INGEZONDEN STUKKEN SPORT i 9 a H 1 1 1 1 I ■8 8 a MARINE EN LEGER GEMENGD NIEUWS f 1 f k Gezangen in de Geref. kerken. De raad der Geref. kerk te IJmuiden-Oost heeft met algemeene stemmen zijn groote teleurstelling erover uitgesproken, dat in geen dei' uitingen van Geref. kerken tegen de uit breiding van „eenige Gezangen" de roeping is geuit om God ook in het gemeentelijke lied overeenkomstig den vollen rijkdom der openbaring te verheerlijken. Als zijn ernstige overtuiging stelt de raad met het oog op het waarachtig geestelijke belang der Geref. ker ken voorop, dat de a.s. generale synode in zake den voorgestelden gezangenbundel m de eerste plaats moet rekenen met de roeping, die van boven komt, en dat daaraan alle argumenten van vrede en rust in de kerken, als van vrees voor critiek van buitenaf, moe ten worden ondergeschikt gemaakt. o De grootste bijbel. De grootste bijbel ter wereld, dit reusach tige boek, aldus „het Zoeklicht", werd ge maakt te Los Angeles door Louis Waynai, een 54-jarigen meubelmaker. Gedrukt met uit de hand gesneden rubber lettertypen, bevat deze bijbel 8048 bladzijden en weegt 1093 pond, iets meer dan een halve ton. Als hij ge opend is, is de afstand van rand tot rand 82 inches (een inch io ca. 2/2 cM.) en elke bladzijde is hoog 43inches. Gesloten is het boek 34 inches dik. Waynai die 500 dollar aan het boek besteed en er twee jaar over gewerkt heeft schat de waarde op 10.000 dollar. Toen het boek klaar was, kwam Waynai tot de ontdekking, dat zijn huis niet groot genoeg was om dezen bijbel te bevatten en daarom bouwde hij, in letterlijken zin, een kerk om den bijbel, die voor vreemdelingen opengesteld is, om den kolossalen bijbel te bezien. In het plafond van deze kerk zijn veelkleu rige lichten aangebracht, de pilaren zijn be kleed en de klokken worden electrisch ge luid. Volgens Waynai las hij vroeger dikwijls den bijbel, maar bij het lezen ontging hem te veel, om goed te kunnen begrijpen wat hij las. Maar terwijl bij den bijbel overschreef, is hem geen enkel woord ontgaan en nu weet hij er meer van af dan ooit te voren. Examens. Voor het examen als apothekers-assis tente is te Utrecht geslaagd mej. J. S. van oen Bergen te Vlissingen. Voor het examen als machinist diploma A zijn geslaagd de heeren B. van Anraad, P. Ariens, J. van Boven, A. J. van den Broek, L. A. de Bruijn, A. C. Bruning, M. van Dijk en voor 3e stuurman de heer A. Herlé, allen leerling van de De Ruijterschool. Schorsing van een onderwijzer. Burg. en Weth. van Krimpen aan de Lek besloten op 31 Maart 1931 tot schorsing van een onderwijzer aan een lagere school aldaar voor den duur van een maand uit overweging, dat deze onderwijzer, zonder medeweten van het hoofd dier school en tegen diens uitdruk- kelijken wil, zich schuldig gemaakt had aaa het verstrekken van vervalschte rapporten aan de ouders van schoolgaande kinderen, daarbij voorgevende, dat de betrokken kin deren voor verhooging in aanmerking zouden kunnen komen, terwijl hij wist, dat de door hem verstrekte cijfers niet de officieele wa ren en hij door het hoofd der school hierop opmerkzaam was gemaakt. Genoemde onder wijzer ontving reeds op 3 November 1930 een waarschuwing ter zake en weigerde met het hoofd dei* school hierover van gedachten te wisselen. De onderwijzer ging van dit schorsingsbe sluit in beroep bij' Ged. Staten van Zuid-Hol. land, welk college het beroep ongegrond ver klaarde. Daarna ging hij in beroep bij de Kroon. Deze heeft thans dit beroep ongegrond ver klaard uit overweging dat „een eigenmachtig optreden, als hier heeft plaats gehad en een zich onttrekken aan een reageeren tegen de leiding van het hoofd der school niet kunnen worden geduld en dat al moge wet of ver ordening handelingen en gedragingen, als waarvan hier sprake is, niet met zooveel woorden verbieden, deze met een goeden gang van zaken aan de school onvereenig- baao: zijn en strijdig met de hiërarchische verhouding tusschen het hoofd der school en de onderwijzers van bijstand, zooals de lager onderwijswet 1920 die kennelijk heeft bedoeld en in de arbt. 27 en 28 tot uiting heeft ge bracht. („Tel.") Buiten verantwoordelijkheid der redactie. De copie wordt niet teruggegeven. GOUD-CLAUSULE. GELDVERVALSCHING EN NOG WAT. Mijnheer de Redacteur Na het verschijnen van het artikel „Ame rika en de Goud-clausule", in uw courant van 3 dezer, zijn er heel wat berichten dienaan gaande gelanceerd gewordenberichten, klaarblijkelijk ten doel hebbende tot het ves tigen der meening dat de goud-clausule voor den obligatiehouder van nul of geener waar de is, benevens andere, welke klaarblijkelijk het tegendeel beoogen. Mij is nu gebleken, dat, vrij waarschijnlijk tengevolge van de hierboven bedoelde berich ten, velen onzer inwoners de quintessens der zaak niet vatten, het terrein niet vermogen te overzien en daar vele bezitters van obli gaties, uitgegeven in een muntsoort, anders dan den Nederlandschen gulden, klaarblijke lijk het spoor bijster zijn geraakt, zag ik on derstaande gaarne door U opgenomen. In de eerste plaatsWat is een obligatie Het woord obligatie houdt o.m. in: „ver plichting, gehoudenheid, schuldbekentenis en rentebrief". Derhalve houdt de obligatieleenlng, ais lee ning, een verplichting of gehoudenheid der schuldbekentenis in, bindend voor die par tijen, welke de overeenkomst hebben aange gaan. Voor het aangaan eener overeenkomst, ver bintenis of contract zijn meerdere partijen noodig. En zoo zijn er bij het sluiten eener obligatieleening o.m. noodig, een geldnemer (debiteur) en een geldschieter (crediteur), zal dit geldcontract tot stand kunnen komen. In bijna alle gevallen maakt de debiteur gebruik van een tusschenschakel, welke dan de emitent wordt genoemd. Deze emitent is meestal een bankinstelling, of een consortium van bankinstellingen, welke dan handelt in opdracht voor den debiteur (geldnemer), met den crediteur (geldschieter). Hierin Hgt dus opgesloten m.i. dat ten tijde de leening loopt, de geldschieter uitsluitend te doen heeft met de emitenten, en niet met den debiteur, de geldnemer. Dus in het geval in casu heeft de geldschie ter in ponden en/oï in dollars, zich niet te richten tot Engeland resp. Amerika, doch tot die instellingen, welke bedoelde leeningen ia ons land hebben geïntroduceerd. Leven de laatsten het geldcontract niet na, dan zou men kunnen aannemen, dat -zij dit doen in opdracht van hun lastgevers, doch dan handelen zij in strijd met het rechten aangezien het privaat bezit valt onder het privaat recht, zor deze handeling strafbaar zijn. Wanneer het geval veroorzaakt door de in flatie, aldus wordt gezien is dit niet zoo hope loos als men zich misschien heeft voorgesteld. Immers nu weet men op wien men zich verhalen kan ingeval er getracht wordt den crediteur het kind van de rekening te doen worden. Om dit alles duidelijk te doen uit komen, zal de vraag onder de oogen moeten worden gezien, wat een contract of overeen komst is, en hoe deze plegen bot stand te ko men, in juridischen zin. Onder een contract wordt i.h.a. verstaan, een overeenkomst, al dan niet in geschrifte opgesteld, o.m. de wederzijdsche verplichtin gen behelzende. Derhalve is het duidelijk, dat, vóór een contract tot stand kan komen, daaraan iets vooraf zal moeten gaan. Dit is de wilsuiting die voert, althans voeren kan, tot de wils- overeenkomst. Op dit punt zou ik gaarne de aandacht willen doen vestigen. Immers, gezien die wils uiting, en de willekeurige handelwijze van heden, zou, bij minder nauwkeurige of on doordachte handelingen, het geval zich kun nen voordoen, dat de ebligatiehouder zyn coupons en/of lossingen liet verzilveren tegen de gedeprecieerde waarde der muntsoort, dus tegen eene lagere koerswaarde dan die waar op hij krachtens het geldcontract recht zou hebben, zonder meer. Indien dit gebeurt, dan zou de andere par tij, ingeval er nadien moeilijkheden zouden rijzen, zich vrij zeker kunnen beroepen op de „wilsovereenkomst" (i.c. de betaling als zoo even genoemd) en daaraan de stilzwijgende overeenkomst trachten vast te koppelen, dat met bedoelde handeling genoegen werd ge nomen. Om nu alle klippen te omzeilen verdient het m.i. aanbeveling om schriftelijk te pro testeeren ingeval de uitbetaling zou geschic- den als zooeven door mij gekenschetst. En waar het verzilveren als i.e. bedeeld gewoon lijk door een bankinstelling of makelaar ge schiedt, welke zich hebben opgeworpen als de vertrouwensmannen van den crediteur, zou men m.i. kunnen volstaan om aan die adres sen op duidelijke wijze te protesteeren, dus schriftelijk. Blijven de resultaten alsdan nog uit, dan is m.i. de eenige aangewezen weg naar de emi tenten, welke desnoods gerechtelijk kunnen worden aangesproken. Dat daarbij de handen ineen geslagen zul len moeten worden, de lasten onderling ver deeld, behoeft geen nader betoog. «En dat deze wijze van optreden het recht van den obligatiehouder zal verzekeren, stam als een paal boven water. Wat is goud-clausule En welk recht bezit de leening, vrij van deze clausule De goud-clausule in de Duitsche dollar- leening luidt: „In gold coin of the U.S.A. of or equal to the present standard of weight and finenes". Waarmede ontegenzeggelijk bedoeld moet zijnEene zuivere waardebepaling van het bedrag der geldovereenkomst, en wel in gou den munt van hetzelfde gewicht en gehalte als ten tijde van het aangaan der overeen komst de gouden standaardmunt des lands was. Waar nu deze clausule niets aan duidelijk heid te wenschen overlaat, moet het, heel zacht uitgedrukt, bevreemding verwekken dat door sommige doktoren (klaarblijkelijk i.d. economie) berichten worden gelanceerd, wel ke daarop neerkomen, dat de goud-clausule voor den obligatiehouder van nul en geener waarde is, en, dat het meer dan schijn heeft dat deze clausule opgemaakt is door bankiers en juristen die het der moeite niet waard ge vonden hebben zich vooraf goed in de moni- fcaire materie in te denken, met als gevolg, dat velen, ondeskundigen in de politiek op monitair gebied wanhopig zijn geworden. Stellen wij ons voor dat de hier bedoelde dokter eens gelijk zou hebbenWaar bleef dan het schimmetje vertrouwen, dat thans nog aan bankinstellingen etc. wordt gege ven Uit het vorenstaande zal echter niet een ieder wel hebben begrepen, dat die goud clausule niets van haar waarde heeft ver loren, doch dat het alleen maar is te weten, hoe en welken weg men dient te bewandelen, teneinde recht te kunnen verkrijgen. En nu de leening, gespeend van de goud clausule. Om de woorden van mr. Trip, directeur der Nederlandsche Bank in gewijzigden zin te gebruiken, zou ik willen zeggen men mag in geen geval naar de pijpen van geldverval- schers dansen. Waar bijna alle landen, doch in laatste in stantie Amerika zich daaraan schuldig heb ben gemaakt, blijkt daaruit het vertrouwen hun waardig, te meer wanneer men nagaat hoe (i.e. Amerika) de rechtspraak luidt. In 1865, vlak na den burgeroorlog in Ame rika, was de goudwaarde der in omloop ge. brachte bankpapieren tot 56 gedaald, doch niettegenstaande dit werd bij de wet bepaald, dat alle staats-obligaties moesten worden te rugbetaald in een bedrag in goud, of tegen waarde daarvan, welke deze tijdens de uit gifte vertegenwoordigde. Men ziet dus dat, hoewel geen goud-clau sule aanwezig in deze contracten, de leening als op goudbasis werd erkend. En voegen wij hieraan toe, dat de wetten der U.S.A., voorafgaande rechtsbesluiten ook voor de toekomst bindend achten, dan vraagt men zich af, welke koers heden ten dage in de U.S.A. wordt gestuurd, te meer daar be kend is, dat de gouddekking positief was, dus de inflatie zeer kunstmatig en willekeurig is geweest. Hoe nu de president der U.S.A. door deze handelingen het vertrouwen kan koesteren, dat het vertrouwen, noodig voor de opleving voor handel en nijverheid, terug zal keeren, vermag ik vooralsnog niet te begrijpen. Doch hoe staat het nu met die leeningen waarbij de goud-clausule ontbreekt Feitelijk is daarop het antwoord reeds ge geven bij de beschrijving uit de periode 1865 in Amerika, en kan het slechts verwondering baren, dat president Roosevelt ook daarmede wenscht te breken. Doch afgezien der Amerikaansche wetge ving, en redeneerende langs den weg, waar langs contracten worden opgebouwd, dus zooals hiervoor is uitgezet, volgt daaruit dat. al de leeningen, aangegaan vóór 1933, dus ten tijde dat de dollar nog op goudwaarde gebaseerd was, dat terugbetaling en rentebe taling, moet geschieden in een dollar-waarde, op goud gebaseerd, van uit den tijd de lee ning werd aangegaan, dus tegen een dollar waarde van plm. 2.50. Evenwel heeft zich een zeer onbegrijpelijk verschijnsel voorgedaan. Aangenomen dat onze dagbladen ons niet misleiden, dan heeft dr. Schacht, gedelegeerde van Duitschland in Amerika, gezegd, dat Duitschland de parti culiere schulden ten volle zal uitbetalen en géén inflatie zal dulden, en daarom wekt het bevreemding en verbijstering, wanneer de ge ruchten waarheid bevatten, dat onze bank instellingen, althans sommigen, de 1 Mei cou pons van Duitsche dollar-leeningen hebben uitbetaald met plm. f 2 per Amerikaansche dollar, zonder voorafgaande waarschuwing of mededeeling aan hun clienteh. Nu een van twee Of dr. Schacht verkon digt leugens en mitsdien onze dagbladen, of onze bankinstellingen lappen het door ons in hun gestelde vertrouwen aan hun laars En dit laatste zou in casu .tengevolge kun nen hebben, dat de andere partij in deze geldcontracten tijdens een eventueele actie, welke vroeg of laat zal moeten volgen, daar uit de conclusie zou kunnen trekken, dat men, juist door deze kunstmatige stilzwij gendheid, berust had in de uitbetaling zoo even gesignaleerd, cf m.a.w.dat er een wils uiting zou hebben bestaan, die geleid zou hebben tot een stilzwijgende wilsovereen komst, nl. de accoordbevinding der uitbeta ling in onvolwaardige munt. Hoe dat ook moge zijn, hier treft m.i. de bankinstelling de schuld, omdat deze geacht mag worden soortgelijke monitaire gevaren te kennen, terwijl het vertrouwen door haar cliënt in haar gesteld, voor haar den moreelen plicht medebracht, die cliënten tijdig te waarschuwen, hetgeen blijkbaar niet is ge daan. Zoolang met de belangen van anderen wordt gesold als op de hier geïllustreerde wijze, is het geschreeuw tot herstel van ver trouwen klinkklare humbug, en dient de cre diteur paraat te zijn. Vertrouwende dat deze beschrijving tijdig de belangstellenden onder oogen zal komen. MAX. Voetbal-fatum. De heer J. P. van Bel schrijft in de „Sport kroniek" van heden De promotie- en degradatiecompetitie in uiterst West van ons district is aan een fa tum onderhevig. De kampioenen van 3A, 3B en 3C waren reeds geruimen tijd bekend en hebben elk zelfs reeds twee wedstrijden gespeeld terwijl het wachten verder was op nummer laatst van 2A. De Zondag van 30 April bracht zekerheid Alliance verloor haar laatsten wedstrijd en was aldus.aangewezen op het spelen van degradatiewedstrijden. Zoo althans zag het ei naar uit. Maar vrijwel nie mand dacht meer aan een op 19 Februari door De Baronie ingediend protest naar aan leiding van den op dien dag gespeelden wed strijd MevoDe Baronie (22). Zaterdag avond jl. heeft de protestcommissie ten deze uitspraak gedaan en het protest aan De Ba ronie toegewezen. De Baronie wordt hier niet beter of slechter van, maar.... Mevo ver speelt nu een punt en staat thans met Al liance in puntental gelijk. GevolgZondag a.s. éen beslissingswedstrijd Mevo-Alliance en als tweede gevolg een onregelmatige promotie- en degradatiecompetitie. Dit voet bal-fatum hoewel toe te schrijven aan een bijzonderen samenloop van omstandigheden doet de vraag aan ons opdringen óf het eigenlijk geen tijd wordt, het alleen in Ne derland bestaande instituut „pretesten" bij de afdeeling „antiquiteiten" te deponeeren. Biljarten. Zooals wij reeds gemeld hebben heeft de heer Kouwenhoven aan de biljartclub A. B. C. een gouden medaille geschonken, te verspelen onder de eerste en tweede klasse spelers en wel in den han dicap wedstrijd. Deze is heden geëindigd en na een fraai gegregeld verloop gewonnen door den 2de klasser C. Elich. De uitslag is als volgt (de punten tusschen haakjes achter de namen moesten behaald worden verdeeld over 8 partijen ieder) 3? U 5? P. ei "2 2 53 w fco 1 73 0 09 4> 0) fcD A Xi C. Elich (656) 7 1 635 145 4.35 24 6.31 A. Suurmond (968) 6 2 936 168 5.57 31 8.07 F. Verhulst (2008) 5 3 1731 160 10.82 66 17.93 C. Hoornick (1120) 5 3 878 136 6.46 45 8.75 A.v.d. Velde (968) 5 3 792 169 4.69 33 8.07 Goormachtig (888) 4 4 746 193 3.87 35 5.58 M. Boekhout (1336) 2 6 917 174 5.27 27 9.28 B. Coppoolse (640) 2 6 463 167 2.78 19 5.00 R. Peeman (1472) 0 8 987 194 5.03 47 7.39 KNIEËN ALS VERSTEEND Vrouw die 10 jaar rheumatiek had loopt nu gemakkelijk 6 KJVL „Sinds ik hier kwam uit Engeland, nu 10 jaar geleden", schrijft ons een vrouw, „heb ik vreeselijke rheumatiek gehad. Ik heb veel moeten liggen en eindeloos geld er aan be steed. Ik kocht medicijnen, waschmiddeltjes, smeersels en allerlei preparaten, tot ik er genoeg van had. Ik hoorde zoo vaak van Kruschen Salts, dat ik dachtlaat ik dat eens probeeren. In dien tijd waren mijn knie- en zoo stijf geworden, alsof ze versteend wa ren. Ik was werkelijk wanhopig, want ik voor zag dat het niet lang meer zou duren, of ik zou me heelemaal niet meer kunnen bewegen en dat) maakte me zoo treurig. Welnu, ik kocht een flacon Kruschen Salts en nam eiken ochtend een theelepel vol. Toen de flacon op was, zei ik Och, het is hetzelfde als al het andere; ik»ben niets beter. Maar mijn man zeiDoorzetten. Probeer nog eens een flacon. Geef het den tijd op je bloed in te werken. Wel, toen kocht ik nog een flacon en voordat die op was waren mijn knieën niet meer zoo stijf. Ik kon het zelf nauwelijks gelooven, toen ik weer kon bukken en opko men zonder hulp. Ik was er zóó blij over. Ik ging door met Kruchen en werkelijk, ik ben dezelfde vrouw niet meer. Onlangs liep ik 6 K.M. en voelde me best, terwijl ik vroeger nauwelijks door de kamers kon loopen. Mijn man is den heelen winter zonder werk ge weest, maar ik moet mijn Kruschen hebben, vóór dat ik geld aan mijn eten besteed. Het is té belangrijk dat men gezond is en goed kan loopen. Ik voelde me verplicht U dit alles te vertellen, opdat het ook anderen goed kan doen". Mevr. E. A. Wat hoeft er nog meer van gezegd te wor den om andere lijders te overtuigen? Het beste is, probeer Kruschen zelf eens. Kruschen Salts is uitsluitend verkrijgbaar bij alle apotheken en drogisten a 0.90 en 1.60 per flacon. Stralende gezondheid voor één cent per dag. Kapitein ter zee Bruinsma. Naar telegrafisch uit Indië is gemeld, is de kapitein ter zee J. T. A. J. Bruisma eer vol ontheven van het commando over Hr. Ms. kruiser „Java" op grond van slap op tieden bij een op zijn schip plaats gehad hebbende dienstweigering. Hy is inmiddels met de „Baloeran" naar Nederland ver trokken. Van betrouwbare zijde vernam de „Ind. Crt.", dat kolonel Bruinsma eenigen tya geleden aan de bemanning van zijn oor logsbodem bevel gaf om „baksgewijze" aan te treden, aan welk bevel geen gehoor werd gegeven. De kolonel stelde de bemanning in de gelegenheid zich te bedenken. Van deze gelegenheid werd gebruik gemaakt en even later mankeerde dan ook niemand op het appèl. Te Batavia heeft men met dit optreden van den kolonel geen genoegen genomen en de personen, die aanvankelijk dienst wei gerden, voor den Zeekrijgsraad getrokken. Dit besluit was volgens het blad voor den kolonel aanleiding om zijn ontslag in te die nen, daar hij zijn eenmaal aan de beman ning gegeven woord niet wilde breken. Werd het toch gebroken, buiten zijn verantwoor delijkheid, dan wilde hy niet langer bij de marine in dienst blijven. Opleiding van marine-matrozen. In het „Marineblad" schrijft de heer W. S. van Braam over de opleiding van matrozen. Hy besluit zijn beschrijvingen met de vol gende conclusies 1. De (eerste) opleiding moet naast het bij brengen van een bepaalde technische kennis zich toeleggen op karaktervorming. 2. Karaktervorming is het ontwikkelen van bepaalde eigenschappen die reeds in het ka rakter aanwezig moeten zijn. 3. Omdat deze ontwikkeling een inwendig groeiproces is, kan dit proces alleen beïnvloed worden door den nadruk te leggen op be paalde eigenschappen en door h^t scheppen van een voor den groei gunstige sfeer. 4. Tengevolge van den betrekkelijk korten duur van de opleiding kan dit groeiproces gedurende dien tijd slechts ingeleid en ge richt worden. 5. Mede in verband met den leeftijd van de jongens moet aan de karaktervorming na het verlaten van de opleiding nog zorg worden besteed. 6. Voor deze karaktervorming is het noodig. dat er eenheid van opvatting bestaat omtrent grondslagen en doel. Daarbij moet de werk methode vrijgelaten worden omdat het ka rakter van den leider en de geleiden hierop van grooten invloed is. 7. Deze eenheid van opvatting is noodig voor alle-, die gezag uitoefenen, zoodat hel; de taak der kaderopleidingen geacht moet worden de grondslagen en het doel in zoo- danigen vorm te instrueeren, dat ook in ie lagere rangen de gezagsuitoefening langs principieele lijner kan plaats vinden. 8. Op deze wijze wordt niet gestreefd naar gelijk- en gelijkvormigheid, naar eenheids karakters, doch naar gelijkrichting met be houd van vrijheid van individueele karakter vorming binnen r'e grenzen, die de gelijkrich ting stelt. De redactie van het „Marineblad" zet uit een, dat de door den schrijver naar voren ge brachte denkbeelden omtrent de opleiding wan lichtmatrozen alle aandacht verdienen en dat men daarbij reeds van den aanvang af de vorming van onderofficieren in het oog moet vatten. Dit zal h.i. zeer zeker noo dig blijven zoolang jaarlijks neg zulke abnor maal groote aantallen in opleiding tot onder officier moeten worden genomen om de vast gestelde sterkte binnen een bepaald tijdvak te bereiken. De kapitein-luitenant ter zee D. de Josse- lin de Jong is aangewezen voor den dienst in Oost-Indië en zal 31 Mei aan boord van het motor-schip „Marnix van St. Aldegonde" uit Amsterdam zijn nieuwe bestemming volgen. De officier van den marinestoomvaartdienst 2e klasse F. J. Siegenthaler is bestemd voor den dienst in Oost-Indië en zal 17 dezer met de „Sibajak" uit Rotterdam daarheen ver trekken. Op Maandag 15 Mei a.s. komen bij het 3e regiment infanterie te Bergen op Zoom, on der de wapenen de reserve luitenants A. J.. M. van Dijk, A. H. M. H. Receveur en R. Affolter van he 2e regiment infanterie, de reserve luitenants P. M. Gouverneur en M. F. M. van Gurp van het 3e regiment infanterie, de reserve luitenants A. H. Mulder, L. H. Ha- bets en C. J. H. Leusen van het 13e regiment infanterie, de reserve luitenants F. de Vries, J. H. Bakker, D. F. W. de Haas, J. J. Poel man en C. Bruynzeel van het 14e regiment infanterie, de reserve luitenants D. C. Lee- beek en C. J. Hemmes van het 17e regiment infanterie tot het volgen van een gecompri- meerdeir cursus. Onweer. Gisterenavond omstreeks 6 uur, ontlastte zich boven Venlo een on weer, gepaard gaande met een fikschen hagel bui, welke ongeveer een half uur duurde. Op sommige plaatsen lagen de grove hagelkorrels centimeters dik. Op tal van plaatsen is be langrijke schade aan de te velde staande jonge gewassen toegebracht. Een m a r k t d i e v e g g e aan gehouden. - Te Haarlem werd een 63-jarige vrouw op aanwijzing van een bur ger op de Botermarkt door de politie aange houden. Zy werd in het bezit gevonden van wollen artikelen en kleedingstukken, die zij beweerde op de markt gekocht te hebben. De koopvrouw, waar zij beweerde gekocht te hebfc>en, verklaarde echter haar nooit eerder te hebben gezien. Toen de burger volhield, dat hij liaar had zien stelen, werd door de recherche een nader onderzoek ingesteld ten huize van de vrouw, waarbij bleek, dat zy in het bezit was van 50 paar nieuwe .kousen, een aantal damestaschjes, een voorraad choco lade, wijn en jenever en tal van andere goe deren. Alle artikelen werden door de politie in beslag genomen. Na verhoor is de vrouw in vrijheid gesteld. Een raadsvergadering verstoord. In Stein (L.), dat langzamerhand een beruchten naam heeft gekregen om zijn luidruchtige raadsvergade ringen, is het deze week gebeurd, dat een wethouder in aangeschoten toestand in de raadsvergadering kwam. Hij permitteerde het zich zelfs om in hemdsmouwen te verschijnen en begon di rect zich in de debatten te mengen. Hij sloeg, vertelt men aan het ..Handelsblad" met de vuisten op tafel en uitte minder parlementaire beschuldigingen aan het adres van raadsleden, den burgemeesterook de pastoor werd niet verschoond. Het liep ten slotte zoo hoog, dat de voor zitter de zitting schorste. De wethouder ging heen, maar keerde even later terug en het spelletje begon opnieuw, in nog veel ergeren graad. Ten slotte deed de voorzitter het voorstel den rustverstoorder door de politie te laten verwijderen, maar dat voorstel vond geen meerderheid. De burgemeester gelastte daarna den veldwachter den dronken wet houder uit de raadszaal te zetten. Met groote moeite lukte dat. Wat later op den avond werd de wethouder ter ontnuchtering in het arrestantenlokaal opgeborgen. Gevecht met een slang. Zekere Daniël van Jaarsveld, die onlangs te Roodepoort, nabij Springkop in Transvaal, was aangevallen en vreeselijk verminkt door een zeer gevaarlijk soort slang, is na eenige dagen in het ziekenhuis te zijn verpleegd, overleden. Het gevecht, waarvan eenige voor bijgangers getuigen waren, ging als volgt te> werkDe jongeman liep langs een boom, toen hij plotseling boven zijn hoofd eenig ge ritsel hoorde. Hy keek naar boven en staarde in de reusachtige oogen van een slang. Hy verloor geen oogenblik zijn tegenwoordigheid van geest, ging naar huis en kwam eenige oogenblikken later met een geweer terug. Hij was echtèr niet van plan het ondier dood te maken, waarom nij een list bedacht, om het dier uit den boom te krijgen, wat spoe dig mocht gelukken. Doch juist, toen hij het beest onverhoeds wilde gTijpen, maakte dit een zijwaartschen sprong en slingerde zich om de beide beenen van den jongen, waar door deze in een zeer hachelijken toestand leraakte. Hierop volgde een hevige worste ling. In een wanhopige poging van den jon gen, om het beest met zijn zakmes de keel af

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1933 | | pagina 6