TWEEDE BLAD BRIEVEN UIT DE HOFSTAD FEUILLETON De Twee Machten in het Leven. VAN AMSTEL EN IJ Uit de Vlissingsche Courant van vóór 50 jaar. INGEZONDEN STUKKEN van de Zaterdag 10 Juni 1933. No. 135. Politieke strijd. Andere strijd. Het schijnt, gelijk uit een mededeeling van den burgemeester is gebleken, in de bedoeling te liegen eens een einde te maken aan de manie van vlaggen en emblemen voor poli tieke partijen. Of daar ook het uniform on der zal vallen, is er niet bij verteld. Men weet, dat ook in de Tweede Kamer dit punt is aangeroerd. Waar dat nieuwe snufje vandaan is geko men, weet ieder. Het was tot nu toe geen gewoonte dat men aan zijn jas toonde wat voor politieke gezindheid men er op na hield. Sedert in den politieken strijd een vechtjas element is binnen geslopen, heeft men on- derscheidingsteekens willen invoeren. Het gevolg is geweest dat er een soort legertjes ontstonden, die van een vechtpartijtje hee- lemaal niet afkeerig zijn. In den goeden ouden tijd raakten ook wel eens een paar heetgebakerde propagandisten met elkander slaags. Wij herinneren ons uit lang vervlogen jaren een nachtelijk gevecht tusschen „plakkers" van verkiezingsbiljetten, waarbij de stijfsel door de lucht vloog en de kwasten als wapens dienst deden. Na afloop van politieke vergaderingen was er ook wel eens een relletje, maar thans is relletjes ma ken min of meer een georganiseerd bedrijf geworden. Dat is natuurlijk minder ge- wenscht. Het is alleen typisch, dat de partij, die oudtijds het meest op relletjes gesteld was, thans het krachtigst tegen dezen mo dernen vorm van daadwerkelijke politiek op komt. Zoo herhaalt de geschiedenis, zij het dan met eenige variatie, zich. - Het zal niet gemakkelijk zijn om ieder em bleem te verbieden en te vreezen valt, dat de vindingrijkheid der jeugdige politici grooter zal zijn dan de scherpzinnigheid der gemeen telijke juristen om bepalingen daartegen te construeeren. Op dit punt heeft de gemeente al ervaring opgedaan met haar strijd tegen de zgn. snorders-auto's. Wij hebben indertijd het artikel meegedeeld dat werd ontworpen om iedere kans van snorren tegen te gaan. Tot- in finesses was alles aangegeven iedere aanduiding dat de auto een huur-wagen was, was verboden. De kantonrechter heeft echter met al die bepalingen geen rekening willen houden. Hij stelde zich op hèt standpunt dat zoolang van den chauffeur geen directe aan bieding tot verhuren uitgaat, van te huur- stelling geen sprake is. Wederom zijn eenige chauffeurs vrijgesproken en daarmede is de verordening waardeloos geworden. De ge meente heeft zich niet te bemoeien met het uiterlijk van een auto en het al of niet aan wezig zijn van instrumenten als een taxi meter enz. Zij kan het te huur aanbieden verbieden, maar dan moet er een daad zijn die van den verhuurder uitgaat. Een chauffeur, die vóór een café gaat staan en rustig af wacht of wellicht een bezoeker, die het café verlaat, komt om den wagen te huren, doet niets strafbaars. Het is eveneens de vraag of men het dra gen van onderscheidingsteekens, zelfs van een bijzonder costuum, zal kunnen strafbaar stellen. Het aanbrengen van vlaggen en uit hangborden kan men desnoods verbieden, maar men zal toch moeilijk kunnen tegen gaan dat iemand aan de binnenzijde van zijn raam iets tentoonstelt, indien dit niet aan- stootelijk is te achten. Men zal ook moeilijk kunnen tegengaan dat iemand zijn huis in een bepaalde kleur verft. Veel heil van wettelijke ingrijping is niet te wachten. Paedagoog is altijd een ongeluk kige rol voor de overheid. De politiek is eenigermate aan het verru wen en daar is rechtstreeks niet veel aan te Naar het Engelsch. 18) „Konden mijn lippen maar de tolk zijn van hetgeen er in- mij omgaat l" Dokter Hawkes, die verbaasd was, dat hij Jocelyn niet meer in de hall zag en die nu een lichtstreep waarnam onder de deur van de bibliotheek, trad daarheen. „Eéns zal ik een naam dragen, die bevrijd is van alle smetten. Eéns zullen wij elkaar weer ontmoeten", had Launcelot nog juist de gelegenheid te zeggen. Ze drukten elkaar de hand en toen trad de dokter binnen en zei tot Jocelyn „Zoo. Dus daar is u, miss Lauderdale U vertelt zeker aan mr. Vyvian, dat ik u mee neem naar mijn vrouw Dat vindt u toch wel goed, mr. Vyvian Het leek mij het beste in de gegeven omstandigheden. Wij zullen goed zorg dragen voor de jongedame. Mocht er soms iets met het salaris niet in orde zijn, terwijl daar nu natuurlijk uw hoofd niet naar staat, dan zal ik er wel zoo lang vopr zorgen.'' Jocelyn kreeg een kleur en Launcelot sprak een paar woorden van beleefden dank. Het volgend oogenblik hoorde zij de zware deur achter zich dichtslaan en daarmee was een periode in haar leven afgesloteneen gelukkige tijd van vreedzaam zich nuttig doen. Men heeft de jeugd in de politiek ge haald en dat is een bedenkelijk ding. Dat is ook de schuld van de onderwijs-organisatie, die eigenlijk op politieke tegenstellingen is ingesteld, aangezien de theologische, waarop ze heet te berusten, in ons land samenvallen met de politieke. Oogst men dus eigenlijk niet, wat men zelf gezaaid heeft? Om nog eens even op die taxi's terug te kernen. Het is merkwaardig zooals het aan tal ondernemingen daarvan zich uitbreidt. Voortdurend vindt men circulaires in de brie venbus waarin weer een nieuwe wordt aan gekondigd. De prijzen dalen voortdurend, reeds wordt aangeboden voor acht cent per kilometer. Bovendien is men vaste tarieven gaan instellen voor vaste trajecten en ook die zijn heel laag. Naar de kranten meldden komt- er nu een dienst, die uit het midden van Den Haag naar Scheveningen vervoert voor één kwart je. Dat zijn dan wagens die maar voor twee passagiers zijn ingerichtklein dus en vooral goedkoop in het benzine-verbruik. Alle ver schil in prijs tusschen dag en nacht is afge schaft en dat vooral is een voordeel. Degene die er de stroppen bij haalt is de tram. Ook door die goedkoope nachtdiensten. Wie vroe ger zeker er op aanstuurde om met het laat ste trammetje naar huis te gaan, bekommert zich daar nu niet meer om, want een taxi is maar een beetje duurder en die staat ieder oogenblik gereed voor het vervoer. Het vervoer per tram, dat verleden jaar ook met één millioen passagiers per maand daalde, gaat nu daarenboven weer met een half millioen achteruit, zoodat bijvoorbeeld de opbrengst over Maart 60 duizend gulden minder bedroeg dan verleden jaar, toen het ook al meer dan dat bedrag was gedaald. Inderdaad, men staat verstomd over deze enorme cijfers, die onrustbarend worden en de vraag doen rijzen, wat hier onmiddellijk moet geschieden. De cijfers van den bevolkings-aanwas loo- pen nu ook achteruit, d.w.z. er is altijd nog een toeneming, maar die vermindert den ïaatsten tijd geregeld, zoodat daaruit ook valt te vermoeden, dat men hier niet vindt wat velen elders hoopten, nl. arbeid. De werkloosheid ondergaat eenige vermin dering, *die voor een goed deel aan het sei- soen is te danken. Overigens is het daarmede nog alles behalve best gesteld. Daar komen wy in jaren en jaren niet van af, een slecht vooruitzicht, waaraan helaas niet te ontko men valt. Het is de grootste puzzle en tot nu toe schijnt de Nederlandsche bevolking dit niet in te zien. EIBER. Jodenvervolging. Amsterdamsche zorgen v. d. vluchtelingen. in 't centraal gebouw. Joodsche solida- Yiïext. Een 'pirs! (i—' ding Douioes-plan. Èen chaos in de, diaiiiantnij verheid. 't Is nu al weer een aantal jaren geleden, maar we herinneren ons nog levendig de treffende rede, door opperrabijn Wagenaar bij de opening van het Centraal Israëlitisch Krankzinnigengesticht uitgesproken „Ge zult u verwonderen" zei dr. Wage naar toen ongeveer „hier zulk een groot complex van gebouwen te vinden, een zoo groote en groofcsche stichting voor de krank zinnigen en geestelijk zwakken van een zoo klein deel der bevolking. Maar vergeet niet, dat het Joodsche ras door alle eeuwen aan vervolgingen heeft bloot gestaan, dat het be laagd en opgejaagd is als geen volk ter we reld en dat deze vervolgingen hun funesten invloed op het ras niet hebben gemist. Van daar dat geesteskrahken, dat krankzinnigheid en soortgelijke kwalen inzonderheid het Jo dendom zoo geweldig teisteren". En dan in 1933 te moeten denken dat we ondanks religie, cultuur, beschaving en litte ratuur in geen land ter wereld.zijn boeken en kranten zoo goedkoop en gemeen goed ge worden dan in Duitschland en zelfs on danks de harde lessen van den wereldoorlog,' bij onze naburen aan de Oostgrens nog af- tandsche begrippen omtrent rassenverschil worden gevonden De talrijke groepen réfugié's, die we iederen maken. Maar zij wist zeer goed, wat rijn laatste v/oorden tot haar beduidden. Zij wist, dat wat hij ook tot haar gezegd mocht hebben, als hij zich niet geremd had gevoeld hij zich niet zou uitspreken, eer zijn naam te genover de wereld zou bevrijd zijn van de smet, die er op rustte. Met iedere schrede, die zij nader kwam tot het doktershuis, ging zij tegelijk verder van Merlinen die gedachte was haar onuit staanbaar. De Hawkessen waren heel lief voor haar, Na al de vermoeienissen en de aandoeningen van dien dag werd zij vroeg naar bed ge stuurd en vond een knappend vuurtje op haar kamer. Wat de vriendelijke gastvrouw zeker niet gedacht had haar logée zette allereerst het venstér open en keek vol verlangen uit naar ieder lichtje, dat zij van Huize Merlin meende te onderscheidenen zóó lang bleef zy turen, tot ze ten laatste huiverend en door en door verkleumd het venster sloot. Laat op den avond van den volgenden dag verliet de kleine lijkstoet van Merlin het station. Jocelyn kon hierbij niet tegenwoor dig zijn, want zij lag te bed met een zware gevatte koude. Adela Muncaster had haar geschreven, dat zij natuurlijk dadelijk weer op de pastorie haar intrek moest nemen en zoo was Jocelyn al onderweg naar Befford, eer Launcelot Vyvian teruggekeerd was uit Wales. Hij tfcracht toen nog slechts één nacht op Merlin dag weer in onze straten ontmoeten, dreven ons gisteren als vanzelf naar de Schipper- straafc, naai- het centraal gebouw, vanwaar thans het belangrijke werk onder de uit Duitschland verdreven Joden uitgaat. We.vonden er dr. Herzberger, de ziel en voornaamste organisator van deze hulpactie, en konden ook nog even zijn enthousiasten medewerker, professor D. Cohen, ons van vroeger reed. bekend door zijn arbeid onder de Joodsche landverhuizers, de hand druk ken. Er is in deze dagen van overstelpende druk te geen tijd voor het toestaan van inter views de zich van oogenblik tot oogenblik aanmeldende vluchtelingen, waaronder thans vooral intellectueelen, eischen den geheelen mensch, veroorloven den werkers in dit ge bouw geen minuut om zich met andere be zoekers bezie te houden. Toch beloofde ons dr. Herzberger in de a.s. week, wanneer het comité zal hebben verga derd en de plannen voor de vervolgactie men staat hier telkens voor nieuwe proble men, zal zijn vastgesteld', een meer gedetail leerde uiteenzetting van het werk te zullen geven. Zooals we reeds opmerkten is het ruime gebouw in de Schippersfcraat (nabij Prins Hendrikkade) nu het centraal punt der Jood sche hulpactie, vanwaar rok alles wat het werk aangaat wordt geadministreerd. Men zou zich in dit gebouw met zijn be- stuurszaal, zijn diverse spreek- en wachtka mers, loketten en Duitsche opschriften in een scheepvaartbureau of hoofdkantoor van een fabrieksanstelling wanen. Het „Komité für Judische Fluchlinge" aan den ingang, laat echter geen twijfel aan de werkelijke bestemming van het gebouw over. Eenige voorkomende Amsterdamsche stu denten nemen de wacht waar. Ze houden zich onafgebroken met hun Duitsche bezoekers bezig, geven hun vluchtige inlichtingen, di- rigeeren ze in bepaalde{! gevallen naar ver trekken van comitéleden en zijn daarbij zelfs zóó ambitieus-verdiept in hun werk, dat ze den fietsjongen van den Amsterdamschen Kantoorboekhandel in het' Duitsch naar het doel van zijn komst vragen. Waarop deze in heel correct Hollandsch Duitsch antwoordt„Ik kan uwe nicht goed versteen, meneer". „Wir bitten dringend urn Ruhe", lezen we in een der corridors, maar het geloop en ge draaf in de gangen, het eindeloos gerinkel van de telefoon en ratelen van de schrijfma chines, het komen en gaan van vluchtelingen spot met deze bede. Met geldmiddelen van het comité, dat zich momenteel voor groote uitgaven ziet ge plaatst, schijnt het deze week al bijzonder schriel gesteld. Hoewel de letters van het desbetreffend affiche en het Duitsch aan duidelijkheid niets te wenschen overlaten, wprdt het door groe pen immigranten toch opyallend langzaam gelezen. „Wegen Geldmangel kann in dieser ^Wpche^en? T^cfypngeld^und kejn ly&sphe-. geld, ausgegeben werden"*. M.a.w. wegens geldgebrek deze week geen zak- of waschgeld beschikbaar. - Het centraal gebouw is dan ook geen asyl. Wei worden vandaar uit adressen van hei- bergzame Joodsche particulieren en logeer gelegenheden aangewezen, eventueel tijdelijk door het comité bekostigd, raad verschaft, voor geleide of introductie gezorgd en den réfugié's verder in alles ter zijde gestaan. Tijdens ons bezoek zagen we zelfs een 13 a 14-jarigen jongen een der comitévertrek- ken binnenleiden. Een Duitsche vrouw ver telde ons dat de jongen zijn vaderland was ontvlucht, bevreesd het lot te zullen onder gaan van dén 12-jarigen Grünewald, een Joodsch gymnasiast, die zgn. per ongeluk door een Nazi was doodgeschoten. Men ontkomt in dit centraal gebouw dan ook niet aan den indruk dat er door de Jood sche vervolgden in Duitschland onnoemlijk veel geleden is en nog geleden wordt, dat er zelfs Jodenmishandelingen van recenten da tum zyn, en dat alles ondanks de gerust stellen démenti's van herr. Goebels. 't 3s alles jammer en ellende wat men van de vervolgden verneemt, en met eenige men- schenkennis neemt men ook waar, dat deze bannelingen noch liegen noch overdrijven. Zooals we onlangs al eens opmerkten, wenscht de Amsterdamsche hulpactie het verblijf der vluchtelingen hier te lande aller- door en heel laat op den avond had hij daar zijn zaken geregeld. Hij had zijn bagage laten pakken en ver trok niemand wist waarheen. Ofschoon oude Rachel den naam „Malta" uitspelde op zijn valies, zei dit haar niets en geen van de andere bedienden maakte zij deelgenoot hiervan de geheimen van „master Launce lot" waren de hare niet en ze zou ze weten te bewaren Adela Muncaster ontving Jocelyn met open armen. „Nu, kindje, zal je toch wel genoeg hebben van dat zonderling ondernemen, om gezel schapsdame te spelen, is 't niet Nu blijf je toch zeker den heelen zomer bij ons En dan zal ik af en toe hier eens iemand invi teeren ter eere van jou." Mèt dien „iemand" bedoelde Adela in de eerste plaats Jocelyn's neef Roger, want dat ae jongelui een paar moesten worden, stond nu eenmaal vast bij de domineesche. „Verbazend vriendelijk van je, Adela, maar je moet het mij niet ten kwade duiden, als ik je vertel, dat ik den Warings heb ge schreven, of ik daar een tijdje mag komen. Ze hebben mij al zoo dikwijls gevraagd en ik geloof, dat het aan de Zuidkust nu heerlijk zal zijn." „Waar wonen de Warings dan?.... O maar ik vind 't eigenlijk allerellendigst, dat je nu weer zoo gauw hier zoudt weggaan Ik had zóó gehoopt, dat je maanden lang bij ons blijven zou, nadat je zoo lang in Caer- •leon bent geweest." Vóór hei zonnebad eerst de huid inwrijven met „Zij"-crême of „Zij"-olie. Dat voorkomt zonnebrand en Uw huid wordt tevens, prachtig gebruind. minst te bevorderen. Integendeel wordt hun de doorreis naar Polen. Zwitserland enz. fi-' nancieel mogelijk gemaakt. Natuurlijk ook naar Palestina, het land der vaderen, waar voor de tusschenkomst van het Keren Haje- sod noodig is. Dit reikt hiervoor het toela tingscertificaat uit, nadat door gegadigden aan de eischen hiervoor is voldaan, eischen die nog al bezwaarlijk moeten zijn. De hulpactie heeft dus een tijdelijk karak ter evenals de gelegenheid tot recreatie. Deze week bijv. wordt in de Zwanenbur gerstraat een speciaal voor de vluchtelingen bestemde bibliotheek geopend, elders, o.m. in de Sarphatistraat, vinden ze gelegenheid tot conversatie en kamerspelen. Onlangs merkten we op de sportterreinen aan den Middenweg zelfs een athletiek- en voetbalclub van Joodsche vluchtelingen op. Een ruim clubhuis bleek voor hen in aan bouw. Wat deze Duitsche sporters in het bij zonder typeert en hun in onze Noorsche Meimaand wel niet zal meegevallen zijn is de absentie van een shirt. Zij speelden vrijwel allen in geen ander kleedingstuk dan een badbroek. Uiteraard hebben onze réfugié's ook hun eigen pers. Aanvankelijk werden veel onder hen gelezen eenige te Parijs en Praag ver schijnende bladen van uitgeweken Duitsche republikeinen. Thans, nl. sedert begin Juni, beschikken hier de Duitsche vluchtelingen over een eigen geïllustreerd orgaan „Die In formation", onder directie en redactie van Erich W. Abraham, vroeger verbonden aan de Berlijnsche pers. Deze uitgave wordt ver zorgd door de Holl. Uitgevers-maatschappij Gutenberg, alhier. Aan het blad verleenen verder bekende Duitsche letterkundigen, me dici, economisten en juristen hun medewer king. In no. 2 van „Die Information" trok onze aandacht een interview met Richard Tauber die hier thans galavoorstellingen geeft en waarin deze meedeelt voor eerst niet meer in Duitschland te willen zingen. Alleen zal hij zijn verplichtingen tegenover eenige gramo- foonmaatschappijen aldaar nakomen.. Tau ber maakt vervolgens een wereldtournee. Hij vertelde den interviewer neg dat zijn voor ouders van vaders zijde Joden waren. Per soonlijk is hem nergens van antipathie ge bleken. In België heeft men hem zelfs geest driftig gehuldigd. Waaruit Tauber terecht concludeert, dat de kunst en kunstenaars tn- ,,te?nationaal.zijn. Actie baart reactie. Er is nu ook vanwege .het comité tot afweer van het antisemitisme een geïllustreerd weekblad, „Waak" getiteld, verschenen, dat opzienbarende onthullingen doet over Jodenmishandeling en idem moord in Duitschland, zelfmocrdlysten publiceert enz. De voorpagina bevat een groote plaat Hitler in fluistergesprek met den Dood, nadat de „Führer" hem zelfmoordwapenen in de hand heeft gedrukt. Het onderschift luidt „Mijn Onbekende Soldaat". Het is zeker wel opmerkelijk, dat Neder land nu reeds voor de tweede maal na den wereldoorlog asyl verleent aan Duitsche vluchtelingen, eerst aan den Duitschen keizer en den kroonprins, thans onder zoo geheel gewijzigde toestanden aan de door de Nazi's vervolgde Joden. Wat deze Ïaatsten betreft zyn we na een meer dan oppervlakkige kennismaking met den arbeid van het „comité voor Joodsche vluchtelingen" tot de conclusie gekomen, dat het een buitengewoon menschlievend werk verricht, waarvoor het den dank en steun verdient van alle rechtgeaarde Nederlanders. De heer Douwes (anti-rev.) schijnt on danks zijn tegenwoordige impopulariteit in de kringen zijner partij genooten, die gaarne hadden gezien, dat hij eigener beweging voor den van links verkregen wethouderszetel had bedankt, populair te zullen worden in de „De Warings wonen in Southsea." „Southsea Dat maakt immers deel uit van Portsmouth? Daar ligt het East- Mercia-regiment op het oogenblik." „Ja Cora Waring schrijft, dat ze vèel of ficieren daarvan kennen en dat die druk bij hen komen." „Ze is toch zeker meer gesteld op Roger, dan ik zqlfs wel gemeend heb", dacht Adela en hardop zei ze „Nu, kindje, je moet natuurlijk geheel doen zooals je zelve wilt. Je weet, dat we het altijd heerlijk vinden, je hier te hebben. Maar an dere vrienden hebben ook recht op je en ik gun je toch zoo van harte een vroolijken tijd in Southsea. Het moet een prettige plaats zijn, heb ik gehoord en de bevelvoerende admiraal is nog een neef van Horace. Ik zal zijn vrouw over je schrijven. Het East-Mercia regiment geeft zeker wel een bal „Ja, dat denkrik wel." Op die lange reis van Monmouthshire naar Southsea was er een besluit bij Jocelyn gaan vaststaan. Zij was ervan overtuigd, dat haar geluk alleen daarvan afhing, of Launcelot in staat zou zijn, de onschuld van zijn broer te bewijzen. En daar zou zij hem bij trachten te helpen. De eerste stap in die richting zou zijn, dat zy naar Southsea ging en daar iedere bijzonderheid van de tragedie zou zien te weten te komen. Daarom had zy dan ook aan de Warings geschreven. Cora Waring en zy hadden elk aar goed gekend, toen ze nog „enger waren (en Jocelyn was meer dan eens bij de familie <1 23e week 1883. Ook de Eerste Kamer heeft het wetsont werp bekrachtigd waarbij aan de gemeente Vlissingen in onderhandschen verkoop wor den afgestaan de voormalige vesting- en ka- naalgronden benoorden de stad en bewesten het kanaal door Walcheren. Bovendien werden aan de gemeente eenige wegen kosteloos afgestaan, terwijl de Kon. Mij. „De Schelde" door onderhandschen aan koop eigenares is geworden van een stuk grond bij het arsenaal alhier. Op 8 Juni werd in tegenwoordigheid van burgemeester Smit, door diens zoontje de eerste steen gelegd van het schoolgebouw, dat op de Groote Markt verrijzen zal. Terwijl men tevens buiten de voormalige Duinpoort bezig is de fondamenten van school F te leggen, is nu de schoolbouw in vollen gang en verschaft deze met het tal van verbouwingen van andere perceelen te dezer stede overvloedig werk aan den hand werksman. Met de verhooging van het terrein aan de tweede binnenhaven alhier is deze week een aanvang gemaakt. De nieuwe mailboot voor de stoomvaart maatschappij „Zeeland", die binnenkort in dienst zal worden gesteld, zal in plaats van „Prinses Wilhelmina" zooals aanvankelijk was bepaald, thans, naar wijlen den kroon prins, den naam dragen van „Willem, prins van Oranje". kringen die hem politiek tegenstaan. Het Douwes-plan toch is na langdurig geconfe- reer en niet zonder strijd in den A. N. D. B. zoodanig uitgebreid, voorloopig althans, dat ook de kleine diamantsoorten van de firma Asscher daaronder vallen. Nadat de firma gedreigd had dit deel harer nijverheid naar België te verplaatsen. De tegenstand in de A. N. D. B. slechts ten deele overwonnen geldt de loonsver laging die deze uitbreiding van het D.-plan tot gevolg zal hebben. Onze gemeente supple- teert nu ook de lagere loonen in een tot dus ver nog op peil gehouden branche in de dia mantindustrie. Men voelt lichtelijk waar het hier om gaatprincipe. Men beweegt zich met deze verlaging op een hellend vlak. Blijken de gemeentefinanciën op zekeren dag niet meer toereikend voor verdere sup pletie of annuleert de regeering deze, dan wordt de loonsverlaging eerst effectief en zal het niet gemakkelijk vallen haar weer onge daan te maken. Wij twijfelen er geen oogenblik aan of de door de regeering voorgenomen bevordering van de bedr f sreorganisa tie zal in de eerste plaats ook de diamantnijverheid gelden. (Aangenomen dat deze nog te redden zal zijn, hetgeen we sterk betwijfelen. Tal van ver schijnselen wijzen er op dat zij voor Amster dam verloren is). Op dit terrein bestaan nog chaotische toe standen, waartoe, hoewel momenteel mis schien onafwendbaar, au fond ook het Dou- wesplan behoort, dat Iconsverlaging met een fooi subsidieert. Dergelijke onzuivere verhoudingen, onder dreigement (in casu werkverplaatsing) tot stand gekomen, zijn op den duur toch niet te handhaven. Corres Pondent. Buiten verantwoordelijkheid der redactie. De copie wordt niet teruggegeven. NEDERLAND, WORDT WAKKER Mijnheer de Redacteur,. In het hoofdartikel uwer courant, d.d. 7 dezer, le bid., onder het hoefd „Colijn als Minister van Koloniën", hebt u m.i. den spij ker zeer juist op den kop getikt, ook al mocht het beleid van minister Colijn een eenigszins andere richting nemen als door u gepresu meerd. te logeeren gevraagd, zoodat haar verzoek om nu eens gebruik te mogen maken van de uit- noodiging, met gejuich door hen ontvangen werd. Cora schreef een enthousiasten brief terug en raadde Jocelyn aan, vooral een heele garderobe mee te brengen. „We gaan iederen avond uit", schreef zij. „We vinden het heerlijk, dat je komt, en je moet vooral blijven, zoolange je kunt j" HOOFDSTUK VXII. De groote Town Hall in Portsmouth bood een zeer geanimeerden aanblik dien avond. Er was zeker geen plaats onbezet, want het concert van de koninklijke militaire kapel trok altijd een schare belangstellende toe hoorders. Dien vorigen avond had Jocelyn al van Cora Waring gehoord, dat er natuurlijk ook veel officieren van het East-Mercia regiment bij zouden zijn. „Heb jij wel eens een East-Mercia man ontmoet besloot zij deze mededeeling. „Mijn neef Roger is kapitein bij dat re giment." „Kapitein Lauderdale Is dat je neef Och ja, natuurlijk Dat had ik toch wel kunnen denken. Heerlijk Dan zaï hij je wei dikwijls een kaart kunnen bezorgen voor een van de feestelijkheden. Je moet hem maar eens zeggen, dat moeder 's Zondags ontvangt, dan kan hij zooveel kameradeli introduceeren, als hij wilt." (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1933 | | pagina 5