Vlissingsche Courant ir VIERDE BLAD BRIEVEN UIT BELG1E van de van Zaterdag 8 April 1933. No. 84. vervolg I, EEN OPENBARE MEENING INZAKE VOLKENBONDS VRAAGSTUKKEN. Men kan terzake van den Volkenbond, Nederland splitsen in twee deelen. Het eene ,.weet het allang" van den Volkenbond is niets te verwachten, nooit iets te verwachten geweestvandaar, dat dit deel zich nooit de moeite heeft getroost om eenig geschrift te raadplegen, waardoor wezen, beteekenis en arbeid van den Volkenbond naderbij worden gebracht. Het andere deel heeft van den Volkenbond grooter of kleiner verwachtin gen gehad de beteekenis van zijne oprich ting beseft. Sommigen van dit deel zijn hoopvoller gestemd dan anderensommigen gelooven volkomen in de mogelijkheid van het bereiken van het doelanderen zien de verrichtingen van den Volkenbond met het cog slechts van den tijdgenoot en meten daarnaar hunne teleurstellingen. Ten aanzien van den Volkenbond geldt, gelijk van alle dingen, dat men, om hem te begrijpen, hem moet kennen. En, als hier boven gezegd, het niet wetende deel ook in ons land is zooveel grooter dan het wel, althans ten deele wetende deel. Velen van ae eerste groep verschuilen zich achter het motief, dat voor den Volkenbond slechts de groote landen van beteekenis zijn, en dat de kleine toch het toekijken hebben. Dat Js niet juist. In de aangelegenheid tusschen China en Japan, die geëindigd is met de vcroordeeling, kort en goed, van het Japan- sche standpunt, is gebleken, dat de kleine staten wel degelijk invloed ten goede kunnen ontwikkelen. Afgescheiden daarvan is inden Volkenbond, waar de gelijkheid der staten langzame vorderingen maakt, voldoende plaats voor argument en overtuiging. Neen, er is wel degelijk werk voor de kleine staten, maar slechts dan, wanneer hunne vertegen woordigers zich gedragen gevoelen door een overtuiging. En nu heeft geen enkele Neder landsche delegatie, die op een assemblée of eenige conferentie van den Volkenbond aan wezig is geweest, over scherpe critiek van de eigen landgenooten te klagen gehad, maar dit spruit misschien minder uit instemming dan wel uit onverschilligheid voort. Vorming van een openbare meening om trent de voornaamste Volkenbondsvraagstuk ken is daarom zoozeer noodig. Het groote publiek hoort van problemen als liggen op gesloten in het sanctie-vraagstukin wijzi ging van art. 19 in dien zin, dat herziening van verdragen niet door den tegenstand van één land kan worden gebroken aanpassing van het Grondverdrag van den Volkenbond bij het Kellogg-pact en wat dies meer zij Soms leest men er een artikel over. Maar een eigenlijk openbare meening op dit stuk i? er niet. Niet bij de groote massa, niet bij de politieke partijenniet bij eenige orga nisatie. geroepen om in dit opzicht van voor lichting te dienen. Daarom lijkt het juist gezien van de „Ver- eeniging voor Volkenbond en Vrede", die zich ook hier voor alles een Volkenbonds- vereeniging toont, dat zij hare afdeelingen, en door middel van deze afdeelingen hare leden tracht te' „documenteeren". Van den arbeid te Genève worden objectieve overzich ten, die rechtstreeks uit Genève komen, rondgezondencommissiën werden ingesteld teneinde tal van vraagstukken op Volken- bondsgebied te bestudeeren en de rapporten daarvan worden in den kring der Vereeni- ging verspreid. De verslagen, die de Neder- landsche delegaties op de Assemblée en op belangrijke conferenties uitbrengen, worden onder de oogen van de afdeelingen der ver- eeniging gebracht. En deze beginnen den juisten weg te leeren kennen teneinde den inhoud van die stukken met de leden te be spreken. Natuurlijk mag niet worden ver wacht, dat alle leden zich daarvoor interes seeren. Maar, indien er in de verschillende groote en kleine plaatsen een kern is, die zulk een documentatie-arbeid ter hand neemt, dan wordt er reeds veel bereikt. Een cursus, waarin een klein aantal wel-onder legden wordt gevormd, kan soms meer ten goede uitwerken dan een enkele lezing, waarbij honderden zijn aanwezig geweest. VAN AMSTEL EN IJ. Joodsche vluchtelingen. Gast vrijheid traditioneel. De hul-p-actie. Prof. D. Cohen. Onzuivere stemming inzake kalkverbod. Operaplannen en sportpaleis. Duitsch-Nederlandsche militairen te Amersfoort. „Nederland blijft zijn reputatie als klassiek land der vrijheid en gastvrijheid nog altijd hoog te houden" zei ons in het tijdelijk asyl waar hij een bezoek bracht een voornaam Joodsch industrieel uit Duitsch- land, en de dankbare blikken om ons heen waren een bevestiging van dit vleiend ge tuigenis. Na de neger-invasie te Amsterdam, die se dert Januari geleidelijk verloopt, en de komst der duizenden pinda-Chineezen, die hier al aardig ingeburgerd zijn en aan geen heen gaan denken, volgt thans de stroom van Jood sche vluchtelingen, beducht voor de „conse quenties" nieman 1 spreekt meer van gru welen van het Hitler-systeem. Er wordt hier van Joodsche zijde, met den krachtigen steun van niet-Joden, al het mo gelijke gedaan om deze menschen tijdelijk onder dak te brengen en eenige afleiding te- bezorgen na doorstanen angst en ontbering. Mannen en vrouwen toonden ons hun doorgelcopen voeten, na 10 uren en zelfs véél langer geloopen te hebben om de Duitsche grens op minder streng bewaakte punten te bereiken. Zij bleken ons van den economischen toe stand hier te lande voldoende op de hoogte- om te beseffen, dat hun verblijf in Neder land slechts zeer tijdelijk kan zijn. Trouwens, ook hün belang brengt het mee, de steden of dorpen in Duitschland die ze verlieten en waar ze een bestaan vonden, weer op te zoe ken. Zoodra nl. de vervolgingswaanzin, die gelukkig niet de algemeene sympathie heeft, heeft opgehouden. 't Is zeker opmerkelijk, dat oudtijds een soortgelijke invasie van Portugeesche Joden te Amsterdam heeft plaats gehad. Ook toen bevonden zich onder deze vluchtelingen in- tellectueelen en gefortuneerden. Zij bleven hier pertinent gevestigd, stichtten him eigen fraaie synagoge het thans nog bestaande bedehuis aan het Waterlooplein hun oudelieden- en weezentehuizen en andere nuttige instellingen. Deze Portugeesche Joden hebben onnoemelijk veel bijgedragen tot den bloei en de welvaart van Amsterdam, Naast den bekenden heer Assoher, eigenaar van da beroemde diamantfabriek, beijvert zich in het bijzonder voor de Joodsche vluchtelingen professor dr. D. Oohen, secretaris van het Amsterdamsche hulpcomité. De heer Cohen heeft op dit terrein zyn sporen reeds lang verdiend. Wij herinneren ons nog uit onzen jongens tijd, wanneer we in het vriendelijke Deventer de door Cohen geboden ververschingen ach terdochtig afwijzen. Ze begeerde alleen maar „wasser". In minder dan geen tijd kwam Co- hen met een vollen beker aandragen. Op nieuw weigerde het oudje. „Es 1st Kauscher" geruststelde Cohen. Toen dronk het de vote moedertje den beker geheel leeg. Bij het vertrek van den trein werden me nigmaal verschrompelde handen zegenend opgeheven en gebeden gestameld in de rich ting van Oohen en zijn helpsters, die we altijd maar weer present vonden wanneer 's avonds een landverhuizerstrein de koekstad aan deed. Het kan zulke menschen niet slecht ver gaan. Professor Cohen is een hooggeacht en zeer gewaardeerd man in ons midden. Ongetwijfeld zal hij bij zijn oproep om steun voor de tijdelijk asyleerende vluchte lingen, ook een sympathiek onthaal vinden in niet-Joodsche kringen. En waar blijft met betrekking tot deze van huis en haard verjaagde menschen, de zoozeer gewaardeerde medewerking van ons Nederlandsche Roods Kruis Het eerste en belangrijke conflict sedert jaren tusschen burgemeester en raad heeft zich voorgedaan naar aanleiding van het niet-verbieden van de nationalistische pro- paganda-film „Morgenrot". De burgemeester weigerde zich over de redenen hiervoor uit te laten de raad besloot echter bij meerder heid van stemmen, dat het hoofd der ge meente hiertoe wettelijk verplicht is. Welk besluit thans ter vernietiging aan de Kroon heeft voorgedragen. Reeds meermalen verzekerde de burge meester, dat hij ook op interpellaties, het politiebeleid betreffende, niet meer zal ant woorden. Er moet bij den burgemeester o.m. groote ontstemming bestaan over het verwerpen der voorgestelde verordening tegen het kalken, hetgeen ieder weldenkend mensch zal bil lijken. Dit besmeuren van den publieken weg. van gemeente-eigendommen en particuliere woningen is een schande voor de hoofdstad, door de toenemende reclame voor verkapte bordeelen ook hl strijd met de goede zeden. Een raadslid verzekerde ons echter, dat de stemming over het voorstel niet zuiver is ge weest. Onder de tegenstemmers (2120) wa ren er die wel het kalken veroordeelden, maar niet wilden medewerken aan een ver bod, waardoor de financieel minder krach tige partijen bij hun verkiezings-propaganda gehandicapt zouden worden. Zou er onmiddellijk na de verwerping een voorstel uit den raad zijn ingediend om het kalken uitsluitend toe' te staan vóór en tij dens verkiezingen, dan zou dit ongetwijfeld met een kleine meerderheid zijn aangenomen. Hieraan heeft na de heftige discussies blijkbaar niemand gedacht. Men hoopt nu na de verkiezingen op deze aangelegenheid te rug te komen. Onlangs schreven we reeds over de plannen voor den bouw van het stadion-sportpaleis, met haar spannende U.D.-wedstrijden, gelo geerd waren, hoe hoog we altijd opzagen te gen den Joodschen student, die met zijn staf van Joodsche dames avond aan avond den landverhuizerstrein opwachtte om de ver moeide Joodsche emigranten van dienst te zijn. Daar hep dan de toen maar matig grooten Cohen met vlugge pasjes van links naar rechts langs de vele compartimenten, brood, melk of water aanbiedend, velen in landtaal moed insprekend en versomberde ouden van dagen hartelijk de hand druk kend. Eens zagen we een oud, afgeleefd moedertje waarvoor men bezig was gelden bijeen te brengen. Hoewel het benoodigde kapitaal nog niet voor 1/3 bijeen is, hoopt men toch reeds dezen zomer met den bouw te kunnen aanvangen. Het sportpaleis zal blijkens een circulaire verrijzen nabij het Olympisch stadion, op het terrein waar zich thans nog het weinig ge bruikte tennis-stadion bevindt. Ook voor het winterseizoen, vernamen we, zijn diverse plannen in voorbereiding, w.o de stichting alhier van een Nederlandsche Operagezelschap. Een Haagsch opera-dirigent zou met de leiding worden belast. De ondernemers hopen, zoodra het kapitaai bijeen is, beslag te kunnen leggen op de speelavonden in de schouwburgen die tot dusver door de Italiaansche Opera bezet wa ren. Men acht thans den tijd gekomen deze buitenlandsche instelling door een nationale te vervangen. Wij twijfelen echter of de ondernemende heer Borin en diens vennootschap, waarin Hollandsch kapitaal, zich zoo gemakkelijk zullen laten verdringen. En evenmin zullen de drie subsidieerende steden geneigd zijn een tot dusver op zoo hoog artistiek peil staande instelling steun te onthouden. Tenzij de nieuwe onderneming haar bestaansrecht zal kunnen bewijzen. Ge- wenscht blijft een nationale opera voorzeker. Even voor het verzenden van deze corres pondentie kregen we nog inzage van een aantal brieven uit Duitschland, gericht aan Amsterdamsche ingezetenen, waaruit ons blijkt, dat zelfs op de aldaar 30 en 40 jaar gevestigde Nederlanders, niet-Joden een scherpe controle wordt uitgeoefend. In het Rijnlandsehe en Westfaalsche gebied kregen zij bezoek van politie en S.S.-mannen, die inzage van hun verblijfpassen eischten. Deze passen moeten in Duitschland ieder jaar ver nieuwd worden. Den hoofden van gezinnen werden allerlei vragen gesteld betreffende hun gezindheid, levensonderhoud, financiën enz. Ook zei men dat het allerminst zeker was of alle Nederlanders in Duitschland ge vestigd zouden mogen blijven. Vermoedelijk wèl zij dieDuitsche namen droegen. (Bedoeld zal zijn de gezinsleden in Duitsch land geboren). Inmiddels hebben reeds vele jonge Neder landers in Duitschland, gezien de onzekere toestanden aldaar, voor detacheering bij Nederlandsche legercorpsen geteekend, w.o. die hier nog dienstplichtig zijn, doch dit on der gunstiger omstandigheden wellicht zou den hebben vergeten In het garnizoen te Amersfoort moeten zich Nederlandsche militairen bevinden, die de grenzen van hun vaderland kortelings voor het eerst betraden en hun moedertaal noch verstaan noch spreken. Men verzekerde ons, dat dit tijdens instruc ties en commando's nog al eens tot min of meer komische scènes aanleiding geeft, hoe wel de Duitsch-Nederlanders zich overigens uinemend „gedisciplineerd" toonen. Hetgeen zich wel denken laat na alles wat zich in de laatste jaren op disciplinair ge bied in Duitschland heeft afgespeeld. Corres Pondent. Jn de Belgische Ardennen. Jacques Urlus gehuldigd. De terug gang der „Frontpartij". Het fiasco der Alcoliolwet. Zondag, te Marlois, in de Ardennen Een auto-karavaan wacht hooge oomes uit Brus sel, gemeenteraadsleden uit la Roche en Ar- lon, bestuurderen der Touring-Club en dag bladschrijvers. Het is een „wegendag" van het Ardenneesch toerisme. Orban de Xivry is de leider, Dantine Elias zijn profeet en mi nister Lippens de „grand seigneur" der be zoekers. Het gezelschap, aan boord van een dertig tal auto's, belandt in een vriendelijk en voor ce gelegenheid kleurig versierd dorpia Roche, parel der Ardennen. Origineele ont vangst, geen hotelbezoek, wij zijn de gasten \an de goedgezinde bevolking. Wat dat be- teekent zien wij bij het ontvangen van „une petite tasse de café", die opgediend wordt niet schalen vol lekkernijen ter versiering van het ouderwetsche masteluinenbrood der streek. Van la Roche gaat de vroolijke karavaan naar de „Baraque Fraiture", over Hérou en Houffalize, steeds veranderlijke gezichts punten van een varieerend landschap, van zon op de heuvels en zilverschijn van late dauwdraden in de dalen. Te Houffalize, op het Gemeentehuis, begroeting door den gou verneur der Belgische provincie Luxemburg, redevoeringen van de Xivry en Elias, toast van minister Lippens. En weer „une petite tasse de café". Doch het in Holland meer be kende „kleintje koffie" is hier een rijk de jeuner, aangeboden door de gemeente aan de 125 gasten. Tenslotte de oplossing, het doel van dezen dag een door de bevolking aangeboden ver zoek om nieuwe wegen „om de toeristen be ter te kunnen ontvangen". De omschrijving lijkt ons minder juistde toeristen kunnen ci niet beter ontvangen worden als wij het ondervonden hebben. Dat de wegen er slecht zijn, willen wij overigens gaarne erkennen, doch ze zijn er even pittoresk dan middel- eeuwsch hobbelig. Wij hebben het gevoeld ondanks de beste schokbrekers. Het staat echter te bezien of de Ardennen, indien ze door deze wellicht doelmatige propaganda al nieuwe wegen zouden krijgen, er ook mooier op zullen worden. Nieuwe wegen zullen het aspect der streek veel veranderen, zoo niet geheel moderniseeren, hetgeen allerminst bij kan dragen tot bevordering van het plaatse lijk toerisme. Aan den oudsten Wagner-zanger ter we reld, Jacques Urlus, nog steeds onovertroffen op zijn gebied, werd gisteren, by ztfn aan komst te Antwerpen, waar hij eenige con certen zou geven, een spontane en welver diende hulde gebracht. Het initiatief daar toe ging uit van den heer Judels, oud-direc teur van de Kon. viaamsche Opera te Ant werpen. Aan diens introductie danken wij NIEUWE CENSUURBLOEMPJES. Onder bovenstaanden titel vinden wij in het laatste blad „Filmliga", no. 5, een interes sant artikel over filmcensuur, waaraan wij het volgende ontleenen. „Politieke stormen hebben de laatste we ken de filmwereld erger geteisterd dan de aardbeving samen met de financieele crisis Hollywood. Het meest absurde censuurverbod is wel dat in Duitschland van Raymond Bernard's „Les Croix de Bois", de Fransche anti-oorlogs-film, waarover wij reeds in ons Filmnieuws hebben geschreven. De film heeft aanvankelijk zes maanden ongestoord in Duitschland geloopen en werd in ons land, o.a. in Den Haag vertoont. Zij werd bovendien in een enquête van het dag blad „Der Deutsche" door 300 filmcritici, vertegenwoordigend ongeveer 30 millioen Duitsche lezers, als op één na de beste film van 1932 beschouwdMen heeft moeite ge had met dit verbod. De deskundige van het rijksweerministerle durfde er zich niet over uitspreken, een katholiek prelaat had haar willen verbieden, dan echter omdat de heilige hostie er in werd vertoond. Ten slotte verklaarde de deskundige Van het ministerie van binnen- landsche zaken de film onvewenscht met het oog op de huidige tijdsomstandigheden. Het is wel wat veel gevergd, een kunstenaar te dwingen, werk te maken, dat rekening houdt met het humeur van een toeschouwer in een ongewisse toekomst. De officieele motiveering zegt het trouwens wat eerlijker en directer„Mit keinem Bild und keinem Wort geht der Bildstreifen auf die Ursache des Krieges ein. Er laszt die höheren Zwecke und Ziele des Krieges, wie die ideale Seite des Kriegsopfers völlig ungewürdigt. Er enthüllt ein übertrieben realistisches einseiti- ges, tendenziöses und fest defaitisches, Bild des Krieges. Das hat zu Folge, dass durch den Bildstreifen der Verteitigungswillen des Vol- kes untergraben, der Ertiichtigung der Ju- gend und der Wehrhaftmachung des Volkes entgegenwirkt und des nationale Empfinden weistester Volkskreise verletz wird". Na dezen schoonen woordenvloed leze de lezer eens over de nieuwste moordpassen en derzelver gruwelijke verdelgings-capaciteit jn geraffineerden sluipmoord. Ergo draait men thans in Duitschland alom Uciky's „Morgenrot", die weer een goede kans maakt om in Engeland verboden te worden, het pathos van „Der Rebel, Die Schlacht bei Tannenberg", „Es gibt nur einen Deutschen Rhein" en „Der Choral voa Leuthen", waar Otto Gabühr's masker als Frederik de Groote weer eens dienst doet voir een charmante oorlogs-operette, waar van zelfs de slapste Duitsche filmcritici, die thans Hitier naar de oogen zien, verklaren, dat zij ergerlijk en onhandig geparfumeerd is, en spoedig „Blutendes Deutschland" met een gesproken dialoog van den beroemden moralist Hanns Heinz Ewers. Verboden is in Duitschland daarentegen „Poil de Carotte" wegens „Einseitigheit in der Charakteristi- eerung einer Ehe". Arme Jules Renard, die dat 40 jaar geleden in zijn eenacter niet voorzien had I Verboden zijn voorts alle Russische films, „Kuhle Vampe", „lm Wes ten nichts Neues" en zelfsWestfront 1918" van Pabst. In Amerika heeft men op zijn beurt thans verboden de Ufa-film „Was wissen denn die Manner", want wat in Duitschland de na tionale censuur passeert, is voor de U.S.A. hnmoreele contrabande. Omgekeerd stuit thans het moreele kunstwerk van het hui dige Amerika, Cecil B. de Mille's „Sign of the Cross", weer in Duitschland op moeilijk heden. Italië heeft in uiterste bezorgdheid voor de moraal Erick Washneck's „Acht Madchen im Boot" verboden wat echter wel geen internationale verwikkelingen met het huidige Duitschland (dat trouwens zoo'n film niet meer zou maken) zal geven. En bovendien kan men elkaar spoedig de hand reiken ten aanzien van het pacifistische en naar men zegt fel anti-Italiaansche „Fare well to Arms", waarover ook onze censuur zal moeten oordeelen. Ons eigen land blijft allerminst ten ach ter. Verboden is de film „Scarface", omdat men voor een prachtig natuurtalent als Paul Muni de onderwereld tot onderwerp gekozen heeft, terwijl Mamoulian's „Dr. Jekyll en Mr. Hide" zoo gekneed en in het moreele dwangbuis geperst werd, dat thans de brui loft aan het begin, waaruit dr. Jekyll juist zijn afschuw voor dit leven putte, aan het slot geplaatst is, en Stevenson's novelle, die vijftig jaar lang publiek bezit was, op hoog gezag verloopt als een ordentelijke, saai- Hollandsche burgermanshistorie. Indien de ze film cru was in haar eersten vorm hetgeen allerminst ontkend kan worden zij is valsch in den vorm, waarin de keuring haar eindelijk sanctionn,eert. Het allerdwaast is echter het verbod een herhaald verbod na zes jaar van vrijheid van Eisenstein's „Potemkin", een der fundamenteele meesterwerken van de Rus sische filmkunst. Ook al met het oog op de tijdsomstandighedenDe perfiditeit schuilt hier echter in het feit, dat het geen regee- rings- of overheidsverbod betreft, maar een officieus verbod van den Nederlandschen Bioscoopbond, die een importeur verbood, deze film zelfs voor een besloten voorstelling af te staan. Er is hier maar één lichtpunt verondersteld mag worden, dat elke film liefhebber deze film reeds kent en haar heeft weten te waardeeren, onafhankelijk van de „huidige tijdsomstandigheden', waarin blijkbaar elke film ook zelfs de idee van een positief standpunt ontnomen wordt. Censuur Wie zijn de menschen, die zich dit aanmatigen en is het duldbaar, dat men deze vrijheidsbeperking van zijn zeker niet ruimer blikkenden medemensch zou verdra gen Voor dit uiterlijk gedoe en deze aan matiging der klein-burgerlijke bekrompen heid en leiding passen wij Nederlanders. Hier geen stilstaand, stinkend water l GARY COOPER ALS REGISSEUR. Gary Cooper, bekend door zijn rollen in „Marocco" en in „City Streets", zegt den Kollywoodschen ateliers voorloopig vaarwel. Hij onderneemt een film-expeditie naar China. Fotografen en technische assistenten vergezellen hem. In China wil hy een film opnemen, waarin hy zelf de eenige beroeps speler zal zyn. Het manuscript zal pas tij dens het opnemen ontstaan, waarbü ook van alle onvoorziene omstandigheden zal worden geprofiteerd. JANNINGS. Emil Jannings zal, na Cranofski's „Roi Paulle", de hoofdrol spelen in een film „Channel crossing", die door de Gaumont British te Londen wordt opgenomen. NOG EEN OUDE OPERETTE VERFILMD. In Frankryk heeft men een heel oude operette op het witte doek gebracht, n.l. De acht en twintig dagen van Clairette. Onze ouders en grootouders zullen zich dit beestje nog wel herinneren, het heeft tenminste in die jaren veel succes in de Amsterdamsche theaters gehad. Of de makers plezier van hun werk zullen beleven. Och, Mam'zelle Nitouche, Die Fledermaus en zoovele andere hebben het ook by het hedendaagsche pu bliek gedaan, waarom zou „Clairette met haar acht en twintig dagen" het dan ook niet eens probeeren ANNY ONDRA. De nieuwste Anny Ondra Film „Baby" oogst in Oostenrijk een enorm succes. De première te Weenen vond plaats in het Apo- lo-Theater in tegenwoordigheid van de be kende star en haar regisseur Karl Lamac Ook in Duitschland is het succes.van „Baby" buitengewoon» PREMIÈRES MET KONINKLIJKE TOESCHOUWERS. Het wordt meer en meer mode, dat Ko- ninkiyke families belangryke filmpremières gaan bijwonen. Onlangs was het Engelsche koningspaar aanwezig tydens de première van The Good Companions, een groot Bri tish filmwerk, en nu lezen wy in de buiten landsche bladen, dat de Belgische Koning de gala-voorstelling heeft bijgewoond van de nieuwe Pabstfilm Don Quichot met Chalia- pin. Voorwaar een mooie reclame voor de cinematografie, deze belangstelling van hoo- gerhand. MORGENROT. Deze film van de Ufa waar al zooveel oveij is geschreven heeft het hard op haar le vensweg, vanwege haar mentaliteit en on loochenbare tendenz. Men is nu eenmaal niet overal even feestelijk gestemd ten aan zien van het Hitler-regime en speciaal teni onzent, en daar komt nog bij de aan zeker heid grenzende waarschijnlijkheid, dat dit nog maar een allereerste voorlooper is. Laat ons intusschen billijk wezen ook de Russische films werden indertyd, politiek gesproken, met uiterst gemengde gevoelens ontvangen. De Filmliga, die aan haar er kenning van hun artistieke waarde het dwa ze epitheton „communistisch" dankte, weet er van mee te praten. Er is dus alle aanlei ding persooniyke reacties op het Hugen- fcerg-thema van de film „Morgenrot" tyde- lijk uit te schakelen, teneinde tot een recht vaardig oordeel te komen. Niet echter de kwestie in hoeverre dl/t een „nationalistische" film is. wy hebben inder tijd meermalen verklaard, by de vertooning der Russische films, een fascistisch of nati onalistisch werk van dezelfde waarde met geiy.fce onpartydigheid te zullen ontvangen, schrijft de Filmliga. Maar met deze film zijn wy nog op geen stukken na zoo ver. De geestdrift en het élan, de verontwaardiging en het fanatisme zelfs, ontbreken hier. Mor genrot werd kennelijk nog gemaakt in een tijdperk, dat tot voorzichtigheid en slagen- om-den-arm noopte. Maar een nationalisti sche propagandafilm met al haar goede en kwade eigenschappen kan dit vóór-kind van het Hitler-regiem niet genoemd worden.

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1933 | | pagina 11