ïlissiogsche Courant
Ë^ÏÈM)&
uburg
agen!
-SSL
VIERDE BLAD
Ons leuk
Haadsethoekle
Ons gezellig
ftrïeoenhoekle
Ons eigen hoekle.
OPOLD
tie
in
.ofte Jager,
"einz, Hanns
:r, Emil Ra-
Meher (Sted.
Kauffmann.
stijl
dt. Courant.
huivering-
Handelsblad.
Maasbode.
grootsche
De Tijd.
e Telegraaf.
Het Volk.
een open-
Vaderland.
ily Express.
sgiegebeurte-
The Times,
mening News.
tg Standard.
uur.
cies.
van de
van
Zaterdag 25 November 1933. No 279
Kerstdag en Oudejaar in de bergen.
(2).
>,Ja, in de Ardennen. Ik ben er al eens
eerder geweest. O hé ja. Maar nooit in den
winter. Er zijn heel hooge rotsen en ber
gen, zooiets als in Zwitserland, 't Zal fijn
zfln met die sneeuw. Een Kerstmis in de
bergen is altijd veel echter dan zoo gewoon
In een Hollandsche stad of in een Hol-
landsch dorp."
Waarom nou echter
(iNou daarom, 't Is tusschen de bergen
altijd zoo stil en vredig. Het huis van mijn
tante staat boven op een rots, eigenlijk
een beetje buiten Dinant. Je ziet er soms
geen kip."
„Saai", vond Marie.
„Saai Je bent niet goed wijs Je hebt
er een uitzicht, schitterend gewoon En
bet trammetje brengt je dadelijk naar de
stad. Overmorgen ga ik al, dan ben ik er
ai met Kerstavond. Oudejaar vier ik er
ook en Nieuwjaar."
„Als ik jou was, bleef ik er maar zei
Martje venijnig.
„Dat zou jij wel willen, hè plaagde
Bob.
„O verbeeld je maar niks 't Zal mij een
zorg zijn of je hier bent of in de bergen
zit!Nou, ik ben er al."
„Dag spin", zei Bob. „Veel plezier
„Och j'ö kwam Martje weer en ze zei
hem niet eens goedendag.
Wim en Bert waren al thuis. Die zeur
den al om weer naar buiten te mogen.
„Ik begon heusch al een beetje ongerust
over je te worden", zei moeder, Martje een
zoen gevend. „Zeker sneeuwballen gegooid,
hè Heerlijk voor jullie dat het is gaan
sneeuwen
„Ja moes, ja, mogen we nu op straat
zeurden de jongens.
„Nu Martje er is, wel", zei moeder.
„Mogen we dan de slee mee, moeder
vroeg Martje. „Je ziet al een heeleboel
sleeën."
„Daar zou ik maar mee wachten tot
morgen", zei moeder. „Over een half uur
tje is het toch donker en moeten jullie
binnen komen."
„Hè wat een gezanik viel Martje on
gedurig uit. „Hadden jullie dan vast de
slee voor den dag gehaald
„O, nu kragen wij de schuld riep Wim.
„Weer wat anders Was jij' dan vroeger
naar huis gekomen
„Ja, weet je wat, ik zal me voor jullie
haasten
„Nogal erg nu er sneeuw ligtvond
Bert.
„Houd je mond l" gebood Martje.
„Neen, die is goed Voor jou
„Kinderen, kinderen", suste moeder, „be
daar eens een beetje. Mart, wees jij de
verstandigste en gaan jullie nu spelen,
anders is het dadelijk donker."
„Kom dan maar beval Martje kort.
Haar vrooljjke, opgeruimde stemming,
waarmee ze uit school was gekomen, was
heelemaal weg. Hoe kwam dat nu toch
Door Bob Neen, stel je voor Door
dien praatjesmaker Hoe kwam ze aan
den onzin Doordat ze de slee niet
mocht hebben Ja, dat was het
Ach neen, neen, dat was het toch eigenlijk
ook weer niet. Neen, ze wist het niet
Nou ja, vooruit maar, pret maken
,Moet je vader niet eerst even goeden
dag zeggen vroeg moeder.
Ja, dat was waar ook.
Vader lag in de zijkamer. Hij lag daar al
meer dan vijf maanden. Vijf maanden ge
leden was hij op een avond thuis gekomen,
bleek en rillerig en met een ziek gevoel
Met een warme kruik was hg naar bed ge
gaan hoewel het midden in den zomer was.
Den volgenden dag zou het wel beter zijn,
hadden hij en moeder gedacht. Maar het
was den volgenden dag niet beter geweest.
O neen, veel erger juist. De dokter was
gekomen, had rust voorgeschreven en zoo
was het tot nu toe gebleven. Wel had va
der minder pijn en werd hij niet meer door
hooge koortsen gekweld, maar er was nog
geen sprake van, dat hij kon opstaan.
Toen Martje binnen kwam, legde vader
zijn boek neer. „Dag dochtertje", groette
hjj. „Ook vacantie
„Ja vader. Tot zes Januari. Wat heeft
het gesneeuwd, hè 't Ligt al zóó hoog
Wé mogen nog even op straat."
„Ga dan maar gauw, anders is het don
ker. Zal je je goed inpakken en zorgen,
dat de jongens hun jas niet losdoen of hun
muts afzetten v
„Ja vader. Dag hoor."
„Dag dochtertje. Veel plezier l"
Vader's wensch kwam uit. Ze hadden
veel plezier. Met warme wangen en glin
sterende oogen kwamen ze weer in huis.
En ze hadden een honger, een honger
neen maar, dat was om er versteld van te
staan
En moeder zei„Wat sneeuw al niet te
we n brengen
HOOFDSTUK n.""
Diepe teleurstelling.
Martje, omdat ze ouder was, mocht al
tijd wat langer opblijven dan Wim en Bert
Ook nu, terwtjl de jongens naar bed wa
ren, zat ze alleen met moeder in de huis
kamer. De deur van de ziekenkamer was
Onder redactie van TRUUS EYGENHUYSEN.
dicht. Vader lag nog te lezen en hij wilde
niet, dat men om hem zou zwijgen of
fluisteren. Straks, als Martje ook naar
bed was, ging moeder, als alle avonden, bij
vader zitten. Dan schonk ze thee, dan
praatte ze met hem en ze zat te naaien
terwijl vader iets voorlas.
Martje was dus nu met moeder alleen
in de huiskamer. Moeder zat kousen te
stoppen en Martje was bezig plaatjes in 'n
schrift te plakken. De kachel snorde, het
water in den ketel neuriede, de blaadjes
van de primula, die in een bakje op de ta
fel stond, glansden zoo mooi onder het
lamplichthet was alles heerlijk en
vertrouwd en gezellig en toch vroeg Martje
opeens „Moeder, waarom vieren wij nooit
Kerst en Oudejaar in de bergen
Moeder keek heel verbaasd op. Toen be
gon ze te lachen.
„Is dat zoo om te lachen vroeg
Martje, al op haar teentjes getrapt.
„Ja", zei moeder, „ik vind van wel. Want
waarom zouden wij nu Kerstdag en Oude
jaar in de bergen vieren
„Omdat dat zooveel echter is dan hier in
een gewone stad met enkel maar huizen."
„Hoe weet je dat zoo
„Och, dat denk ik maar," antwoordde
Martje. „Dat kun je ook wel begrijpen,
hè?En Bob zegt 't ook, Bob Greven".
„Gaat die soms Kerstdag en Oudejaar
vieren in de bergen
(Wordt vervolgd).
Poppenkindje.
Poppenkindje, poppenleintje,
O wat houd ik toch van jou
'k Weet beslist niet wat 'k, m'n snoesje,
Zonder jou beginnen zou.
Als ik thuis kom, kijk je altijd
Even vriendelijk mij aan
En ik zie twee blijde lachjes
In je lieve oogen staan.
Pop, ik kan van jou veel leeren,
Altijd ben je lief en zacht,
Ook al heb ik eens een keertje
Heel niet aan m'n schat gedacht.
Nooit vertoon jij booze kuurtjes
En nooit brom je op je moes.
Naast mijn eigen lieve moesje
Houd 'kvan jou het meest, hoor snoes!
We kannen nog wel Iets voor 5
December maken
Een schuier-hanger.
Schuieren doen we op z'n tijd allemaal.
Want ieder's kleeren worden op den duur
stoffig en bij slecht weer bovendien nog
modderig en het staat natuurlijk allesbe
halve netjes om daarmee maar te blijven
rondloopen. „Foei, wat slordig zou er
door anderen gedacht worden, en die an
deren zouden groot gelijk hebben. Stoffige,
bemodderde kleeren staan inderdaad heel
slordig.
Een schuier is dus een onmisbaar ding,
en daar een schuier vaak moet gebruikt
worden en daarom zóó voor 't grijpen moet
zijn, is een schuierhanger, waarin de borstel
een vast plaatsje krijgt, óók een onmisbaar
ding. Wie wil nu zoo'n schuierhanger eens
maken voor een van de huisgenooten, voor
oma, grootpa, oom of tante
De hanger, waar we het nu over zullen
hebben, is een heel grappige hanger. We
gebruiken er een houten klompje voor, niet
te groot, niet te klein, maar net geschikt
om er een schuier, van gewoon formaat, in
op te bergen.
Dit houten klompje maken we natuurlijk
of blauw of groen. Je kiest maar wat je
zelf het mooiste vindt.
Er zijn echter nog andere manieren om
het houten klompje een plezier voor het
oog te maken. In plaats van het heelemaal
één effen kleur te geven, kunnen we er ook
een takje bloemen op schilderen, waarvoor
we natuurlijk maar kleurtjes noodig heb
ben. Heel lief is bijvoorbeeld een groen
takje met blaadjes en knopjes aan weers
zijden van het klompje en aan beide zijden
van den voet een groote witte margriet met
een goudgeel hart.
Nog een andere manier is het klompje te
vergulden met een fleschje verguldsel, dat
je in den boekwinkel kunt koopen. Je doet
natuurlijk wat je zelf het mooiste vindt.
Is het klompje klaar, dan boor je in den
hak twee gaatjes. Hierdoor rijg je een
koordje, dat je in een lusje knoopt en het
klompje kan worden opgehangen. Natuur
lijk moet ook dit presentje van een rijmpje
vergezeld gaan. Wat vind je van het vol
gende
'k Ben eig'lijk om te loopen,
Want 'k ben iets voor den voet,
Toch weet ik zeker dat u
Met mij iets anders doet.
Ik krijg een plaatsje in uw gang
En moet steeds iets bewaren.
Mijn aanblik, als u mij ontpakt,
Zal u wel zéér verklaren
Gauw kijken wie er van de vrij lastige
raadseltjes 5 goede oplossingen hebben in
gestuurd. Het zijn Marietje van de Velde
Neeltje Meijers Geertruida Goor Wim
KimmelPieter Vader Annie Muller
Annie StapelJo Briars Marie Schille-
man Maria Broere Bep Machgeels Jan
Wijtenburg P. de Waard Adriana Koole;
Een kind dat zijn naam heeft vergeten
J. Baurdoux Corrie ButAleida Fontein
Mattie Nieuwdorp Riet van Oorschot
Nelly Geschiere Nellie de SmitAlberdina
Pluijmers Andries Breel Saartje Buur
man Jo Driessen Clemence Mercy.
4 goede oplossingen stuurden F. van
Eennennaam Koosje Corbijn.
De oplossingen zijn 1. Lopik, Roosen
daal, Waalwijk, Hengelo en Veere. 2. Goo
chelaar. 3. Edam, Dina, Anna, Maan.
4. Helenaveen. 5. Armbandje.
Dit keer komen er geen nieuwe raadsel
tjes. Daarvoor zijn maar eventjes drie re
denen. In de eerste plaats is het Sint Nico-
laasfeest al zoo dicht genaderd, dat alle
aandacht en tijd aan de presentjes en sur
prises besteed moeten worden. Want er is
toch zeker geen enkel kind, dat niet stil
letjes iets maakt voor vader, moeder, opa,
oma of wie dan ook Wie werkelijk er nog
niet toe gekomen is zelf iets te knutselen
moet dat dan nog maar gauw doen. Een
leuk inktlapje, een pannenplankje, een
speldenkussentje, een sigarettendoosje
het is allemaal gauw genoeg in elkaar ge
zet en kost niet veel geld. En let eens op
met zoo'n kleinigheidje kun je iemand heel
gelukkig maken. Want het is niet alleen
het cadeautje, dat het 'm doet, het is vooral
de hartelijkheid, die er achter steekt, de ge
dachte „Ik heb best iets voor u over,
hoor
Deze week dus nog maar hard aan
't werk, zoodat je op 5 December niet alleen
gelukkig bent om wat je zelf hebt gekre
gen, maar ook om wat je hebt gegeven en
daarmee in het leven van anderen een
zonnestraaltje hebt gebracht.
In de tweede plaats geven we geen nieu
we raadseltjes omdat, zooals jullie natuur
lijk al gelezen hebben, een wedstrijd wordt
gehouden, waarbij onder de goede oplossers
20 mooie prijzen worden verloot. Natuurlijk
doet ieder kind aan dezen wedstrijd mee en
het is noodig, dat daaraan alle kracht en
inspanning wordt gegeven.
En in de derde plaats missen we deze
week nieuwe raadsels omdat we den vol
genden Zaterdag ons Kinderblad met ver
schillende Sint Nicolaasverhalen en -versjes
willen vullen. Dat zou met het Raadsel- en
het Brievenhoekje niet best gaan, want die
nemen een heelen „lap" in beslag. Maar 2
December verschijnen er toch wel weer
nieuwe raadsels, hoor. Daarvoor zullen we
nog wel een plaatsje kunnen opsnuffelen.
Dag allemaal Veel succes met de knut
selarijtjes. Maak er maar leuke surprises
van en schrijf er maar leuke rijmpjes bij,
zoodat de Sint Nicolaasavond een fijne
avond wordt.
veel mooier dan het is. Eerst gaan we het,
als dit nog niet het geval mocht zijn, mooi
schuren met een stukje schuurlinnen en
vervolgens geven we het met lak een rood
kleurtje. Het mag natuurlijk ook geel zijn
Janet Gaynor. Neen maar, wat heb jij
het druk met het maken van presentjes
Maar 't is een gezellige drukte, hè Wat
zullen ze allemaal opkijken als ze de pre
sentjes krijgen I Maar meer zeg ik maar
niet van, want je briefje mocht eens door
de huisgenooten gelezen worden, en als een
verrassing geen verrassing meer is, is de
aardigheid er voor driekwart af. Je ver
haaltje is wel wat lang geworden. Maar we
zullen zien er met Kerstmis toch een
plaatsje voor te vinden. Dag Werk maar
prettig en probeer ze maar voor 't lapje te
houden door de cadeautjes op een grappige
manier in te pakken.
Aleida Fontein. Hartelijk welkom
Wat heerlijk, dat je de oplossing van het
laatste raadsel toch nog op 't laatste nip
pertje hebt gevonden, 't Zou niet prettig
zijn geweest als je den allereersten keer
maar met 4 goede oplossingen voor den dag
was gekomen. Aai Mollie eens van me.
„Van mij krijgt ze een hondenzoentje zegt
Prins, die vandaag in een erg vriendelijke en
milde stemming is.
Droomstertje. Heerlijk, dat moeder
weer hersteld is en dat ze in jou zoo'n goed
helpstertje vond. Daardoor zal ze af en toe
een beetje hebben kunnen rusten en als je
griep hebt, verlang je daar erg naar. Mis
schien weet jij daar ook wel van mee te
praten. Of heeft Droomstertje nog nooit
griep gehad Wat een snoezig versje heb
je gemaakt. Op een keer krijgt het een
plaatsje. Maar geduld hebben, hoor. Dat
raadseltje van „melk en meer" hebben we
al eens gehad. Denk maar eens goed na,
dan herinner je je het misschien wel.
Turnstertje. En hoe is het gisteren ge
gaan Hadden jullie een fijne avond en
heeft het publiek braaf en uitbundig ge
klapt voor alle mooie oefeningen, die jullie
ten beste gaven Jopie mocht zeker niet
mee, hè Die moest naar bed. Maar mis
schien heb jij hem van te voren al even
voorgedaan wat jullie op den feestavond
zouden doen. Zoo kwam hrj er dan toch iets
van te weten. Dag Groet Joop eens van
me. Wat een parmantige kerel, dat hij nu
al naar school gaat
Goudvinkje. Word maar niet ongedul
dig. De tijd vliegt o zoo rap voorbij en eer
je het weet is het weer zomer en krijgen
jullie vacantie en staat Jopie voor je neus.
Dan kun je haar weer van alle kanten be
kijken en kun je ook eens zien of ze trouw
haar melk opdringt. Hoe het daarmee
staat Ik weet het niet. Vroeger zeurde ze
daar wel een beetje mee, dat kan ik me
nog best herinneren. Maar ze heeft me eens
beterschap beloofd en het kan best zijn, dat
ze dit heeft volgehouden. Zeur jij ook wel
eens met je bekertje melk of drink je het
dapper achter elkaar leeg Dag Goud
vinkje Groetjes aan Frans en aan de
eendjes en zwanen in het park, waaraan je
zeker nog wel eens brood brengt.
Lagendaal. Kom jij ook weer eens op
dagen Hè, dat 's gezellig, 'k Ben blij, dat
je me iets van Professor vertelt, want ik
heb al een paar keer me ongerust afge
vraagd hoe het wel met hem zou zijn. Hij
was vroeger zoo'n trouw klantje. Maar nu
weet ik dan toch, dat het geen akelige din
gen zijn, die hem tegen houden mee te
doen. Schoolwerk gaat natuurlijk voor.
Wat een fijne raadsels heb je bedacht
Daar maken we natuurlijk gebruik van.
Maar wanneerJa, dat kunnen we nog
niet zeggen. Afwachten maar. Dag meneer
de voetballer
Hardloopertje. Heb je een leuk dagje
gehad 'k Hoop er later nog iets meer van
te hooren. Wat zul je in je eerstvolgende
briefje dan veel te vertellen hebben Over
je verjaardag en over het Sinterklaasfeest.
Bep Machgeels. Ja maar Bep, je moet
bedenken, dat niet alle kinderen, die aan
het Raadselhoekje meedoen, even oud zijn
en dus ook niet allen even knap kunnen zijn
in het oplossen van raadseltjes. Er moeten
er ook wel eens enkele gemakkelijke door
heen loopen. Je hebt weer flink je best ge
daan met het bedenken van nieuwe raad
sels. Op een keer zie je ze terug, gedrukt
en wel in ons krantje, met je naam er on
der. Fijn of niet O zoo, dat zou ik
denken
Kleine Sarina. Dat heeft vader dan
maar fijn bedachtJe schrijft vader zeker
dikwijls is 't niet? Hij moet het vast pret
tig vinden een brief van zijn dochter te
krijgen. Niet alleen omdat hij graag iets
van en over haar hoort, maar ook omdat
ze zoo keurig en bijna zonder fouten kan
schrijven. Dat maakt een brief nog veel
plezieriger.
Monteur. Ben je al drie maal over het
Kanaal geweest Toch niet het Kanaal,
dat ligt tusschen Holland en Engeland, hè
Neen stel je voor, dat je al zooveel uithou
dingsvermogen bezatJe zou gewoon een
beroemde meneer zijn
Wildzang. Is dat schrikken Mama
naar 't ziekenhuis Gelukkig maar, dat je
me er bij verteld hebt, dat het niet ernstig
is, want anders zou ik me wel wat ongerust
maken. Hoeft dat nu niet Als je mama
eens gaat opzoeken en natuurlijk doe je
Mijn viool,
door Incognito.
Laat ik eerst even vertellen, dat het mijn
viool niet is, maar omdat zij in mijn ka
mertje op mijn kastje stond, beschermde ik
haar toch ook een beetje als mijn eigen
dom. De viool had vroeger aan mijn vader
toebehoord, maar hij gaf haar aan mijn
ouder zusje iets waar ik heel veront
waardigd over was omdat ik haar ook had
willen hebben en kocht zelf een nieuwe.
Ik hield en nu nog veel van muziek
en kon er soms uren lang naar luisteren
zonder dat het me verveelde.
Op zekeren dag zag ik een troep muzi
kanten op straat, die muziek maakten op
een viool', een harmonica en een guitaar. Ik
er dadelijk naar toe. Ze begonnen met een
liedje te spelen, dat ik goed kende en dus
genoot ik er nog meer van. Vooral de viool
trok me aan en de man, die daarop speelde,
kon het prachtig. Het eene lied volgde op
het andere en de drom toehoorders werd
steeds grooter.
Toen kwam er iets wat voor mij niet zoo
aangenaam was. Er kwam iemand langs
de menschen om geld op te halen, hetgeen
de muzikanten met hun spel dubbel en
dwars hadden verdiend. Maar kon ik het
helpen, dat ik geen cent bij me had Het
speet me erg, want ik had hun graag een
dubbeltje gegeven als ik het maar had be
zeten. Nu baande ik me een weg door de
menschenmassa en keerde terug naar mijn
ouderlijk huis. Het was dan ook wel tijd,
want het was één uur en om half twee
moest riijn zusje op school zijn. Ik zelf had
een vacantie-middag.
Thuis gekomen vond ik de heele familie
op me zitten wachten. Ze mopperden en
deden me allemaal vragen tegelijk. „Waar
kom je vandaan en „Moest je nu alweer
school blijven en „Waar ben je ge
weest 'i" Nog veel en veel meer. Ik koos
de wijste partij en antwoordde alleen op
moeder's vraag, dat ik naar een troepje
muzikanten had staan luisteren. En ik ver
telde aan één stuk door over de schitteren
de muziek en dat ik geen centen bij me
had gehad. De storm bedaarde een beetje al
bromde mijn broer nog iets van „Verve
lend wichtwij moeten maar met het eten
wachten en móeder zei„Als zooiets nog
eens gebeurt, vind je een leegen pot, hoor
Ik knikte moeder vriendelijk toe en be
loofde het nooit, nóóit Weer te doen.
Na he; eten ging ik naar mijn kamertje
om mijn huiswerk te maken. Het wilde
echter niet vlotten omdat ik nog steeds aan
die heerlijke muziek dacht. Opeens liet ik
mijn blik door de kamer dwalen en met een
schok zag ik toen de vioolkist op mijn
kastje staan
(Slot volgt).
dat moet je haar hartelijk van me
groeten en haar spoedig en geheel herstel
van me toewenschen. Niet vergeten, hoor.
Fijn, dat je bij Waschvrouwtje kunt wezen.
Jullie zullen het wel gezellig hebben zoo bij
elkaar en terwijl mama stilletjes in haar
witte bed ligt en haar best doet weer gauw
beter te worden, zal ze dankbaar denken
„M'n Wildzang is goed en prettig bezorgd
Ik ben er zeker van, dat ze dit erg op prijs
zal stellen V'
Waschvrouwtje. Dat nieuwe raadsel
van je lijkt me wat lastig. Er zijn heel wat
kinderen, die nog geen aardrijkskunde heb
ben en zeer zeker nog niet Indië hebben
behandeld. Jij op school al wel Wat een
gezelligheid om Wildzang steeds bij je te
hebben. Misschien kunnen jullie wel eens
samen een paar mooie raadseltjes beden
ken. 't Liefst cijferraadseltjes, want daar
van hebben we er niet meer zooveel.
Pietje Bell. Ja, dat lijkt me ook een
erg mooi boek. Zoo zie je, dat kleine oor
zaken groote gevolgen hebben en dat een
enkel vriendelijkheidje tot een mooie en
goede toekomst kan leiden. Dit verhaal
moet je maar goed onthouden. Wie weet
hoe 't je later nog eens tot voorbeeld kan
dienen. Wat heb je veel gekregen Neen
maar, dat was een fijne verjaardag Heb je
al iets gemaakt met al je timmergereed
schappen Ik denk, dat er in moeder's huis
nu geen deurkruk meer loszit, geen stoel-
pootje wankelt, geen spijker ontbreekt.
Wim Kimmel. Je raadsels zijn wel
goedgekeurd, Wim, maar tot nu toe hebben
we nog geen gelegenheid gehad ze op te
nemen. Jij bent niet de eenige, die raad
seltjes instuurt
Boekhoudstertje. Zul je Cor bedanken
voor 't verhaaltje? Ik heb nog geen ge
legenheid gehad om het aandachtig door te
lezen, maar als het goed is, krijgt net na
tuurlijk een plaatsje in „Ons eigen hoekje".
Waarom doet Cor niet met de raadseltjes
mee als ze al zoo knap is, dat ze verhalen
kan bedenken en netjes schrijven
Gymnastje. Ja, een kleedje breien valt
niet mee. Maar als het af is, heb je heele
maal geen spijt van de inspanning en de
aandacht, die je er aan besteed hebt. Want
het lijkt dan net fijne kant. En 't staat zoo
mooi als het over een donker tafeltje ligt.
Dat zul je wel merken Of mag je het niet
mee np"r huis nemen als het klaar is O
wat een leuke dingen heb je al voor den
Sint Nicolaasavond gekochtDat zal me
een feest worden
Filmsterretje. Toch trouw je drankjes
slikken, meisje. Want 't kan nu wel zijn,
dat de dokter niets verontrustends bij je
heeft gevonden, als je niet precies doet wat
hij zegt, heb je kans, dat er over een poosje
wél iets niet met je in orde is. Levertraan
is heusch zoo naar niet, maar je moet er
niet naar kijken als je het inneemt, want
dan staat het dikke, vettige goedje gauw
tegen. Je doet je oogen maar toe als je hapt