Vlissiigsche Courant TWEEDE BLAD GEMEENTEBESTUUR FEUILLETON De Twee Machten in het Leven. BINNENLAND van de van Woensdag 28 Juni 1933. No. 150 BEKENDMAKING. Aangifte van nieuwe leerlingen voor de Avondschool voor Nijverheidsonderwijs. Burgemeester en Wethouders van Vlissin- gen maken bekend, dat op 29, 30 Juni en 1 Juli a.s., 's avonds van 7—9 uur in het schoolgebouw aan het Groenewoud nr. 41 ge legenheid bestaat tot aangifte van nieuwe leerlingen voor de Avondschool voor Nijver- heidsondewijs. Nieuwe leerlingen moeten vóór 18 Septem ber a.s. den 13-jarigen leeftijd hebben be reikt. Zij, die in het bezit zijn van een trouw boekje worden verzocht dit bij aangifte mede te brengen. Vlissingen, 28 Juni 1933. Burg. en Weth. voornoemd, VAN WOELDEREN. De Secretaris, A. DE BEIJL, L.S. ONS WEEKPRAATJE 'n Mensch weet zich tenslotte onder veler lei omstandigheden te schikken, als-ie maar een beetje kan huichelen. Journalisten weten daarvan mee te praten. Of hebt u soms ooit in het verslag van een uitvoering of andere feestelijkheid gelezen, dat de verslaggever zich stierlijk had zitten vervelen. Een goede verslaggever verveelt zich nooit. Hij doet, of alles hem even interessant voorkomt en dat stemt zijn omgeving, meestal het bestuur van de ontvangende vereeniging zóó prettig, dat ze hem den tijd 'met allerlei kleine attenties weten te dooden. Tijdens den oorlog werden we in Leuven bij de verwoesting der stad door de Duit- schers gearresteerd en gevangen gezet, een lot, dat we mèt vele burgers, ook deelden met een vreemden journalist. Den anderen dag werden we door een hoogen officier verhoord. Toen den vreemden journalist gezegd werd, dat Lexrvensche burgers vanuit hun huizen een moorddadig vuur op de Duitsche troepen hadden geopend, beweerde de gevangene, dat hij daarvan niets gemerkt had. En toen de officier, met het verhoor belast, ook nog ver klaarde, dat de Duitschers slechts noode en gedwongen door de omstandigheden, tot de verwoesting van de stad hadden moeten be sluiten, haalde de „verdachte" ongeloovig zijn schouders op. t Hij werd toen een paar maanden in het haif verwoeste fort Pontisss bij Luik opgesloten en had in dien tijd zoo veel compassie met zich zeiven leer en krijgen, dat hy de ellende der Leuvenaars vergeten was. Toen we zelf aan de beurt waren en ook ons van de schanddaden der burgers van Leuven was verteld geworden, hebben we meewaardig het hoofd geschud, en we hebben gezucht, toen ons werd voorgehouden, dat de Duitschers slechts uit uiterste noodzaak tot hun krasse maatregelen waren overgegaan. Door dat hoofd-schudden en zuchten waren we direct frère et ami geworden met de Duit sche bevelvoering in Leuveneen officier trok met ons door de verwoeste stad en een Duitsche legerauto voerde ons tenslotte naai de Hollandsche grens om ons in staat te stellen, spoedig verslag der gebeurtenissen te doen. Bij het samenstellen daarvan echter hebben we ons alleen door de waarheid laten leiden, niet door de bewezen vriende lijkheid. En we waren blij, toen onze taak eindelijk was afgeloopen en we niet meer naar België terug hoefden, want al moet een journalist al eens weten te huichelen' uit be Naar het Engelsch. 33) Vyvian staarde in het gelaat van een man van een jaar of drie-, vier en dertig, met een monocle in het oog en een snorblijkbaar met de grootste zorg gekleed. Dus dit was de schurk, die de misdaad had bedreven en die er zijn broer voor had laten lijden Hij prentte iederen trek in het geheugen, dat hij den officier onbetwistbaar zou her kennen, waar hij hom ook ontmoette 1 Toen zei hij tegen Carlo, dat die op hem wachten moest, terwijl hij het atelier binnenging. Hier verscheen een assistent van den fo tograaf, die zelve voor een paar dagen naar Sicilië was, zooals de bediende zei. Maar dè signor wilde dat portret uit de etalage eens zien dat van dep officier van het East- Mercia regiment?.... Zeker. Hy kon het best eens even in handen" hebben. Het moest een zeer goede gelijkenis zijn. Trouwens alle portretten van mr. Brown waren even wel geslaagd I Of hij den naam wist van dien officier Het was mogelijk, dat hy dien nog kon op zoeken. Hy wilde wel eens kyken in de boe kon, maar het was zeker al twee jaar ge leden...». roepshoofde, als mensch staat hem dat toch geweldig tegen. Wat we op het oogenblik al niet zouden prakkezeeren, als we in Berlijn zaten als Hol- landsch correspondent, weten we niet, maar omdat we wèl weten, dat we ons als mensch niet vrijwillig in omstandigheden wenschen te brengen, welke een dosis huichelary ver- eischen, daarom weten we wèl, dat we van dit jaar als vacantieganger de Oostgrens van ons land niet sullen overschrij den. Vast niet De Duitsche autoriteiten mogen nóg zoo nadrukkelijk verzekeren, dat buitenlanders op haar gebied met respect zullen worden be handeld, wie de geestelijke atmosfeer kent, welke op het oogenblik over Duitschland hangt, weet, dat het daar op het oogenblik heel moeilijk ademen is voor degenen, die op het behoud van en het respect vóór persoon lijkheid, is gesteld. Wie voor zyn plezier naar Duitschland beoogt te gaan, moet er van doordrongen wezen, dat daar een fanatieke geestesstrooming waart, waarin hy zich als nuchter vrijheidslievend Hollander moeilijk kan laten opnemen. Wil hij er een ersatz aan vertier en genoegen smaken, dan zal hy mee leven moet"" huichelen met dingen, welke hy verfoeit en hy zal zich moeten vernederen tot het stellen van daden, waartegen zijn ge moed in opstand komt. Anders zal hy moeten rekenen op een zure vacantie enmisschien ook op een weerkeer in het vaderland met blauwe builen en striemen. Wie in het Duitschland van Hitier wil ver- keeren, moet zich aan de nationaal-socialis- tiscbe manieren weten aan te passen. De nieuwe machthebbers eischen dat van al hun landgenooten op de eerste plaats. De burge meester van Gronau heeft het dezer dagen nog in een bekendmaking laten weten, dat hy er vreeselijk over ontsticht was, dat som mige menschen in de straten der stad met de handen in den zak liepen te lummelen en geen eerbied betoonden bij het passeeren van nationaal-socialistische vaandels en em blemen of het ontmoeten van nieuwe ge zagsdragers. De burgemeester eischte, dat in al zulke gevallen het gebruikelijke eerbetoon zou worden gebracht en dat er dan stram zou worden gegroet. Overtredingen zouden in den vervolge ter plaatse worden gestraft. Dat laat aan duidelijkheid niets te wenschen over. Zeker, voor buitenlanders gelden deze regelen misschien niet, maar een pak slaag heeft men licht te pakken, alvorens men gelegen heid heeft om een paspoort voor den dag te halen. Er is in den tegenwoordigen tijd alles voor te zeggen om vacantie in eigen land door te brengen, het is zéker beter en verstandiger dan een reis naar Duitschland. Door in het eigen land te blijven laat men zyn guldens aan landgenooten en men be waart het eigen karakter. Hooge Raad. By Kon. besluit van 23 dezer zyn benoemd by den Hoogen Raad der Nederlandentot president jhr. mr. Rh. Feith, thans vice-pre sident van gemelden raad tot vice-presi dent mr. J. Kosters, thans raadsheer in ge- melden raad. De fïnanccieele moeilijkheden te Zaandam De gemeenteraad te Zaandam heeft met 12 tegen 11 stemmen aangenomen het voor stel der sociaal-democratische fractie, om te weigeren de bezuinigings-eischen der regee ring in te willigen. Rechterlijke macht. By Kon. besluit van 23 dezer zyn benoemd tot procureur-generaal by het ge rechtshof te 's-Gravenhage mr. A. Brants, thans advocaat-generaal bij gemeld ge rechtshof tydeiyk belast met de functiën van direc teur van politie voor het ressort van het ge rechtshof te 's-Gravenhage mr. A Brants, benoemd procureur-generaal bij dat gerechts hof By Kon. besluit van 23 deezr zdjn benoemd in het gerechtshof te 's-Gravenhagetot presi dent mr. P. Polvliet, thans vice-president van De man verdween in het kantoortje en intusschen bleef Vyvian met nameloozen af keer staren op het knappe gelaat. Na vyf minuten kwam de assistent terug, schudde het hoofd en sprak op verontschul digenden toon „Neen, het was onmogeiyk na te gaan, hoe de naam was geweest van dien officier in het by zonder. of het portret te koop was Zeker. Het had nu geen speciale waarde meer voor mr. Brown, nu het regiment het eiland verlaten had. Voor een halven kroon was het portret te krygen. Vyvian legde het geld op de toonbank en verliet het atelier, met de fotografie in een omslag gepakt. Carlo draafde steeds achter hem aan naar zyn hotel en daar aangekomen, kreeg de man tien in plaats van vyf pond voor zyn inlich tingen. Buigende en grinnikende ging hy weg en op dat oogenblik voelde hy zich den koning te ryk. Vyvian stond intusschen aan het venster in de kamer van zijn hotel met het bewys van Jack's onbezoedelde nagedachtenis in handen. Dienzelfden avond nog aanvaardde hy de reis naar Engeland, in de hoop, dat hy nu toch zeker het moeilijkste deel van zyn taak had volbracht. HOOFDSTUK XXVIII. Er zou parade zyn in Southsea, en, zooals gewoonlijk, was de belangstelling zeer groot, Launcelot Vyvian had ook een kaart voor gemeld gerechtshoftot vice-president mr. L. A. M. Sassen en mr. E. Jellinghaus, bei den thans raadsheer in gemeld gerechtshof. Het Nederlandsclie bedrijfsleven en de crisis. Uit het overzicht van den algemeenen be- drijfstoestand en den stand der arbeids markt, hetwelk het Centraal Bureau voor de Statistiek over het eerste kwartaal van 1933 heeft gepubliceerd, bUjkt, dat de toestand in de meeste bedrijven nog hoogst onbevredi gend is. Daartegenover staat echter, dat er toch ook in sommige bedrijfstakken eenige opleving valt te constateeren. In de vliegtuigindustrie is de totale perso neelssterkte, ondanks vermindering in één der 4 ondernemingen, sedert het eind van 1932 iets toegenomen. Bij de rywielindustrie bracht het naderen de voorjaar wel een over het geheel merk bare vermeerdering der bedrijvigheid, maar deze bleef dikwijls min of meer belangryk beneden het peil van vorige jaren. Een belangryk montagebedryf der auto mobielindustrie, dat kort geleden een zeer moderne nieuwe fabriek in gebruik heeft genomen, was geregeld van werk voorzien. By de gloeilamp- en radioindustrie bleef de werkgelegenheid dalen. De invoer vermin derde, de uitvoer nam echter toe. De toestand in de katoenindustrie bleef door bestendiging en deels nog verscherping der moeilijkheden buitengewoon slecht. In de wolindustrie, voor welke de contin- genteering van den invoer gehandhaafd bleef, was de toestand, althans aan het eind van het kwartaal, over het algemeen ook ongun stiger dan verleden jaar. De toestand in de schoenennyverheid was nngelyk. Was er eenerzijds een aantal fa brieken, welke goed of althans vry bevredi gend van voorjaarsorders voorzien waren (soms beter dan een jaar geleden), andere daarentegen klaagden zelfs in het drukke seizoen over gebrek aan werk. Ten aanzien van het bouwbedryf valt spe ciaal wat den woningbouw betreft, te wyzen op een gaandeweg geconstateerde opleving, althans in de groote plaatsen (o.a. waren in Amsterdam en Rotterdam groote bouwplan nen in uitvoering). Wat den scheepsbouw betreft, hier was de toestand nog treurig. Voor nieuwbouw zyn er weinig orders. Wel was er eenige opleving by'het reparatiewerk doch de prijzen waren tengevolge van de concurrentie verbazend laag. Dat de machinefabricage bet nog zwaar te verduren had, blykt niet alleen uit het nog vrywel onveranderd aanhouden der groote slapte in verscheiden ondernemingen en het nog verder afnemen der bedrijvigheid in an dere, maar ook uit de nog geenszins ge zonde verhouding tusschen de orders en de productiecapaciteit in een beperkter aantal ondernemingen, voor welke door het be machtigen van min of meer belangrijke op drachten (deels ook uit het buitenland) in den laatsten tijd toch wel van een zekere opleving kan korden gesproken. Ook by de ijzcrgieteryen en constructie- werkplaatoen is vermeerdering van werk hier en daar wel voorgekomen, al wordt daardoor toch geenszins de hoogst ongunstige indruk weggenomen, welke men verkrygt by het overzien van deze bedryfstakken in hun ge heel, waarby dan naast de vaak onverander de slapte ook gevallen van nog verderen achteruitgang niet afwezig blyken. Opbrengst P.T.T. over vijf maanden. De diensten der P. T. en T. hebben over de maand Mei 1933 opgebrachtposterijen 3.037.699 245.424 minder dan vorig jaar en 226.401 minder dan de begrooting). Te legrafie 402.456 23.180 minder dan vorig jaar en 29.606 meer dan de begrooting). Telefonie 2.092.003 26.742 meer dan vorig jaar en f 93.103 meer dan de begrooting). Postchèque- en girodienst ƒ269.509 23.053 meer dan vorig jaar en 12.609 meer dan de begrooting). Voor de eerste vyf maanden te zamen be droeg de opbrengstposteryen 14.875.481 928.757 minder dan vorig jaar en 778.319 minder dan de begrooting)Telegrafie 1.733.359 (f 191.939 minder dan vorig jaar en 41.941 minder dan de begrooting). Tele- de tribune gekregen en stond eveneens in afwachting van de dingen, die komen zou den, naast een kennis, die zyn best deed hem geheel op de hoogte te brengen van al het nieuws in het garnizoen, ofschoon hy hier maar naar luisterde met een half oor, want heel zyn aandacht werd in beslag genomen door het gadeslaan van de officieren, die voorby trokken. Ineens vroeg hy „Hoe heet de officier, die daar nu juist vóorbij rydt met die monocle in het oog Het was het origineel van het portretdat kon niet anders. „Die?,... O, dat ls de adjudant van de East-Mercia's, kapitein Lauderdale, Een knappe kerel, hè „LauderdaleWat beduidde dat nu weer, dacht Vyvian. „Ja, Lauderdale. Hy is de gelukkige bezit ter van een heel mooi en aardig nichtje, die pas hier bij een familie gelogeerd heeft. Ze moet heel wat harten gebroken hebben, als de geruchten de waarheid spreken. Maar er wordt verwacht, dat zy binnenkort officieel verloofd zal zyn, ofschoon ze by haar trou wen dan toch niet van naam veranderen zal." „Maar dat is niet mogeiykklonk het onwillekeurig van Vyvian. „Neen Toch is het zoo. Hier vlak bij ons zit een jonge dame, die je er zeker wel meer van kan vertellen. Miss Lauderdale heeft namely k by na. den heelen winter by de fa milie Waring gelogeerd. Miss Waring", wendde hy zich nu tot Cora, die in druk ge sprek was met een zee-officier, „mag ik u fonie 9.842.610 49.144 meer dan vorig jaar en 55.610 meer dan de begrooting). Postchèque- en girodienst 2.416.808 169.603 meer dan vorig jaar en f 221.208 meer dan de begrooting). Arm Duitschland. Onder dit opschrift bevat „de Nederlan der" een hoofdartikel, waaruit wij het vol gende overnemen Het is wel een heel droevig schouwspel, dat onze Oosterburen ons te zien geven. Het land, dat eenmaal baanbrekend was in velerlei opzicht en dat wij altyd dankbaar zullen blijven voor de geestelyke schatten die het ons gebracht heeft, dreigt onder te gaan in barbarisme. Ook de Christelyke kerk is in gevaar. Een predikant schreef onlangs„Wij na- tionaal-socialisten weigeren een kerk te be treden, waarin het Oude Testament nog als een heilig boek geldt. De nationale eenheid moet worden bekrachtigd door een geloof dat het Oude Testament verzaakt." De „kerk", die deze predikant nog wenscht te betreden, zal straks in haar liederenbun del kunnen opnemen„Rampzalig hy, die in dit leven Jacobs God ter hulpe heeft." Ook het Nieuwe Testament zal niet kun nen worden gehandhaafd. Het „uit éénen bloede" van Hand. 17 wordt ter zijde gesteld voor een heidenschen rassencultus. Het schoone woord van den Engelschen Christensocioloog Kingsley„Wy moeten ons geslacht tot God kunnen uitrekenen om in alle menschen broeders te zien", wordt in het moderne Duitschland vervangen door het paroolvoer uw stamboom niet zoo hoog op, opdat de broederschap niet te vèr reike. Tyden van geloofsvervolging komen naby. We vernamen van vrome Christenen, aan wie hun maatschappelyk beroep onmogelyk gemaakt werd, omdat hun geweten hun ver bood zich bij de nationaal-socialisten aan te sluiten. Wat nog verder te wachten staat, indien voor de S.A.- en S.S.-mannen nieuw werk moet worden gezocht, valt niet te voorspel len. Vele verschynselen wyzen er op, dat de geesten uit den afgrond, die de leiders heb ben opgeroepen, door dezen niet meer in be dwang kunnen worden gehouden en dat het gevaar van een „Duitsch bolsjewisme" aller minst denkbeeldig is. Het is de rampzalige wereldoorlog, die eerst het lichaam van dit ongelukkige volk heeft gedood en die nu zyn ziel heeft aan getast. Laat ons ter wille van Duitschland* en van de wereld hopen, dat nog tydig uitkomst dage. DE A. N. W. B. In de Zaterdag a.s. te Amsterdam te hou den algemeene vergadering van den A.N. W.B„ Toeristenbond voor Nederland, zal het 50e jaarverslag worden uitgebracht. Daaraan is het volgende ontleend Het Is voor den samensteller van het vyf- tigste jaarverslag van een vereeniging wel heel verleidelijk, zich daarbij te wagen aan een historischen terugblik over de afgeloopen halve eeuw. Maar de overweging, dat zulk een terugblik op de geschiedenis van den A.N. W.B. de afmetingen van een lyvig gedenk boek in plaats van die van een simpel jaar verslag zou aannemen, doet ons weerstand bieden aan die verleiding en dwingt tot de beperking, welke wy ons by de opstelling der jaarlyksohe overzichten steeds hebben opge legd. Toch is het moeilyk, by het ordenen der gegevens voor dit verslag niet een enkele maal toe te geven aan den drang om althans eenige vergely kingen te maken, vergelijkin gen tusschen het eerste en het vyftigste ver slagjaar, tusschen het werk van een pas op gericht bondje met, aan 't einde van het eer ste jaar, 399 leden en dat van een lichaam met rond 100.000 leden. En dan brengt die vergelijking ons er niet alleen toe, iets te con stateeren hetgeen" wy allen eigenlyk wel we ten en konden verwachten, nl., dat het toen allemaal heel anders toeging dan nu, neen, wy constateeren tevens het vermeldenswaar dige feit, dat de denkbeelden van de bonds- MEDEDEELINGEN VAN ONZE ADVERTEERDERS. Ovaline kachelglans in doosjes en tuben. De Vereenigde Chemische Fabrieken te Nbmegen zyn de eenigste speciaal-fabriek van kachelglans hier te lande. 'Er wordt in ons land veel kachelglans verkocht onder Ne- derlandsch etiket. Wanneer men kachelglans, andere dan Ovaline, koopt, is het zoo goed als zeker dat men een buitenlandsch fabrikaat koopt, al staat op de verpakking met dikke letters een Hollandsche naam gedrukt. Alleen is verzuimd voor dien naam te zetten„Im porteur". leiding over de groote lynen, waarlangs het bondswerk zich zou ontwikkelen, van de op richting af op belangrijke punten onveran derd zijn gebleven, al pasten zij zich logisch aan bij de voortschrijdende ontwikkeling van het toerisme. Reeds in de vergadering van 5 Augustus 1883, een maand na de oprichting, kwam de opvatting om het wedstrijdwezen toch vooral niet de eerste plaats te doen innemen zóó sterk naar voren, dat besloten werd, dat ge deelte van het reglement, betreffende de wedstryden, achter de andere gedeelten te plaatsen. Op zijn vyftigsten verjaardag is „het Ne- derlandsch© Vélocipèdisten Bond", nu een lichaam geworden, dat wel een zeer eigen re putatie bezit in ons land (en ook daarbui ten), een reputatie, welke de bond dankt aan zyn algemeene bekendheid, zijn werk en zyn krachtige positie, maar welke hem ook wel eens verplichtingen van zeer uiteenloopenden aard oplegt. Het wordt langzamerhand bijv. haast als vanzelfsprekend aangenomen, dat de vele nieuwe wegen en wegomleggingen, waarmee ons land de laatste jaren verrijkt wordt, di rect voorzien worden van de wegwyzers uit het bekende systeem der blauw-witte uitslui tend door den bond bekostigde palen en nie mand vraagt zich blykbaar dan af of de bond, die deze wegwijzers betaalt, daar wel op gerekend heeft by de begrooting zijner uitgaven. Overgaand tot een recapitulatie van het geen het afgeloopen 12 maandelijksch tijd perk bracht, moeten wij wel allereerst spre ken over ons ledental. Reeds twee jaar gele den werd de verwachting uitgesproken, dat de bond bij de herdenking van zijn 50-jarig bestaan het ronde getal van 100.000 leden zou hebben bereiktintusschen nam de econo mische crisis in hevigheid toe, vele trouwe bondsleden moesten om financieele redenen hun lidmaatschap beëindigen en elk jaar op nieuw had de ledenwerving de taak, eerst de geleden verliezen aan te vullen, eer aan eenigen groei gedacht zou kunnen worden. Dit jaar heeft een nieuwe krachtsinspanning, waarvoor veler steun verkregen werd, inder daad een extra-aanwas van beteekenis tot resultaat gehad, en het beloofde land was op het oogenblik, dat dit verslag samengesteld werd, reeds in zicht, maar toch nog niet be reikt. Ons ledental op 1 Juni, den datum welke steeds in onze jaarverslagen als maat staf genomen is, bedroeg nl. 96.488 tegenover 92.912 op 1 Juni 1932, Dank zy veler medewerking zal het zeker gelukken, de mijlpaal der 100.000 leden op het moment, dat de bond zb'n jubileum herdenkt, te bereiken, intusschen pleit het wel voor de algemeene sympathie, waarop het bondswerk mag bogen, dat ook in deze tyden honderden leden per week konden worden ingeschre ven wy zetten onze propaganda dan ook onverdroten en onverzwakt voort, eerst naar de 100.000 en dan weer verder J Was het vorige jaar het tastbare resultaat de toetreding van 2100 nieuwe leden, dit jaar traden tot op 1 Juni reeds ruim 1700 nieuwe leden toe, zoodat het totaal niet ver beneden dat van verleden jaar zal blyven. Evenals in het vorige jaarverslag kan ook ditmaal melding gemaakt worden van een stygende belangstelling voor het toerisme binnen de landsgrenzen, gevolg zoowel van de verminderde koopkracht der vacantiegan- gers als van de gevoerde propaganda en de onzekere toestanden in verschillende vroeger veel bezochte 1 ar den. voorstellenmr. Vyvian. U zult hem wel wat kunnen vertellen van het nichtje van kapi tein Lauderdale, is niet „Jocelyn Lauderdale en ïk zyn goede vriendinnen. Zij heeft een heelen tyd by ons gelogeerd en is nu pas een paar weken gele den vertrokken. Kent u haar Hoe eigen aardig „Ja, ik ken haar." Cora vond, dat die mr. Vyvian dan al een byzonder saai mensch was. Hy zei geen woord meer dan noodig was en ze was ge woon, dat de heeren haar veel aandacht en oplettendheid schonken. „Zij is een nichtje van kapitein Lauder dale, niet waar vroeg degene, die hen aan elkaar voorgesteld had. Maar nu zal de band nog wel inniger worden, naar algemeen ver wacht wordt. Hy is gelukkig te achten, als dit zoo wezen mocht 1" „Ja, dat is hy ook, want het is nog wel niet publiek, maar het komt er wel van. Me dunkt, als zij z'n ring om den hals draagt, dan kan dit toch wel niet anders beduiden." Vyvian gaf echter zoo weinig antwoord op het geanimeerd gebabbel van Cora, dat die ten slotte het hoofd afwendde en verder uitsluitend praatte met den jongen zee officier. Sir George Rastler, degene, die Vyvian de plaats op de tribune had bezorgd, dacht, dat hy zich soms niet wel voelde, zóó stil en af getrokken was hy. Maar, daar hy hen vol komen berekend achtte, om voor zichzelven te zorgen, mocht dit zoo wezen, ging hij zich ook verder verdiepen in een levendig ge sprek met een dame, die zyn gezelschap meer waard leek. Toen het militair vertoon eindeiyk afge loopen was, wendde sir George zich tot Vy vian en zei „Nu, ik groet je, man. We zullen elkaar wel gauw weer eens zien." En zoo begaf ook Vyvian zich op den te rugweg, of eigenlyk kan men dit niet zeggen, want hy liep werktuigelyk voort, volstrekt niet in zich opnemend de beelden, die zijn oog troffen, maar niets anders vóór zich ziend, dan de twee, waarvan zijn geest ver vuld was. Haar neef IDie verrader, die moorde naar was haar neef En moest die nu maar vry blyven rondloopenMaar als men hèm trof, dan trof men tegeiyk héér. De oneer, die Vyvian zelve met zooveel moeite gedragen had, moest dus overgebracht v/orden op haar En nog veel meer leed Launcelot in dat oogenblikdie achteloos uitgesproken mede- deeling van Cora Waring had het schoonste uitzicht zyns levens vernietigd. De man, die Jack ten val had gebracht, was niet alleen haar neef hy was haar verloofde Was het mogelijk dat het jonge meisje, dat enkele maanden geleden toch zeker voor hèm gevoeld had, haar genegenheid in zoo korten tyd op een ander had overgedragen?.,.. (Wordt vervolgd.).

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1933 | | pagina 5