NOOTJES INGEZONDEN STUKKEN i AUOT VSIUO LAND- EN TUINBOUW Het ligt in c(e bedoeling, met ingang van 1 Januari a.s. een tariefsverlaging van 25 in te voeren voor interlocaal tele foonverkeer over afstanden van ten hoog ste 10 K.M. In de eerste week, van 4 tot 11 Decem ber, werden 402.000 blikken crisis-rund- vleesch verzonden, in de tweede week 442.000, terwijl voor deze week 356.000 blikken zijn aangevraagd. t> Hedenmorgen om 8.10 uur is de „Leeuwe rik" naar Indië vertrokken. Het toestel heeft aan boord 346 K.G. post, 43 K.G. pak- ketpost en 36 K.G. lading, 1 passagier Vliegt mee tot Cairo. O o De vreemde tegenstellingen in de tem peratuur duren rog voort. Gisterenmorgen stond te Rëikjavik (IJsland) de thermo meter 9 graden en te Rome 5 graden. e Gistermiddag is te Tokio een verschijn sel waargenomen, dat slechts eens in de duizend jaren voorkomt, namelijk Venus en Saturnus werden tegelijkertijd door de maan verduisterd. Het verschijnsel duurde ongeveer een uur. HONTENISSE. Provinciale regelings-commissie voor de paardenfokker^. De minister van economische zaken heeft goedgekeurd het besluit van Ged. Staten van Zeeland van 1 December 1933, waarbij met ingang van dien datum opnieuw is be noemd tot lid van de prov. regelingscom missie voor de paardenfokkerij in Zeeland, de heer P. Stallaert te Kloosterzande. Besmettelijke ziekten. In de week van 10 tot en met 16 De cember zijn in onze provincie voorgekomen 14 gevallen van roodvonk, waarvan 6 te 's-Heer Arendskerke (w.o. 2 maal 2 geval len in één gezin), 5 te Arnemuiden (w.o. 2 gevallen in één gezin) en 1 in ieder der ge meenten Ellewoudsdijk, Hulst en Vlissingen, 6 gevallen van diphtherie, nl 4 te Clinge en 2 te St. Jansteen en 1 geval van febris typhoïdea te Krabbendijke. Bullen verantwoordelijkheid der redactie. De copie wordt niet teruggegeven. Mijnheer de Redacteur9 Met belangstelling lees ik altijd de arti kelen van „Eiber"i „Brieven uit de Hof stad". Evenwel moet mg van het hart, dat deze heer altijd kankert over de Haagsche tram. Alle feilen ervan worden uitgerafeld en alle misstanden worden in het felle daglicht gesteld en vlijmscherp is altijd zijn critiek pver en tegen de Haagsche tram. Nu ben ik in Den Haag een goede be kende, want reeds een dertigtal jaren be reis ik voor mijn clientèle geheel Neder land en daarvan heb ik heel wat dagen en .weekjes in Den Haag en omstreken door gebracht en heel dikwijls van die Haag sche tram gebruik gemaakt, enkan ik mg niet zoo geheel vereenigen met zijn „felle critiek". .Zoo vind ik bijv. lijn 11 een keurige route, die vlug en snel je brengt waar je wezen moet. Ook met lijn 12, die van den Nieboerweg loopt naar het Hollandsch- er het Staats spoor en omgekeerd, is een keurige verbin ding en kan je voor je dubbeltje*) een heel eind komen. Ook lijn 8 en 9 zijn trams, waar ik gaar ne mede rijd. De blauwe tram geeft ook prettige verbindingen. Natuurlijk kan een tram het niet opne men tegen de tegenwoordige taxi's. Alle Trammaatschappijen, overal, in binnen- en buitenland kunnen dat niet. Bijna machte loos, zou ik haast zeggen, staan it tegen over deze vervoermiddelen. Maar dat weet iedereen. Alléén is het doel van mijn schrijven „Wat moet de Haagsche tram nu volgens „Eiber" doen Afbreken is gemakkelijk genoeg, maar opbouwen Toevallig had ik eens een gemakkelijken Zondagmiddag en uw laatste brief geeft .weer zoo'n vriendelijke knauw aan het adres van de tram, dat mijn vingers be gonnen te jeuken om U bovenstaande toch eens te vragen. Let wel, geachte heer, zoek niets in deze vraag, het is pure belangstelling, ja, weet gierigheid, mogelijk noemt U het nieuws gierigheid. Nog eens, uw artikelen lees ik altijd met genoegen en belangstelling. Voor het gros yan de lezers, die niet zoo met de Haagsche toestanden op de hoogte zijn, zal veel aan hun aandacht ontsnappen, maar voor mij, die door dit dertigtal jaren, elke straat en wijk ken en bezoek voor mijn clientèle, is het een lust om uw artikelen te lezen en maak ik U mijn compliment voor uw boei ende en onderhoudende „Brieven uit de Hofstad" en is het mogelijk een voldoening voor U te vernemen, dat er belangstelling bestaat voor uw brieven. J. F, A. TIMMERMAN. Bellamypark 54. 12 cent. E, Wg stelden bovenstaand schreven in handen van onzen Haagschen briefschrij ver, die ons het volgend onderschrift zendt Mijn besten .dank voor de vriendelijke Grfaf Is gas (èn: geest) Door uw auto teveel gas te geven, geeft u soms Iets later den geest. Eén boom en u bent er geweest I woorden aan mijn Brieven uit de Hofstad gewijd. De tram is voor onze stad een akelige puzzle. Ze heeft haar tijd gehad en is ge doemd te verdwijnen. De auto zal haar plaats moeten overnemen. Wat er nog te doen zou zijn om haar tijdelijk te redden 1. Alle motorwagens worden éénmanswagens. Utrecht en Haar lem hebben dat allang zóó ingevoerd. 2. Aan één der beide eindpunten geen pauzes meer houden. 3. Tariefverlaging tot het uiterste. 4. Autobussen laten rijden op spitsuren. Misschien helpt dit alles heel veel om teredden, maar of het lukken zal is twijfelachtig. O, ja, die trams rijden alle heel knus Maar het wa 'hten op de tram is verschrik kelijk. De taxi's zijn goedkooper als je met 7*jn drieën of vieren bent. Daar is niet te gen op te werken. Ten slotte vereenvoudiging van de ad ministratie afschaffing van de contro leurs, groote bezuiniging op het admini stratieve. En dan nog gelukt het niet de eindjes bij elkaar te brengen. Waarom begint de tram niet een taxi bedrijf Het is te probeeren. EIBER. ST. NICOLAAS-VEREENIGING. Ondergeteekenden, kennis genomen heb bend van de werkzaamheden der „St. Ni- colaas-vereeniging", stellen er prijs op de Vlissingsche burgerg in kennis te stellen dat alle bescheiden van den penningmees ter in orde zijn bevonden, en dat alles zon der onderscheid of aanzien des persoons is geschied, dat naar hun oordeel bestuur en leden alle lof en dank toekomt en bevelen deze vereeniging in uw aller belangstelling aan, opdat het mogelijk is dat zg op den in geslagen weg kan voortgaan. Mevr. O. SCHUURBIERS— VERBANCK. Mevr. M. FRANKEN—DEKKER. Mevr. Q. C. VERVENNE— REMMERSWAAL. W. J. GILLISSEN. EEN WOORD VAN HULDE. De lezers van dit blad hebben elders ken nis kunnen nemen van het 25-jarig bestaan van de Vereeniging „De Nederlandsche Dagblad Pers". Nu ligt het voor de hand, dat de leden van de jubileerende vereeni ging zeer zeker publiciteit zullen geven aan bet groote werk, dat op velerlei ter rein door de N. D. P. in de afgeloopen 25 jaren is verricht. Wat deze vereeniging en haar leden voor het advertentiewezen heb ben gedaan is bewonderenswaardig. 25 Jaar geleden begon het bij den Ne- derlandschen zakenman door te dringen, welk een groote reclamewaarde de adver tentie vertegenwoordigde. En zooals bij elke hausse lokte ook hier de mogelijkheid om geld te verdienen velen aan als bemid delaar tusschen adverteerder en courant op te treden. Om advertentiebureau te worden behoefde men zich eigenlijk slechts een passend rubberstempel aan te schaffen. Tot welk e^n toestand dit leiden moest is begrijpelijk. Er werd met prijzen gemar chandeerd de een betaalde te veèl, de an der te weinig, zulks tot groote schade van den adverteerder, de toenmaals bestaande bona fide advertentiebureaux en de bla den. Het is aan het initiatief van de Ver eeniging „De Nederlandsche Dagblad Pers" te danken, dat spoedig regelend en organi- seerend werd opgetreden. De N. D. P. voerde het systeem der „officieele erken ning" in, waardoor het mogelijk werd het advertentiebedrijf van verkeerde elementen te zuiveren. Door strenge eischen te stel len aan betrouwbaarheid, kapitaalkracnt en vakkennis, werd het mogelijk den ad verteerder een waarborg te geven, dat zijn zaken door een erkend advertentiebureau ten volle zouden kunnen worden behar tigd. Door het instellen van den „Uitvoe renden Raad", waarin thans zoowel dag bladdirecteuren als de bureaux zitting heb ben, werd de mogelijkheid tot controle ge schapen. Gezien het feit, dat de Nederlandsche zakenwereld voor millioenen aan dagblad advertenties uitgeeft, is het organiseerend werk van de Vereeniging „De Nederland sche Dagblad Pers" van niet te onder schatten beteekenis. Nergens ter wereld vindt men een dergelijke regeling terug. Men heeft het geprobeerd, maar men kan de bestaande moeilijkheden niet overwin nen. Door de „Regelen voor het Advertentie- Wezen" hebben de Nederlandsche bureaux zich, wat werkwijze en inrichting betreft, tot een uoog peil kunnen verheffen. Vele advertentiebureaux beschikken over een eigen studio en zij geveD een zoodanige service aan den adverteerder, dat deze op economische en systematische wijze recla me kan maken. Hier wordt dus een be langrijk economisch belang gediend. Als voorzitter van de Vereeniging van Erkende Advertentie jureaux heb ik ge meend deze feiten eens ter algemeene ken nis te moeten brengen, Een woord van hulde aan de N. D. P. en aan haar leden Door de mooie, eendrachtige samenwer king i£ de regeling van het Nederlandsch advertentiewezen tot een model voor de geheele wereld geworden HAN G. D. COPPENS. VREDE OP AARDE J Het Kerstfeest met zijn heerlijk Evan gelie van vrede op aarde, nadert. Hebt gij er wel eens over nagedacht, welk een groot en heerlijk voorrecht het is te mogen behooren tot hen, die Kerstfeest kunnen vieren Is het tot U doorgedron gen, hoe vreeselijk donker het leven zou zijn, indien die boodschap van den Zalig maker nooit tot U was gekomen Zou het dan nu niet net eender met ons zijn als met alle heidensche volken, dat wij geen blijdschap en geen vrede kenden, dat wij moesten leven in donkeren nacht, waar in booze geesten en demonen hun satanisch spel met onze beangstigde ziel dreven, ge lijk de wreede kat met de hulpelooze muis speelt, zoolang er nog leven in het arme dier is Want zóó is het leven der heidenen. Het doet er weinig aan toe of het „hoogstaan de" heidenen als Hindoe's, Boedhisten of Conficianen, of wel diepgezonken animis- ten als de Boschnegers van Suriname zijn, het is alles leeg en donker en vol vrees in hun hart. Geheel hun leven is een voortdu rende worsteling tegen booze en demoni sche machten, die hen van alle kanten be dreigen, en waartegen zg zichzelf niet kun nen verdedigen, dan met hulp van toovei- priesters en heksen. Of ze verzinken in een afgrond van hopeloos fatalisme, waaruit geen ontkomen is, in dit leven niet, en ook niet in het leven na den dood. AI deze menschen zoeken een Middelaar iemand of iets, waarop zij kunnen steunen. De Hindoe's loopen als dorstige zielen het land af in de hoop, den Satya-Goeroe te vinden, waarvan hun heilige boeken ver tellen, dat hij komende is in de wereld, om de zielen te redden. De Boedhisten roepen tot hun Bodhisatwa's, vroegere Boedha's, die uit medelijden met de menschen buiten Nirw&na zijn gebleven, om de zwakke men schen erin te kunnen helpen. Ook vele an dere volken verwachten zulk een Helper en Redder. En wie zoo hoog niet doelt, zoekt een Helper tegenover de demonen. Doch in die duisternis wordt hun geen hel pende hand toegestoken. Geen God der liefde komt him hier tegemoet. Zij staan alleen met al hun nood in 't leven en in 't sterven. De Christelijke Zending tracht een straal van licht te doen vallen in die duisternis, niet door hun cultuur en beschaving te brengen, niet door hen sociaal en geestelijk te verheffen, doch door hun te brengen tot Hem, Die is het Licht der wereld, de Weg, de Waarheid en het Léven, Alom op het wereldrond vieren zij hu wéér met ons het Kerstfeest. Zwarte, bruine en gele men schen hidden den Heiland hunner zielen aan, den Zoon van God, en zingen jubelen de liederen tot eer en prgs van Hem, Die blijdschap en vrede in hun hart en leven heeft gebracht. Hemelsche vrede daalt neer in de kerken en hutten en doen de donkere oogen glimmen en de harten kloppen van groote vreugde. Doch rondom die hutten en kerken, waar het Licht der wereld is gaan schijnen, ligt alles nog in diepe duisternis gehuld, waar in donkere gestalten tastende den weg tot verlossing en vrede zoeken. Als een angstkreet klinkt het uit mil lioenen harten „O, geef ons vrede, vrede, vrede V* En de Zending gaat voort, trachtende hulp te brengen aan de ongelukkigen en zoekende zielen te redden. 1100.000.000 menschen wachten nog steeds op Jezus, zonder troost en zonder vrede. Elk kwartje, dat geofferd en opgehaald wordt, beteekent een steen voor den houw van Zgn Tempel. Elk ernstig gebed voor de Zending helpt mede, de eeuwenlange duis ternis te verdrijven, waarin de volken zijn gehuld. Iedere dienst, uit liefde voor den Heere en onze medemenschen en uit dank baarheid verricht, brengt Gods Koninkrijk nader :ot de verloren menschheid. Laten wij daarom niet moede worden, maar geloovig voortgaan met steenen te dragen voor den opbouw van Zijn Kerk, opdat Zgn vrede kome op deze donkere aarde. Hij zegene al onze medearbeiders in het nieuwe jaar en stelle U allen tot een zegen. P. M. LEGêNE. AANBESTEDINGEN De directie der Nederlandsche spoorwe gen heeft aanbesteed het vervaardigen, leveren en stellen van 2 bruggen voor enkel spoor, met bijbehooren over de Noorder ringvaart in den spoorweg Amsterdam— Amersfoort to Ams'erdam, in verband met de groote uitbreidingswerken rondom Am sterdam. Het minst was ingeschreven door de Ned Dok-Maatschappij te Amsterdam voor 11.500. Door de N.V. Kon. Maatscb. „de Schelde" te Vlissingen was ingeschreven voor 12.375. Steun aan den Landbouw. Een delegatu uit den Ngverheidsraad beeft aan dei: minister van Economische Zaken de be zwaren naar voren gebracht, die de Ned Nijverheid heeft tegen de Landbouwsteun maatregelen. Door dien steun zoo werd betoogd wordt de daling van de kosten van levensonderhoud tegengehouden en is zelfs door een stijging vervangen. Een steunbedrag van 162 millïoen gulden, als in de Tweede Kamer werd genoemd, heeft de industrie bezorgd gemaakt. Men vroeg overleg met de georganiseerde industrie, en was van oordeel, dat alleen die indus- trieele producten onder den landbouw- crisissteun moeten worden gebracht, die het oorspronkelijk tot crisisproduct vei klaarde landbouwartikel kunnen ver vangen. Het betoog wil dus hier op neerkomen, dat de steun aan het landbouwbedrgi onze export-industrie het leven zou on mogelijk maken. Dr. Molhuysen weerlegt een en ander in het „Alg. Ned. Lbld." Voorop mag zeker wel gesteld worden, dat, indien elke steun aan den landbouw ontbrak, dit ongetwijfeld de ineenstorting van het geheele platteland en van de grootere en kleinere marktplaatsen, zou beteekenen. En wat voor effect zou dit hebben voor den consument, met het oog op de prijzen der landbouwprodukten De minister heeft hierop een antwoord gege ven. Volgens het hoofd van het statistisch Bureau der Gem. Amsterdam zouden de kosten van levensonderhoud dan 3 zegge drie procent lager zijn. Derhalve met een verhooging van de levenskosten van drie procent steunt men het landbouw bedrijf en bewaart dit voor den directe a ondergang. Dit kan toch waarlijk geen groot offer beeten. Betwijfeld mag dan ook worden, of het de industrie werkelijk zooveel beter z^u gaan, als de landbouw niet werd gesteund en de loonen met drie procent meer zouden kunnen worden verlaagd. Neem bijv. den toestand in onze scheepvaart. Die is kort weg miserabelde aandeelhouders hebben hun aandeelen zien afgestempeld tot eeu fractie der vroegere waarde. Maar die nood is internationaal, er is veel minder te vervoeren dan voorheen, en bgna elke regeering tracht dan ook door middel van subsidies de nationale scheepvaart op de been te houden. En zou nu onze vader- landsche landbouw in dezen toestand ver betering kunnen brengen, verondersteld dan, dat de Regeeringssteun kon worden gemist Niemand kan in ernst dit gelou- ven. Veel meer zal de conclusie moeten luiden dat wij hebben te doen met een wijziging in het economisch structuurbeeld der wereld, en dat bijgevolg onze scheep vaart te groot is voor de behoefte en zal moeten worden ingekrompen. Rundveebeperking en werkloosheid. De bekende medewerker P. J. Rutten van het landbouwblad „Rust Roest" heeft in dat blad het denkbeeld geopperd, of het niet mogelijk is, van de in te leveren drachtige dieren de gezonde en goed voortbrengende ter beschikking te stellen van jonge men schen, die een zelfstandig boerenbedrijf be ginnen, of van anderen, die noodgedwon gen hiertoe overgaan. Het aantal werk- loozen bedraagt 300 duizend. Velen hebben een gezin en het aantal inwoners, dat door het gemis aan loonenden arbeid geen mid del van bestaan heeft, zal zeker meer dan een millioen zijn. Al rekent men voor ieder ook maar enkele honderden guldens steun per jaar, dan krijgt men toch zoo hoogt- sommen, dat de kosten op den duur on dragelijk moeten worden. De beste oplos sing is wel, dat de leeglooper kan te werk gesteld worden. Meermalen leest men, dat de uitbreiding der industrie uitkomst zal geven het lijkt wel noodig, zegt de heer Rutten, er op te wijzen, dat tewerkstelling in de land- en tuinbouwbedrijven een bestaan zal opleve ren, en met meer uitzicht dan de indus trieDe Regeering staat voor de keus afslachten of afstaan aan nieuwe bedrij ven.. Beide zullen voor de Regeering ten slotte wel niet sterk uiteenloopen. De tegenwerping wordt gehoord maar op die manier wordt de veestapel niet ver minderd Hier zitten zegt de schrijver, vele vra gen aan vast. Is die vermindering dan zoo onafwijsbaar noodzakelijk, of dient niet veeleer gedacht te worden aan verminde ring der veevoortbrengselen, die uit dt boerderg naar het buitenland gaan Er ie vee te veel, wanneer de vaderlandsche bodem het niet zooveel voeder verschaf fen kan, dat het goed leven en voortbren gen kan. De bodem is de grondslag, en regelt de teelt van gewassen en vee. Deze teelt moet voorzien in de behoeften van het eigen volk. Wat daarboven wordt voorgebracht, heeft slechte markt tegen woordig. Wie veel voortbrengt, vooral door gebruik van buitenlandsche voeder middelen, doet werk, dat onnoodig is, en waarbij de Regeering nu groote schade lijdt. Meer dan matige voeding is ook schadelijk voor de gezondheid van het vee. Zulke bedrijven dienen onmogelijk ge maakt te worden. Van het vee in zulke bedrijven zal in de eerste jaren weinig ot niets van de voortbrengselen op de bui- tenlandsche markt komen. Het dient vooi eigen verbruik en de behoefte in eigen kring of land. Het zal ook velerlei uit het buitenland ingevoerde stoffen onnoodig maken, waardoor ook weer het leven goedkooper wordt en het volksvermogen onverminderd blgft. Er is zoo besluit de beer Rutten volkskracht, die me' tot uiting kan komen er is grond, die ge schikt is goede vruchten te leveren er is vee, dat voor de volksvoeding en voor de verhooging der vruchtbaarheid van dei. grond van belang is. Het zal een zegen blgken voor velen, en uiteindelijk groote besparing geven op de steunuitgaven, a's die drie tot goede samenwerking wordt n gebracht. Bemesting van vruchtboomen. Er is de laatste jaren, voomamelgk in Amerikaan- sche vakbladen, weer veel over dit onder werp geschreven. En wel bepaaldelijk over de vraag, of al of niet stikstof pg OUDERS EN KINDEREN MOEILIJKE KINDEREN. V. Domme kinderen. Zooals de een harder kan loopen, of hooger kan zingen, of gevoeliger is voor indrukken dan een ander, zoo is er natuur- lgk ook verschil in verstandelijk vermo gen. Niemand zal dit, in het algemeen sprekende, ontkennen. En er is een vage ondergrens van het normalewie daar- onder valt, wordt dom genoemd. Maar zijn alle menschen het daar roe rend over eens, ouders hebben de neiging hun oogen te sluiten voor het verstande- lijk minvermogen van hun kinderen. Als er klachten komen van de school omtrent de vorderingen, dan zullen die uj den regel wel gegrond zijn. Want als veer- tig kinderen onder gelijke omstandigheden beginnen met het vermaarde leesplankje, en na een paar maanden zijn bijv. vgf leer- lingen bij de anderen achter, dan is hier toch heusch sprake van een minder kun- nen. Het is mogelijk, dat het kind nog te jong is voor de leerstof, of in het begin van den schooltijd nog niet voldoende aangepast aan de schoolomgeving. Maar wanneer dergelijke klachten blijven aan houden, wanneer het rekenen en schrijven ook groote moeilijkheden bieden, dan heeft men werkelijk met domheid te maken. Zooals wij zeiden, het valt ouders moei- lgk dit te erkennen, men ommantelt het feit zoo graag. „Het is niets dan onoplettendheid en speelschheid", meent menige vader, als er klachten komen, „pakt u hem maar flink aan En thuis meent hij de domheid te kunnen bestrijden met brommen. Zoo zoekt men de oorzaak ook graag in luiheid of in een verkeerden buurman, of buurvrouw op school, in lichamelijke zwak te of in „gebrek aan ernst", alles liever dan te erkennen, dat het kind nu eenmaal niet beter kan. Hoe verklaarbaar dit ook is, uit alge meen menschelgke ijdelheid en uit de nei ging, de oogen zoo lang mogelijk gesloten te houden voor factoren, die ons moeite en zorg kunnen geven, het is toch vet- keerd. Wanneer er alle bewijsgrond voor is, dan moet men rustig aanvaarden, dat een kind min of meer dom is. Vooral er zoo weinig mogelijk over te zeggen, want dat zou in het kind het bgna onver mijdelijke minderwaardigheidsgevoel maar versterken. Het aanvaarden houdt verder niet in dat men met het feit geen rekening zou houden, maar men moet niet meer.en met forceeren, met dwingen te kunnen be reiken, wat andere kinderen spelender wijs uic eigen beweging zich eigen maken. Domheid is vaak een tekort aan concen tratie-vermogen het kind kan zich dan niet bij een bepaalde bezigheid blijven richten, dwaalt gemakkelijk af. Dat is een tekort op zichzelf. Een rustige omgeving is voor zoo'n kind nog meer noodig dan een gewoon kind, vooral als het thuis b.v. huiswerk maakt of lessen leert. Diezelfde gelijkmatigheid is noodig voor kinderen met een gevoeliger aard angst en boos heid, conflicten in de omgeving verontrus ten deze kinderen veel meer dan andere. Overigens blijft het een feit, dat van een aantal kinderen in dezelfde gunstige omstandigheden geplaatst, sommige bij zonder vlug, anderen bijzonder langzaam het geleerde zullen opnemen. Laten de ouders van deze laatste kinderen, dit feit niet al te somber doen inzien. Heel wat school-domme kinderen zijn later heel goed terecht gekomen wg behoeven niet eens over onze grenzen te zoeken om menschen te vinden met een wereldreputatie, die indertijd hun meesters tot wanhoop brach ten. Er is bepaald nog een verstandelijke werkzaamheid, die op school niet tot zijn recht komt. Daarnaast zijn het vooral de karakter-eigenschappen, die meer nog dan het verstand den levensloop van den mensch beinvloeden. Wanneer ons kind dus wat dom is van verstand, maar een lief karakter toont, hartelijk is van aard, behulpzaam, blijmoe dig, openhartig, trouw en oprecht, dan moeten we verheugd zgn om deze kost bare eigenschappen. vruchtboomen moest worden aangewend. De vrees wordt vaak uitgesproken, dat stikstof uitsluitend den groei zou bevorde ren ten koste van de vruchtdracht. H-t onderzoek heeft echter geleerd, dat all© vrees ongegrond is men vond een duide lijk rechtstreeks verband tusscben de bloemvorming en den totalen takgroei. Zoowel de groei als het aantal bloemen werden door stikstoftoediening vergroot. Een groote stikstoftoediening gaf zelfs e©n gunstig resultaat, vooral wanneer andei© noodzakelijke voedingszoutenphosliof- zuur en kali in behoorlijke hoeveelheid werden toegevoegd. Bij begroeiden onder grond kreeg men niet alleen een flinke»* zodengroei, maar ook viel een toename van bloemen te constatceren, als wel stik stof werd gegeven, en vooral als dit ge schiedde in combinatie met phoshorzuo.r. De Amerikaan geeft, ook uit een hy giënisch oogpunt beschouwd, aan het kunstmestgebruik verre de voorkeur boven alle dierlgke en menschelgke afvalstoffen en bg vruchtboomen heeft men opgemerkt, dat de toediening van fosfaat houdende meststoffen ook een guustigen indirecten invloed heeft, door de bevordering van den groei der stikstof verzamelaars (klavers), die als onderteelt worden toegepast. Hoe uiteenloopend ook de meeningen zijn, om dat slechts proefvelden en waarnemingen in de praclgk de basis vormen, waarop d© bemesting wordt vastgesteld vrjj al£(?"

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1933 | | pagina 2