TWEEDE BLAD
BRIEVEN UIT DE HOFSTAD
FEUILLETON
De Twee Machten in het Leven.
VAN AMSTEL EN IJ
Uit de Vlissingsche Courant
van vóór 50 jaar.
INGEZONDEN STUKKEN
van de
Zaterdag 10 Juni 1933. No. 135.
Politieke strijd. Andere strijd.
Het schijnt, gelijk uit een mededeeling van
den burgemeester is gebleken, in de bedoeling
te liegen eens een einde te maken aan de
manie van vlaggen en emblemen voor poli
tieke partijen. Of daar ook het uniform on
der zal vallen, is er niet bij verteld. Men
weet, dat ook in de Tweede Kamer dit punt
is aangeroerd.
Waar dat nieuwe snufje vandaan is geko
men, weet ieder. Het was tot nu toe geen
gewoonte dat men aan zijn jas toonde wat
voor politieke gezindheid men er op na hield.
Sedert in den politieken strijd een vechtjas
element is binnen geslopen, heeft men on-
derscheidingsteekens willen invoeren. Het
gevolg is geweest dat er een soort legertjes
ontstonden, die van een vechtpartijtje hee-
lemaal niet afkeerig zijn.
In den goeden ouden tijd raakten ook wel
eens een paar heetgebakerde propagandisten
met elkander slaags. Wij herinneren ons uit
lang vervlogen jaren een nachtelijk gevecht
tusschen „plakkers" van verkiezingsbiljetten,
waarbij de stijfsel door de lucht vloog en de
kwasten als wapens dienst deden. Na afloop
van politieke vergaderingen was er ook wel
eens een relletje, maar thans is relletjes ma
ken min of meer een georganiseerd bedrijf
geworden. Dat is natuurlijk minder ge-
wenscht. Het is alleen typisch, dat de partij,
die oudtijds het meest op relletjes gesteld
was, thans het krachtigst tegen dezen mo
dernen vorm van daadwerkelijke politiek op
komt. Zoo herhaalt de geschiedenis, zij het
dan met eenige variatie, zich. -
Het zal niet gemakkelijk zijn om ieder em
bleem te verbieden en te vreezen valt, dat de
vindingrijkheid der jeugdige politici grooter
zal zijn dan de scherpzinnigheid der gemeen
telijke juristen om bepalingen daartegen te
construeeren.
Op dit punt heeft de gemeente al ervaring
opgedaan met haar strijd tegen de zgn.
snorders-auto's. Wij hebben indertijd het
artikel meegedeeld dat werd ontworpen om
iedere kans van snorren tegen te gaan. Tot-
in finesses was alles aangegeven iedere
aanduiding dat de auto een huur-wagen was,
was verboden. De kantonrechter heeft echter
met al die bepalingen geen rekening willen
houden. Hij stelde zich op hèt standpunt dat
zoolang van den chauffeur geen directe aan
bieding tot verhuren uitgaat, van te huur-
stelling geen sprake is. Wederom zijn eenige
chauffeurs vrijgesproken en daarmede is de
verordening waardeloos geworden. De ge
meente heeft zich niet te bemoeien met het
uiterlijk van een auto en het al of niet aan
wezig zijn van instrumenten als een taxi
meter enz. Zij kan het te huur aanbieden
verbieden, maar dan moet er een daad zijn die
van den verhuurder uitgaat. Een chauffeur,
die vóór een café gaat staan en rustig af
wacht of wellicht een bezoeker, die het café
verlaat, komt om den wagen te huren, doet
niets strafbaars.
Het is eveneens de vraag of men het dra
gen van onderscheidingsteekens, zelfs van
een bijzonder costuum, zal kunnen strafbaar
stellen. Het aanbrengen van vlaggen en uit
hangborden kan men desnoods verbieden,
maar men zal toch moeilijk kunnen tegen
gaan dat iemand aan de binnenzijde van zijn
raam iets tentoonstelt, indien dit niet aan-
stootelijk is te achten. Men zal ook moeilijk
kunnen tegengaan dat iemand zijn huis in
een bepaalde kleur verft.
Veel heil van wettelijke ingrijping is niet
te wachten. Paedagoog is altijd een ongeluk
kige rol voor de overheid.
De politiek is eenigermate aan het verru
wen en daar is rechtstreeks niet veel aan te
Naar het Engelsch.
18)
„Konden mijn lippen maar de tolk zijn van
hetgeen er in- mij omgaat l"
Dokter Hawkes, die verbaasd was, dat hij
Jocelyn niet meer in de hall zag en die nu
een lichtstreep waarnam onder de deur van
de bibliotheek, trad daarheen.
„Eéns zal ik een naam dragen, die bevrijd
is van alle smetten. Eéns zullen wij elkaar
weer ontmoeten", had Launcelot nog juist de
gelegenheid te zeggen.
Ze drukten elkaar de hand en toen trad de
dokter binnen en zei tot Jocelyn
„Zoo. Dus daar is u, miss Lauderdale U
vertelt zeker aan mr. Vyvian, dat ik u mee
neem naar mijn vrouw Dat vindt u toch
wel goed, mr. Vyvian Het leek mij het beste
in de gegeven omstandigheden. Wij zullen
goed zorg dragen voor de jongedame. Mocht
er soms iets met het salaris niet in orde zijn,
terwijl daar nu natuurlijk uw hoofd niet naar
staat, dan zal ik er wel zoo lang vopr zorgen.''
Jocelyn kreeg een kleur en Launcelot sprak
een paar woorden van beleefden dank.
Het volgend oogenblik hoorde zij de zware
deur achter zich dichtslaan en daarmee was
een periode in haar leven afgesloteneen
gelukkige tijd van vreedzaam zich nuttig
doen. Men heeft de jeugd in de politiek ge
haald en dat is een bedenkelijk ding. Dat is
ook de schuld van de onderwijs-organisatie,
die eigenlijk op politieke tegenstellingen is
ingesteld, aangezien de theologische, waarop
ze heet te berusten, in ons land samenvallen
met de politieke. Oogst men dus eigenlijk
niet, wat men zelf gezaaid heeft?
Om nog eens even op die taxi's terug te
kernen. Het is merkwaardig zooals het aan
tal ondernemingen daarvan zich uitbreidt.
Voortdurend vindt men circulaires in de brie
venbus waarin weer een nieuwe wordt aan
gekondigd. De prijzen dalen voortdurend,
reeds wordt aangeboden voor acht cent per
kilometer. Bovendien is men vaste tarieven
gaan instellen voor vaste trajecten en ook
die zijn heel laag.
Naar de kranten meldden komt- er nu een
dienst, die uit het midden van Den Haag
naar Scheveningen vervoert voor één kwart
je. Dat zijn dan wagens die maar voor twee
passagiers zijn ingerichtklein dus en vooral
goedkoop in het benzine-verbruik. Alle ver
schil in prijs tusschen dag en nacht is afge
schaft en dat vooral is een voordeel. Degene
die er de stroppen bij haalt is de tram. Ook
door die goedkoope nachtdiensten. Wie vroe
ger zeker er op aanstuurde om met het laat
ste trammetje naar huis te gaan, bekommert
zich daar nu niet meer om, want een taxi is
maar een beetje duurder en die staat ieder
oogenblik gereed voor het vervoer.
Het vervoer per tram, dat verleden jaar
ook met één millioen passagiers per maand
daalde, gaat nu daarenboven weer met een
half millioen achteruit, zoodat bijvoorbeeld
de opbrengst over Maart 60 duizend gulden
minder bedroeg dan verleden jaar, toen het
ook al meer dan dat bedrag was gedaald.
Inderdaad, men staat verstomd over deze
enorme cijfers, die onrustbarend worden en
de vraag doen rijzen, wat hier onmiddellijk
moet geschieden.
De cijfers van den bevolkings-aanwas loo-
pen nu ook achteruit, d.w.z. er is altijd nog
een toeneming, maar die vermindert den
ïaatsten tijd geregeld, zoodat daaruit ook
valt te vermoeden, dat men hier niet vindt
wat velen elders hoopten, nl. arbeid.
De werkloosheid ondergaat eenige vermin
dering, *die voor een goed deel aan het sei-
soen is te danken. Overigens is het daarmede
nog alles behalve best gesteld. Daar komen
wy in jaren en jaren niet van af, een slecht
vooruitzicht, waaraan helaas niet te ontko
men valt. Het is de grootste puzzle en tot
nu toe schijnt de Nederlandsche bevolking
dit niet in te zien. EIBER.
Jodenvervolging. Amsterdamsche
zorgen v. d. vluchtelingen. in 't
centraal gebouw. Joodsche solida-
Yiïext. Een 'pirs! (i—'
ding Douioes-plan. Èen chaos in de,
diaiiiantnij verheid.
't Is nu al weer een aantal jaren geleden,
maar we herinneren ons nog levendig de
treffende rede, door opperrabijn Wagenaar
bij de opening van het Centraal Israëlitisch
Krankzinnigengesticht uitgesproken
„Ge zult u verwonderen" zei dr. Wage
naar toen ongeveer „hier zulk een groot
complex van gebouwen te vinden, een zoo
groote en groofcsche stichting voor de krank
zinnigen en geestelijk zwakken van een zoo
klein deel der bevolking. Maar vergeet niet,
dat het Joodsche ras door alle eeuwen aan
vervolgingen heeft bloot gestaan, dat het be
laagd en opgejaagd is als geen volk ter we
reld en dat deze vervolgingen hun funesten
invloed op het ras niet hebben gemist. Van
daar dat geesteskrahken, dat krankzinnigheid
en soortgelijke kwalen inzonderheid het Jo
dendom zoo geweldig teisteren".
En dan in 1933 te moeten denken dat we
ondanks religie, cultuur, beschaving en litte
ratuur in geen land ter wereld.zijn boeken
en kranten zoo goedkoop en gemeen goed ge
worden dan in Duitschland en zelfs on
danks de harde lessen van den wereldoorlog,'
bij onze naburen aan de Oostgrens nog af-
tandsche begrippen omtrent rassenverschil
worden gevonden
De talrijke groepen réfugié's, die we iederen
maken.
Maar zij wist zeer goed, wat rijn laatste
v/oorden tot haar beduidden. Zij wist, dat
wat hij ook tot haar gezegd mocht hebben,
als hij zich niet geremd had gevoeld hij
zich niet zou uitspreken, eer zijn naam te
genover de wereld zou bevrijd zijn van de
smet, die er op rustte.
Met iedere schrede, die zij nader kwam tot
het doktershuis, ging zij tegelijk verder van
Merlinen die gedachte was haar onuit
staanbaar.
De Hawkessen waren heel lief voor haar,
Na al de vermoeienissen en de aandoeningen
van dien dag werd zij vroeg naar bed ge
stuurd en vond een knappend vuurtje op
haar kamer.
Wat de vriendelijke gastvrouw zeker niet
gedacht had haar logée zette allereerst
het venstér open en keek vol verlangen uit
naar ieder lichtje, dat zij van Huize Merlin
meende te onderscheidenen zóó lang bleef
zy turen, tot ze ten laatste huiverend en
door en door verkleumd het venster sloot.
Laat op den avond van den volgenden dag
verliet de kleine lijkstoet van Merlin het
station. Jocelyn kon hierbij niet tegenwoor
dig zijn, want zij lag te bed met een zware
gevatte koude.
Adela Muncaster had haar geschreven, dat
zij natuurlijk dadelijk weer op de pastorie
haar intrek moest nemen en zoo was Jocelyn
al onderweg naar Befford, eer Launcelot
Vyvian teruggekeerd was uit Wales. Hij
tfcracht toen nog slechts één nacht op Merlin
dag weer in onze straten ontmoeten, dreven
ons gisteren als vanzelf naar de Schipper-
straafc, naai- het centraal gebouw, vanwaar
thans het belangrijke werk onder de uit
Duitschland verdreven Joden uitgaat.
We.vonden er dr. Herzberger, de ziel en
voornaamste organisator van deze hulpactie,
en konden ook nog even zijn enthousiasten
medewerker, professor D. Cohen, ons van
vroeger reed. bekend door zijn arbeid onder
de Joodsche landverhuizers, de hand druk
ken.
Er is in deze dagen van overstelpende druk
te geen tijd voor het toestaan van inter
views de zich van oogenblik tot oogenblik
aanmeldende vluchtelingen, waaronder thans
vooral intellectueelen, eischen den geheelen
mensch, veroorloven den werkers in dit ge
bouw geen minuut om zich met andere be
zoekers bezie te houden.
Toch beloofde ons dr. Herzberger in de a.s.
week, wanneer het comité zal hebben verga
derd en de plannen voor de vervolgactie
men staat hier telkens voor nieuwe proble
men, zal zijn vastgesteld', een meer gedetail
leerde uiteenzetting van het werk te zullen
geven.
Zooals we reeds opmerkten is het ruime
gebouw in de Schippersfcraat (nabij Prins
Hendrikkade) nu het centraal punt der Jood
sche hulpactie, vanwaar rok alles wat het
werk aangaat wordt geadministreerd.
Men zou zich in dit gebouw met zijn be-
stuurszaal, zijn diverse spreek- en wachtka
mers, loketten en Duitsche opschriften in een
scheepvaartbureau of hoofdkantoor van een
fabrieksanstelling wanen.
Het „Komité für Judische Fluchlinge" aan
den ingang, laat echter geen twijfel aan de
werkelijke bestemming van het gebouw over.
Eenige voorkomende Amsterdamsche stu
denten nemen de wacht waar. Ze houden zich
onafgebroken met hun Duitsche bezoekers
bezig, geven hun vluchtige inlichtingen, di-
rigeeren ze in bepaalde{! gevallen naar ver
trekken van comitéleden en zijn daarbij zelfs
zóó ambitieus-verdiept in hun werk, dat ze
den fietsjongen van den Amsterdamschen
Kantoorboekhandel in het' Duitsch naar het
doel van zijn komst vragen.
Waarop deze in heel correct Hollandsch
Duitsch antwoordt„Ik kan uwe nicht goed
versteen, meneer".
„Wir bitten dringend urn Ruhe", lezen we
in een der corridors, maar het geloop en ge
draaf in de gangen, het eindeloos gerinkel
van de telefoon en ratelen van de schrijfma
chines, het komen en gaan van vluchtelingen
spot met deze bede.
Met geldmiddelen van het comité, dat zich
momenteel voor groote uitgaven ziet ge
plaatst, schijnt het deze week al bijzonder
schriel gesteld.
Hoewel de letters van het desbetreffend
affiche en het Duitsch aan duidelijkheid niets
te wenschen overlaten, wprdt het door groe
pen immigranten toch opyallend langzaam
gelezen. „Wegen Geldmangel kann in dieser
^Wpche^en? T^cfypngeld^und kejn ly&sphe-.
geld, ausgegeben werden"*. M.a.w. wegens
geldgebrek deze week geen zak- of waschgeld
beschikbaar. -
Het centraal gebouw is dan ook geen asyl.
Wei worden vandaar uit adressen van hei-
bergzame Joodsche particulieren en logeer
gelegenheden aangewezen, eventueel tijdelijk
door het comité bekostigd, raad verschaft,
voor geleide of introductie gezorgd en den
réfugié's verder in alles ter zijde gestaan.
Tijdens ons bezoek zagen we zelfs een 13
a 14-jarigen jongen een der comitévertrek-
ken binnenleiden. Een Duitsche vrouw ver
telde ons dat de jongen zijn vaderland was
ontvlucht, bevreesd het lot te zullen onder
gaan van dén 12-jarigen Grünewald, een
Joodsch gymnasiast, die zgn. per ongeluk
door een Nazi was doodgeschoten.
Men ontkomt in dit centraal gebouw dan
ook niet aan den indruk dat er door de Jood
sche vervolgden in Duitschland onnoemlijk
veel geleden is en nog geleden wordt, dat er
zelfs Jodenmishandelingen van recenten da
tum zyn, en dat alles ondanks de gerust
stellen démenti's van herr. Goebels.
't 3s alles jammer en ellende wat men van
de vervolgden verneemt, en met eenige men-
schenkennis neemt men ook waar, dat deze
bannelingen noch liegen noch overdrijven.
Zooals we onlangs al eens opmerkten,
wenscht de Amsterdamsche hulpactie het
verblijf der vluchtelingen hier te lande aller-
door en heel laat op den avond had hij daar
zijn zaken geregeld.
Hij had zijn bagage laten pakken en ver
trok niemand wist waarheen. Ofschoon
oude Rachel den naam „Malta" uitspelde op
zijn valies, zei dit haar niets en geen van de
andere bedienden maakte zij deelgenoot
hiervan de geheimen van „master Launce
lot" waren de hare niet en ze zou ze weten
te bewaren
Adela Muncaster ontving Jocelyn met open
armen.
„Nu, kindje, zal je toch wel genoeg hebben
van dat zonderling ondernemen, om gezel
schapsdame te spelen, is 't niet Nu blijf je
toch zeker den heelen zomer bij ons En
dan zal ik af en toe hier eens iemand invi
teeren ter eere van jou."
Mèt dien „iemand" bedoelde Adela in de
eerste plaats Jocelyn's neef Roger, want dat
ae jongelui een paar moesten worden, stond
nu eenmaal vast bij de domineesche.
„Verbazend vriendelijk van je, Adela, maar
je moet het mij niet ten kwade duiden, als
ik je vertel, dat ik den Warings heb ge
schreven, of ik daar een tijdje mag komen.
Ze hebben mij al zoo dikwijls gevraagd en ik
geloof, dat het aan de Zuidkust nu heerlijk
zal zijn."
„Waar wonen de Warings dan?.... O
maar ik vind 't eigenlijk allerellendigst, dat
je nu weer zoo gauw hier zoudt weggaan
Ik had zóó gehoopt, dat je maanden lang bij
ons blijven zou, nadat je zoo lang in Caer-
•leon bent geweest."
Vóór hei zonnebad
eerst de huid inwrijven met
„Zij"-crême of „Zij"-olie. Dat
voorkomt zonnebrand en
Uw huid wordt tevens,
prachtig gebruind.
minst te bevorderen. Integendeel wordt hun
de doorreis naar Polen. Zwitserland enz. fi-'
nancieel mogelijk gemaakt. Natuurlijk ook
naar Palestina, het land der vaderen, waar
voor de tusschenkomst van het Keren Haje-
sod noodig is. Dit reikt hiervoor het toela
tingscertificaat uit, nadat door gegadigden
aan de eischen hiervoor is voldaan, eischen
die nog al bezwaarlijk moeten zijn.
De hulpactie heeft dus een tijdelijk karak
ter evenals de gelegenheid tot recreatie.
Deze week bijv. wordt in de Zwanenbur
gerstraat een speciaal voor de vluchtelingen
bestemde bibliotheek geopend, elders, o.m. in
de Sarphatistraat, vinden ze gelegenheid
tot conversatie en kamerspelen.
Onlangs merkten we op de sportterreinen
aan den Middenweg zelfs een athletiek- en
voetbalclub van Joodsche vluchtelingen op.
Een ruim clubhuis bleek voor hen in aan
bouw. Wat deze Duitsche sporters in het bij
zonder typeert en hun in onze Noorsche
Meimaand wel niet zal meegevallen zijn is
de absentie van een shirt. Zij speelden vrijwel
allen in geen ander kleedingstuk dan een
badbroek.
Uiteraard hebben onze réfugié's ook hun
eigen pers. Aanvankelijk werden veel onder
hen gelezen eenige te Parijs en Praag ver
schijnende bladen van uitgeweken Duitsche
republikeinen. Thans, nl. sedert begin Juni,
beschikken hier de Duitsche vluchtelingen
over een eigen geïllustreerd orgaan „Die In
formation", onder directie en redactie van
Erich W. Abraham, vroeger verbonden aan
de Berlijnsche pers. Deze uitgave wordt ver
zorgd door de Holl. Uitgevers-maatschappij
Gutenberg, alhier. Aan het blad verleenen
verder bekende Duitsche letterkundigen, me
dici, economisten en juristen hun medewer
king.
In no. 2 van „Die Information" trok onze
aandacht een interview met Richard Tauber
die hier thans galavoorstellingen geeft en
waarin deze meedeelt voor eerst niet meer in
Duitschland te willen zingen. Alleen zal hij
zijn verplichtingen tegenover eenige gramo-
foonmaatschappijen aldaar nakomen.. Tau
ber maakt vervolgens een wereldtournee. Hij
vertelde den interviewer neg dat zijn voor
ouders van vaders zijde Joden waren. Per
soonlijk is hem nergens van antipathie ge
bleken. In België heeft men hem zelfs geest
driftig gehuldigd. Waaruit Tauber terecht
concludeert, dat de kunst en kunstenaars tn-
,,te?nationaal.zijn.
Actie baart reactie. Er is nu ook vanwege
.het comité tot afweer van het antisemitisme
een geïllustreerd weekblad, „Waak" getiteld,
verschenen, dat opzienbarende onthullingen
doet over Jodenmishandeling en idem moord
in Duitschland, zelfmocrdlysten publiceert
enz. De voorpagina bevat een groote plaat
Hitler in fluistergesprek met den Dood, nadat
de „Führer" hem zelfmoordwapenen in de
hand heeft gedrukt. Het onderschift luidt
„Mijn Onbekende Soldaat".
Het is zeker wel opmerkelijk, dat Neder
land nu reeds voor de tweede maal na den
wereldoorlog asyl verleent aan Duitsche
vluchtelingen, eerst aan den Duitschen keizer
en den kroonprins, thans onder zoo geheel
gewijzigde toestanden aan de door de Nazi's
vervolgde Joden.
Wat deze Ïaatsten betreft zyn we na een
meer dan oppervlakkige kennismaking met
den arbeid van het „comité voor Joodsche
vluchtelingen" tot de conclusie gekomen, dat
het een buitengewoon menschlievend werk
verricht, waarvoor het den dank en steun
verdient van alle rechtgeaarde Nederlanders.
De heer Douwes (anti-rev.) schijnt on
danks zijn tegenwoordige impopulariteit in
de kringen zijner partij genooten, die gaarne
hadden gezien, dat hij eigener beweging voor
den van links verkregen wethouderszetel had
bedankt, populair te zullen worden in de
„De Warings wonen in Southsea."
„Southsea Dat maakt immers deel
uit van Portsmouth? Daar ligt het East-
Mercia-regiment op het oogenblik."
„Ja Cora Waring schrijft, dat ze vèel of
ficieren daarvan kennen en dat die druk bij
hen komen."
„Ze is toch zeker meer gesteld op Roger,
dan ik zqlfs wel gemeend heb", dacht Adela
en hardop zei ze
„Nu, kindje, je moet natuurlijk geheel doen
zooals je zelve wilt. Je weet, dat we het altijd
heerlijk vinden, je hier te hebben. Maar an
dere vrienden hebben ook recht op je en ik
gun je toch zoo van harte een vroolijken tijd
in Southsea. Het moet een prettige plaats
zijn, heb ik gehoord en de bevelvoerende
admiraal is nog een neef van Horace. Ik zal
zijn vrouw over je schrijven. Het East-Mercia
regiment geeft zeker wel een bal
„Ja, dat denkrik wel."
Op die lange reis van Monmouthshire naar
Southsea was er een besluit bij Jocelyn gaan
vaststaan. Zij was ervan overtuigd, dat haar
geluk alleen daarvan afhing, of Launcelot in
staat zou zijn, de onschuld van zijn broer te
bewijzen. En daar zou zij hem bij trachten te
helpen. De eerste stap in die richting zou
zijn, dat zy naar Southsea ging en daar
iedere bijzonderheid van de tragedie zou zien
te weten te komen.
Daarom had zy dan ook aan de Warings
geschreven. Cora Waring en zy hadden elk
aar goed gekend, toen ze nog „enger waren
(en Jocelyn was meer dan eens bij de familie <1
23e week 1883.
Ook de Eerste Kamer heeft het wetsont
werp bekrachtigd waarbij aan de gemeente
Vlissingen in onderhandschen verkoop wor
den afgestaan de voormalige vesting- en ka-
naalgronden benoorden de stad en bewesten
het kanaal door Walcheren.
Bovendien werden aan de gemeente eenige
wegen kosteloos afgestaan, terwijl de Kon.
Mij. „De Schelde" door onderhandschen aan
koop eigenares is geworden van een stuk
grond bij het arsenaal alhier.
Op 8 Juni werd in tegenwoordigheid van
burgemeester Smit, door diens zoontje de
eerste steen gelegd van het schoolgebouw, dat
op de Groote Markt verrijzen zal.
Terwijl men tevens buiten de voormalige
Duinpoort bezig is de fondamenten van
school F te leggen, is nu de schoolbouw in
vollen gang en verschaft deze met het tal
van verbouwingen van andere perceelen te
dezer stede overvloedig werk aan den hand
werksman.
Met de verhooging van het terrein aan de
tweede binnenhaven alhier is deze week een
aanvang gemaakt.
De nieuwe mailboot voor de stoomvaart
maatschappij „Zeeland", die binnenkort in
dienst zal worden gesteld, zal in plaats van
„Prinses Wilhelmina" zooals aanvankelijk
was bepaald, thans, naar wijlen den kroon
prins, den naam dragen van „Willem, prins
van Oranje".
kringen die hem politiek tegenstaan. Het
Douwes-plan toch is na langdurig geconfe-
reer en niet zonder strijd in den A. N. D. B.
zoodanig uitgebreid, voorloopig althans, dat
ook de kleine diamantsoorten van de firma
Asscher daaronder vallen. Nadat de firma
gedreigd had dit deel harer nijverheid naar
België te verplaatsen.
De tegenstand in de A. N. D. B. slechts
ten deele overwonnen geldt de loonsver
laging die deze uitbreiding van het D.-plan
tot gevolg zal hebben. Onze gemeente supple-
teert nu ook de lagere loonen in een tot dus
ver nog op peil gehouden branche in de dia
mantindustrie.
Men voelt lichtelijk waar het hier om
gaatprincipe. Men beweegt zich met deze
verlaging op een hellend vlak.
Blijken de gemeentefinanciën op zekeren
dag niet meer toereikend voor verdere sup
pletie of annuleert de regeering deze, dan
wordt de loonsverlaging eerst effectief en zal
het niet gemakkelijk vallen haar weer onge
daan te maken.
Wij twijfelen er geen oogenblik aan of de
door de regeering voorgenomen bevordering
van de bedr f sreorganisa tie zal in de eerste
plaats ook de diamantnijverheid gelden.
(Aangenomen dat deze nog te redden zal zijn,
hetgeen we sterk betwijfelen. Tal van ver
schijnselen wijzen er op dat zij voor Amster
dam verloren is).
Op dit terrein bestaan nog chaotische toe
standen, waartoe, hoewel momenteel mis
schien onafwendbaar, au fond ook het Dou-
wesplan behoort, dat Iconsverlaging met een
fooi subsidieert.
Dergelijke onzuivere verhoudingen, onder
dreigement (in casu werkverplaatsing) tot
stand gekomen, zijn op den duur toch niet te
handhaven. Corres Pondent.
Buiten verantwoordelijkheid der redactie.
De copie wordt niet teruggegeven.
NEDERLAND, WORDT WAKKER
Mijnheer de Redacteur,.
In het hoofdartikel uwer courant, d.d. 7
dezer, le bid., onder het hoefd „Colijn als
Minister van Koloniën", hebt u m.i. den spij
ker zeer juist op den kop getikt, ook al mocht
het beleid van minister Colijn een eenigszins
andere richting nemen als door u gepresu
meerd.
te logeeren gevraagd, zoodat haar verzoek om
nu eens gebruik te mogen maken van de uit-
noodiging, met gejuich door hen ontvangen
werd. Cora schreef een enthousiasten brief
terug en raadde Jocelyn aan, vooral een heele
garderobe mee te brengen.
„We gaan iederen avond uit", schreef zij.
„We vinden het heerlijk, dat je komt, en je
moet vooral blijven, zoolange je kunt j"
HOOFDSTUK VXII.
De groote Town Hall in Portsmouth bood
een zeer geanimeerden aanblik dien avond.
Er was zeker geen plaats onbezet, want het
concert van de koninklijke militaire kapel
trok altijd een schare belangstellende toe
hoorders.
Dien vorigen avond had Jocelyn al van
Cora Waring gehoord, dat er natuurlijk ook
veel officieren van het East-Mercia regiment
bij zouden zijn.
„Heb jij wel eens een East-Mercia man
ontmoet besloot zij deze mededeeling.
„Mijn neef Roger is kapitein bij dat re
giment."
„Kapitein Lauderdale Is dat je neef
Och ja, natuurlijk Dat had ik toch
wel kunnen denken. Heerlijk Dan zaï hij je
wei dikwijls een kaart kunnen bezorgen voor
een van de feestelijkheden. Je moet hem
maar eens zeggen, dat moeder 's Zondags
ontvangt, dan kan hij zooveel kameradeli
introduceeren, als hij wilt."
(Wordt vervolgd.)