Vlissiigsche Courant
TWEEDE BLAD
GEMEENTEBESTUUR
FEUILLETON
De Twee Machten in het Leven.
BINNENLAND
van de
van
Woensdag 28 Juni 1933. No. 150
BEKENDMAKING.
Aangifte van nieuwe leerlingen voor de
Avondschool voor Nijverheidsonderwijs.
Burgemeester en Wethouders van Vlissin-
gen maken bekend, dat op 29, 30 Juni en 1
Juli a.s., 's avonds van 7—9 uur in het
schoolgebouw aan het Groenewoud nr. 41 ge
legenheid bestaat tot aangifte van nieuwe
leerlingen voor de Avondschool voor Nijver-
heidsondewijs.
Nieuwe leerlingen moeten vóór 18 Septem
ber a.s. den 13-jarigen leeftijd hebben be
reikt.
Zij, die in het bezit zijn van een trouw
boekje worden verzocht dit bij aangifte mede
te brengen.
Vlissingen, 28 Juni 1933.
Burg. en Weth. voornoemd,
VAN WOELDEREN.
De Secretaris,
A. DE BEIJL, L.S.
ONS WEEKPRAATJE
'n Mensch weet zich tenslotte onder veler
lei omstandigheden te schikken, als-ie maar
een beetje kan huichelen. Journalisten weten
daarvan mee te praten. Of hebt u soms ooit
in het verslag van een uitvoering of andere
feestelijkheid gelezen, dat de verslaggever
zich stierlijk had zitten vervelen. Een goede
verslaggever verveelt zich nooit. Hij doet, of
alles hem even interessant voorkomt en dat
stemt zijn omgeving, meestal het bestuur van
de ontvangende vereeniging zóó prettig, dat
ze hem den tijd 'met allerlei kleine attenties
weten te dooden.
Tijdens den oorlog werden we in Leuven
bij de verwoesting der stad door de Duit-
schers gearresteerd en gevangen gezet, een
lot, dat we mèt vele burgers, ook deelden met
een vreemden journalist. Den anderen dag
werden we door een hoogen officier verhoord.
Toen den vreemden journalist gezegd werd,
dat Lexrvensche burgers vanuit hun huizen
een moorddadig vuur op de Duitsche troepen
hadden geopend, beweerde de gevangene, dat
hij daarvan niets gemerkt had. En toen de
officier, met het verhoor belast, ook nog ver
klaarde, dat de Duitschers slechts noode en
gedwongen door de omstandigheden, tot de
verwoesting van de stad hadden moeten be
sluiten, haalde de „verdachte" ongeloovig
zijn schouders op. t Hij werd toen een paar
maanden in het haif verwoeste fort Pontisss
bij Luik opgesloten en had in dien tijd zoo
veel compassie met zich zeiven leer en krijgen,
dat hy de ellende der Leuvenaars vergeten
was.
Toen we zelf aan de beurt waren en ook
ons van de schanddaden der burgers van
Leuven was verteld geworden, hebben we
meewaardig het hoofd geschud, en we hebben
gezucht, toen ons werd voorgehouden, dat de
Duitschers slechts uit uiterste noodzaak tot
hun krasse maatregelen waren overgegaan.
Door dat hoofd-schudden en zuchten waren
we direct frère et ami geworden met de Duit
sche bevelvoering in Leuveneen officier
trok met ons door de verwoeste stad en een
Duitsche legerauto voerde ons tenslotte naai
de Hollandsche grens om ons in staat te
stellen, spoedig verslag der gebeurtenissen te
doen. Bij het samenstellen daarvan echter
hebben we ons alleen door de waarheid laten
leiden, niet door de bewezen vriende
lijkheid. En we waren blij, toen onze taak
eindelijk was afgeloopen en we niet meer
naar België terug hoefden, want al moet een
journalist al eens weten te huichelen' uit be
Naar het Engelsch.
33)
Vyvian staarde in het gelaat van een man
van een jaar of drie-, vier en dertig, met een
monocle in het oog en een snorblijkbaar
met de grootste zorg gekleed.
Dus dit was de schurk, die de misdaad had
bedreven en die er zijn broer voor had laten
lijden
Hij prentte iederen trek in het geheugen,
dat hij den officier onbetwistbaar zou her
kennen, waar hij hom ook ontmoette 1 Toen
zei hij tegen Carlo, dat die op hem wachten
moest, terwijl hij het atelier binnenging.
Hier verscheen een assistent van den fo
tograaf, die zelve voor een paar dagen naar
Sicilië was, zooals de bediende zei. Maar dè
signor wilde dat portret uit de etalage eens
zien dat van dep officier van het East-
Mercia regiment?.... Zeker. Hy kon het
best eens even in handen" hebben. Het moest
een zeer goede gelijkenis zijn. Trouwens
alle portretten van mr. Brown waren even
wel geslaagd I
Of hij den naam wist van dien officier
Het was mogelijk, dat hy dien nog kon op
zoeken. Hy wilde wel eens kyken in de boe
kon, maar het was zeker al twee jaar ge
leden...».
roepshoofde, als mensch staat hem dat toch
geweldig tegen.
Wat we op het oogenblik al niet zouden
prakkezeeren, als we in Berlijn zaten als Hol-
landsch correspondent, weten we niet, maar
omdat we wèl weten, dat we ons als mensch
niet vrijwillig in omstandigheden wenschen
te brengen, welke een dosis huichelary ver-
eischen, daarom weten we wèl, dat we van
dit jaar als vacantieganger de
Oostgrens van ons land niet sullen overschrij
den. Vast niet
De Duitsche autoriteiten mogen nóg zoo
nadrukkelijk verzekeren, dat buitenlanders
op haar gebied met respect zullen worden be
handeld, wie de geestelijke atmosfeer kent,
welke op het oogenblik over Duitschland
hangt, weet, dat het daar op het oogenblik
heel moeilijk ademen is voor degenen, die op
het behoud van en het respect vóór persoon
lijkheid, is gesteld. Wie voor zyn plezier naar
Duitschland beoogt te gaan, moet er van
doordrongen wezen, dat daar een fanatieke
geestesstrooming waart, waarin hy zich als
nuchter vrijheidslievend Hollander moeilijk
kan laten opnemen. Wil hij er een ersatz aan
vertier en genoegen smaken, dan zal hy mee
leven moet"" huichelen met dingen, welke
hy verfoeit en hy zal zich moeten vernederen
tot het stellen van daden, waartegen zijn ge
moed in opstand komt. Anders zal hy moeten
rekenen op een zure vacantie enmisschien
ook op een weerkeer in het vaderland met
blauwe builen en striemen.
Wie in het Duitschland van Hitier wil ver-
keeren, moet zich aan de nationaal-socialis-
tiscbe manieren weten aan te passen. De
nieuwe machthebbers eischen dat van al hun
landgenooten op de eerste plaats. De burge
meester van Gronau heeft het dezer dagen
nog in een bekendmaking laten weten, dat
hy er vreeselijk over ontsticht was, dat som
mige menschen in de straten der stad met
de handen in den zak liepen te lummelen
en geen eerbied betoonden bij het passeeren
van nationaal-socialistische vaandels en em
blemen of het ontmoeten van nieuwe ge
zagsdragers. De burgemeester eischte, dat in
al zulke gevallen het gebruikelijke eerbetoon
zou worden gebracht en dat er dan stram zou
worden gegroet. Overtredingen zouden in
den vervolge ter plaatse worden gestraft. Dat
laat aan duidelijkheid niets te wenschen over.
Zeker, voor buitenlanders gelden deze regelen
misschien niet, maar een pak slaag heeft
men licht te pakken, alvorens men gelegen
heid heeft om een paspoort voor den dag te
halen.
Er is in den tegenwoordigen tijd alles voor
te zeggen om vacantie in eigen land door te
brengen, het is zéker beter en verstandiger
dan een reis naar Duitschland.
Door in het eigen land te blijven laat men
zyn guldens aan landgenooten en men be
waart het eigen karakter.
Hooge Raad.
By Kon. besluit van 23 dezer zyn benoemd
by den Hoogen Raad der Nederlandentot
president jhr. mr. Rh. Feith, thans vice-pre
sident van gemelden raad tot vice-presi
dent mr. J. Kosters, thans raadsheer in ge-
melden raad.
De fïnanccieele moeilijkheden te Zaandam
De gemeenteraad te Zaandam heeft met
12 tegen 11 stemmen aangenomen het voor
stel der sociaal-democratische fractie, om te
weigeren de bezuinigings-eischen der regee
ring in te willigen.
Rechterlijke macht.
By Kon. besluit van 23 dezer zyn
benoemd tot procureur-generaal by het ge
rechtshof te 's-Gravenhage mr. A. Brants,
thans advocaat-generaal bij gemeld ge
rechtshof
tydeiyk belast met de functiën van direc
teur van politie voor het ressort van het ge
rechtshof te 's-Gravenhage mr. A Brants,
benoemd procureur-generaal bij dat gerechts
hof
By Kon. besluit van 23 deezr zdjn benoemd in
het gerechtshof te 's-Gravenhagetot presi
dent mr. P. Polvliet, thans vice-president van
De man verdween in het kantoortje en
intusschen bleef Vyvian met nameloozen af
keer staren op het knappe gelaat.
Na vyf minuten kwam de assistent terug,
schudde het hoofd en sprak op verontschul
digenden toon
„Neen, het was onmogeiyk na te gaan, hoe
de naam was geweest van dien officier in het
by zonder. of het portret te koop was
Zeker. Het had nu geen speciale waarde
meer voor mr. Brown, nu het regiment het
eiland verlaten had. Voor een halven kroon
was het portret te krygen.
Vyvian legde het geld op de toonbank en
verliet het atelier, met de fotografie in een
omslag gepakt.
Carlo draafde steeds achter hem aan naar
zyn hotel en daar aangekomen, kreeg de man
tien in plaats van vyf pond voor zyn inlich
tingen. Buigende en grinnikende ging hy
weg en op dat oogenblik voelde hy zich den
koning te ryk.
Vyvian stond intusschen aan het venster
in de kamer van zijn hotel met het bewys
van Jack's onbezoedelde nagedachtenis in
handen.
Dienzelfden avond nog aanvaardde hy de
reis naar Engeland, in de hoop, dat hy nu
toch zeker het moeilijkste deel van zyn taak
had volbracht.
HOOFDSTUK XXVIII.
Er zou parade zyn in Southsea, en, zooals
gewoonlijk, was de belangstelling zeer groot,
Launcelot Vyvian had ook een kaart voor
gemeld gerechtshoftot vice-president mr.
L. A. M. Sassen en mr. E. Jellinghaus, bei
den thans raadsheer in gemeld gerechtshof.
Het Nederlandsclie bedrijfsleven
en de crisis.
Uit het overzicht van den algemeenen be-
drijfstoestand en den stand der arbeids
markt, hetwelk het Centraal Bureau voor de
Statistiek over het eerste kwartaal van 1933
heeft gepubliceerd, bUjkt, dat de toestand in
de meeste bedrijven nog hoogst onbevredi
gend is. Daartegenover staat echter, dat er
toch ook in sommige bedrijfstakken eenige
opleving valt te constateeren.
In de vliegtuigindustrie is de totale perso
neelssterkte, ondanks vermindering in één der
4 ondernemingen, sedert het eind van 1932
iets toegenomen.
Bij de rywielindustrie bracht het naderen
de voorjaar wel een over het geheel merk
bare vermeerdering der bedrijvigheid, maar
deze bleef dikwijls min of meer belangryk
beneden het peil van vorige jaren.
Een belangryk montagebedryf der auto
mobielindustrie, dat kort geleden een zeer
moderne nieuwe fabriek in gebruik heeft
genomen, was geregeld van werk voorzien.
By de gloeilamp- en radioindustrie bleef
de werkgelegenheid dalen. De invoer vermin
derde, de uitvoer nam echter toe.
De toestand in de katoenindustrie bleef
door bestendiging en deels nog verscherping
der moeilijkheden buitengewoon slecht.
In de wolindustrie, voor welke de contin-
genteering van den invoer gehandhaafd bleef,
was de toestand, althans aan het eind van
het kwartaal, over het algemeen ook ongun
stiger dan verleden jaar.
De toestand in de schoenennyverheid was
nngelyk. Was er eenerzijds een aantal fa
brieken, welke goed of althans vry bevredi
gend van voorjaarsorders voorzien waren
(soms beter dan een jaar geleden), andere
daarentegen klaagden zelfs in het drukke
seizoen over gebrek aan werk.
Ten aanzien van het bouwbedryf valt spe
ciaal wat den woningbouw betreft, te wyzen
op een gaandeweg geconstateerde opleving,
althans in de groote plaatsen (o.a. waren in
Amsterdam en Rotterdam groote bouwplan
nen in uitvoering).
Wat den scheepsbouw betreft, hier was de
toestand nog treurig. Voor nieuwbouw zyn
er weinig orders. Wel was er eenige opleving
by'het reparatiewerk doch de prijzen waren
tengevolge van de concurrentie verbazend
laag.
Dat de machinefabricage bet nog zwaar te
verduren had, blykt niet alleen uit het nog
vrywel onveranderd aanhouden der groote
slapte in verscheiden ondernemingen en het
nog verder afnemen der bedrijvigheid in an
dere, maar ook uit de nog geenszins ge
zonde verhouding tusschen de orders en de
productiecapaciteit in een beperkter aantal
ondernemingen, voor welke door het be
machtigen van min of meer belangrijke op
drachten (deels ook uit het buitenland) in
den laatsten tijd toch wel van een zekere
opleving kan korden gesproken.
Ook by de ijzcrgieteryen en constructie-
werkplaatoen is vermeerdering van werk hier
en daar wel voorgekomen, al wordt daardoor
toch geenszins de hoogst ongunstige indruk
weggenomen, welke men verkrygt by het
overzien van deze bedryfstakken in hun ge
heel, waarby dan naast de vaak onverander
de slapte ook gevallen van nog verderen
achteruitgang niet afwezig blyken.
Opbrengst P.T.T. over vijf maanden.
De diensten der P. T. en T. hebben over de
maand Mei 1933 opgebrachtposterijen
3.037.699 245.424 minder dan vorig jaar
en 226.401 minder dan de begrooting). Te
legrafie 402.456 23.180 minder dan vorig
jaar en 29.606 meer dan de begrooting).
Telefonie 2.092.003 26.742 meer dan vorig
jaar en f 93.103 meer dan de begrooting).
Postchèque- en girodienst ƒ269.509 23.053
meer dan vorig jaar en 12.609 meer dan de
begrooting).
Voor de eerste vyf maanden te zamen be
droeg de opbrengstposteryen 14.875.481
928.757 minder dan vorig jaar en 778.319
minder dan de begrooting)Telegrafie
1.733.359 (f 191.939 minder dan vorig jaar
en 41.941 minder dan de begrooting). Tele-
de tribune gekregen en stond eveneens in
afwachting van de dingen, die komen zou
den, naast een kennis, die zyn best deed hem
geheel op de hoogte te brengen van al het
nieuws in het garnizoen, ofschoon hy hier
maar naar luisterde met een half oor, want
heel zyn aandacht werd in beslag genomen
door het gadeslaan van de officieren, die
voorby trokken. Ineens vroeg hy
„Hoe heet de officier, die daar nu juist
vóorbij rydt met die monocle in het oog
Het was het origineel van het portretdat
kon niet anders.
„Die?,... O, dat ls de adjudant van de
East-Mercia's, kapitein Lauderdale, Een
knappe kerel, hè
„LauderdaleWat beduidde dat nu
weer, dacht Vyvian.
„Ja, Lauderdale. Hy is de gelukkige bezit
ter van een heel mooi en aardig nichtje, die
pas hier bij een familie gelogeerd heeft. Ze
moet heel wat harten gebroken hebben, als
de geruchten de waarheid spreken. Maar er
wordt verwacht, dat zy binnenkort officieel
verloofd zal zyn, ofschoon ze by haar trou
wen dan toch niet van naam veranderen zal."
„Maar dat is niet mogeiykklonk het
onwillekeurig van Vyvian.
„Neen Toch is het zoo. Hier vlak bij ons
zit een jonge dame, die je er zeker wel meer
van kan vertellen. Miss Lauderdale heeft
namely k by na. den heelen winter by de fa
milie Waring gelogeerd. Miss Waring",
wendde hy zich nu tot Cora, die in druk ge
sprek was met een zee-officier, „mag ik u
fonie 9.842.610 49.144 meer dan vorig
jaar en 55.610 meer dan de begrooting).
Postchèque- en girodienst 2.416.808
169.603 meer dan vorig jaar en f 221.208
meer dan de begrooting).
Arm Duitschland.
Onder dit opschrift bevat „de Nederlan
der" een hoofdartikel, waaruit wij het vol
gende overnemen
Het is wel een heel droevig schouwspel,
dat onze Oosterburen ons te zien geven.
Het land, dat eenmaal baanbrekend was
in velerlei opzicht en dat wij altyd dankbaar
zullen blijven voor de geestelyke schatten die
het ons gebracht heeft, dreigt onder te gaan
in barbarisme.
Ook de Christelyke kerk is in gevaar.
Een predikant schreef onlangs„Wij na-
tionaal-socialisten weigeren een kerk te be
treden, waarin het Oude Testament nog als
een heilig boek geldt. De nationale eenheid
moet worden bekrachtigd door een geloof
dat het Oude Testament verzaakt."
De „kerk", die deze predikant nog wenscht
te betreden, zal straks in haar liederenbun
del kunnen opnemen„Rampzalig hy, die
in dit leven Jacobs God ter hulpe heeft."
Ook het Nieuwe Testament zal niet kun
nen worden gehandhaafd. Het „uit éénen
bloede" van Hand. 17 wordt ter zijde gesteld
voor een heidenschen rassencultus.
Het schoone woord van den Engelschen
Christensocioloog Kingsley„Wy moeten
ons geslacht tot God kunnen uitrekenen om
in alle menschen broeders te zien", wordt in
het moderne Duitschland vervangen door
het paroolvoer uw stamboom niet zoo hoog
op, opdat de broederschap niet te vèr reike.
Tyden van geloofsvervolging komen naby.
We vernamen van vrome Christenen, aan
wie hun maatschappelyk beroep onmogelyk
gemaakt werd, omdat hun geweten hun ver
bood zich bij de nationaal-socialisten aan te
sluiten.
Wat nog verder te wachten staat, indien
voor de S.A.- en S.S.-mannen nieuw werk
moet worden gezocht, valt niet te voorspel
len. Vele verschynselen wyzen er op, dat de
geesten uit den afgrond, die de leiders heb
ben opgeroepen, door dezen niet meer in be
dwang kunnen worden gehouden en dat het
gevaar van een „Duitsch bolsjewisme" aller
minst denkbeeldig is.
Het is de rampzalige wereldoorlog, die
eerst het lichaam van dit ongelukkige volk
heeft gedood en die nu zyn ziel heeft aan
getast.
Laat ons ter wille van Duitschland* en van
de wereld hopen, dat nog tydig uitkomst
dage.
DE A. N. W. B.
In de Zaterdag a.s. te Amsterdam te hou
den algemeene vergadering van den A.N.
W.B„ Toeristenbond voor Nederland, zal het
50e jaarverslag worden uitgebracht.
Daaraan is het volgende ontleend
Het Is voor den samensteller van het vyf-
tigste jaarverslag van een vereeniging wel
heel verleidelijk, zich daarbij te wagen aan
een historischen terugblik over de afgeloopen
halve eeuw. Maar de overweging, dat zulk een
terugblik op de geschiedenis van den A.N.
W.B. de afmetingen van een lyvig gedenk
boek in plaats van die van een simpel jaar
verslag zou aannemen, doet ons weerstand
bieden aan die verleiding en dwingt tot de
beperking, welke wy ons by de opstelling der
jaarlyksohe overzichten steeds hebben opge
legd.
Toch is het moeilyk, by het ordenen der
gegevens voor dit verslag niet een enkele
maal toe te geven aan den drang om althans
eenige vergely kingen te maken, vergelijkin
gen tusschen het eerste en het vyftigste ver
slagjaar, tusschen het werk van een pas op
gericht bondje met, aan 't einde van het eer
ste jaar, 399 leden en dat van een lichaam
met rond 100.000 leden. En dan brengt die
vergelijking ons er niet alleen toe, iets te con
stateeren hetgeen" wy allen eigenlyk wel we
ten en konden verwachten, nl., dat het toen
allemaal heel anders toeging dan nu, neen,
wy constateeren tevens het vermeldenswaar
dige feit, dat de denkbeelden van de bonds-
MEDEDEELINGEN VAN ONZE
ADVERTEERDERS.
Ovaline kachelglans in doosjes en tuben.
De Vereenigde Chemische Fabrieken te
Nbmegen zyn de eenigste speciaal-fabriek
van kachelglans hier te lande. 'Er wordt in
ons land veel kachelglans verkocht onder Ne-
derlandsch etiket. Wanneer men kachelglans,
andere dan Ovaline, koopt, is het zoo goed als
zeker dat men een buitenlandsch fabrikaat
koopt, al staat op de verpakking met dikke
letters een Hollandsche naam gedrukt. Alleen
is verzuimd voor dien naam te zetten„Im
porteur".
leiding over de groote lynen, waarlangs het
bondswerk zich zou ontwikkelen, van de op
richting af op belangrijke punten onveran
derd zijn gebleven, al pasten zij zich logisch
aan bij de voortschrijdende ontwikkeling van
het toerisme.
Reeds in de vergadering van 5 Augustus
1883, een maand na de oprichting, kwam de
opvatting om het wedstrijdwezen toch vooral
niet de eerste plaats te doen innemen zóó
sterk naar voren, dat besloten werd, dat ge
deelte van het reglement, betreffende de
wedstryden, achter de andere gedeelten te
plaatsen.
Op zijn vyftigsten verjaardag is „het Ne-
derlandsch© Vélocipèdisten Bond", nu een
lichaam geworden, dat wel een zeer eigen re
putatie bezit in ons land (en ook daarbui
ten), een reputatie, welke de bond dankt aan
zyn algemeene bekendheid, zijn werk en zyn
krachtige positie, maar welke hem ook wel
eens verplichtingen van zeer uiteenloopenden
aard oplegt.
Het wordt langzamerhand bijv. haast als
vanzelfsprekend aangenomen, dat de vele
nieuwe wegen en wegomleggingen, waarmee
ons land de laatste jaren verrijkt wordt, di
rect voorzien worden van de wegwyzers uit
het bekende systeem der blauw-witte uitslui
tend door den bond bekostigde palen en nie
mand vraagt zich blykbaar dan af of de
bond, die deze wegwijzers betaalt, daar wel
op gerekend heeft by de begrooting zijner
uitgaven.
Overgaand tot een recapitulatie van het
geen het afgeloopen 12 maandelijksch tijd
perk bracht, moeten wij wel allereerst spre
ken over ons ledental. Reeds twee jaar gele
den werd de verwachting uitgesproken, dat
de bond bij de herdenking van zijn 50-jarig
bestaan het ronde getal van 100.000 leden zou
hebben bereiktintusschen nam de econo
mische crisis in hevigheid toe, vele trouwe
bondsleden moesten om financieele redenen
hun lidmaatschap beëindigen en elk jaar op
nieuw had de ledenwerving de taak, eerst de
geleden verliezen aan te vullen, eer aan
eenigen groei gedacht zou kunnen worden.
Dit jaar heeft een nieuwe krachtsinspanning,
waarvoor veler steun verkregen werd, inder
daad een extra-aanwas van beteekenis tot
resultaat gehad, en het beloofde land was op
het oogenblik, dat dit verslag samengesteld
werd, reeds in zicht, maar toch nog niet be
reikt. Ons ledental op 1 Juni, den datum
welke steeds in onze jaarverslagen als maat
staf genomen is, bedroeg nl. 96.488 tegenover
92.912 op 1 Juni 1932,
Dank zy veler medewerking zal het zeker
gelukken, de mijlpaal der 100.000 leden op het
moment, dat de bond zb'n jubileum herdenkt,
te bereiken, intusschen pleit het wel voor de
algemeene sympathie, waarop het bondswerk
mag bogen, dat ook in deze tyden honderden
leden per week konden worden ingeschre
ven wy zetten onze propaganda dan ook
onverdroten en onverzwakt voort, eerst naar
de 100.000 en dan weer verder J
Was het vorige jaar het tastbare resultaat
de toetreding van 2100 nieuwe leden, dit
jaar traden tot op 1 Juni reeds ruim 1700
nieuwe leden toe, zoodat het totaal niet ver
beneden dat van verleden jaar zal blyven.
Evenals in het vorige jaarverslag kan ook
ditmaal melding gemaakt worden van een
stygende belangstelling voor het toerisme
binnen de landsgrenzen, gevolg zoowel van
de verminderde koopkracht der vacantiegan-
gers als van de gevoerde propaganda en de
onzekere toestanden in verschillende vroeger
veel bezochte 1 ar den.
voorstellenmr. Vyvian. U zult hem wel wat
kunnen vertellen van het nichtje van kapi
tein Lauderdale, is niet
„Jocelyn Lauderdale en ïk zyn goede
vriendinnen. Zij heeft een heelen tyd by ons
gelogeerd en is nu pas een paar weken gele
den vertrokken. Kent u haar Hoe eigen
aardig
„Ja, ik ken haar."
Cora vond, dat die mr. Vyvian dan al een
byzonder saai mensch was. Hy zei geen
woord meer dan noodig was en ze was ge
woon, dat de heeren haar veel aandacht en
oplettendheid schonken.
„Zij is een nichtje van kapitein Lauder
dale, niet waar vroeg degene, die hen aan
elkaar voorgesteld had. Maar nu zal de band
nog wel inniger worden, naar algemeen ver
wacht wordt. Hy is gelukkig te achten, als
dit zoo wezen mocht 1"
„Ja, dat is hy ook, want het is nog wel
niet publiek, maar het komt er wel van. Me
dunkt, als zij z'n ring om den hals draagt,
dan kan dit toch wel niet anders beduiden."
Vyvian gaf echter zoo weinig antwoord op
het geanimeerd gebabbel van Cora, dat die
ten slotte het hoofd afwendde en verder
uitsluitend praatte met den jongen zee
officier.
Sir George Rastler, degene, die Vyvian de
plaats op de tribune had bezorgd, dacht, dat
hy zich soms niet wel voelde, zóó stil en af
getrokken was hy. Maar, daar hy hen vol
komen berekend achtte, om voor zichzelven
te zorgen, mocht dit zoo wezen, ging hij zich
ook verder verdiepen in een levendig ge
sprek met een dame, die zyn gezelschap meer
waard leek.
Toen het militair vertoon eindeiyk afge
loopen was, wendde sir George zich tot Vy
vian en zei
„Nu, ik groet je, man. We zullen elkaar wel
gauw weer eens zien."
En zoo begaf ook Vyvian zich op den te
rugweg, of eigenlyk kan men dit niet zeggen,
want hy liep werktuigelyk voort, volstrekt
niet in zich opnemend de beelden, die zijn
oog troffen, maar niets anders vóór zich
ziend, dan de twee, waarvan zijn geest ver
vuld was.
Haar neef IDie verrader, die moorde
naar was haar neef En moest die nu
maar vry blyven rondloopenMaar als
men hèm trof, dan trof men tegeiyk héér.
De oneer, die Vyvian zelve met zooveel
moeite gedragen had, moest dus overgebracht
v/orden op haar
En nog veel meer leed Launcelot in dat
oogenblikdie achteloos uitgesproken mede-
deeling van Cora Waring had het schoonste
uitzicht zyns levens vernietigd. De man, die
Jack ten val had gebracht, was niet alleen
haar neef hy was haar verloofde
Was het mogelijk dat het jonge meisje, dat
enkele maanden geleden toch zeker voor hèm
gevoeld had, haar genegenheid in zoo korten
tyd op een ander had overgedragen?.,..
(Wordt vervolgd.).