es 3 Vlissinpohe Courant PLOUVIER alleenverkoop MAILSCHOENEN ZONEN I IE0ING tumes urgsche Stoomvaart DERDE BLAD LLOYD GEORGE. FEUILLETON Op zoek naar een Bruid VAN AMSTEL EN IJ. IIIIIIIIIIIIIIIII1IIIIIII1I11III1IIIIIP iurt onze i T na Blauwe s voor OEOEREN ontant M FILIAAL UlllllllllllllilllllUlllllllllllirT Vlissingsche baar bij de ent per stuk meer 10 ct aar grootte t. vooruit. sen eer ontvangen, op, 7/2 ct. per rad vele Hoest- ïtgeneesmidde- el",WaIstr.l01. Badhuisstraat Cocos-Bood- s Tijdinghal )0.t. e. bedr. ren franco „DE chiedam. Ook >on met gratis wartkop 20 ct., my 10 ct., Zij ns, 15 ct. per Tjzel", Walstr. ieuwste Staal- japier ontvan- e. Spotprijzen, estraat 41. Souburg. LAARS 13 ct. CTERBABBE- er half pond. NST", Kanaal- eft op alle in artikelen 10 n 19. iche Installatie ;en door JOH. mstraat B 120, voor HUUR- ES. „Vraagt niet niet definitief, korting in 1ST", Kanaal- lefoon 19. 4ST", Kanaal- is toch JE en goed. Teie- oor bespuiten Rozenstruiken led gezuiverde urn. M. J. islaan 7. jrg-Rotferdam en plaatsen ASSAG1ERS, EN VEE Midd m.uur 8 v Rott vin. uur bekomen isport- en Exp. U. VOS relet DERS. Tel 153 HOUT Tel 282 K Telet 101 van de van Zaterdag 14 Januari 1933. No. 12. Bij gelegenheid van zijn 70sten geboortedag op 17 Januari a.s. Lloyd George, de grijze Engelsche staats man, die 17 Januari a.s. 70 jaar oud wordt, mag zich in een zeldzame beroemdheid ver heugen. Hij is het onderwerp geworden van menige biografie. Hy heeft zich de warme bewondering verworven van volgelingen en geestverwanten, niet slechts in Engeland, maar in vele landen daarbuiten. Hy werd geboren in 1863 te Manchester, waar zyn vader, uit Pembrokeshire (Wales) afkomstig, schoolmeester was. Deze overleed jong en de zoon werd opgevoed door zyn moeder en een edelmoedig oom, die hem tot zaakwaarnemer opleidde. In 1884 werd hy chef en later een van de directeuren van het bureau Lloyd George, Boberts en Cie. Reeds vóór dien tyd echter had hy door geest driftige artikelen in de „North Wales Ex press" geschreven onder het pseudoniem „Brutus", de aandacht op zich gevestigd. Hy was een uitstekend redenaar en reeds in 1884 werd hy door niemand minder dan Mr. Joseph Chamberlain als een toekomstig lei der verwelkomd. In April 1890 werd hy tot vertegenwoordi ger van Carnarvon, een district in Noord- Wales, in het parlement gekozen, waar de Jonge Welshman zich als vurig liberaal deed kennen. Van 1899 tot 1902 was hy fel in de oppo sitie tegen de imperialistische politiek van Chamberlain en ruiterlijk kwam hij gedu rende den Transvaalschen oorlog voor zyn pro-Boer gevoelens uit. Dit bezorgde hem den tydelijken haat van verscheidene zyner landgenooten en zelfs ging het Birmin- ghamsch gepeupel hem by de verkiezingen in 1900 te ïyf. Het district Carnarvon Boroughs vaardigde hem weder af naar het Lagerhuis, waar hy in 1902 het verzet leidde tegen de voortgezette „Education Act". Sedert 1905 trad Lloyd George steeds meer naar voren op het staatstooneel en vervulde er de eene gewichtige rol na de andere. Het eerst trad hy op in het ministerie Campbell-Bannerman als minister van Han del. Als premier van de „Board of Trade" werd hy zeer geprezen om zyn reorganisatie van de Londensche haven en zyn bevordering van de Engelsche ny verheid. In 1908 trad Asquith als premier opdeze bood den ultra-radicalen Lloyd George' het kanselierschap van de schatkist aan. Als Minister van Financiën was Lloyd George mèt Asquith de groote kracht van het libe rale kabinet. Veel tegenkanting vond in 1909 de „Finance Bill", waarin nieuwe belastingen, grootendeels drukkende op de landeigenaars, waren voorgesteld ter bestryding van het te kort van 16 millioen pond op de begrooting. Voor financieele wetten gold het onge schreven gewoonterecht, dat de lords de be voegdheid van amendeering misten en dat zy feiteiyk een zoodanige wet, door het Lager huis goedgekeurd, slechts konden aannemen. De begrooting, den 19en April 1909 door Lloyd George aan het Lagerhuis aangeboden, bevatte naast verschillende posten tot uit voering van de ouderdomspensionneering, andere tot uitbreiding van de vloot, welke de conservatieven in het by zonder eischten. De regeering wilde de middelen daarvoor vinden o.a. uit een verhoogde belasting op de geest- ryke dranken en verder door een nieuwe regeling van de grondbelasting in verband met de invoering van een belasting op de waardevermeerdering van den grond. Over deze beide punten, waarby verschillende leden van het Hoogerhuis rechtstreeks of mlddel- ïyk waren betrokken, liep de strijd. Den 30sten November 1909 werd in het EEN VROOLIJKE LIEFDESROMAN VAN BERTA RUCK. (Nadruk verboden 34) Heeft u wel eens ondervonden, dat hoe 2anger je iets uitstelt, hoe moeilyker het wordt Iets wa£ je bijv. Dinsdag heel ge makkelijk kunt doen, wordt moeilyk, zoodra liet Vrijdag is en byna onmogelyk als de Zaterdag is aangebroken. De bekentenis van het verlies van dien ring aan Hilary leek niy den volgenden morgen dan ook het vreeseiyi jte ondernemen, wat in de wereld maar mogehjk was. Onder het van-school-halen en de lunch was het my, of ik naar den tandarts moest Ik wist, dat Hilary nooit 's morgenss kwamvoor hy zijn lunch heeft gebruikt is hy tot niets goeds in staatdat zegt hy zelf, dus zal het wel waar zyn. Maar aanstonds tou hy wel komen Brr En toch wilde ik het hem zeggen, voor hij het zelf bemerken zou. Jk vertelde myn leed aan Daisy en zy was erg sympathiek. 'tWas verwonderiyk, hoe veranderd zy was, nu zy verliefd was op den bruggenbouwer. Ze zei„Ja, beste Joey, er zal natuuriyk een vervelend kwartiertje voor je op zitten. Maar je hebt 'm toch niet opzettelyk ver leren." Hoogerhuis een voorstel van Lord Lansdówne aangenomen, waarby het Hoogerhuis ver klaarde, zich niet gerechtigd te achten deze begrooting aan te nemen voor het land er over had kunnen oordeelen. Het Lagerhuis verklaarde ln antwoord daarop den 2en De cember dit besluit in stryd met de grondwet en de regeering kondigde de ontbinding van het Lagerhuis aan, die li) Januari 1910 plaats vond. De verldezingsstryd liep over de kwestie van het veto-recht der lords, die aan een liberale meerderheid het regeeren on mogelyk konden maken. De conservatieven en vooral de vleugel, welke Chamberlain aan voerde, gebruikten de tarief-hervorming als verkiezingsleuze, terwyl zy daarnaast vooral op het Duitsche gevaar in verband met de z.g. verwaarloozing van de vloot wezen. De minder gunstige uitslag van de verkiezingen en het overiyden des konings in Mei van dat jaar, maakten, dat de status quo gehand haafd bleef. Na de tweede ontbinding van het parlement diende de regeering den 21sten Februari de parlement- of veto-wet onver anderd in. De 900 amendementen, welke voor de tweede lezing waren Ingediend, wees de regeering af, waarna het ontwerp in derde lezing op 15 Mei 1911 werd aangenomen. Den lOen Augustus werd de wet met den steun van den aartsbisschop van Canterbury en lord Lansdówne met 131 tegen 114 stemmen aangenomen, zoodat tenslotte na geweldigen stryd Lloyd George zyn plannen inzake de democratiseering van de grondwet had weten door te zetten. In de Engelsche buitenlandsche staatkunde stond de Marokko-kwestie op den voorgrond. Na het zenden van Duitsche oorlogsschepen naar Agadir koos de Engelsche pers byna eenstemmig party voor Frankryk. Ook de regeering schaarde zich naast haar bondge noot. Een dreigende rede van Lloyd George deed evenmin aan de gezindheid van Enge land twyfelen. Toen in Januari 1913 Asquith de Reformbill van 1912, waarbij het algemeen kiesrecht voor mannen en vrouwen zou worden inge voerd, had ingetrokken, omdat er geen meer derheid voor te vinden was, werd door de aanvoerster der suffragettes, mevrouw Pank- hurst, brand gesticht in het huis van Lloyd George, waarvoor zy tot 3 jaar gevangenis straf werd veroordeeld. Bekend uit dien ty'd der suffragettes is het volgende vermakeiyke voorval Tydens een vergadering beet een der suffragettes Lloyd George toe „Als U myn man was, zou ik U vergift toedienenwaarop de gewiekste staatsman onmiddellyk zeer geestig ant woordde „En als U myn vrouw was, zou ik het innemen ook In 1913 kondigde Lloyd George ln een, den lien October te Belfast gehouden rede aan, dat er een einde moest komen aan de macht der grootgrondbezitters en dat hij niet voor doortastende maatregelen zou terugdeinzen om snel het doel te bereiken. De wereldoorlog was oorzaak, dat dit voor nemen voorloopig uitgesteld werd. Als gevolg van dien oorlog trad den 26sten Mei 1915 een Coalitie-kabinet op, waarin Lloyd George minister werd van het departement van mu nitie. Na den dood van Kitchene. volgde hy dezen op als Minister van Oorlog Onder zyn ministerschap werd de burger conscriptie ingevoerd, waarbij ook vrouwen tot verplicht werk werden opgeroepen. In December 1916 eischte hy de vorming van een kleinen, met dictatoriale macht voorzienen Oorlogsraad. Den 9en December 1916 verleende de koning hem daartoe op dracht. Lloyd George nam als eerste lid der schatkist, het presidium van het nieuwe ka binet op zich. In den kleinen Oorlogsraad namen met hem Lord Curzon, Bonar Law, de arbeiders-afgevaardigde Henderson en Lord Milner zitting. Na den oorlog, ln begin 1919 trad hij, als premier van Engeland, in den Oppersten Raad van Tien, die gaandeweg werd inge perkt tot drie. In Versailles en in tal van andere steden van Europa, heeft hy in allerlei conferenties als Engelands vertegenwoordiger mee beraad slaagd en beslist over de groote internationale vraagstukken van het economische leven. In 1922 werd hy als premier opgevolgd door Bonar Law, waarop Lloyd George in de op positie ging tegenover de toen optredende conservatieve regeering. In de Engelsche Liberale Party deden zich de laatste jaren verscheidene moeilijkheden voor, waarby bleek, dat Lloyd George meer links stond dan yerscheidenen zyner vroe gere volgelingen. Het verouderd ziekenfondswezen. Aanvankelijke actie der doktoren. Patiënten "blijven ontevreden. Actie voor behandeling in democratischen geest. Stakings-impasse. Auto tentoonstelling en jaarbeurs in de R. A. I. Wy leven in een tyd van hervormingen op elk gebied en wat voorheen zelfs in de krin gen der wetenschap voor onmogelyk, althans praktisch onuitvoerbaar werd gehouden, blykt in onze dagen de eenvoudigste zaak ter wereld. Wy denken daarbij aan de uitvinding der draadiooze telefonie en telegrafie, het elec- trisch licht, de vliegmachine, Zeppelin, gra- mofoon e.d. En de thans weer aangekondig de belangrijke hei*vormingen bij ons spoorwe zen wyzen er op, hoe zelfs de nauweiyks toe gepaste, volmaakt gedachte electrificiatle al weer voor een nieuw en practischer systeem zal moeten wyken. Ook op maatschappelijk gebied hebben zich in het laatst dezer eeuw belangrijke hervor mingen voltrokken, al moet erkend worden, dat er op velerlei terrein, zooals ten aanzien van de volkshuisvesting, ouderdomsverzor ging, het gevangeniswezen enz. nog groote achterstand te boeken valt. Een der meest verouderde en voor ingry- pende hervormingen in aanmerking komende organisaties van algemeen maatschappeiyk belang lijkt ons wel het ziekenfondswezen. Er bestaan hier te Amsterdam zgn. zieken bussen in wier statuten sedert hun oprich ting tusschen 18201840 nog geen enkel ar tikel is gewijzigd, met uitzondering natuuriyk van die betreffende contributie-verhooging Zelfs de oude spelling bleef gehandhaafd. Indertyd is op initiatief van de Amster- damsche geneesheeren krachtig ingegrepen in de vunzige en stoffige huishouding van deze fossielen, waarby door de doktoren groo teren invloed op den gang van zaken, ruimer honorai 'urn en ook afdoende waarborgen te gen toetreding van welgestelden werd ver kregen. Aan de belangen der fondsleden ech ter is minder gedacht. Zelfs zyn hun illustre rechten in zeker opzicht nog verkort door de nieuwe bepaling, evenzeer op initiatief der fondsdoktoren, dat specialistenhulp uitslui tend kan worden ingeroepen in overleg en na verkregen toestemming van den betrokken huisarts. Dank zij het verzet der specialisten is later in ieder geval nog deze compensatie toege staan, dat men als fondslid ook zonder ver lof of voorkennis van den huisarts de fonds kliniek kan bezoeken, en fondsgeneesmiddelen betrekken, mits men hiervoor 3.50 extra per maand betaald. (Het geld, dat stom is enz.) Over het voorheen en thans dezer Amster- damsche ziekenbussen de goeden niet te na gesproken en hun niet altyd achtens waardige exploitanten zouden we kolommen vol kunnen schrij'en. V'e volstaan echter met de vermelding, dat er in byna alle gevallen vermogens met deze fondsen zyn verdiend, dat er een directeur-eigenaar is geweest die meer dan twee ton met bacchanaliën heeft zoek gemaakt en deswege zelfs zyn landhuis op de Veluwe heeft moeten ruimen om aan de woede der bevolking te ontkomen. Voorts dat de fondsleden stelselmatig ook nü nog buiten alle interne fondsaangelegenheden, inclusief de geldmiddelen, qualiteit en pry zen der- geneesmiddelen, zijn gehouden en eerst Uitsluitend verkrijgbaar In de oranje-bandbuisjes van 20 tabl. 70 ets. en oranjezakjes van 2 tab!. A 10 ets. onlangs de doktoren controle over deze aan gelegenheid hebben verkregen. Men beweert zelfs, dat de doktoren het be heer van de ziekenfondsen thans geheel in handen hebben, doch we betwyfelen dit. De mysterieuze pruiken-sfeer, waarin deze Amsterdamsche ziekenfondsen zich nu lan ger dan een eeuw al hebben bewogen, biyft intusschen nog altyd hun doen en laten be- heerschen. De leden of „verzekerden" hebben niet de minste stem in het kapittel, zy mo gen alleen betalen. Maar er komt kentering. We waren deze week, hoewel niet geïnte resseerd, genoodigd op een vergadering In Zuid, waarin een langdurige en geanimeerde bespreking over deze fondsen plaats had, ge animeerd, omdat daarin nog al eens eigen aardige staaltjes van Amsterdamsche fonds- doktorenbehandeling en opvattingen daarom trent van fondsleden werden gelanceerd, hoewel de medische behandeling niet bepaald werd misprezen. Er woei om het zoo eens uit te drukken een democratische wind door deze vergadering van kleine luyden. Zoo beklaagde een juffrouw zich, dat haar fondsdokter by zyn bezoek altyd zeer „te rughoudend" was. Naar de levensomstandig heden van het gezin, den welstand der kin deren informeerde hy niet, ook kreeg zy by zyn komst of vertrek geen handdruk. „Hoef ook niet", interrumpeerde een ver standige juffrouw uit de vergadering, „als de dokter als dokter maar goed is". „Neen", zei de eerste woordvoerster, „maar by mijn buurjuffrouw aan den overkant doet myn fondsdokter heel anders. Daar zit hij gemoedelyk te platen eri klopt haar by het heengaan nog gemoedelijk op den schouder. Maar die juffrouw is ook betalend patiënt" (alsof de fondsleden niet betalen Een andere juffrouw, 'n linnennaaister, bleek zeer ontdaan over een „onaangename ervaring" bij haar fondsarts aan huis. Stel u voor 's morgens op t spreekuur van ach ten was zy altyd toegelaten in een wachtka mer waar eenige banken en een ongedekte houten tafel stonden en een petroleumkachel brandde, maar toen zy eens, in opdracht van haar mevrouw, op t particulier spreekuur verscheen, was dezelfde wachtkamer een salon geworden. Er lag nu een kostbaar tapijt op den vloer, er stond een mollige divan, de tafel was er met een zijden kl§ed bedekt, de haard versp. eidde er een aangename warmte en voor het -aam stonden er zelfs bloemen. De juffrouw noemde zulks „in één woord verschrikkelijk" en de vergadering stemde ditmaal met deze zienswyze in. Een bejaard heer, gepensioneerd, had nóg „grievender behandeling" ondervonden. Een zijner vrienden zoo vertelde hy een gefortuneerd handelsman in ruste, had in een helschen rheumatiekaanval tegenover zyn geneesheer uitgeroepen„Dokter, die kwaal is nog myn dood", waarop de arts hem vriendelyk-kalmeerend de hand op het klam me hoofd had gelegd en gezegd „Je zult nog lang leven, vriend. Je weet niet hoe taai een mensch is". En in ongeveer eenzelfde pijniyk geval, toen de 78-jarige klager tegenover zyn fonds dokter de vrees had uitgesproken wel nooit den leeftijd van vader en grootvader te zul len halen, die respectievelyk 96 en 98 oud waren geworden, had deze hem koeltjes toe gevoegd „Men -kan ook niet zoo oud worden als men zelf wil. Maar ik zal zien wat er aan u te repareeren valt". Vooral dat „repareeren" had de oude heer diep gegriefd Zoo was er in deze geanimeerde vergade- „Hilary zal even boos zyn, alsof ik het ding opzettelijk was kwytgeraakt 1 Je weet hos zorgeloosheid en slordigheid als onver- geeflyke zonden door hem worden be schouwd." „Nu, wat kan hy Je doen Hy zal je toch niet opeten", zei Daisy, ,,'t Ergste wat hy kan doen is de verloving verbreken, op grond dat hy geen meisje kan liefhebben, dat kostbare juweelen verliest." Ik zei niets. Ik was vreeseiyk bang, dat als ik myn mond open zou doen, de werke lijke waarheid er uit zou vliegen. Namelyk, dat het myn vurigste wensch was, dat hij aan onze verloving een einde zou maken. Zou dat geen prachtig voorwendsel voor hem zyn Maar dat mocht niet gebeuren Neen, dat ging .nietik moest aan moeder zoowel als Daisy denken. Wanneer zy, zooals te hopen is, met mynheer Rowlands trouwt, zal zy wel een lieven, maar geen rijken man heb ben. En ik had al bepaald, dat Indien zy trouwde na mij, ik haar gedurende een half jaar al mijn beschikbare geld zou geven, cm een mooien uitzet te koopen. Dat zou natuuriyk niet kunnen, als de verloving af was. En zoo stond het ook met veel andere dingen, die ik voornemens was aan myn familie te geven, wanneer ik het eenige rijk getrouwde lid van ons gezin zou zijn. De mogeiykheid welke Daisy opperde stond geiyk met het eventjes opengaan van de gevangénisdeur en wederom dichtslaan. Ik stond op en zette mijn tuinhoed op. cm Hilary tegemoet te wandelen. Ik deed niets aan myn haar. Het kon my niets schelen, hoe ik er uitzag. Slecht gemutst liep ik de deur uit, want ik had een gevoel of ik over de borstwering naar de loopgraaf van den vyand liep. Ik ontmoette den vyand ik bedoel myn verloofde by het tuinhek met de groote koperen plaat, waarop „The Gables" prykte. Hij scheen goed geluimd te zyn dien mor gen. „Ach, Josephine", zei hy vrlendeiyk, toen ik neuriënd aan kwam loopen. Ik moest maar direct met myn biecht be ginnen. Maar hoe? Ik had onderweg by myzelf al verschillende aanloopjes gepro beerd en een er van kwam my nog al or- denteiyk voor. En nu ik moest beginnen, wilde het my niet te binnen schieten. Zon der het zelf te weten begon ik „Hilary, ik weet niet, of je het my ooit vergeven kan, maar er Is iets erg gebeurd. Het spijt me vreeseiyk en ik denk, dat je me v?eeseiyk zorgeloos zult vinden, nr,ar Meer had ik niet noodig te zeggen. Ik had onwillekeurig met myn handen den bovenkant van het tuinhek gegrepen, voor steun en plotseling wees Hilary naar myn linkerhand. Met plechtig verbolgen stem zei hy „Schat, waarom draagt u uw verlovings ring niet?" „Ik kan niet", zei ik kortaf. Het diende nergens toe, er omheen te draaien. „Ik heb 'rr verloren „Verloren zei Hilary op een toon, die bewees, dat hy zyn ooren niet kon gelooven. „Uw engagementsring verloren? Den ring, dien ik twee jaar lang voor die gelegenheid heb bewaard, 't Is onmogelyk 1" „Het is niet onmogelyk", zei ik, hopeloos myn hoofd schuddend, terwyi ik daar by het tuinhek van myn toekomstig huis stond en myn rlnglooze handen eenigszins vinnig samenvouwde, ,,'t Is wel degeiyk mogeiyk. Hilary, want ik heb 'm beslist verloren „Maar, beste Josephine, zoo'n ring 1 Het is my onbegrypelijk, hoe u hem heeft kun nen verliezen",, opperde Hilary nog steeds ongeloovlg. Hy nam zyn pince-nez af en begon m met zyn zijden pochette te wry ven en wel zoo gewichtig, dat hij mij aan een rechter van instructie van de ergste soort deed denken. Ik gevoelde mij hoe langer hoe on- behaaglyker. Daarna revolverde hy met zyn afgemeten vervelende stera ecrige viayen c*> my af. „Hoe lang is u hem Hseft u het meidenkamertje nagezocht Is u volkomen zeker van de werkw. ouw van u Hoe is u 'm kwytgeraakt? Waar kunt u 'm geborgen hebben 1" „Ik heb 'm heeelmaal niet opgeborgen" zei ik ellendig zenuwachtig. „En het ergste is dat ik weet, waar hy te." „Weet u waar hij is Waar dan, Jose phine „Op den bodem van de rivier", zei ik zoo wanhonig ellendig, alsof het myn hoop uit- diukte. ook zoo diep onder de oppervlakte te liggen. ring vermoedelijk veel „Wahrheit und Dich- tung" maar ook veel Amsterdamsche humor en leutigheid. Ontdaan van alle glossen kwam te mid dernacht het tastbaar resultaat hierop neer men zal trachten het ziekenfondswezen, voor, zoover het particulier geëxploiteerd wordt, geheel uit te schakelen. Men wil hiertoe een stichting in het leven roepen, die zelf ge neesheeren benoemd en hun de belangen van een zeker aantal patiënten toevertrouwd. Deze geneesheeren zullen vanwege de stichting worden gesalarieerd en gepensio neerd. zy mogen geen particuliere practyk uitoefenen, staan dus tot haar In de verhou ding van ambtenaren. In Den Haag moet de coöperatie reeds iets in dien geest tot stand hebben gebracht en met succes. Daar zal men nu deze inzon derheid, voor Amsterdam belangryke aange legenheid nader bestudeeren en dan rapport uitbrengen. Namens een medicus werd ook medegedeeld, dat deze bereid zou zijn met steun en onder controle der stichting een persoonlyk abonnement met oud-fondsleden af te sluiten. In ieder geval acht men het huidige fonds systeem "uit den tyd en wil men het doen plaats maken voor een in het belang van de verhouding tusschen geneesheer en patient meer democratisch stelsel. Amsterdam bevindt zich plotseling weer in een stakings-impasse. De huurstaking wordt ondanks de vele uit zettingen nog in verschillende buurten voort gezet. Aangezien nagenoeg alle huurders hun verplichtingen tegenover de betrokken com missies zyn nagekomen, beschikken de weer- standskassen over voldoende middelen om de actie voort te zetten. De eigenaren die tot uitzetting overgingen ontvangen de by rde commissie gedeponeerde hum-penningen niet meer terug. Deze gelden worden gebruikt om de eerste huurweken en verhuizing der uit gezette gezinnen te bekostigen. Inmiddels is de groote staking in de Hud, sonstraat (West), waarbij ook neringdoenden betrokken waren, opgeheven, daar de eigena ren de huren resp. met 50 en 75 cent per week hebben verlaagd. Het woningbureau an nex bouwmaatschappy Van der Schaar, medo in West, weigert echter huurvermindering of bespreking. Andere eigenaren besloten tot nader overleg. Coneurreerende eigenaren ma ken het door het aanbieden van goedkoop© woningen den bouwmaatschappen natuurlijk niet gemakkelyk. Bovendien is er op het enorme terrein tus schen Admiraal De Ruyterweg en Haarlem merweg by den goedkoopen woningbouw een staking uitgebroken, waardoor het openstel len van nieuwe woningen wordt belemmerd. Ook de staking in het confectiebedrijf, als gevolg eener voorgestelde loonsverlaging, brengt nog al beroering in de stad, hoewel de kansen voor bij legging van het conflict stygen. Het voorjaar nadert en onze grenzen zyn voor een belangryk deel voor den invoer van confectie gesloten. Van werkgeverszyde moet men dan ook wel geneigd zyn een redelyk bemiddelings voorstel, waarby rekening wordt gehouden met de algemeene prijsdaling, te aanvaarden. Gelukkig vindt een aantal werkloozen thans emplooi in de R.A.I., waar een grootsche automobieltentoonstelling wordt ingericht de deelname is zelfs belangrijker dan in 1931. Na deze tentoonstelling volgt begin Maart de jaarbeurs van de Dameskroniek, zoodat de werkloozen nagenoeg zonder pauzeering in de RA.I. aan den arbeid kunnen blijven. Ook de a.s. Kamerverkiezingen, waarvoor „De rivierHoe komt hij om 's hemelswil daar terecht zei Hilary, terwyi hij mij half kwaad, half verward aanstaarde. Ik beschreef hem ons boottochtje van gis teren, dat een zoo tragisch einde had gehad. „Ik begrijp niet, hoe zooiets kan gebeu ren", zei hy. „Vertel het my nog eens. O leunde over den rand van de boot, zegt u. Om te beginnen is het al een dwaasheid dat bootjevaren. Vreeselijk ordinair. En dan op de rivier, waar dat gewone volk ook steeds rondzwalkt. I k ga nooit varen I" Als Hilary zegt, ik doe nooit dit of dat, dan wil hy daarmee zeggen, dat niemand dat behoort te doenbegrijpt u „Het was een voorstel van mynheer Row lands", zei ik, terwijl ik op mijn lippen beet, om mijn opwellende tranen terug te drin gen. „Hij wilde graag een middagje met Daisy uit en ik ging mee om hen te cha- peroneeren." Hy liet een eigenaardig gesnuif hooren. „zy schijnen eon buitengewoon onhandig soort chaperonne gekozen te hebben. Uit een boot hangen om bloemen te plukken. Dat zou zelfs een kind niet gedaan hebben, Jose phine I" Onze rakkers deden het altyd, als zij met vader gingen roeien, ik zei eenter maar niets, want Hilary dreunde al maar door „TJ zegt, dat de ring van uw vinger gleed, niet waar? Ik begryp niet, hoe dat moge lijk is." Gelukkig had ik een excuus. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1933 | | pagina 9