VïUjtifiaMtt'*
TWEEDE BLAD
GEMEENTEBESTUUR
FEUILLETON
De Twee Machten in het Leven.
BRIEVEN UIT DE HOFSTAD
Uit de Vlissingsche Courant
van vóór 50 jaar.
van de
Zaterdag 27 Mei 1933. No. 124.
KOSTELOOZE INENTING TEGEN
POKKEN.
Burgemeester en Wethouders va,n Vüssin
gen, brengen ter openbare kennis
dat op Dinsdag 30 Mei a.s., des voormïddags
10 uur in het Gasthuis gelegenheid bestaat
tot kcstelooze inenting en herinenting tegen
de pokken
dat de leeftijd tusschen 3 maanden en 1
jaar de meest geschikte is, waarop de kinde
ren kunnen worden ingeënt, terwijl de meest
geschikte tijd voor deze inenting de maanden
Mei en December zijn.
Men wordt verzocht alsdan het trouwboekje
mede te brengen.
Vüssingen, 27 Mei 1933.
Burg. en Weth. voornoemd,
VAN WOELDEREN.
De Secretaris,
F. BISSCHOP
DE DOKTER AAN 'T WOORD.
VETZUCHT EN HARTZIEK. EN.
25 pond lichter en een betere
gezondheid.
Reedj de gewone verschijnselen van vet
zucht zijn voor den patiënt onaangenaam en
moeilijk uit den weg te ruimen. Zweetkuren,
gymnastiek, honger, tabletten en theeën ver
gallen zijn leven en hebben slechts tijdelijk
resultaat, terwijl zenuwen en weerstandsver
mogen eronder te lijden hebben. Vele ontvet-
tingskuren hebben zelfs zeer schadelijke ge
volgen, wanneer de leek ze op goed geluk
doorvoert.
Hoeveel moeilijker is een vermindering van
het lichaamsgewicht dan te bereiken bij
hartpatiënten De medische wetenschap is
er dan ook meer en meer toe overgegaan, in
dergelijke gevallen haar toevlucht te nemen
tot een verhooging van de hormonale func
ties. Vermagering en bestrijding van de hart
kwaal moeten hand in hand gaan. De kuur
heeft in de eerste dagen echter verschijnse
len tengevolge, die den leek toeschijnen als
een verergering van zijn kwaal en hem er
daardoor licht toe brengen, niet door te zet
ten.
In de eerste dagen wordt, voornamelijk
door het onttrekken van water aan het
lichaam, een belangrijke gewichtsverminde
ring bereikt. In de eerste drie dagen hangt
het succes voornamelijk hiervan af, dat de
patient behalve twee liter water slechts zgn
rauwkost gebruikt en absoluut niets doet, wat
hem ook maar eenigszins inspant. Alleen dan
zal ook het hart rust kunnen krijgen.
Voor geregelde ontlasting wordt zoonoodig
door lavementen gezorgd. In deze eerste drie
dagen kan de gewichtsvermindering, die na
tuurlijk afhankelijk is van het gestel, soms
acht pond bedragen.
Na de eerste drie dagen wordt een rust
poos van 24 uur ingeschakeld en daarna
hangt zeer veel af van het dagelij fcsch dieet.
Voor dit dieet kunnen geen algemeen gel
dende regels worden aangegeven, met uitzon
dering van deze eene, dat de afwisseling in
het dieet zoo groot mogelijk moet zijn. Wel
kan men bijv. twee dagen achtereen vethou-
dend of twee dagen achtereen vetvrij voedsel
gebruiken, maar dat is dan ook de uiterste
concessie. Ook in dit verdere verloop van de
kuur zijn rauwkost en water van groot be
lang, terwijl meelspijzen en suiker tot het
einde van de kuur toe vermeden moeten
worden. Boter en aardappelen mogen over
het algemeen in beperkte hoeveelheden wor
den gebruikt. Eens per week wordt weer een
dag rust genomen.
Naar het Engelsch.
8)
Met groote belangstelling keek zü nu wat
nauwkeuriger en las vol aandacht een ad--
vertentie van den volgenden inhoud
GEVRAAGD een beschaafde jonge da
me, opgewekt van humeur, voor gezelschap
en als lectrice bij een blinde, eenigszins
ziekelijke dame. Goede getuigschriften een
vereischte. Zich schriftelijk aan te melden
bij Mrs. Vyvian, Huize Merlin, Caeleon.
Hoe eigenaardig toch weer, dat nu juist de
oude, blinde moeder van den man, die zoo
vriendelijk voor haar was geweest, zou ad-
verteeren om een gezelschapsdame
Wat zou dat een voldoening schenken, als
m«n iets kon wezen voor een oude dame, die
het gezicht miste en ook zoo graag wat ge
zelligheid en opgewektheid om zich heen zou
hebben.
Maar waarom zou zij eigenlijk niet zelve
naar de betrekking solliciteeren Het was
waar, dat zij het geld niet noodig had, maar
v/el voelde zij een onbeschrijflijk groot ver
langen om zich nuttig te maken. En dat dit
dan juist zou kunnen zijn tegenover de moe
der van den man, van wien zij zooveel
vriendelijkheid had ondervonden!....
Wanneer de kuur streng wordt volgehou
den, bereikt men in den loop van drie maan
den een gewichtsvermindering van 24 26
pond, zonder dat dit ook maar de geringste
ongunstige uitwerking heeft op het hart. Het
duurzame succes wordt echter door niets
meer geschaad dan door een behandeling
volgens een ster schema. Voortdurend moet
er rekening worden gehouden met de bijzon
dere omstandigheden van elk geval. De kuur
maakt niet alleen een einde aan de vetzucht
en de door door veroorzaakte hartkwaal of
verergering hiervan, maar ook aan de bijko
mende verschijnselen, zooals kortademigheid
en waterzucht; Natuurlijk blijft ook in het
gunstigste geval de reeds aanwezige aanleg
voor hartaandoeningen bestaan, doch wan
neer men dieet en levenswijze ook na de
kuur zorgvuldig blijft regelen en niet te veel
van zijn krachten vergt, bestaat er in dit op
zicht geen reden tot ongerustheid.
MEDISCH ALLERLEI.
Een middel tegen rugpijnen.
Rugpijnen kunnen, voor zoover zij een ge
volg zijn van vermoeienis of spierrheumatiek,
door wrijven met kamferspiritus warden ver
zacht. Waar de oorzaak er niet door wordt
weggenomen, helpt dit middel slechts voor
enkele uren.
Onze Monumenten.
Het mooiste dat het dankbaar nageslacht
kan doen om de herinnering aan een groote
figuur levendig te houden, is wel een ge
denksteen te plaatsen in het huis waar deze
figuur heeft geleefd. Daardoor wordt de
plek van zijn arbeid eenigermate een heilig
oord, waarheen misschien af en toe vereer
ders zullen gaan om in gedachten de nage
dachtenis te eeren.
Den Haag telt diverse van dergelijke ge-
denksteenen, al kent het publiek ze niet en
al zijn de bedevaarten er heen uiterst zeld
zaam.
Wel mag het van gemis aan eerbied ge
tuigen, dat op een kwaden dag een dergelijke
gedenksteen spoorloos verdwijnt. Dat lee-
üjke- verschijnsel doet zich in onze vorste
lijke residentie voor. Er leefde weleer een
zeer gevierd geneesheer in Den Haag, dr.
Hendrik van Deventer. Zijn naam is nog
verbonden aan een straat, maar wie zal we
ten wie die Van Deventer was, naar wien die
straat is vernoemd. Deze geneesheer, die voor
al als gynaecoloog zeer vermaard was, werd
in 1651 in Den Haag geboren. Hij overleed
ir. 1724 te Voorburg. Op de Amsterdamsche
Veerkade heeft hij lange jaren gewoond en
op zijn sterfdag, die in 1888 in dit perceel
werd herdacht, werd een gedenksteen aan
gebracht. Die steen blijkt thans echter
spoorloos verdwenen te fijn. De plek, waar
die steen eenmaal werd aangebracht, is nog
'duidelijk te zien, maar de steen is verdwe
nen. Misschien wordt het geval eens opge
helderd, misschien blijkt de steen elders op
geborgen, maar van veel piëteit getuigt het
geval niet.
Voor het beroemde driemanschap Van
Limburg Stirum, Van der Duijn van Maas
dam en Van Hogendorp, dat in 1813 de lei
ding der Regeering op zich nam, zijn in hun
respectieve woonhuizen gedenksteenen ge
plaatst. Op den I.neuterdijk, aan het Lange
Voorhout en aan de Nieuwe Haven zijn ze te
vinden.
De overige gedenksteenen die te vinden
zijn, zijn voor Simon Steven, de uitvinder
van den zeelwagen, voor den dichter Willem
Eilderdijk, de schilders Paulus Potter en
driemanschap gebroeders Maris, voor Con
stanten Huygens, Spinoza, Jacob Pronk, den
stichter van het badhuis, Louis Couperus,
den paedaggoog Jan Ligthart en ten slotte
voor den Zweedschen filosoof Swedenborch,
die eenigen tijd in Den Haag heeft vertoefd.
Misschien zijn er nog meer, hier of daar
verborgen, maar die komen dan wél eons
voor den dag. In het maandblad der Veree-
niging voor Vreemdelingenverkeer is het
overzicht opgenomen, waaraan wij deze ge
gevens ontleenden. Eerlijk gezegd, kenden
wij ook het bestaan van deze alle niet pre
Met een vastberadenheid, waarvan zijzelve
versteld stond, liep zij het huis binnen, trad
aan de schrijftafel in de studeerkamer en
schreef een brief, die een half uur later met
den postzak wegging en die behelsde, dat een
zekere miss Lauderdale, in de pastorie te
Bedford, zich aanbeval voor de plaats van
gezelschapsdame en lectrice bij mrs. Vyvian
op Huize Merlin.
Met een blos van voldoening keerde Joce-
lyn terug in den tuin naar haar plaats onder
den ceder, juist op het oogenblik, dat mrs.
Muncaster ook terug was van haar onder
houd met Stoke.
De dames praatten nog even en de domi-
neesche vertelde, dat haar man een loterij
op het touw zette voor een arme weduwe.
Onmiddellijk kwam Jocelyn met haar beurs
te voorschijn.
„Maar kind, het is nog maar een voorloo-
pig plan, dat Horace in zijn hoofd heeft, dus
wacht nog even. Je hebt hier op het dorp al
zoo véél goed gedaan
„Och, laat mij tenminste dat beetje ge
noegen, dat mijn inkomen mij permitteert",
luidde het protest van Jocelyns zijde.
HOOFDSTUK VIII.
Mrs. Muncaster keek eens naar Jocelyn en
dacht, hoe jammer het eigenlijk was, dat
zulk een lief, mooi en gefortuneerd meisje
toch niet getrouwd was. Het had haar an
ders niet aan pretendenten ontbroken
Maar Adela had altijd nog zoo'n idéé, dat
,die jonge neef, die eens bij de Lauderdale's
cies, maar dat is eenigermate begrijpelijk,
omdat de meeste uiteraard in het oudste
deel der stad zijn aangebracht en diensvol
gens in straten, waar wij misschien nog
nooit een voet hebben gezet.
Vele van die straten waren in vroeger tijd
zeer voornaam, maar hun glorie is verdwe
nen en er zijn er bij, die nu eerder „achter
buurt" zouden moeten heeten.
Nog een tweetal moeten wij vermelden,
waarvan er één wel algemeen bekend is, nl.
die op het Binnenhof aan de Trèves-zaal.
Deze steen vermeldt, dat in die plaats een
maal de Hofkapel stond, waarin het stoffe
lijk overschot van de graven en gravinnen
van Holland, mitsgaders dat van Johan van
Gldenbarnevelt is bijgezet, Het andere is
van zeer recenten datum en hoüdt de her
innering levendig aan Jan Ligthart, als
schrijver van de kinderboeken, die Ot en
Sien als hoofdfiguren hadden.
Zij, die Den Haag bezoeken, draven in den
regel de musea af om dan hijgend en puf
fend aan den Boulevard neer te zinken.
Misschien zal bij langer verblijf ook eens
een toertje worden gemaakt om deze monu
menten te bezichtigen. Men komt dan eens
meer in het oude deel van de xesidentie en
c'at is inderdaad niet onaardig. Veel is er
van dat oude deel al afgebroken, maar som
mige straten zijn nog intact. „Er bestaat 's
zomers gelegenheid met een autobus ritjes
door de stad te maken. Men ziet dan in be
trekkelijk snel tempo heel wat, waarbij ech
ter het oudere gedeelte niet veel wordt aan
gedaan, maar tal van monumenten passeert
men wel. Den Haag is er niet heel rijk aan,
maar er zijn er toch nog wel genoeg om een
lange wandeling er aan te besteden.
Er waren nog heel wat figuren te vinden,
die verdienden dat zij in het één of ander
monument voortdurend in herinnering ble
ven, maar de ijskoude Hollanders voelen
daar klaarblijkelijk niet altijd even veel voor.
Den Haag heeft op ieder gebied mannen
opgeleverd, die minsten zoo verdienstelijk
zijn als zij, die in de hier boven gegeven op-
scmming voortleven. Wanneer echter niet
spoedig na den dood van den man, wien men
deze hulde zou moeten brengen, een comité
het initiatief neemt, loopt het in den regel
mis. Dan moet het wachten op een of ander
eeuw-feest, waarbij men nog wel eens uit
zijn slof kan schieten.
Wij meenen altijd, dat één der eersten die
verdienen op deze wijze herdacht te worden
is Vader Jacob Cats, die niet alleen door zijn
poëtischen arbeid het verdient, maar ook
door den aanleg van Zorgvliet, waarvan wij
nog altijd de vreugde genieten. Het zou voor
dc bewoners van het rijke villapark een
kleinigheid zijn om het benoodigde geld bij
een te brengen, al zouden wij nu zeker moe
ten wachten tot betere tijden zijn aange
broken.
Misschien gebeurt het dan nog eenmaal.
Het is nu geen tijd om aan -dergelijke hul
debetuigingen te denken, ma-ar des te meer
moeten wü dan waardeeren, wat wij reeds
bezitten. We hebben daarop ./nog eens de
aandacht gevestigd en misschien zijn er le
zers of lezeressen, die van den zomer Den
I-Iaag bezoekend, een bedevaart naar één of
ander van deze monumten willen onderne
men. EIBER.
VAN AMSTEL EN ÏJ.
Amsterdam en het nieuwe ministe
rie. Het 2 millioen conflict. Een
heterogeen kabinet Zwaarder be-
zuinigingsdruk verwacht. Zeelan-
dia besluit het seizoen. De huur-
stakingen. Strijd nog verder voort
gezet.
Dat het optreden van het ministerie-Colijn
niet de sympathie heeft van de in onze Am
sterdamsche gemeentepolitiek „leidende
kringen", laat zich gemakkelijk denken.
Zelfs over de begrooting van.... 1933 is de
gemeente het nog niet eens kunnen worden
met Gedeputeerden (in casu.de regeering),
die de aangebrachte bezuiniging onvoldoende
achten en met klem aandringen op een ver
mindering der uitgaven met niet minder dan
opnieuw 2 millioen.
Wel heeft wethouder Kropman (R.-Kath.)
bad gelogeerd, Jocelyns hart zou gestolen
hebben.
Ze zou eens een vischje uitgooien en zoo
luchtig mogelijk vroeg ze dus
„Het East-Mercia regiment is zoo op weg
hierheen. Je zult dus binnenkort zeker je
neef Roger zien, is 't niet?"
„Ik weet niet, maar ik denk het wel. Hij
zal 't mij wel schrijven, als hij in 't land is."
„Hoe lang is het regiment nu weg geweest?
Zeker toch wel een tien jaar
„Ja, ze zijn eerst in Indië geweest en toen
op Malta."
„En daar moet hun iets vreeselijks zijn
overkomen."
„Je bedoelt zeker den dood van den kolo
nel Dat was immers een ongeluk Ik heb
er wel zoo iets van gehoord, maar ik herin
ner het mij niet goed meer. Het was juist
omtrent dien tijd, dat mijn moeder stierf
dus heb ik er toen niet zooveel aandacht
aan gewijd."
„Neen, maar het was geen ongeluk. Het
moet moord zijn geweest. Een verschrikke
lijke geschiedenishij liet een vrouw en
twee heel jonge kinderen na."
„Heeft een Maltezer hem gedood?"
„Neen.... dat was het juist: het moet
een van de officieren van zijn eigen regiment
zijn geweest."
„O, hoe vreeselijk Was het een op
zettelijke moord
„Ja, dat zeker. Er was een gastmaal aan
de officierstafel en er schijnt hoog gespeeld
te zijn, iets waar de East-Mercia's zich In
Bij Apoth: eniDcogisten
een bezuiniging van 500.000 in het vooruit
zicht gesteld, doch deze geldt eerst voor de
begrooting van 1934, wanneer de vacantie-
toeslagen van het gemeentepersoneel zullen
zijn vervallen.
Welke buitensporig hooge bedragen met
deze gratificaties al sedert jaren, de inflatie-
jaren inbegrepen, gemoeid zijn geweest
speciaal wat de hooge functionarissen aan
gaat blijkt reeds uit het cijfer van een
half millioen. Maar de burgerij was er goed
voor.
Een lang leven wij geven hier de mee
ning van eenige Amsterdamsche Kamerleden
en beursmannen weer schrijft men aan
dit opvallend heterogeen kabinet niet toe. Men
kan onmogelijk aannemen, dat fanatieke be
zuinigers als Colijn en Slotemaker de Bruine
het ooit eens zouden kunnen worden met
antifoden als bijv. mr. Marchant, wiens par
tijgenoot Abrahams o.a. als hoofdstedelijk
wethouder steeds aan den zeer royalen kant
is geweest. Waarvan de gevolgen zich thans
laten gevoelen door een in het vooruitzicht
gestelde zooveelste verhooging der opcenten
en idem in den vorm van precario en brand
verzekeringbelasting.
Maar den korten levensduur, die men het
nieuwe ministerie toedenkt, kan in ieder ge
val nog ruimschoots voldoende zijn om het
de gemeente Amsterdam met haar onverant
woordelijk hooge uitgaven geducht lastig te
maken.
De tegenwoordige regeering was hiermede
reeds aardig op weg, en de heeren Colijn en
De Bruine zullen als eersterangs versobe-
rings- en bezuinigingsspecialisten niet aar
zelen dit pionierswerk voort te zetten.
Het komt ons voor, dat de jongste rede van
den heer Slotemaker de Bruine op het ad
ministratief congres reeds in die richting
wees. Amsterdam zal dus aan een verzwaar
den regeeringsdruk niet kunnen ontkomen,
maar anderzijds ook gespaard blijven voor
het gemeentelijk bankroet, clat zij, volgens de
haute finance, thans tegemoet snelt.
„Zeelandia" heeft weer eens getoond hoe
ernstig zij haar taak als banierdraagster van
het Zeeuwsche intellect en de Zeeuwsche
saamhoorigheid in de hoofdstad opvat.
Met de prachtvolle vertooning van het
folkloristisch tooneelwerk „De roos van Duin-
land" heeft zij haar seizoen nog niet willen
besluiten, maar ten afscheid het woord ge
geven aan „Jong Zeeland", dat gisterenavond
in de gezellige tooneelzaal van Maison Beer
een talrijk publick bijeen bracht.
Ook nu weder bleek hoezeer men in „Zee
landia" den jongeren het beginsel „weest
oorspronkelijk, help u zeiven", tracht bij te
brengen. Geen buitenlandsch import, geen
on-Nederlandsche klanken, maar eigen' werk,
ditmaal een geestige operette „Het meisje
van den Overkant", met allerliefste muziek,
geschreven door den voorzitter den heer W
J. Nobels en getoonzet door den heer W. P.
A. Franse. Een waardig pendant van de ope
rette van Nobels „Wat zegeviert", waarmede
het seizoen geopend werd.
Thans echter geen beeld van oorlogswee,
van verstoord liefdesgeluk en een treurende
moeder, maar een greep uit het vroolijke stu
dentenleven en van het gedwongen internaat
van naar avontuur en vrijheid smachtende
kostschoolmeisjes. Meisjes in uniform, die de
serenades en grapjes der studenten alles
clandestien natuurlijk als een welkome af
leiding beschouwen.
Een geheimzinnige aangelegenheid, een
mallootige kostschooldirectrice, een bulderbos
van een agent en soortgelijke typen, zorgen
voor het komische element in deze min of
meer Heidelbergsche idylle.
Het laatste bedrijf besluit dan met een in
het geheim gearrangeerd balmasqué, waarin
smaakvolle toiletten en gracieuze oude en
nieuwe dansen te zien worden gegeven. Zang,
mimiek, muziekbegeleiding, het was alles in
perfectie verzorgd en tot een hoog kunst
den regel niet aan schuldig maakten. Ze
kwamen tot de ontdekking, dat er valsch
gespeeld werd. Iemand had een gemerkte
kaart gegeven en ze daagden den gever uit.
Die werd doldriftig en ontkende het. Hij had
bijna den kolonel aangevallen, die hem ar
rest gaf. Maar den volgenden ochtend was
hij verdwenen."
„De officier, die de kaarten had gegeven?"
„Ja, een tweede luitenant, Vyvian."
„Vyvian?.... Heette hij zoo?.,.. En waar
kwam hij vandaan
„Dat weet ik niet, zoomin als ik weet, waar
hij heengegaan is. Waarom interesseert je
dit ook zoo Ken je dan de Vyvians
„Ja, ik wëet wel wat van hen. Ik v
juist van plan, het je te vertellen, maar nu
zal ik maar even wachten, tot je klaar bent.'
„Och, ik weet er nu niet veel meer van,
De officier was gevlucht. Ze vonden een
touw uit zijn venster hangen. Dat op zich-
zelve zou al erg genoeg zijn, nu hij die be
schuldiging achter zich had en het arrest,
maar de reden was nog veel erger. Ze von
den den kolonel in zijn eigen kamer, met
een schot door het hoofd. Hij was al eenige
uren dood, toen ze tot die ontdekking kwa
men."
„Maar hoe kon die officier het nu gedaan
hebben Had niemand hem gehoord Was
er op dat oogenblik niemand op Mij dunkt,
er zal er toch wel altijd een bij de hand
zijn geweest?"
„Het was in het holle van den nachtDat
verdwijnen was, mij dunkt, een duidelijk be-
21e week 1883.
De gemeenteraad vari Vüssingen besloot in
de zitting van 26 Mei met algemeene stem
men tot aankoop van het badhuis alhier en
van den grond, ter grootte van 1 hectare 5
aren en 10 centiaren, gelegen tusschen de
Zeesluis en het Duin bij het gedemoleerd fort
„Kenau Hasselaar".
De Raad ging daarbij uit van de overwe
ging, dat, nu de gemeente in den laatsten tijd,
om en bij de duinen in de nabijheid der bad
plaats, eigenares is geworden van onderschei
deze perceelen, teneinde het totstandkomen
eener goede badinrichting te bevorderen, het
van groot belang is te achten, zij ook van
de nu voorkomende gelegenheid gebruik
maakt om in de naaste toekomst ook eigena
res te worden van het duin, waarop het
tegenwoordige badhuis is gesticht, met den
daaraan grenzenden dijk c.a., waar dan de
totstandkoming eener badplaats naar de
eischen des tijds kan worden verwezenlijkt
en de belangen der gemeente zullen worden
De koopprijs van het badhuis, hetwelk van
de heeren C. F. Maenhout, Van Doeselaar en
Breder werd aangekocht, bepaalde de Raad
op ƒ9115 voor het onroerend en van ƒ100
voor het roerend goed, waaronder vier bad
koetsen enz.
Benoemd tot onderwijzers aan de openbare
lagere school A (hoofd de heer P. Landsman)
de heeren W. N. A. F. K. H. van Bakergem te
's Hertogenbosch en J. M. Hoffmans te Mid
delburg.
Bij de dezer dagen plaats gehad hebbende
ontgraving van grond voor het leggen der
fondamenten voor het nieuwe schoollokaal
in het Groene woud, is gevonden een nog ge
vulde granaatbom, ter grootte van 32 c.M.
middelüjn, waarschijnlijk nog een der duizen
den bommen, waarmede de Engelsehen in het
jaar 1809 Vüssingen trachtten te vernieler-
niveau opgevoerd door de tot in details ver
zorgde regie van den heer Nobels. Een avond
van zuiver kunstgenot, maar ook welver
diende successen.
Terecht huldigde een bekend toonkunste
naar aan het slot van den avond „Jong Zee
landia" als een der voortreffelijkste Neder-
landsche operette-ensembles.
„Zeelandia" en „Jong Zeelandia" hebben
haar seizoen dus weder in prachtvollen stijl
besloten en verdienen alleen reeds daarom
den steun, moreel en financieel, van alle
Amsterdamsche Zeeuwen waarop voorzit
ter Nobels voor den aanvang van het bal een
zeer dringend beroep deed.
We willen ook nog even melding maken
van een aardige attentie van propagandische
strekking in het typografisch welverzorgd
tekstboek.
Dit bevatte op de eerste pagina, onder den
titel „Per K.L.M. naar Zeeland" een geïllus
treerd overzicht van den dienst Amsterdam
"Walcheren (vüegveld Vüssingen) en overige
trajectplaatsen, de uren van vertrek en ta
rieven.
Wij meenden tijdens de entre-actes op te
merken, dat vele leden en introducé's de re
clame lazen. Het zou ons dus niet verwonde
ren wanneer zij een uitnemend propaganda
middel bleek voor deze belangrijke luchtlijn.
Er is haast geen grooter tegenstelling
denkbaar dan een volmaakt heerlijken lente
dag en een gerechtelijke massa-uitzetting,
als waarvan we deze week in de Westbuurt
getuige waren.
Het was echter te voorzien, dat aan de nu
reeds bijna 5 maanden volgehouden huursta -
king in een of anderen vorm een eind zou
worden gemaakt, nadat overleg over een door
de hypotheekbanken voorgestelde tegemoet
koming als te gering was afgewezen.
Als revanche-maatregel volgde toen de in
beslagneming van de ruim 31000 bij het
comité gedeponeerde huren, Woensdag door
den president der rechtbank in kort geding
gesanctionneerd, inbeslagname van meubi
lair en uitzetting der opposante bewoners.
wijs van zijn schuld zoo er al een bewijs
noodig was. Hij wist, dat er krijgsraad zou
worden belegd dat dit zijn ondergang be
duidde en hij was woedend op den kolonel."
„Ik zie anders niet in, waarom hij woe
dend zou zijn geweest en waarom hij zijn
kolonel zou hebben doodgeschoten, als hij in
waarheid het bedrog niet gepleegd had."
„Het moet in drift zijn geschied. De kolo
nel was algemeen bemind in zijn regiment,
al moet hij dan ook zeer streng geweest zijn."
„Hij kan toch geen zelfmoord hebben
begaan
„Onmogelijk Er werd geen pistool ge
vonden, tot duikers in de haven daar bene-1
den het op een rots vonden liggenhet was
een dienstrevolver en de kogel paste er in."
„Was dit het wapen van mr. Vyvian
„Ja, dit moet zoo zijn geweest. Het was
het model, dat door de officieren gebruikt
werd. De revolver van kolonel Lang lag m
zijn ladekast."
„O, Adela, hoe verschrikkelijk. Die arme,
ongelukkige officier
„Ja, hij was ook wel ongelukkig, maar toch
voel ik nog 't meeste voor den getroffen ko
lonel. Als de schuldige gevat was, zou hü
gehangen zijn. Het was een geluk, dat zijn
familie deze oneer bespaard bleef."
„Hoe is het verder met hem gegaan
(Wordt vervolgd.)