Vlissingsche Courant
PLOUVIER alleenverkoop MAILSCHOENEN
TWEEDE BLAD
Op zoek naar een Bruid
GEMEENTEBESTUUR
FEUILLETON
BRIEVEN UIT DE HOFSTAD
Uit de Vlissingsche Courant
van vóór 50 jaar.
Firma J. W. VAN DER LINDE ZONEN
van de
van
Zaterdag 25 Februari 1933. No. 48.
verkiezing voor de tweede kamer
der staten - generaal.
De Burgemeester van Vlissingen brengt het
volgende ter openbare kennis,
Op Woensdag, 15 Maart aanstaande, zal
plaats hébben de candldaatstelling voor de
Tweede Kamer der Staten-Generajal.
Op dien dag kunnen, van des voormiddags
negen uur tot des namiddags vier uur, bij den
voorzitter van het hoofdstembureau in den
kieskring, ter secretarie der gemeente Middel
burg, worden ingeleverd
Lusten van candidaten,
als bedoeld in artikel 35 der Kieswet.
Op dezelfde lijst mogen ten hoogste twin
tig candidaten worden geplaatst. Iedere lijst
moet worden onderteekend door ten minste
vijf en twintig personen, die volgens de kie
zerslijst, geldende op hetoogenblik der inle
vering, kiezers zijn voor de Tweede Kamer der
Staten-Generaal binnen den kieskring.
Achter den naam van ieder der onderteeke
naars moet de gemeente worden vermeld op
welker kiezerslijst hij voorkomt. Dezelfde kie
zer .mag niet meer dan één lijst onderteeke
nen.
De candidaten moeten, met vermelding van
hun voorletters en woonplaats, op de lijsten
geplaatst worden in de volgorde, waarin door
de onderteekienaars aan hen de voorkeur
wordt gegeven.
Indien de candidaat is een gehuwde vrouw
of weduwe, wordt zij op de lijst vermeld met
den naam van haar echtgenoot of overleden
echtgenoot onder toevoeging van haren eigen
naam, voorafgegaan door het woord„gebo
ren" of een afkorting van dit woord.
Bij de vermelding van een candidaat mo
gen de voorletters geheel of ten deele door de
voornamen worden vervangen.
Dezelfde candidaat mag niet voorkomen op
meer dan één van de lijsten.
Bij de lijst moet worden overgelegd de in
art. 4 van het Koninklijk besluit van 12 De
cember 1917 (Staatsblad no. 692) bedoelde
schriftelijke verklaring van iederen daarop
voorkomenden candidaat, dat hij bewilligt in
zijn candidaatstelling op deze lijst. Indien de
candidaat zich buiten het Rijk in Europa be
vindt, kan de hier bedoelde verklaring tele
grafisch worden gedaan en is zij niet aan het
officieele formulier, hierboven bedoeld, ge
bonden.
De inlevering der-lijst moet geschieden per
soonlijk door één der onderteekenaars. De
candidaten kunnen daarbij tegenwoordig zijn.
Van de inlevering wordt door den voorzitter
van het hoofdstembureau een bewijs van ont
vangst afgegeven.
Formulieren, voor de lijsten en voor de
schriftelijke verklaring, hierboven vermeld,
zijn ter secretarie dezer gemeente kosteloos
verkrijgbaar tot en met den dag der candi
daatstelling.
In herinnering wordt gebracht artikel 148
der Kieswet, luidende als volgt
Hij die eene lijst, als bedoeld in artikel 35,
inlevert, wetende dat zij voorzien is van
handteekeningen van personen, die niet be
voegd zijn tot deelneming aan de verkiezing,
waarvoor de inlevering geschiedt, terwijl zon
der die handteekeningen geen voldoend aan
tal voor eene geldige lijst zou overblijven,
wordt gestraft met gevangenisstraf van ten
hoogste drie maanden of een geldboete van
ten hoogste honderd twintig gulden.
Met gelijke straf wordt gestraft hij, die
wetende dat hij niet bevoegd is tot deelne
ming aan de verkiezing, eene voor die inleve
ring bestemde lijst, als bedoeld bij artikel 35,
heeft onderteekend.
Vlissingen, 25 Februari 1933.
De Burgemeester voornoemd,
P. G. LAERNOES, L.B.
EEN VROOLIJKE LIEFDESROMAN VAN
BERTA RUCK.
CNadruk verbodenJ
70)
Ik keek naar het tweetal voor mij, dat zoo
prachtig bij elkaar paste. Wat zullen zij
iederen dag, van den ochtend tot den avond
met elkaar overleggen en eindelooze bespre
kingen houden, over het nieuwe huis, dat
op de puinhoopen van „The Gables" zal
moeten, verrijzen.
.Het verstadig opnemen? Jelui verge
ven?" zei ik, en met een tamelijk theatraal
heldhaftig gebaar„Ik zal het beproeven."
Het effect van dit edelmoedige antwoord
werd echter totaal bedorven. Want op net-
zelfde oogenblik verscheen mijn bruggen
bouwer. Hij zag er verhit en knap uit bij het
licht der laatste vlammen. Zijn khakipet-
stond naar achteren geschoven en zijn han
den waren zoo zwart van den rgok, als de
handjes van de rakkers. Zonder de minsts
notitie van de anderen te nemen hij zag
ze feitelijk niet riep hij mij vriendelijk
toe. „Hallo, Joey, ben je daar, schat
Ik zag Hilary een soort bokkensprong ma
ken en een stap voorwaarts doen. May Smith
verstijfde plotseling over al haar leden en
échtte zich in haar volle lengte op, toen zij
Ontsiering. Musici-import.
Aan den ingang van de Zeestraat, waar
ter linkerzijde zich het monumentale gebouw
van het Hoofdbestuur der Posterijen en Tele
grafie verheft, staat ter rechterzijde op een
bijna poëtisch hoekje aan de Kromming van
de gracht een huis, zoo vies en vervallen als
er wellicht geen tweede in de vorstelijke
rseidentie is. Onlangs hebben de kranten uit
voerige verhalen gedaan van de ontmesting,
welke de gemeentelijke reinigingsdienst in
dit huis heeft toegepast.
In de parterre is een „Huize Artistiek" ge
vestigd, waar antiquiteiten te koop zijn. De
houder daarvan heeft met de rest van het
huis niets te maken, maar het is vooral het
bovenhuis dat tot een beestenstal is gewor
den. In letterlijken zin des woords, want de
naar dien anderen jongen man staarde, dien
zij eens te voren gesproken had. Haar ver
bazing scheen ten top te stijgen, toen zij
naar den jongen man keek, die mijn hand
ais een onmiskenbaar eigendom vatte en in
de plooi van zijn khakimouw deed ver
dwijnen.
Zoo sterk Is.de kracht der gewoonte, dat
Hilary ons boosaardig aankeek. Ik geloof
zelfs, dat het op het puntje van zijn tong
lag om „Josephine, ik verbied u, om dat on-
gewenschte militaire jongihensch een arm
te geven", te zeggen.
Daar is het nu echter te laat voor. Nie
mand kan mij dat nu meer verbieden. Vader
en moeder zullen het zeker niet doen, want
die zijn veel te trotsch op hun aanstaanden
schoonzoon. Niemand kan mij nu meer
scheiden van den eenigen man ter wereld,
voor wien ik geboren was
Ik geloof, dat dit alles op mijn gelaat te
lezen stond, toen ik met mijn held in het
licht der uitstervende vlammen van „The
Gables" staarde.
Voor de laatste maal barstte Hilary tegen
my los.
„O, ik zie het nu. U heeft mij voor den
gek gehouden, Josephine. Ik geloof, dat ik
u hier stootte hij zijn meest sarcastisch
lachje uit „—moet feliciteeren
„Neen, mij, als het u belieft, mijnheer
Sykes", antwoordde mijn bruggenbouwer.
Hjj bracht zijn hand aan zijn pet, toen
hb de verontwaardigde May Smith ont
dekte. Nu eerst zag hij dat er een meisje
eenigszins vreemde bewoonster een tuin-
architecte laat haar kippen, katten en gei
ten rustig door haar huis wandelen. Alles is
haveloos en smerig, tal van ruiten zyn bij
één gehouden en het is waarlijk niet te ge-
looven hoe erg het wel is.
Alle pogingen door het gemeentebestuur
aangewend om den eigenaar te bewegen deze
ontsiering der gemeente te verbeteren, zijn
mislukt en het laatste middel is nu toege
past onbewoonbaarverklaring. Daar schie
ten wij nog niet zoo heel hard mee op, want
dat verdrijft alleen de bewoonster en het is
nog de vraag of de winkel behoeft te ver
dwijnen. In ieder geval zal de eigenaar nu
wel meer moeite doen om het pand te ver-
koopen, ten einde na afbraak op het terrein
iets anders te stichten.
Wat de oorzaak is van dit verval weten
we niet. Alle woningen in de omgeving zijn
bewoond, zoodat niet is aan te nemen, dat
juist dit geen gegadigde zou vinden als ze er
was, doch hij herkende haar niet.
Ik geloof, dat hjj trouwens nooit meer een
ander meisje dan mij alleen zal herkennen.
Moeder zegt, dat geen enkele ware verloofde
dat kan. Ik hoorde Dick zijn leedwezen be
tuigen over het afbranden van „The Ga-
bles" dat het vuur te snel om zich had
heen gegrepen, om het te, kunnen stuiten
daarna mompelde hij, dat hier verder niets
te doen viel.
Toen ik daar met mijn arm door den zijne
stond, zag ik duidelijk dat die anderen zich
als de beleedigde partij beschouwden.
Dan zei mijn bruggenbouwer„Goeden
avond. Kom mee, Joey. Je moeder heeft
mij gestuurd, om je naar huis te brengen,
lieveling."
Wij wandelden samen terug, mijn brug
genbouwer en ik.
Op eenigen afstand voor ons uit wandel
den Daisy en Billy en voor hen vader en
moeder, hand in hand, alsof zij pasverloof
den waren.
„Loop niet zoo vlug, lieve schat", protes
teerde Dick. „Ik heb al die weken moeten
wachten en zoo naar je verlangd. Gun mij
nu een oogcnblikje."
XXXI.
Het oogcnblikje.
Een gevoel van zaligheid doortrilde mij.
toen hij mij aan zijn hart'drukte. De hoo
rnen van de laan fluisterden in den avond
dauw, alsof zij elkaar opmerkzaam wilden
maken op het minnend paar^ dat in hun
goed uitzag. Heel wat van dergelijke bouw
vallen zijn in den loop der tijden verdwenen,
maar in den regel stonden die niet aan een
hoofdweg. Hier moet dus met alle kracht
worden ingegrep- n en al is nu het bouwval
in zijn soort een bezienswaardigheid, het is
voor het aanzien toen maar beter die curiosi
teit te doen verdwijnen.
Het oude vieze is op een plaatje altijd aar
dig, maar de werkelijkheid is anders. Zoo
was het vroeger met die knusse hofjes in
Scheveningen ook. £noezig vonden de kijkers
ze, maar de hygiënisten hebben andere
ideeën over snoezigheid. Ze zijn dan ook alle
tot den grond gesloopt. Er zijn er bij ge
weest, waarvoor men geen sloopers kon vin
den, omdat niemand zich aan de vuile boel
waagde. Toen kwam de brandweer en die
heeft er den rooden haan ingejaagd, waar
door de ongewenschte bewoners uit het
dierenrijk wel te verstaan een jammerlij
ken dood in de vlammen vonden.
schaduw stond. Dan lichtte Dick met zijn
hand mijn kin omhoog en kuste mij vurig,
doch eerbiedig op mijn lippen.
Na eenige oogenblikken van ongekende
ontroering onttrok ik mij zacht aan zijn
omhelzing en vroeg verward„Waarom
waarom bemin je mij eigenlijk, Dick?"
„Omdat jij het bent, Joey Of denk je.
lieveling, dat ik het doe om mijn mama te
believen fluisterde hij teeder. „Zij zal
overgelukkig zijn als zij het hoort, dat weet
ik zeker, want zij schrijft mij eiken dag over
je en vraagt in eiken brief, hoe het er mee
staat. Van het begin af was zij al dol op je,
maar niet zoo neen, geen duizendste part
als ik mijn dierbare Joeytje bemin. O
hemel, neen I" En hij drukte mij nog inni
ger aan zijn edel hart.
Eindelijk zei ik, plotseling aan moeder
denkend„Zeg, Dick, ze zullen thuis op ons
zitten wachten 1"
„Zij moeten maar even geduld met ons
hebben", fluisterde mijn verloofde. „Ons
O Joey, vind je het niet verrukkelijk, dat
wij nu eindelijk „Ons" kunnen zeggen Nu
behooren wij elkaar voor altijd toe, lieve
schat I Nu is mijn mooie Joey eeuwig de
mijne !M
Ik kon het nog niet gelooven. Ik kon niet
tot uitdrukking brengen, wat ik gevoelde
tegenover deze groote levenskwestie. En als
eer echte vrouw, kwam ik terug op een van
de kleine, onbeduidende levensvraagstukken.
Met mijn hoofd tegen zijn borst, fluisterde
ik to de plooien van zijn khakijasi
8e weeTe 1883.
Ter gelegenheid ran den 66sten verjaardag
van Z. M. den Koning werd alhier een groote
parade gehouden door het garnizoen en de
schutterU. waarbij voor het eerst, officieel
als deel van de schutterij, het muziekgezel
schap „Ons Genoegen" tegenwoordig was.
De burgemeester met den heer Jacob Ho-
bein en den heer Goebel, in het uniform van
officier der Pruisische landweer, woonden de
parade bij.
Op de werf der Kon. Mij. „de Schelde" zijn
met het beste gevolg de werkzaamheden vol
tooid tot het opstellen van een ijzeren bok.
Deze bestaat uit 3 ijzeren masten, van welke
twee ieder 6 ton en één ruim 8 ton wegen,
bij een lengte van niet minder dan 87 voet.
De bok moet dienen tot het lichten van las
ten, door middel van stoom, tot een gewicht
van 40 ton.
Op 23 Februari, 's avonds 9 uur, is op een
tot dusver nog onverklaarbare wijze een
ketel gesprongen in de salmoniak-fabriek van
de gasfabriek alhier, waarbij de 28-jarige
stoker J. A. om het leven is gekomen. Het
geheele gebouw is totaal vernield. De ge
sprongen ketel is door de daaraan grenzenden
muur van het tonnenmagazijn tot op een
verren afstand daarvan terechtgekomen. De
schade is zeer aanzienlijk.
Iemand die in Middelburg een erfenis in
ontvangst had genomen, heeft deze in een
der tramwagens laten liggen. Een medepas
sagier stelde de portefeuille met een bedrag
van 1240 aan geld, ter hand aan den con
ducteur de K., waardoor het verlorene spoe
dig daarop aan den rechthebbende ter hand
gesteld kon worden.
Bedankt voor het beroep naar Vlissingen
ds. H. R. Snijder, Evang. Luth. predikant te
Medemblik.
De heer H. E. de Bruyn, ingenieur van den
Rijkswaterstaat, wordt overgeplaatst naar
Leeuwarden. In zijn plaats is benoemd de
heer J. A. E. Musquetier, te Roermond.
Walstr. 98, Vlissingen
De bewaarplaats- van het brood
speelt een voorname rol. Zorg er
voor dat Uw brood in een goeden
broodtrommel en op een koele
plaats bewaard wordt.
Ons brood, op dergelijke wijze bewaard,
voldoet aan de hoogste eischen.
Misschien deed men bij het huis in de Zee
straat ook het beste met het op deze wijze
van haar bestaan te ontdoen. Het zou een
interessant schouwspel kunnen zijn. Men kan
er dag en uur en weersgesteldheid voor uit
zoeken. Als men entrée hief voor de kijkers,
kon het crisis-comité er ook nog wel bij
varen. Het ware te overwegende kosten
van deze voorstelling zouden nihil zijn.
Gelijk de kranten reeds meldden is een
speciale regeeringscommis ie ingesteld, die
zal hebbtn te adviseeren over het werken in
Nederland van niet-Nederlandsche musici en
artisten, in het bizonder van vreemdelingen
die voor Nederland een visum op hun pas
poort noodig hebben. In die commissie zijn
alleen de Nederlandsche musici in het hotel-
en restaurantbedrijf vertegenwoordigd. Het
zal dus wel een soort accoordjes-politiek
worden.
Het is moeilijk in dezie een uitspraak te
doen. Natuurlijk wil ieder wel de medeburgers
bevoordeelen, maar hier wordt dan alweer
een stapje gedaan in de richting van afzon
dering der landen. Niet alle vreemdelingen
schijnt mer. te willen i fluiten, maar het
schijnt meer de bedoeling te zijn de werk-
„Hoe kan je toch zeggen, dat ik mooi ben.
Ik ben werkelijk eerder leelijk, dan mooi."
„Leelijk Jy met je frissche snuitje
Herinner je je niet meer, wat ik er eens van
gezegd heb, Joey, toen je niet wist, dat ik
er jou mee bedoelde Het licht van den
huiselijken haard, dat in haar lieve oogen
weerkaatst. Liefelijke, hartelijke woorden
hebben de krulplooitjes om haar lief mondje
gevormd
„O Dick, ik ben zoo blij- dat je niet op
mijn mond wilt letten dat je er geen
aanmerking op hebt."
„Aanmerking Je zegt immers „aan
merking" niet
Het duurde eenige oogenblikken voor hij
mij gelegenheid gaf om te spreken.
„Ja", zei ik bijna ademloos, „want ik heb
altijd gedacht, dat hij veel te groot in ver
houding tot mijn gezicht was."
„Te groot Dat zachte, lieve, kersroode
mondje van jou?" lachte hü teeder. „Wel,
lief meisje, het is
En bij deze woorden gaf hij my het lief
ste compliment, dat zelfs een schoonheid
van den eersten rang niet beter kon ver
langen.
Want mijn bruggenbouwer liet er op vol
gen „Het is het mooiste mondje van de
wereld en ik kan er niet afblijven 1"
EINDE.