanwijzen. Men verwacht dat de ambtenaren slechts die N.V.'s zullen aan wijzen, die winst maken. Het bedrijfsleven komt zoodoende geheel onder toezicht van de fiscale ambtenaren te staan, waardoor aan de rechtszekerheid afbreuk wordt gedaan. Wij meenen Uw Hoog College erop t.e moeten wijzen, dat de hierboven aange duide tendenz in het belastingrecht, waar bij aan den fiscus krachtens een z.g. „eigen recht" het nemen van tal van voor het be drijfsleven hoogst belangrijke beslissingen wordt overgelaten, zonder dat daartegen een beroep openstaat bij een instantie, die los van den fiscus staat, groote ontevre denheid in den lande uitlokt en o.i. in de toekomst nog zal uitlokken. Vooral in het huidige tijdsbestek, waar reeds zooveel ontevredenheid te constateeren valt, lijkt het geen wijze politiek deze nog te ver meerderen door maatregelen, die niet alleen niet strikt noodzakelijk zijn, maar tevens indruischen tegen het meest primitieve rechtsgevoel. Wij kunnen ons nïet aan den Indruk ont trekken, dat uit een wetsvoorstel een mis kenning blijkt van de beteekenis, die een redelijke reserveering voor ondernemingen heeft. Vooral in verband met de enge inter pretatie van het begrip afschrijving in de fiscale jurisprudentie hier te lande mag gesteld worden, dat, zooal van winst, er in elk geval geen sprake van inkomen is, voordat uit het brrto-resultaat van een onderneming een bedrag gereserveerd is. Bij bedrijfshuishoudingen en ook bij be lastingheffing moet men noodgedwongen met jaarperioden werken. Daarin steekt iets willekeurigs, omdat het leven van elke onderneming als „going concern" over een jaarperiode heen reikt. De bedrijfseconomie heeft reeds lang de willekeurigheid, die er steekt in het werken met jaarperioden, bloot gelegd en de reserveering als het middel aangewezen om de kwade gevolgen daarvan ten deele te keeren. Het sterkst blijkt dit wel bij z.g. seizoen- bedr jven van een badplrats het eene jaar maakt men goede winsten doordat de weersomstandigheden gunstig zijn, het vol gend jaar kan groote .verliezen met zich brengen, die, zoo er niet eenige reserves gevormd zijn, den ondergang van die be drijven met zich kunnen brengen. De wet op de dividend- en tantièmebe lasting ontleent juist haar beteekenis aan het feit, dat zij een dergelijke reserveering mogelijk maakt. Men kan daarom met eenig recht zeggen, dat de oprichting van tal van N.V.'s niet met antifiscale doelein den geschiedt, maar om de antibedrijfshuis- houdkundige tendenz van ons fiscaal reent te compenseeren. Het is teleurstellend, dat in het onder havige wetsvoorstel zoo weinig plaats is ingeruimd aan hetgeen in het bedrijfsleven als behoefte wordt gevoeld en door de wetenschap reeds lang als juist is aan vaard. In Middenstandskringen vraagt men zich af waarom de reserveering van midden- standsbedrijven nu geheel onder toezicht van den fiscus wordt gesteld en de reser veering der open N.V.'s vrij blijft, terwijl het toch van algemeene bekendheid is, dat door open N.V.'s in niet mindere mate wordt gereserveerd, goelijk kan blijken uit de jaarverslagen der groove Nederlandsche N.V.'s. De concurrentie voor de middenstands- bedrijven met de groote open N.V.'s worde daardoor bemoeilijkt, omdat de belasting die de middenstanders over ae reserves die zij vormen, zullen hebben te betalen, tenslotte door hun bedrijven moet worden opgebracht. Dit is een meten met twee maten, dat niet verdedigd kan worden door te wijzen op het feit, dat een zekere cate gorie van personen van den N.V.-vorm misbruik maakt. Bij de besloten N.V.'s voor zoover zij op middenstandsbedrijven betrekking hebben, is een normale figuur, dat door de familie leden, die door erflating of anderszins in het bezit van een of m.eer aandeelen zijn gekomen op de directie, een aandrang wordt uitgeoefend om zooveel mogelijk winst uit te keeren. De directie, de kapi taalbehoefte van het bedrijf kennende en wetende, dat het voor middenstandsbedrij ven uitermate lastig is zich bij de banken voldoende kapitaal te verschaffen, traent daarentegen de innerlijke positie van de N.V. te versterken. Het onderhavige wetsvoorstel zal, een maal wet geworden, deze reserveering be moeilijken, daar zij, die eenige aandeelen hebben, anders in de inkomstenbelasting aangeslagen zullen worden voor een be drag, dat grooter is dan het bedrag, waar over zij in werkelijkheid de beschikking krijgen. Dit kan niet anders dan afbreuk doen aan de financieele positie van tal van middenstandsbedrijven, die hoewel ieder op zich zelf genomen, niet zoo belangrijk zijn, in hun totaliteit toch een zeer belang rijk onderdeel van de structuur van het economisch leven hier te lande vormen. Mocht het misbruik, da.t van den N.V.- vorm hier te lande gemaakt wordt, inder daad groot zijn, gelijk reeds gezegd, ont breken in de M. v. T. de gegevens om dit te kunnen beoordeelen en om na te gaan wat de ontwerper in deze als misbruik be schouwt, dan lijkt de aangewezen weg om in de wet op de dividend- en tantièmebe lasting op te nemen een bepaling, krach tens welke de Inspecteur reserves, die meer bedragen dan in overeenstemming is met goed koopmansgebruik, als uitgedeelde winst belast, zonder aan een en ander te rugwerkende kracht te verleenen. Deze re geling zou dan moeten gelden voor alle N.V.'s en de Raad van Beroep (in geval van cassatie de Hooge Raad) zou over geschillen, die te dien aanzien tusschen fiscus en contribuabelèn rijzen als beroep- college dienen te worden aangewezen, In zijn huldigen vorm is het wetsvoor stel voor den middenstand uitermate onbil lijk en bezwarend, zoodat wij de hoop uit spreken, dat het door Uw Hoog College in dien vorm niet zal worden aangenomen. Register van rouwbeklag. Op het register van rouwbeklag wegens het overlijden van H. M. de Koningin-Moe der wordt hier zeer druk geteekend. De burgemeester heef4" de gelegenheid tot teekening nog opengesteld tot en met Maandagavond. Het overlijden van H. M. de Koningin* Moeder, In de gisteren gehouden wekelijksche ver gadering van Ged. Staten heeft de Com missaris der Koningin voor den aanvang der werkzaamheden het overlijden van H M. de Koningin-Moeder met een rede her dacht, die door de leden van het college staande werd aangehoord, Ged. Staten besloten aan H. M. de Ko ningin een missive van rouwbeklag te zen den. Ten teeken van rouw zullen de bureaux der griffie op den dag der begrafenis geslo ten zijn. Rouwdienst in de Groote Kerk. Onder leiding van de predikanten der Ned. Herv. gemeente alhier werd gister avond in de St. Jacobskerk een rouwdienst gehouden ter gedachtenis aan wijlen H. M. de Koningin-Moeder. Voor dezen dienst bestond buitengewoon groote belangstelling, zoodat het ruime kerkgebouw tot in alle uithoeken was ge vuld en velen zich met een staanplaats moesten vergenoegen. Naar schatting wa ren een 1800 menschen aanwezig. Het koorhek was stemmig met rouw- crêpe omhangen, terwijl op de plaats, waar H. M. de Koningin-Moeder was gezeten, toen zij alhier den kerkdienst bijwoonde, een palmtak met rouwlint was bevestigd. De dienst werd o.a. bijgewoond door den Commissaris der Koningin en mevrouw Quarles van Ufford, den burgemees ter, den heer C. A. van Woelderen, de wet houders de heeren P. G. Laernoes en W. P. Edelman en den gemeente-secretaris, den heer F. Bisschop de commandanten van zee- en landmacht met hun officieren de directeur van het loodswezen, kapitein ter zee Arntzenius, de verschillende consuls en vice-consuls hier ter stede, de heeren ir. H. C. Wesseling, dr. de Noo en den heer Vijn, terwijl wij ook opmerkten den inspecteur van het Belgisch loodswezen, den heer Stroobants. Ten half negen werd het plechtig samen zijn geopend door ds. D. J. Vossers met het uitspreken va.n het Votum, de Introïtus en lezen van Jesaja 40 68, waarna gemeen schappelijk gezongen werd „Mijn schild ende betrouwen". Hierna las ds. Vossers de Geloofsbelijdenis en zong de gemeente Gez. 2:9: „U looft d'Apostelschaar in heerlijk heid, o Heer". Aan dit gedeelte van den dienst werd door allen staande deelgeno men. Vervolgens ging ds. D. J. C. Visbeek voor in gebed en werd gezongen Psalm 89 19 „Gedenk, o Heer hoe zwak ik ben, hoe kort van duur Hierna las ds. Visbeek Psalm 90 (het gebed van Mozes) en ver schillende toepasselijke Schriftgedeelten, naar de oude Fransche begrafenis-liturgie van Calvijn. Na het zingen van Gezang 271 :7 „Als 'k eens van d'aarde scheide", werd een rouwrede uitgesproken door ds. J. S. Hartjes. Broeders en zusters, rouwdragende va derlanders, aldus begon spreker zijn ont roerende toespraak, wij zijn op dezen Vrij dagavond in onze kathedraal samengeko men om uiting te geven aan onze droefheid bij het verlies van onze Koningin-Moeder. Groot is onze rouw, maar ook groot onze dankbaarheid voor wat God ons schonk warm is onze liefde voor Haar, die den rijk dom van Haar gave, de grootheid van Haar leven gegeven heeft voor Haar tweede vaderland. Er is een groot verlies geleden. De rouw is algemeen zonder overdrijving kan men zeggen, dat nu in Nederland ganscb een volk in rouw is gedompeld. En niet alleen hier, doch ook in Oost- en West-Indië. Onze gedachten gaan uit naar het Ko- ninkijk Gezin, dat een lieve Verwante heeft verloren. Doch wij zijn hier niet treurende bijeen, als die geen hope hebben en dit kan ons troosten. Spreker koos daarna tot onderwerp zij ner rede Matth. 5:5: „Zalig zijn de zacht- moedigen, want zij zullen het aardrijk be- erven". Wij hebben veel reden om Koningin Em ma dankbaar te gedenken. Zij had haar tweede vaderland lief gekregen en stelde in alles belang. De Koningin-Moeder was een lieflijke schakel in wat ons, in vele op zichten zoo hopeloos verdeelde Nederland, tesamen bond. Haar hart ging uit naar de ellendlgen en kleinen. Ons volk heeft Haar zeer lief gehad zij was een Moeder en in haar zachtmoedige verschijning zal zij blij ven voortleven in de geschiedenis van ons vaderland. Haar gansehe leven is een offeren ge weest en zij heeft zichzelve geofferd op het altaar der liefde. Haar graf blijft onder ons en zij spreekt nog nadat zij gestorven is. Zij is na een lang, rijk gezegend leven ontslapen. Spreker besloot zijn met stille aandacht aangehoorde rede met „Zalig zijn de doo- den, die in den Heere sterven." Koningin- Moeder Emma ruste in vrede in het graf der Oianjes l Na deze rede. zong de gemeente twee coupletten van Gezang 269 5 en 8„Als KAPPER ST. JACOBSSTRAAT bericht hiermede, dat hij aan zijn zaak van Dins dag 27 Maart af, een MODERN INGERICHTE heeft verbonden, welke onder leiding staat van zijn zoon F. TER POORTEN GEDIPLOMEERD DAMES- EN HEEREN-KAPPER Specialiteit in Permanenten, Onduleeren, Water- Beleefd golven en Knippen aanbevelend Manicure,Massage mijn lichaam zinkt in d'aard" en „O, mijn ziele wees verheugd" (gedicht door Prinses Louise Henriëtte van Oranje) en werd het slot van den dienst geleid door ds. A. T. W« de Kluis, die las Psalm 23, waarbij allen zich weder van hun zitplaatsen verhieven, Ds. De Kluis eindigde met het „Onze Vader" en nadat allen staande hadden ge zongen „Oorlof, mijn arme schapen" met het uitspreken van de Hoogepriesterlijke zegenbede. Diep onder den indruk verlieten de hon derden daarna, het kerkgebouw^ Zeebad Vlissingen, De Vereeniging voor Vreemdelingenver* keer heeft, nu het badseizoen begint te na* deren, een folder uitgegeven, die rijk ge ïllustreerd is en op schitterende wijze reclame maakt voor onze bad- en haven plaats. De folder wordt in duizenden exem plaren verspreid en zal zeker veel bijdra gen tot een bezoek aan onze steeds in bloei toenemende badplaats. In vier talen wor den de attracties van Vlissingen in duide» lijken vorm uiteengezet en met de illustra ties tusschen den tekst heeft de Vereeni ging voor Vreemdelingenverkeer den toe risten een beeld gegeven welke perspectie ven een bezoek aan onze badplaats voop een korter of langer verblijf openen. De typografische uitvoering van den fol der valt in elk opzicht te loven en de firma F. van de Velde Jr. heeft daarmede alle eep ingelegd. Het boekje ziet er keurig uit. Vlissingen, de poort van Neerland's Tuin. In het laatste nummer van „Reizen en Trekken", officieel orgaan van de Ned. Reisvereeniging, komt het bekende artikel voor van den heer Ad. Mets Jr., secretaris der Vereeniging voor Vreemdelingenver keer alhier. Wij hebben reeds meermalen over dit ar tikel geciteerd en meenen op één zinsnede nog eens de bijzondere aandacht te mogen vestigen. De bedoelde zinsnede luidtDo uiterst belangrijke ligging voor West« Europa van Vlissingen aan de Schelde ac centueert het bedrijvige en fleurige mari ne-station, dat vooral in- en na den grootan oorlog hier uit nationaal en internationaal oogpunt onmisbaar bleek, Alhambra-Theater, Opmarsch der Wereld, De Geheimzinnige Ruiter» „The Conquerors", zooals de Engelscho titel luidt, bestrijkt drie generaties, van 1875 tot op heden. Drie geslachten drie crises, met dit gegeven wordt duidelijk be doeld, in dezen somberen tijd, tot troost te doen strekken, dat de „geschiedenis zich herhaalt". Het is of de scenarioschrijver te kennen heeft willen geven ziet de twee vorige inzinkingen, waarvan men telkens een agitator, steeds dezelfde en, als het type, dat zich door alle tijden gelijk blijft, geheel onveranderd, hoort verkondigen, dat de wereld nog grootere gekend heeft en dat zij onoverkomelijk is. Zij zijn te boven gekomen en zoo zal het ook met de tegen woordige gaan. Trouwens, deze bemoedi gende gedachte wordt aan 't slot door den vertegenwoordiger der jongste generatie met zooveel woorden uitgesproken tegen over zijn grootvader, oudste hoofd van het door hem opgerichte bankiershuis, en die zijn kleinzoon nu zijn fortuin van 5 millioen dollar ter beschikking stelt om de cliënten van de bank te redden, gelijk hijzelf op kleinere schaal met zijr persoonlijk vermo- gentje heeft gedaan bij de allereerste krach

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1934 | | pagina 1