Looze streken van Snoekie en Bolleboks iiiyiiiaiisuiiijiiLiiiuiguiiyi)yifiB!iiuiiLiiiüfiyjiMjiyiiyijLii!i LAND- EN TUINBOUW Huiduitslag. NC Uitgave: Firma EERS' STADS- EN Bij de boerderij stond een hooiberg, vol met geurig hooi. „Gauw, er in zei de lange, en nadat hij eerst Snoekie er in geduwd had, kroop hij er zelf ook in. Ze lagen er goed verborgen, maar plezierig was het nietze konden bijna geen adem halen en dreigden telkens in een niesbui uit te barsten vanwège het krieuwelende hooi. Maar wacht, daar klonk opeens, vlak bij den hooiberg, klompengeklots en het piepend geluid van een slecht gesmeerden kruiwagen.... Het was de boer. Hij had een voertje hooi noodig en was daarom voorzien van een flinken hooivork, met van die sappig blinkende puntjes. Daar hij van opschie ten hield en met één por klaar wou we zen, hief hij den vork boven z'n hoofd op, alsof hij een walvisch moest harpoenee ren, en 't volgend oogenblik verdween de vork met een krachtigen stoot diep in het hooi„Au Au klonk het ge smoord, want Snoekie had de twee lieve puntjes in z'n zitvlak gekregen. (Dinsdag vervolg I Duinviooltje. Wat ben ik blij met dat jnooie kiekje Jullie zijn een gezellig troep je van drie, hoor. Maar waarom kijkt Broer tje een beetje leelijk 't Is net alsof hij wil zeggen „Moet ik nu met alle geweld op een plaatje Nou, vooruit dan maarMaar lie ver had ik 't niet." Heerlijk om zoo heelemaal buitenom te wandelen. Dan zie je eerst goed hoever de Lenteprinses al met haar werk ge vorderd is, hè Vergeet-mij-nietje. Die moederDie maakt maar grapjes. En als ze je een koekje wil geven, zegt ze dan„Lust mijn hondje een lekkertje van de vrouw Adamson. Wat is dat een lang verhaal geworden Ik heb het nog niet gelezen, maar volgende week zal ik je vertellen hoe ik het vind en of het geschikt is om in onze Kin derrubriek te worden opgenomen. Is dat af gesproken Professor. Dat is dezen keer geen op gewekt briefje, met uitzondering van je ver haal over de tochten die je hebt gemaakt, 'k Kan begrijpen, dat je toen genoten hebt. Maar wat is dat nu akelig van Nettie en Casper. Hoe komt dat zoo opeens We zul len maar hopen, dat alles spoedig een goede wending neemt en je me volgende week al schrijven kan, dat Casper alweer een beetje opzit en Nettie weer praats heeft voor tien. Dag Groet de zieken eens van me. Krullenbol. Maar krullenbolletje had zelf ook niets geschreven, ik denk, dat ze ook te veel had te doen in verband met het groote feest van vader en moeder. Want natuurlijk heb je ze ter eere daarvan een verrassing bereid, is 't niet? Ken Maynard. Ja, dat gt at met de meeste aquariums zoo. 't Duurt altijd eerst een poosje vóór ze heelemaal in orde zijn. 'k Hoop dat bij jullie aquarium de tweede keer de laatste keer is geweest. Deze tijd is meteen gunstig voor de planten, die er in het aquarium komen. Weet je, dat er aqua rium-planten bestaan, die zelfs bloeien met prachtig gekleurde bloemen Jaren geleden heb ik dat eens ergens gezien. De bloemen dreven op het water of hingen over den rand van het aquarium. Hè, wat was dat een prachtig gezicht. Teekenaresje. Prins maakt het best, hoor. Hij is nu zoowat den heelen dag bui ten en ligt dan lekker lui in den tuin, nu eens op een zonnig plekje en dan weer in de schaduw. Ongeveer om de tien minuten ver wisselt hij van plaats. Zoo'n ongedurig heertje, hè Goudvinkje. O ja, Toos Melis kent tante Truus wel. We hebben zelfs samen wel eens door Amsterdam gewandeld. Grappig niet Maar dat's al heel wat jaartjes geleden. Ik geloof al een jaar of vijf. Toos zal in dien tijd wel heel wat gegroeid zijn en een juffer tje zijn geworden. Maar in m'n herinnering staat ze nog altijd als een gezellig rond meisje met korte zwarte haren om een blo zend gezichtje. Hoe is het met Jopie Heeft ze je al een kaartje of een briefje gestuurd 'k Ben benieuwd of ze zich al op haar ge mak voelt. Maar dat zal wel. Zoo lang duurt zooiets niet. 'k Hoop ook maar, dat Jopie's moeder weer gauw beter is. Dat lijkt me voor Joop een heele geruststelling. Boy. Nu maar uitgezien naar je acht sten verjaardag, hè 'k Denk, dat het je bij de padvinderij bést bevallen zal. Heb je bij dat feest ook meegedaan aan de loterij, die er was Ik hoorde daar al een en ander van vertellen van een paar vriendinnetjes, die er ook zijn geweest. Viola. Ja zeker, je raadseltje was goed. Als ik er niets van zeg, kun je altijd wel rekenen, dat het in orde is. Geen okkernoot- jes Jij bent me een grap jasje, hoor Lezeresje. Bakkeroetjes Neen, die plantjes ken ik niet en dat grappige naampje heb ik ook nooit gehoord. De echte naam zal wel anders luiden, maar dien weet je zeker niet, hè De echte plantennamen we noemen dat „de officieele namen" zijn meestal heel geleerd. Maar als je probeert ze te onthouden, heb je er op den duur geen moeilijkheden meer mee. Kun je me niet eens vertellen hoe de Bakkeroetjes er uit zien Anders wil Teekenaresje ze misschien wel eens uitteekenen. Lijstertje. Gelukkig, ons Lijstertje is ook weer eens aan komen vliegen, 'k Maakte me al een beetje ongerust over je. Maar ik kan begrijpen, dat je met dit mooie weer graag uitvliegt. Hier volgt een briefje van Prins voor Does je. Lees 't Does maar eens netjes voor. „Beste Does. Van je kleine vrou tje heb ik vernomen hoe het met je gesteld is. Geloof me maar gerust als ik zeg, dat ik diep in mijn hondenhart zeer ver ontwaardigd ben op d-n hond, die jou in je pootje heeft gebeten. Als ik het dier hier had, vloog ik hem aan en ging een robber tje met hem vechten. Zoo'n brutaal beest Of had je wat op je geweten Je vrouwtje zegt, dat je wel eens van haar wegloopt. Nou, dat moet je ook niet doen. Als je bij haar blijft, kun je er van op aan, dat er niets met je gebeurt. Beter dus voor 't vervolg je leven. B'sjoer, hoor Ik schud je gezonde pootje en blijf voor altijd en altijd je trouwe vriend Prins". Bloemenliefhebstertje. Je weet meteen al, dat je raadseltje goed is, hè Sprong je niet een metertje de lucht in toen je het zag staan Neen maar, wat een zieken heb ben jullie. Is opa ;„u ook al weer wat beter En de kleine Nellie Is de koorts al weer gezakt 'k Wensch ze allemaal van harte beterschap. Kathe von Nagy. O ja, dat gevoel ken ik wel. Als je bijvoorbeeld een heelen dag in den trein hebt gezeten of op een boot, is het als je 's avonds in bed ligt, net alsof je nog voortdurend spoort of vaart. Zoo is het ook als je langen tijd in een draaimolentje zat. Was je af en toe niet bang, dat je op den grond duikelde? Marictje Stoutjesdijk. Maar nu begrijp ik nog altijd niet hoe Marietje een paar jaren geleden ook mee kon doen. Of is tante Truus in de war en was het geen paar jaar, maar een paar maanden Tante Truus lust best een ijscootje, hoor Rietepetietje. Weet je wie nog meer? Prinsje. Weet je wel wie Prinsje is Dat's het hondje van tante Truus. „WafWaf zegt hij en wappert met zijn staartje. Het wil zooveel zeggen als „Doe ook maar van mij de groetjes aan Marietje en haar mammie" Rinaldo. Neen, zoo lang als „Trippeltje" wordt het nieuwe verhaal niet. 't Is wel de helft of nog meer kleiner. Dat's maar goed ook, want weet je, met de zomervacantie gaan nogal heel wat kinderen uit logeeren en ze zouden het niet prettig vinden als ze dan een stuk uit het. vervolgverhaal moesten missen. Toch geloof ik wel, dat het de moeite waard is om „Als twee ruilen...." uit te knippen en in te plakken. Die film „Sieg fried", die je hebt gezien, is die soms ont leend aan de opera „Siegfried" Die heb ik wel eens gezien, jaren geleden, 'k Vond de muziek prachtig, maar het stuk boeide me niet zoo erg. Je kunt nu wel zeggen, dat het geen wreede film was, maar hoe noem je dan dat speer werpen Zooiets brengt toch pijn en het moedwillig aanbrengen van pijn kan ik niet anders dan een wreedheid noemen. Ben je nog naar „F. P. I antwoordt niet geweest Ik las in de krant, dat deze film de vorige week in Vlissingen is gespeeld. Trude von Molo. Hartelijk welkom Maar zou Trude niet eens probeeren de raad seltjes op te lossen? Zij is daarvoor toch nog niet te groot, is t wel Tante Truus is heusch nieuwsgierig of ze daar een bolle- boosje in is. Jammer, dat je Sultan niet meer als kameraadje hebt. Is hij nu bij anderen in huis Schoonheidskoninginnetje. Fijn, dat 3© zoo goed geholpen bent met die bonnetjes Heb je nu al veel boeken Conchita Montenogro. Tante Truus vindt het toch veel prettiger om by het briefje de raadseloplossingen aan te treffen. Misschien kom je er nog wel eens toe ze in te sturen. Gretha Heinsen. Ik kan uit je briefje heusch niet wijs worden. Je schrijft' daarin, dat je Janet Carlo wil heeten en je onder teekent met Nancy Carrol. Wat moet het nu zijn? OVER RIJKDOMMEN DIE OPGESTAPELD LIGGEN door A. VAN HOOGSTRATEN—SCHOCH. Ik heb ze nog gekend de menschen die niet lezen konden. Ik herinner we nog den stoeren, flinken man, een reus van een kerel die alleszins bekwaam voor zijn werk en da gelijks heel wat arbeid verzette, en een goed stuk brood voor zijn vrouw en kinderen ver diende. Je kon zoo prettig met hem praten over zijn werk, de paarden, de vrachten, de goede en kwade tijden. Hij kon niet lezen of schrijven. Dan was er de boerinne weer heel ergens anders vandaan, zoo appetijtelijk als die e: uitzag met haar blonde haren en roode op gepoetste koonen en de mooie üchtblauwe oogen. Ze bracht meer van het boerenbedrijf terecht dan ik, met al mijn leerjaren het ooit zou kunnenze kon karnen en melken, ze hield het melkgerij zuiver en frisch en het was ongelooflijk wat ze met die paar handen verzette. Ze klaagde nooit, ze nam het leven aan zooals het kwam en werken, dat kon ze en dat deed ze, en ze beschikte we. een dosis gezond verstand. Haar veestapel was er een voorbeeld van. Ik heb toen wel eens heel verstolen ge dacht „is het niet dwaas om de menschen allemaal zooveel geleerdheid en wetenschap te willen bijbrengen, wekken we niet allerlei, begeerten op' bij de menschheid, die nooit gestild wordtook niet kan worden? Is het eenvoudige leven met zijn poëzie en stille geneugten niet verkieslijker dan het zich geestelijk bezig houden en vermoeien met vele zaken Is het wel de bedoeling dat wij. menschen, een gezichtsveld zullen hebben, dat zich uitstrekt over de geheele aarde van de stratosfeer tot in de diepten der zee- en Is men niet gelukkiger met zijn koeien en paarden, met zijn ploeg en met de weder waardigheden van het stukje grond waarop men woont Ik ben niet de eenigste, die voor een oogen blik wel eens zoo iets gedacht heeft. Ik?/ ben in goed gezelscnap.nog wel in dat van den pastoor uit het boek van de Scharten- Antinks „de jeugd van Francesco Campana De pastoor komt langs het huisje van den ouden Mino Hij heeft hooren vertellen, dat deze er over denkt, zijn kleinzoon zijn Cechi- no te laten leeren. De pastoor vindt het heelemaal onnoodig. Hij gaat het Mino zeggen. Zoo vergenoegd zit deze voor zijn deur op de steenen bank op het terrasje voor zijn huis in de zonnige schaduw van den grooten kronkelknoestigen moereiboom. Mino zat in zijn rose katoenen hemd en las zijn krantje. De pastoor vraagt of het waar is, dat de jongen naar de stad zal gezonden worden om verder te leeren. Mino zegt voorzichtig, dat hij er wel over denkt. De pastoor verheft een waarschuwende stem en zegt „het is alleen maar de vraag, of zoo'n vracht geleerdheid gelukkiger maakt. Wat moet hij aanvangen met al die weten schap Als hij weet wat ieder weet hoe hij kopersulphaat op zijn druiven moet spui ten en zijn moestuin en vee verzorgen wat doe je dan met den verderen ballast „Veel weten", antwoordt grootvader, „is rijkdom. Ik heb maar zoo eens een en ander gelezen, wat ik krijgen kon of eris koopen. Dikwijls begrijp ik het niet of half. Ik ben maar een oude domoor, maar dat ben ik dan toch te weten gekomen, hoe mooi 't moet zijn dat alles wel te weten en te begrijpen. Ik kijk maar door een kiertje van de deur. En daar achter zal mijn Cechino alles zien wat er te zien valt Wat heeft die oude Mino dat eigenlijk goed gezegd, wat heeft hij het goed begrepen, wat missen de menschen die.piet.lezen willen cf niet lezen kunnen, toch een boel. Is het niet precies zoo, dat telkens een deur open gaat en door het binnentreden van die deur het leven al rijker en mooier wordt Ik lees de „roep der velden" de man en de vrouw, die niet lezen, staan voor de ge sloten deur zeker, ze weten allerlei te ver tellen van het voor en tegen van het bedrijf, maar weten ze ook van de rapunzels, van de veronica's, de egelskop en de lischdodde, de wederik en de kattenstaarten, en de driekleu rige viooltjes, die onder het sneeuwkleed groeien Een lichte deur sluit de natuur af, als ge er niet van gelezen hebt, een dichte deur ook voor de dierenwereld, als ge u niet hebt laten vertellen van de kraaien, de uile moeders en de gaaien, de olifanten en de kameelen Ik hoor praten over de menschen, moeilijk zijn ze om te begrijpen, moeilijk ook je zelf om er iets uit wijs te worden. Daar sla ik boeken over menschkunde op, over karakter kennis, ik denk hier bijzonder aan de werken van Künkel, wat een rijkdom Ach, Mino wat heb je het goed gezien, ik begin mezelf een heel klein beetje te begrijpen, ik zie dat ik waken moet voor geestelijke vergroeiing. Daar zijn de paedagogische boeken 1 ft iemand me ooit zoo goed kunnen dui- dj.ijk maken hoe geduldig ik zijn moet mes een kind, dat zich moeizaam doorvecht naar het groote leven? Daar was een roman, die een ongelukkig huwelijk behandelde. Vroeger heb ik dat zoo hard veroordeeld, nu begin ik te begrijpen, wat er geleden en gestreden wordt een rijkdom aan menschenkennis en aan erbar men heb ik achter die deur verzameld, die openging toen ik het boek ter hand nam. Vaak hebben wij, Europeeërs, een groote dosis misplaatst ge~oei van eigenwaarde in betrekking tot de oostersche volken. Nu ze boeken de wereld in zenden, vangen we aan te begrijpen, wat totaal andere mentaliteit ze hebben en hoe ze zich stooten aan onze lompe gedragingen, en handelingen, hoe lee lijk ze ons vinden, met onze spitse gezichten, ronde oogen en puntige neuzen. Hoe anders loop je na het lezen van zoo'n boek in een land, dat je vreemd is, rond nu met een ootmoedig hart, dat openstaat om te leeren en te luisteren. Die wijsheid heb je verza meld achter de deur die openging na het lezen van de boeken van oostersche schrij vers. Ik ben misschien iemand, die een verve lend, saai leven heeft wat nood Met een boek reis ik naar de meest interessante lan den, ik heb de meest avontuurlijke ontmoe tingen, ik hoor en zie de mooiste dingen met de kleine Johannes ga ik op zwerftocht en ik kom terug uit het land der fantasie verrijkt, versterkt, bemoedigd, „Maar er zijn ook slechte boeken", bijt iemand me toe, „onzegbaar is het kwaad dat door ze gedaan is. Ze hebben het jonge bloed in brand gezet, de verbeelding met obscene tafereelen verhit, de prikkellectuur heeft hun zin voor de verrijking' vap. hun geest bector ven". Zeker zijn er slechte boeken, hoe arm ma ken ze de menschen door hen gaat geen enkele deur open, slechts die eene naar de wereld van de sexueele afdwalingen. Het is voor die menschen alsof de natuur niet roept de zon niet schijnt, de wetenschap niet noodt, de histc-ie niet bestaat, alsof ze te gronde moeten gaan aan ziekelijke overspanning na oververzadiging van hetgeen de mensch ten zege was bedoeld. Maar die soort boeken kunnen we boycot ten, we kunnen ze zelf.uit onze woonkamers houden, als ze zich aandienen in een artistiek gewaad. Ik voel voor een boekenweek, ik ben blij, als dankbare menschen eens uitspreken wat boe ken voor ze zijn, wat rijkdom en vreugde ze in hun leven gebracht hebben. Ik hoop dat wij, die lezen' kunnen en boeken kunnen koo pen, dit groote voordeel op prijs stellen en niet vergeten zullen anderen ook van die ze gening te laten genieten. Ik loop dezer dagen langs den weg. Een arbeider, die op het oogenblik vrijen tijd heeft, houdt me staande, „Als je nou nog eens een boekie voor me hebt!"., zegt hij eenigszins verlegen. „Ja zeker, ik heb een boekie Ik haal hem eer. roman van de beste soort ik weet, dat wat Mino zegt, waar is en dat je met vreugde de deur, die voor een ander vaak op een kier staat, een krachtigen duw moet geven opdat ook hij kan verzamelen al wat aan rijkdom achter opgestapeld ligt. VAN ONZE BOEKENTAFEL Geschenk 1933". Uitgegeven van wege de vereeniging ter bevordering van de belangen des Boekhandéls. De commissie voor de Boekenweek 1933 meent ook dit jaar wederom een geschenk beschikbaar te moeten stellen /oor hen, die van hun belangstelling in het Nederlandsche boek zullen blijk geven. De ervaring in het vorig jaar opgedaan, heeft geleerd, dat het lezend publiek zulk een „Geschenkboek" zeer op prijs stelt. Uit den aard is het een geheel ander boek geworden dan zijn voorganger. De commissie heeft het passend geacht dit maal aandacht te vragen voor ongeveer 25 gestorven schrijvers. Daartoe mocht zij de medewerking ontvangen van een aantal auteurs, die zoo welwillend waren aan haar verzoek om een bijdrage voor dit boek te voldoen. Het doel ervan is, herinneringen te wekken aan wie, hetzij kort of lang geleden, maar in elk geval in de nieuwere tijden, ge liefde auteurs waren van grootere of kleinere lezerskringen. Al is het doel in hoofdzaak bereikt, volledig is de verzameling geenszins. Beperkte ruim te noodzaakte tot ongewenschte coupures. Wij vinden hier 25 persoonlijke herinneringen en typeeringen, gerangschikt naar het geboorte jaar der gestorvenen, aanvangend met Huet's tijdgenoot Penning en eindigend met een der bloeiendste talenten der jongere beweging. Niet te vergeten is de belangwekkende ver luchting van het boekje, die voor een groot deel ontleend is aan de uitnemende Letter kundige Verzameling, welke in het Haagsche Gemeentearchief door Dr. W. Moll is bijeen gebracht. De Redactie van dit „Geschenkboek" hoopt, dat velen eenig genoegen mogen beleven aan wat hier door zooveel vaardige pennen aan levends en karakteristieks uit de nieuwste geschiedenis onzer letterkunde is vastgelegd. „Schipper Wülaert", door P. Vef- hoog Uitgegeven door W. L. en J. Brusse's Uitg. Mij. te Rotterdam. „Schipper Willaert" is een roman uit het zeevaardersleven van de zeventiende eeuw. „Een Odyssee van het ras, waaruit wij Ne derlanders zijn voortgekomen" noemt Ver hoog dit verhaal. Hij schreef dezen roman geheel op den oceaan, dien hij twintig jaren bevaren heeft. Verhoog kent het zeeleven n hij vermag daardoor, de karakters en de toe standen van de Hollandsche zeevaart voor de Oostindische Compagnie, voor ons te doen herleven. Zijn boek is gebeurtenis en daad van het begin tot het einde. De zeilvaart om de Kaap, door de Spaansche kapers bevochten. Het levm in de gouden eeuw in Amsterdam, in Batavia, in Venetië. Ontdekkingsreizen in den Archipel door Heeren zeventien veror dineerd met zeeslag en schipbreuk. Tot be sluit geeft hij de jacht op het Spaansche ka perschip, dat uit Venetië een Amsterdam- sche patriciërsdochter mtvoert, waarbij de Calvijnsche major-piloot, de opperstuurman Henrick van Gurcum, vastberaden den hel dendood sterft „voor God en de grootheid van zijn Vaderland". Verhoog heeft ons in dit boek iets anders gegeven, maar ook die stof heeft ons van begin tot einde weten te boeien. „Zotteke", door Jos. Brussevan Huizen. Uitgegeven door Brusse N.V. te Rotterdam. Mevrouw Brussevan Huizen, de schrijf ster van het in 1929 erschenen boek „Huwe lijk", beschrijft hier de levensgang van een Antwerpsch meisje, dochter van een dokwer ker, die de moeilijkheden en smarten, die zij op haar weg ontmexa, weet te overwinnen, doordat zij de veel wondere vreugden steeds heeft gevonden, ook al lagen zij verscholen op den bodem der levende en doode dingen. „Ze zeggen, dat ik zot zijn gelijk het peerd van Christus", getuigt Zotteke van zichzelf. Zij heeft dien bijnaam gekregen, omdat zij het geluk zocht en .ond, waar anderen het niet zagen, in het licht van de zon, in de bloemen, de blauwe lucht, de vroolijke kleu ren van een roodgeblokt kleedje over de hou ten Leukentafel. In en om dit verhaal van een bewogen leven, geeft de schrijfster tevens in groote lijnen een beeld van het Vlaamsche volk met zijn eigenaardigheden, zijn humor, zijn hartstochten en vreugden, zijn gullen lach en bloemige taal. Mevrouw BrusseVan Huizen heeft den juisten stijl weten te treffen, om ons van den inhoud volop te doen genieten. Wonder- •■---« beschreven vinden wij den striid van Zotteke om het behoud van haar kindje. De beteekenis van de Amerikaansche fruit teelt ook voor onze omgeving. Velen zullen wel eens hebben gehoord, van hoe groote beteekenis de fruitteelt in Ame rika is. Dit land met zijn ontzaglijke opper vlakte speelt speciaal in de fruitteelt een belangrijke rol. Dat men, wat betreft, de intensieve bewer king, van genoemde teelt nog veel kan leeren behoeft geen betoog. Daarom is het van groot belang, dat wU aan dat groote land en zijn cultures onze aandacht schenken. Wasch de aangedane plaatsen met warm wa ter en Purolzeep, droog daarna voorzichtig af, doe er dan wat Purol op en strooi daar overheen nog wat Purolpoeder. Herhaal dit eiken dag, zoolang het noodig is. Hoewel wij niet dezelfde temperatuur heb ben als in Amerika, waar in sommige deelen o es lands alles kan worden geteeld, dienen wij toch terdege te letten op de verschillen de organisaties welke in het belang der fruittelers zullen zijn. Amerika heeft een groote en rijk. gevari eerde fruitproductie, want behalve de hier te lande geteelde vruchtensoorten kan men ook Zuidvruchten telen. In een staat als Californië, waar 25 van de gronden in gebruik is voor de fruitteelt, zijn daar door de rijke afwisseling in klimaat alle cultures mogelijk. Bovenaan staat echter, in Amerika, de ap- pciteelt. Het fruitgebruik en wel speciaal dat van appels is dan ook buitengewoon groot. Niet alleen door het gebruik in versche toe stand, doch meer nog door het vele gebruik van de in de een of andere klaargemaakte vorm.' Groote hoeveelheden worden ook gedroogd, terwijl er ook de bekende appelectine uit be reid wordt, wat een product is, noodig voor de jambereiding. Het streven naar doelmatigheid, ook op het gebied van de voeding, waarbij vooral ge vraagd wordt, welk rantsoen de grootste arbeidsprestatie mogelijk maakt, heeft een groot gebruik van fruit in de hand gewerkt. Op handige wijze is de door de afzetcoöpe- raties gevoerde reclame, gewezen op de voor deden die 'erbonden zijn aan een overvloe dig gebruik van versche vruchten en men heeft, door er ook de vitamineleer (waar de laatste tijd ook in ons land zooveel over wordt gesproken) bij te halen, bereikt, dat de verschillende dranken, jams e.a. worden bereid^ uit zuivere vruchten. Zoo is het b.v. verboden als frambozen limonade te verkoopen, wat nimmer iets heeft uit te staan gehad met de frambozen- struik, wat in Nederland wel mogelijk is. Speciaal wat de appelproductie betreft, r.eemt Amerika dus een zeer belangrijke plaats in, want niet alleen worden veel ap pels geteeld voor consumptie in eigen land, doch Amerika is ook een der voornaamste leveranciers op de wereldmarkt. Wij kunnen dit dagelijks voor onze fruitwinkels cdhsta- teeren, hoe mooi Amerikaansch fruit is. De Amerikanen beheerschen de wereld handel in appels, vooral wat betreft de kwa liteit, omdat zij behalve het telen van een goed product ook de kunst verstaan, hun vruchten tot een goed handelsproduct te ver werken, dat voldoet aan de tegenwoordige eischen. Hun vervoerwezen en koeltechniek staan bovendien op hoog peil, wat hun mede in staat heeft gesteld de wereldmarkt te ver overen. Zelfs is dit laatste in zoodanige mate het geval, dat verschillende landen, waaronder ook Nederland, hun eigen appeloogst voor een gedeelte uitvoeren en het betere Ameri kaansche product invoeren. Een volgende keer zullen wij nog meer vertellen, van genoemd land, wat ook voor onze fruitteelt van zoo groot belang is. 4 ABONNEMENT Franco door het rige landen bij w De abonné's in Polis, zijn GRA kerd tegen onge AANGESLO' Dit nummer h< te te Jaardag Door den Vlissii den een telegrafif aan H.K.H. Prinst van haar jaardag Tweede Vliss De Zaterdagavor van veel geloop park. Ditmaal w wat niet te verwoi dat het programs de harmonie „Vooi eten heer Andr. en gezelligheid er Getrouw aan neele, aardige, pal den, noemen wij de leuke uitstallini een kliniek voor baren en roode beeld de een nabootsing he< naar Middelburg, vaart, terwijl op fietstde Goorgesneden mot( door de werking Ook de wandklee J. J. de Vlieger nen een nauwkeur Gelukkig heeft zetenen, die het ontplooid, voldaai commissie voor de gen deze week perende dundoek feestelijks aan de publiek gevulde sti Het comité voor nadrukkelijk op seis, die door worden verstrekt, nen te worden vei inzendingen doen i is voor iedereen merking komt voo al heeft men maa: gezonden. Na afloop van missie zoo spoed doen, wie voor zijn gekomen. De oplossingen worden bezorgd een speciale bus plaatst. De deelnemende of cirkel-wedstrijd 6 Mei de oplossing zal hiervoor een geplaatst Wilhelmi In de lijst dei- door een misversta niet opgenomen van der Burg, Wak hoepeltje opgehang< daarmede rekening Gemengde „Door Oef Het jaarlijsche Zeeuwschen Zange wordt dit jaar, Zati r.ia gehouden, zal daarbij als gast begrijpelijkerwijs 1 met zich brengt, van Burg. en Weth, staat gesteld door de noodige gclöei zoodat zij zich wel els recipieerende kwijten. Dat hierdo langen van onze s delingenverkeer ton behoeft geen nadei lof èn aan het adre stuur onzer gemeei eeniging, die het zang-concours de h is hier dus wel op 2 De 2000 loten i gegaan en zoo kon king reeds geschiet in het teeken van 1 hy opgeluisterd cloc clie „D.O.V.", onder teur, den heer J. F verdienstelijke wijz Natuurlijk werd bej lied" van E. Flipse,

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1933 | | pagina 12