Vlissingsohe Courant
£CH
fabrieksprijzen
PLÖUVIER levert ROBINSONS aan
TWEEDE BLAD
BINNENLAND
FEUILLETON
DE BEKER VAN KONINGIN
ELIZABETH.
SPORT
NEDERLAND-BELGIE 1-2.
nx—»»-u»
van de
van
Maandag 8 Mei 1933. No. 108.
De sluitingszltting fler Staten-Generaal.
Het ceremonieel waarmede Zaterdagmiddag
de zitting van de Staten-Generaal is geslo
ten, heeft in geenen deele van het andere in
September gebruikelijke afgeweken.
Ongeveer vijf minuten voor drie verliet mi
nister jhr. mr. Ruys de Beerenbrouck (minis
ter van Staat, minister van binnenlandsche
Zaken), in officieel ambtsgewaad gekleed, het
paleis aan het Noordeinde, waar hij even te
voren per auto aangekomen was. Het eere
escorte huzaren., voor het paleis opgesteld,
bracht de voorgeschreven eerbewijzen.
Minister Ruys werd uitgeleid door den hof
maarschalk, mr. baron De Smeth waarna hij
plaats nam in een gala-hofkoets, met twee
paarden bespannen. Op den rit naar het
Binnenhof, via Heulstraat, Kneuterdijk en
het Buitenhof, reden detachementen huzaren
ter gezamenlijke sterkte van dertig man
schappen onder bevel van een le luitenant,
voor en achter de hofkoets, welke bij elk por
tier begeleid werd door een lakei.
Bij den ingang van het Tweede Kamer
gebouw op het Binnenhof stond een eere-
wacht van vijftien man der militaire politie
opgesteld. Deze bracht, evenals de huzaren,
eerbewijzen, toen minister Ruys het gebouw
betrad en korten tijd later verliet.
De terugweg werd met hetzelfde ceremo
nieel afgelegd.
Bij het paleis en op het Binnenhof hadden
vele belangstellenden zich opgesteld. Bij het
paleis, op het Binnenhof en langs de afge
legde route stonden vele politie-agenten en
rechercheurs.
Noodlijdende gemeenten.
De minister van binnenlandsche zaken
heeft het volgende aan de colleges van Ged.
Staten geschreven
Bij de beoordeeling van raadsbesluiten tot
wijziging der begrooting van verschillende
gemeenten, welke rijksonderstand genieten,
of genoten hebben, is mij meermalen geble
ken, dat uitgaven waren gedaan, welke een
goedgekeurden begrootingspost overschreden,
zonder dat sprake kon zijn van een buitenge
woon geval van dringenden spoed, als voor
zien in art. 248, 2e lid der Gemeentewet.
Zijn deze overschrijdingen in normale ge-
%*allen reeds hoogst ongewenscht, zij zijn bij
„noodlijdende" gemeenten geheel ontoelaat
baar te achten.
Het ligt voor de hand, dat deze overschrij
dingen, voor zoover zij althans geen betrek
king hebben op betalingen, welke ingevolge
het Kon. besluit van 28 Maart 1925 (Stbld.
125), tot regeling van de wederzijdsche beta
lingen tusschen het rijk en de gemeenten
plaats hebben, voordat de goedkeuring op het
besluit tot begrootingswijziging is verleend,
niet in het belang van den rijksonderstand
hunnen worden opgenomen.
Evenmin kan ik toelaten, dat dergelijke on -
ïechtmatige uitgaven naar een volgend
dienstjaar worden verschoven, tengevolge
waarvan zij hoogstwaarschijnlijk direct of in
direct toch weder voor rijksrekening zouden
komen.
Het vorenstaande geeft mij aanleiding de
medewerking van uw college in te roepen,
teneinde te verkrijgen, dat deze onrechtma
tige uitgaven in het vervolg uit de rekeningen
der betrokken gemeenten worden geweerd.
echter van dien druk op onze valuta na de
wisselkoersen weinig gebleken.
Naar wij hoorden moet nl. de Nederland-
sche Bank Zaterdag weder een niet onbe
langrijk bedrag aan goud hebben afgegeven.
Hierdoor was het mogelijk den Franschen
franc op 9.79 te houden.
Na het middaguur was echter een plotse
linge beweging ontstaan tegen den gulden,
waardoor de wisselkoersen vrij sterk oplie
pen. Fransche francs b.v. tot 8.92, Ponden tot
8.60. Nu moet er al dadelijk op worden ge
wezen, dat men aan deze koersen niet al te
veel waarde kan hechten, omdat de handel
plaats had slechts even voor het sluiten der
banken, zoodat men niet meer van een vrije
markt kon spreken. Overigens hebben wij in
de nerveuse stemming, die bleek te bestaan,
aanleiding gevonden, den president van de
Nederlandsche Bank te vragen wat er waar
was van het gerucht, volgens hetwelk een
embargo op den uitvoer van gord zou wor
den gelegd.
Mr. Trip verldaarde ons met de meeste
stelligheid, dat deze geruchten volslagen on
zin waren.
Wij vroegen of de Nederlandsche Bank zou
voortgaan met het afgeven van goud, indien
de onttrekkingen in hetzelfde tempo zouden
worden voortgezet. De president antwoordde
„Wij zullen zeer stellig voortgaan met poud-
afgiften. Wij zijn nog geen geldvervalscherF".
Deze positieve verklaring zal, hopen wij,
er toe bijdragen om de verontruste gemoede
ren tot bedaren te brengen.
Het conflict by de K.L.M.
Zooals wij reeds hebben gemeld, hebben de
piloten van de K.L.M. uitvoering gegeven
aan hun op 2 dezer genomen besluit ter ver
gadering der Ned. Vereeniging van verkeers
vliegers om ontslag aan te vragen.
By de individueeie brieven der vliegers,
waarbij het ontslag wordt aangevraagd is een
begeleidend schrijven aan de directie der
K.L.M. gevoegd, waaraan wij het volgende
ontleenen
„U weet, dat genoemde grieven zich niet
richten tegen de eenige malen toegepaste
korting op het salaris der piloten, doch dat
zij' o.m. bezwaren hebben tegen de wijze,
waarop en de motiveering waarom reeds
meermalen korting op de vlieggelden en dag
toelagen is toegepast, terwijl nieuwe kortin
gen weer in het vooruitzicht zijn gesteld.
Wy meenen thans vernomen te nebben, dat
U van oordeel zijt, dat de bezwaren onzer
leden minder ontleend zijn aan hun gevoel
van rechts-onzekerheid, dan wel aan eer.
strijd van de vliegtuigbestuurders tot t ver
overen eener machtspositie.
Van een dergelijk streven is geen sprake.
De rechtspositie der piloten laat naar hun
bescheiden meening evenwel te wenschen
over.
Zij meenden recht te hebben op meer sta
biliseering van de dienstvoorwaarden. Dien
tengevolge hebben de navolgende piloten, al
len leden onzer vereeniging besloten, ieder
voor zich, ontslag ab vliegbestuurder by uwe
vennootschap aan te vragen tegen 1 Juli a.s.
In alphabetische volgorde wordt dit ontslag
gevraagd door de navolgende piloten J. Ab.
Spoel, J. van Balkom, G. Bax, W. M. O. A.
Beekman, C. Blaak, F. Both, F. van Bree-
men, H. Brinkhuls, L. A. Brugman, J. J. E.
Duymelaar, J. S. W. van der Feyst, G. M. H.
Tryns, G. J. Geyssendorffer, J. J. Hondong,
E. E. Hulsebos, J. K. F. Kress, K. D. Parmen-
tier, G. <T. te Roller, H. J. Scholtmeyer, L. Sil-
levis, I. W. Smirnoff, J. van Steenbergen, F.
M. Stork, Suprecht, Q. Tepas, W. C. van Vee-
nendaal en Th. W. van Weyrother.
Mocht nog thans de directie er intusschon
prijs op stellen de grieven der vllegtuigbe-
stuurders ernstig en welwillend onder het
oog te zien, dan acht de vereeniging het niet
uitgesloten, dat haar voornoemde leden be
reid .uilen worden gevonden op het genomen
besluit terug te komen.
Tunnelbouw te Rotterdam.
NU OOK IN COCKTAIL.
LIKEUR,VERMOUTH.
SHERRY OF COGNAC.
CATZ &Zn.VAtë ElA-GRON INGEN
nogal nerveus. Ook de geruchten, dat er val-
sche kaarten in omloop waren gebracht,
maakten de stemming er niet rustiger op.
Eenige opkconers werden aangehouden, ter
wijl nader onderzocht zal worden, of eenige
in beslag' genomen toegangsbewijzen werkeiyk
valsch zijn. .-^ngzaam stroomden de bez-oe-
kens binnen en om half twee was het Stadion
rpeds "oor de helft gevuld.
In het restaurant van het Stadion recipi
eerde de Nederlandsche Sportjournalisten-
vereeniging, wier voorzitter jhr. J. Feith de
Belgische persbroeders toesprak en gewaagde
van de vriendschappelijke b—den. welke ook
tusschen de verslaggevers heerschen bij dezen
jaarlijkschen wedstrijd.
Inturschen vernamen wij, dat by het on
derzoek. dat des morgens had plaats gehad,
beslist was, dat Van Heel niet kon uitkomen
In zyn plaats zou de A.D O.-speler Breitner
op de lïnkshalfplsiats komen te staan. Van
der Breek was goedgekeurd, zoodat In de
voorhoede geen wyziging meer viel Ook de
Belgische ploeg was verder onveranderd ge
bleven.
Door de regens van de laatste dagen was
het veld vrij glad geworden, alhoewel uitne
mend bespeelbaar. De weersomstandigheden
waren niet allerbest te noemen, doch voor
voetbal was het gelukkig niet te warm.
Naar men weet ./aren op de wielerbaan
aan beide zyden extra tribunes gebouwd om
althans eenigermate tegemoet te komen aan
het gebrek aan toeschouwersruimte. Hierdoor
konden een kleine drieduizend toegangsbe.
wyzen meer uitgegeven worden en zoo waren
er tegen half drie ruim 32.000 toeschouwers
in het Stadion aanwezig in afwachting van
den komenden strijd. Een muziekkorps van
de Amsterdamsche politie hield met vroolyke
wysjes de stemming er in en het was even
voor half drie toen de bekende Blauw Wit
adspiranten naar buiten kwamen ten teeken,
dat over eenige oogenblikken de ploegen zou
den verschynen.
Het is precies half drie als de Belgen op
het veld komen en even later verschijnen de
Oranjehemden. De volksliederen weerklinken,
luide toejuichingen, kortom het bekende
schouw- en hoorspel van zoovele internatio
nale wedstryden.
Scheidsrechter Ohlsson (Zweden) roept
beide aanvoerders tot zich. Van der Meulen
wint den toss en laat Koydonckx en zyn
mannen tegen den wind intrappen. Het is zes
minuten over half drie als de Belgische mid-
voor Desmedt den bal aan het rollen brengt.
De beide ploegen zijn dan als volgt opge
steld
NEDERLAND:
Van der Meulen (H.F.C.)
Weber (A.D.O.), Van Run (P.S.V.
Pelikaan, Anderiessen, Breitner
(Longa) (Ajax) (A.D.OJ
Adam, Van den Broek, Duinhouwer
(H.V.V.) (P.S.V.) (Feyenoord)
Wels (ünitas) Van Nellen (D.H.C.)
o
Van den Eynden Versyp
(Beerschot) (F.C, Brugge)
Saeys, Desmedt, Voorhoof
(C.S. Brugge) (Uccle Sport) (Liersqjie S.K.)
Claessens, Hellemans, Van Ingelghem
(Union St.Gill) (F.C. Mechelen) (Daring)
Hoydoncks (Excelsior)Dedeken (Antw. F.C.)
Braet (C.S. Brugge)
reeds na 2 minuten krijgt Holland een hoek
schop te nemen, welke door Wels wordt ge
nomen. De bal zweeft voor het doel, doch de
Belgische verdediging zuivert haar terrein.
Even een tegenbezoek aan het Hollandsche
doel en dan heeft Oranje weer het initiatief.
Anderiessen is er goed in en op prachtige
wyze plaatst hy naar den vrystaanden Van
Nellen. Een ren volgt, de voorzet van den
D.H.C.-er gaat langs doel, waar Wels op
vangt en inschiet, doch de Belgische keeper
heeft het gevaar gezien en door zich juist op
te stellen kan hij het leder gemakkelyk stop
pen. Het tempo, waarin gespeeld wordt, is
zeer snel en het spel golft verrassend vlug
van doel tot doel. Nederland is even iets meer
in den aanval, maar de Belgische backs met
aanvoerder Hoydonckx aan het hoofd weren
zich goed en van een overwicht is absoluut
geen sprake.
België leidt.
België komt er beter In en plotseling krijgt
Desmet een prachtige kans als Voorhoof hem
dan bal goed aangeeft. Even zwenkt de Bel
gische midvoor naar links, Van der Meulen
loopt een paar passen uit zijn doel en het
schot van den Belg belandt via de voeten van
den H F.C.-er in doel. (0—1). Na 9 minuten
spelen heeft België de leiding.
Even zyn de Hollanders overdonderd. Bel
gië zit er goed op en vooral de rechtervleugel
met Versyp als gevaarlijke man, is zeer ac
tief. Het schieten is echter minder verzorgd
en eenige ballen belanden naast doel. In den
Nederlandschen aanval wordt nogal eens on
zuiver samengespeeld, doch niettemin zyn
deze aanvallen door het open en snelle ka
rakter uiterst gevaarlyk. Na stevig doorzetten
van Van Nellen besluit deze. een ren met een
effectvol schot, dat keeper Braet er nog uit
houdt. Onze middenlinie voedt de vcorlinie
op goede wyze en het treft, hoe uitstekend
de Longaman Pelikaan speelt. Zyn verdedi
gend werk is af en daarbij weet hij steeds tijd
te vinden om keurig den aanval aan het werk
te zetten.
Uit een van die passes krygt Van der
Broek den bal te pakken, bliksemsnel pas
seert de Eindhovenaar Hoydonckx en lost een
scherp laag schot, maar Braet is in goeden
vorm en op prachtige wijze houdt de Belgi
sche keeper het schot uit zyn doel.
Door het open spel der Belgische voorhoede
en de snelle aanvallen zijn de Belgische spe
lers steeds gevaarlyk, al kan er misschien in
deze periode gesproken worden van een lichte
veldmeerderheid der Hollanders. Van der
Broek krijgt weer een kans, als Wels hem dan
bal mooi aangeeft, doch de P.S.V.-er kopt
het leder hoog over. Dat Holland iets sterker
is bewyst wel, dat eenige corners genomen
worden, die echter niets opleveren. Aan den
anderen kant bewerkt Van Run den bal met
de handen in het beruchte gebied, doch
scheidsrechter Ohlssen laat doorspelen. Even
een dreiging op het Hollandsche doel en
gevaarlijk zwermen de Roode Duivels voor
Van der Meulen. Doch ook zy kunnen het
juiste schot niet vinden, terwyl zy weinig
doortastend in het doelgebied optreden. Ove
rigens staan Van Run en Weber forsch te
backen en moet er heel wat gebeuren, willen
beiden gepasseerd worden. Weer krygt Van
der Broek een mooie kans, maar zijn schot,
hoe goed gericht ook, is-te zacht om by Brast
succes te hebben. De roller in den hoek kan
de Belgische keeper er nog uit grabbelen. Op
vallend is de goede stijl, waarmede keeper
Braet zijn doel staat te verdedigen. Prachtige
spannende momenten is de wedstryd ryk en
ontelbaar zijn de kansen, die beide landen
krygen. De spanning zit er in en het Is weer
een echte Holland—België-wedstrijd. Desmet
kogelt naast doel en Wels schiet aan den
anderen kant uit een corner van Van Nellen
over. Duinhouwer, die tot nutoe weinig goeds
heeft verricht zyn tempo was te langzaam
kr'jgt den bal goed toegespeeld, hy komt
vrij voor doel, maar ook zyn schot faalt en
de bal gaat hoog over. Dan is het rusten.
In de eerste helft heeft Nederland vier
hoekschoppen genomen, tegen België één.
De positie van onzen gulden.
Het „Hbld." bevat het volgende gerust
stellende bericht
Naar men weet heeft de baisse-beweging
tegen den gulden weder een zeer grooten om
vang aangenomen. Zooals wy in het beurs
everzicht van Vrijdag deden uitkomen is
Naar het Engelsoh van FERGUS HUME.
54)
„Hij heeft me niet bang gemaakt, meneer
Fanshaw. Hy zei alleen...."
„Ik weet, wat hy je verteld heeftdat de
keker nooit meer terug zou komen, als je je
vader vertelde, wat je gezien had."
„Ik durfde niets te zeggen", erkende Julius
opgewonden, „omdat ik wist, hoe vreeselyk
iedereen in Hurton, en vader vooral, het zou
vinden, als de beker voor altyd verloren was;
ik heb zelfs niets tegen Julia gezegd."
„Je hebt je als een held gedragen, maar Je
Iveft je niet meer bezorgd te maken. Het
spyt Thomas vreeselyk, dat hy dat gezegd
heeft, want het was niet eens waar."
„Mag ik het vader dan vertellen?" vroeg
Julius gretig.
„Neen, nog nietwacht nog maar een
paar dagen", zei Fanshaw sussend. „Je kunt
met my en juffrouw Baxter alles bepraten,
wat je op het hart hebt. Het eenige, wat je
hebt te doen, is, zoo gauw mogeiyk weer flink
en sterk te worden."
„O, ik zei wel gauw beter zyn, meneer
fanshaw. Ik maakte my alleen maar erg
ongerust over den beker en ik vond het af-
Burg. en Weth. van Rotterdam hebben
thans by den raad een voorstel aanhangig
gemaakt om in beginsel te besluiten tot den
schuweiyk, dat ik zoo'n akelig geheim wist
en ik vind het afschuwelijk, dat ik zoo'n
rkelig geheim wist en er met niem&nd over
mocht spreken. Dat wil ik nu wel bekennen."
,.Het komt nu allemaal in orde, Julius."
„Heusch, juffrouw Baxter vroeg de jon
gen in spanning.
„Zeker, kind. Thomas heeft maar wat on
zin verteld", stelde Anita hem gerust.
„En de beker
Do twee volwassenen keken elkaar aan en
wisten niet, wat ze op deze pertinente vraag
moesten antwoorden. Tenslotte verbrak Fan-
sliaw de stilte.
„Over den beker behoef Je Je niet bezorgd
t? maken, Julius".
„Maar Thomas heeft hem weggenomen
van de plaats, waar meneer Gould hem ver
stopt heeft."
„Ja, maar hij geeft hem aan mij, en daarna
zal ik hem aan meneer Gretton terug be
zorgen."
Julius knikte opgewekt.
„Dat Is fyn", zei hy vergenoegd, en toen
betrok zijn gezicht. „Daarom verstopte mijn
heer Gould den beker in het bosch, meneer
Fanshaw
„Er bestond gevaar, dat hy door slechte
menschen gestolen zou worden en daarom
verborg hy hem daar'^ei Fanshaw boudweg,
want het was onmogeiyk den zieken jongen
He waarheid te vertellen.
„Dus.... dus", aarzelde Julius, „Tollhurst
werd niet om den beker vermoord
„Neen", zei Anita. „Natuurlijk niet. De
bouw van een tunnel onder de Maas te Rot
terdam, in de lijn ParkkadeCharlols, waar
van de kosten geraamd worden op 24 mil-
lioen. Deze tunnel zal uitsluitend bestemd
zijn voor het snelverkeer en is geprojecteerd
in aansluiting op bestaande en voorgenomen
hoofdverbindingswegen tusschen Den Haag
én Rotterdam, roek van Holland en Rotter
dam, alsmede Rotterdam en het Zuiden des
lands.
Eerst na het nemen van dit beginselbesluit
zal getracht worden met het rijk en de pro
vincie t-ot overeenstemming te komen om
trent de bijdrage in de kosten en tevens over
de vraag, of een en ander voor tolb'ffing in
aanmerking komt.
De Vredespostzegel.
Het Vredspostzegel van 12'/2 cent naar het
ontwerp van P. A. H. Hoiman zal 18 Mei
worden verkrygbaar gesteld. De geldigheids
duur voor het gebruik is onbeperkt.
Het Vredespostzegel wordt doorloopend ver
krygbaar gesteld en zal in de plaats treden
van het zegel van 12i/2 cent van de tegen
woordige uitgifte. Teneinde de op de kanto
ren voorradige zegels van laatstbedoelde uit
gifte grcotendsels op te gebruiken, wo'-dt be
paald, dat om den anderen daa Vreiesoost-
zegels zullen worden verkocht, tenzij zegels
van 12i/2 cent van de tegenwoordige uitgifte
worden gevraagd.
Het 25-jarig ambtsjubileum van
burgemeester Dommisse.
Vrydag is te Maassluis met groote feeste
lijkheid het 25-jarlg ambtsjubileum van den
burgemeester dier gemeente, den heer C. P
I Dommisse, gevierd.
Dos middags van half vier tot half zes
vond er in het raadhuis een receptie plaats,
die zeer druk bezocht was en waarbij tal van
burgemeesters uit den omtrek tegenwoordig
waren.
Het hoogtepunt van den dag was echter de
buitengewone hulde, des avonds op de Markt,
waar e-en feestelijke verlichting was aange
bracht Alle plaatselijke vereenigingen namen
aan de huldiging deel. Vier muziekkorpsen
verleenden hun medewerking. Alom was er
vroolyke muziek en heerschte een blijde
stemming.
Burgemeester Dommisse werd van zyn
woning afgehaald door ds. Bramer lid van
het eere-comité. In twee rijtuigen trokken
de jubilaris en zijn familie naar de Markt
waar allereerst het woord gevoerd werd
door ds. F. W. H. Bramer, Geref. predikant
en daarna door ds. J. J. Kloots, Ned. Herv.
predikant. Ten slotte volgde een défilé van
de verschillende vereenigingen.
VOETBAL.
Spannende emotievolle wedstrijd.
Adam scoort voor Nederland,
Desmedt en Voorhoof voor Belgie
(Van een specialen verslaggever.)
Reeds van vroeg in den middag stroomden
de duizenden naar het Stadion om maar
vroegtijdig aanwezig te zyn. Het verkeer op
straat was drukker dan ooit, een record aan
tal auto's, bussen, motorrijwielen, fietsen wa
ren geparkeerd of gestald in of naby het
Stadion, De geheele Stadionbuurt, alle om
liggende straten was een wagenpark. Van
zelfsprekend had de verkeerspolitie handen
vol werk om alles zoo ordelyk mogeiyk te
doen verloopen en het dient erkend te wor
den, dat het verkeer, zoowel naar als van het
Stadion op voortreffeiyke wyze geregeld was.
Dat alles op zoo prachtige wyze verloopt,
schynt alleen in Amsterdam mogelijk te zyn,
in het buitenland hebben wy dat wel eens
anders aanschouwd.
Binnen het Stadion de bekende drukte.
Immers, een record aantal toeschouwers zou
weer getuige zyn van den jaariykschen strijd
tusschen Noord en Zuid. De stemming was
beker werd uit het huisje genomen, vóórdat
Tollhurst vermoord werd. Maar nu mag je
niet meer aan die nare dingen denken,
hoor.I"
„Ik wil weten, wie Tollhurst vermoord
heelt", drong Julius aan, en Anita keek
hulpeloos naar Fanshaw.
„Dat weet niemand, Julius", verklaarde
deze laatste op rustigen toon, „en waar-
schynlyk zal niemand het ooit weten. Ver
geet alles, myn jongen, des te eerder ben je
weer beter."
„Ja", mompelde Julius gehoorzaam, „maar
ik zou het prettiger vinden, als ik het vader
kon vertellen."
„Je zult hem al gauw alles mogen zeg
gen", viel Lionel hem in de rede. „Luister
eens, Julius, je weet, dat ik Je vriend ben."
„Ja, een reuzenvriend", zei de jongen
slaperig.
„Nu, beloof me dan, dat je niet meer zult
piekeren. De beker is nu veilig en je moet
niet meer denken aan wat Thomas je wys
maakte. Hy meende er niets van en hy vindt
het akelig, dat je door zijn toedoen ziek
geworden bent."
„O, ik ben al weer een heel eind opge
knapt."
„Dus je zult nergens meer over tobben en
je niet meer angstig maken
„Neen, enne.... ik zou wel wat te eten
willen hebben."
Anita en Fanshaw lachten elkaar verlicht
toe. De voornaamste oorzaak van zijn ziekte
was bhjkbaar door Lionel's mededeellngen
BELGIË.
Nederland is het eerst in den aanval en
weggenomen, en de jongen zou nu wel spoe
dig weer beter worden. De gouvernante gaf
den jonker een teeken, dat hy weg moest
gaan. In den salon wachtte hy op haar,
verheugd, .dat zijn zending zooveel succes
had gehad. Na een kwartiertje kwam Anita
by hem.
Hy slaapt nu", vertelde ze, merkbaar op
gelucht. „Ik heb hem wat brood met jam
gegeven en dat at hy met smaak op. Het
lijkt me een goed teeken, want al dien tijd
heeft hy niets geen eetlust gehad. Hy zal er
nu wel gauw weer heelemaal bovenop zyn."
De jonker knikte. „Ja, nu hy weet, dat
Thomas hem maar wat op de mouw heeft
gespeld, zal hy niet meer tobben. Bovendien
kan hy nu tegen jou en my zich uitpraten.
Maar dat neemt niet weg, dat we vroeg of
iaat ook meneer Dawson in ons vertrouwen
zullen moeten nemen. Een dergeiyk geheim
mag niet tusschen vader en kind bestaan.
Dat kun je tegenover meneer Dawson, noch
tegenover den jongen verantwoorden."
Anita huiverde. „Dan zal hy gewaar wor
den, wat voor soort man mijn vader is", zei
ze dof.
„Daar is helaas niets aan te doen, liefste
Maar ik denk niet, dat dit ook maar de
minste verandering zal brengen in zyn
sjmpathie voor jou. Meneer Dawson is er de
man niet naar om de zonden der-ouders aan
de kindéren te bezoeken. Hy is een goed,
ruimdenkend mensch."
„Dat is hy", gaf het meisje mét een zucht
toe, „maar ik wilde toch wel, dat we hem
niets omtrent myn vaders persoon of karak
ter behoefden te vertellen...."
Ze namen afscheid de gouvernante ging
naar de ziekenkamer terug en Lionel wan
delde naar de Hall. Het was een gryze, mis
tige Decemberdag met een grauwen hemel
boven een grauwe wereld.
De jongeman liep te overdenken, hoe hy
Rick.v moest aanpakken met betrekking tot
Thomas' verlangens. Als het kon, wilde hy
gaarne tusschenbeide komen, daar hij
vreesde, dat er anders klappen zouden val
len. In zijn overpeinzingen verdiept, sloeg
Lionel den hoek van de laan om, die naar
de Hall leidde en botste byna tegen Rose
Carr aan. Met een kreet van schrik deinsde
ze achteruit, maar toen ze den jonker her
kende, glimlachte ze vrijpostig. Ze zag er
werkeiyk bekoorlijk uit met haar knap, blo
zend gezichtje en glanzende, blauwe oogen,
ofschoon dit niet de soort schoonheid was,
die eén man als Lionel Fanshaw aantrok.
Hoe maakt u het, meneer Fanshaw
begroette Rose hem amicaal. „Het doet me
plezier nog even afscheid van u te kunnen
nemen, vooral omdat u familie van me
wordt."
„Dank je", antwoordde Fanshaw koel,
zich tegelyk afvragend, waarom Rose een
groot, ouderwetsch valies droeg, dat vol
strekt niet by haar opvallend-elegante
kleding paste. „Ik wensch je veel geluk en
voorspoed."
.(Wordt vervolgd.)