Vlissingsche Courant I «1 NÏKEIUII rtdbrieven O 0 B- DERDE BLAD PROVINCIALE STATEN FEUILLETON Op zoek naar een Bruid Nieuwe Borden voor Rijwielpaden 09*^ euuiea» Saeefl Jc $ch als JZ£N I IIKZEE rijgbaar w O gen bij de sche Bank n Insulaire ot de be- idsen der rbank en der eringsbank. )NZE TTJES AGF.LIJKS SRDEN BINNEN. KOSTEN CENT. PLAATSEN ADVERTENTIE LDEN. week o.a. r BINNENLAND e Borne. Lucht- De „Henge- afscheid van een 's stadhuis in af- ;rkgebouw te Bos- k hoekje te Am- i Zeeland. Het Werkverschaf- Oudaen bij Breu- Abonné's. Een Sneeuwval in heel jong aan het Vatergevende cac- erdam naar Cairo, leven. Ruilhan- - Een vreemd ords. Echt ras Ioritz. De „Club t spiegeltje op den delenIn sui- T BUITENLAND Een thermometer wouw als smid. -speler. Hóe toe rollen. iJs- eck te Londen. L/ondenBrighton, vliegtuig. Over land. iGVERHAAL: Het ïgelsch. Een zeer nis. cit, door D. Men den humor in het buitenland, er kennismaking >ns bureau worden Hl WÊM van de van Zaterdag 7 Januari 1933, No. 6. Zitting van Vrijdag 6 Januari, des middags 2 uur. Voortgezet worden de algemeene beschou wingen over de begrooting voor 1933. De heer Hamelink sprak over den weg DriekwartPhilippine. De positie van het ponton-personeel te Walzoorden werd besproken, waar van. een onbillijkheid kan worden gesproken, al be treft het dan een kleine groep van perso neel. Pe agent betaalt het personeel en dit gebeurt niet zooals het behoort, Het betreft hier een toestand die reeds vele jaren be staat, toep het verkeer te Walzoorden nog van weinig beteekenis was. Te Hansweert is behoorlijk personeel dat ook het gewone loon ontvangt. Te Walzoorden zijn de ver diensten veel lager en heeft het personeel ook geen rechtspositie. Hij vraagt of het provinciaal bestuur verantwoord is dezen toestand te laten voortbestaan. Aan Ged, Staten vroeg hij een ernstig onderzoek in te stellen en in een volgende vergadering daar over een rapport aan de Prov, Staten uit te brengen. 1 De heer Overhoff wilde het hebben over de Pzem. Er bestaat nog een raad van ad- Vies, doch de leden weten zelf niet meer dat deze raad nog bestaat. Bij de wijziging der ta rieven had men den raad van advies wel kun nen raadplegen. Men kan de figuranten be ter bedanken en aan den secretaris den raad geven dat hij de stapels papier opbergt in hot aróhief. "De heer Van 't Hoff wilde geen breedvoe rige beschouwingen houden. Hij brengt een woord van waardeering aan Ged, Staten voor de voorzichtige financieele politiek die zy gevoerd hebben. De critiek is zeer mild geweest, wel een bewijs dat met de algemee ne wijze van werken wordt ingestemd. De financieele politiek van Ged. Staten is voorzichtig. Hij acht het kweeken van een reserve noodig. Wij zitten altijd met het feit dat de belastingen te hoog zijndeze moe ten naar beneden gaan. Een ander punt is de quaestie van den raad van advies van de Pzem. Hij vraagt evenals de heer Overhoff of deze raad nog wei recht van bestaan heeft. De heer Dominicus heeft met belangstel ling de beschouwingen over de begrooting gevolgd. Hij haalde aan wat de heeren De Baare en Staverman hebben gezegd over de subsidies. Hij meent dat bezuiniging wel ter dege noodzakelijk is. Een accountants-bu reau te Goes heeft hem inlichtingen ver strekt. Het gezamenlijk inkomen van 71 be drijven was in 2 jaar teruggeloopen van 685.000 op 292.886. Hij wil enkele subsi dies voor vermindering uitschakelen. De be langen van de menschen wil hij laten voor gaan boven dat van de dieren, als byv. de paardenfokkerij. Het behoud van de subsi dies voor de volksgezondheid zal hy gaarne steunen. De heer Paap zeide dat het hem genoegen doet dat de salarissen van de ambtenaren nog niet worden aangetast* Hy kan zich volkomen begrepen dat er onder de ambte naren zyn wier salarissen niet mogen wor den verlaagd. Hij acht het verkeerd dat al leen verlaging wordt voorgesteld voor nieuw aan te stellen ambtenaren, Wanneer er be zuinigd moet worden moeten alle ambtena ren daar hun deel aan betalen. De heer Kodde meent dat er in de verga dering pessimisme heersoht ten opzichte van de financiën der provincie in de toekomst. Wy zullen wel sluiten met een batig slot, doch biykt dat wij op den gewonen dienst van 1931 reeds 196.000 interen. EEN VROOLIJKE LIEFDESROMAN VAN BERTA RUCK. (Nadruk verboden) 28) XV, Wanbof met een verlovingsring-. Zaterdag had volgens afspraak, het roei-, tochtje plaats. Wat een dag I Maar laat ik beginnen by het prettige begin van een droevig einde. 't Was ©en prachtdagniettegenstaande het in het hartje van onzen Engelschen zo mer was, scheen er genoeg zon om een heer- lyken geur aan weiden en bloemen te ont trekken, welke ons als een welriekenden cnzichtbaren nevel omringde. Het frissohe Jandbrlesje hield alles heerlyk koel en ruischte liefeiyk in de wilgen van het eilandje, waar wy thee zouden drinken. Als ik zeg „wij", dan bedoel ik daarmee Daisy, die er in haar zacht-roae bloesje met witten rok en Panamahoed sohattig uitzag den bruggenbouwer in zijn overhemdsmpu- wen, als een toonbeeld van kracht en ge zondheid ik in myn wit katoentje en een beschuitkleurigen zonhoed op en aan myn vinger myn verlovingsring. De vierde, die er volgens myn conditie bij moest zyn, was een jonge luitenant, die ook by het bruggenwerk betrokken was. Hy heette Smith en behoorde by dat soort aar- Met enkele cyfers lichtte hy toe dat de begrooting voor 1933 voor verschillende pos ten hooger is als het vorig Jaar. Hy gelooft dat wy ten opzichte van de subsidies nog moeten verminderen en daarom acht hy een daad van goed beleid om langzaam te werk ta gaan en de subsidies dus nu reeds te ver minderen. Hy had bezwaar over te gaan tot fonds vorming voor de toekomst en dus nu reeds 10.000 te brengen op het wegen-onder- houdsfonds. Spreker gelooft ook dat wy op den duur zullen moeten komen tot salaris-verlaging. Ei- dient te worden nagegaan wat het be stuur der provincie in andere gewesten kost. Wij hebben dan een overzicht, De heer Van der Wart brengt eveneens gaarne hulde aan Ged. Staten voor de ge voerde financieele politiek, wy zullen de eerste jaren voor een debacle bespaard büj- ven. Hy is niet voor salaris-verlaging en vindt het verkeerd dat de salarissen een sluitpost op de begrooting zullen moeten vormen. Spreker merkte op dat bij het ryk reeds lang de gewoonte bestaat dat nieuwe ambtenaren lagere salarissen krijgen. Wat de 10 pet bezuiniging betreft op de subsidies, hy zal daaraan medewerken. Hy meent dat wy verstandig zullen doen het voorstel van Ged. Staten aan te nemen. Spreker vraagt of Ged. Staten aan den raad van de Pzem willen verzoeken de ta rieven van electriciteit voor de ziekenhuizen te verlagen. De heer Schippers gaf nog nadere inlich tingen over het vastzitten van de provin ciale boot by Catsche veer. Hy hoopt dat in de toekomst de provin ciale booten zullen voorzien zijn van radio- instaiiatie, De heer Dumoleijn sprak nog over den weg Driekwart^-Philippine. Men zou een idealen weg krijgen tusschen Oost- en West- Zeeuwsch-Vlaanderen als er een kleine ont eigening plaats heeft, waardoor een behoor lijke weg kan worden verkregen. De heer Vogelaar gaat accoord m t de leden die lof aan Ged. Staten hebben ge- braoht, Hy had gaarne gezien dat Ged. Staten reeds maatregelen voor de toekomst hadden genomen. De toekomst wordt nog duister ingezien en wel door verschillende economen en hy gaat met deze opvatting mede. Wanneer men wil gaan bezuinigen moet dit over de geheels linie gebeuren en niet alleen op de subsidies. Het voorstel— De Baare voor behoud der subsidies, zal hij gaarne steunen. De heer De Boer ziet den toestand niet zoo rooskleurig in. De bezuinigingen die Ged Staten voorstellen wil hy met beide handen aangrypen. Hy is voor het voeren van een voorzichtige politiek en hij juicht het toe, dat Ged. Staten den weg van versobering hebben gevolgd. Het voorstel om de subsi dies te verlagen zal hy steunen. Hy staat op het standpunt dat het volgend jaar nog wel scherpere maatregelen genomen zullen moe ten worden. De heer Onderdyk zeide dat by de provin cie reeds verschil in salaris bestaat tusschen oudere en later aangestelde ambtenaren, o.a. wórdt aan de nieuwe ambtenaren geen huishuur meer toegekend. Hiermede meent hy het betoog Van den heer Paap te hebben weerlegd. Hij meent dat wegenverbetering onder bui tengewonen dienst kan worden gebracht Ons nageslacht mag daaraan ook wel mede- betalen. Met het financieel beleid van Ged. Staten kan hy medegaan, maar hij is er tegen dat direct op de gezondheidszorg wordt be zuinigd. Er is op het oogenblik geen enkele reden oni reeds thans op de subsidies te gaan besnoeien. Het betreft maar een totaal bedrag van 5000. Het verheugt hem dat ae heer Vogelaar hem zal steunen. De heer Paap meent dat wy geen bezui niging krijgen als er in de toekomst enkele nieuwe ambtenaren of werklieden minder salaris krijgen. Dat beteekent niets, dan moet er om werkehjk een bezuiniging van eenige beteekenis te krygen over de geheeie linie bezuinigd worden. De heer Kalle dringt aan op het toeken^ nen van een subsidie voor het Wit-Gele Kruis voor 1933. De heer Dieleman beantwoordde verschil lende sprekers. Hy zeide dat de Kon. goed keuring op het ambtenaren-reglement voor polders en waterschappen nog niet is afge komen. Over den toestand der werkloozen- zorg zullen mededeelingen worden gedaan in het provinciaal verslag. Er worden aller lei plannen voorbereid voor werkverschaf fing, waaromtrent de commissie nadere me- dedeelingen zal doen. Hy noemde enkele objecten voor werkverschaffing op. De com missie stuit op vele moeilijkheden, vooral by polderbesturen, die dikwijls zoo kortzichtig zijn. Hy deed enkele mededeeling over wegsver- betering in Oostolijk Zeeuwgch-Vlaanderen, De heer Van Dusseldorp brengt dank aan de leden, die het beleid van Ged. Staten hebben geprezen, zoowel by deze als by de vorige begrootingen. Ged. Staten wilden de stemming niet ver ontrustender maken dan absoluut noodzake lijk is, doch de financieele toestand van de provincie is niet gunstig, De toestand is in derdaad somber. De persoon van den heer Onderdyk is spreker sympathiek, dooh de wijze waarop hy zyn betoog naar voren heeft gebracht, is hem niet sympathiek. Spreker verklaart dat wy in de provincie geregeld interen en dit mag niet uit het oog worden verloren. Deze begrooting moefc niet op zichzelf beschouwd worden, doch is een deel van een reeks begrootingen. Tot 1936, misschien 1938 zyn wy gesecureerd. Verder kunnen wy ~':f vooruitzien. De provincie is gebaat geweest met de gevoerde financieele politiek, doch thans dienen de Prov, Staten de begrooting zooals deze is ingediend, ook aan te nemen. Spreker kwam dan op de salarissen en subsidies. By het samenstellen heeft het een punt van ernstige bespreking uitge maakt de vermindering der salarissen. Aan- vankelyk lag het in het voornemen de sala rissen te verminderen. De hoogere ambtena ren staan ver achter by andere provincies. V/aar de hoogere salarissen niet verlaagd mogen worden, meenden Ged. Staten ook de lagere salarissen niet te verlagen. Hoe het het volgend jaar zal zyn, daar is nog geen peil op te trekken. Nu is de begrooting slui tend gemaakt kunnen worden zonder verla ging der salarissen. Hierna kwam hij op de kwestie van de subsidies. De eerste opzet was op verschil lende subsidies rasp. 5, 10 en 15 pet. te ver minderen. Hierover is een groot verschil van gevoelen aan den dag getreden in tiet col lege van Ged. Staten en is besloten alle sub sidies met 10 pet. te verminderen. Spreker Js zelf bestuurslid van de Vereeniging tot be- stryding der t.b.c. Men kan wel begrijpen dat het aan zyn hart ging de subsidie van deze vereeniging te verminderen. Er wordt voorgesteld 10 pet. vermindering van de ra ming der verschillende vereenigingen. Die 10 pet. hebben dus niet de ernstige gevolgen die men er van verwacht. De subsidies zyn een van de weinige pos ten waarover wy nog de vrye beschikking hebben. Hy wees er op. 3at 1 pet. vah de grond belasting gelijk staat met 3 pet, salarisver laging. Spreker is bereid in Ged. Staten de vraag aan de orde te stellen of de doodsklok over den raad van advies van de Pzem fcan wor den geluid. Wat de kwestie betreft van een subsidie voor de vereeniging het Wit-Gele Kruis, zeide spreker dat de pogingen om samen werking te verklagen tusschen de verschil lende vereenigingen die op dit gebied wer ken, niet is gelukt. Het college is bereid de zaak nog eens met het Wit-Gele Kruis te bespreken. Hy drong aan de voorstellen van Ged. Rg, 1. OixJo lootfand. Bij een weg, waarlangs een goed rijwielpad voorkomt, en waar daarom de rijweg voor rij wielen verboden is, plaafsf men het halfronde verbodsbord (rood van kleur) terwijl boven dien het rijwielpad met de bekende bordjes aangeduid wordt (zie fig. 1.) Vanaf 1 Januari 1933 wordt deze toestand anders aangeduid (zie fig. 2): bij den rijweg wordt geen bord meer geplaatst en alléén bij het rijwielpad komt een rond blauw bord te staan met een witte fiets erop. Dat beteekent: „Gij, wielrijders, zijt verplicht op dit pad ie rijden, de rijweg is voor U onveilig en bovendien verboden." De aanduidingen van fig. 1 blijven geldig. Nadere inlichtingen verschaft zoo noodig de A.N.W.B. - Toe ristenbond voor Nederland, Den Haag, Parkstraat 18-20; Am sterdam, Kei zersgracht 588-590. Fig. 2, Ntauwa toestand. Staten ten opzichte van de begrooting aan te nemen en ook dus de vermindering van de subsidies. Als wy gaan differentieeren is het eind nog niet te overzien. De heer Van Bommel van Vloten beant woordde de vraag van den heer Kodde be treffende 10.000 voor het wegenonder- houdsfonds. Hy gaf daaromtrent enkele inlichtingen. De heer Van Rompu antwoordde den heer Hamelink dat de toestand te Walzoorden heel anders is dan te Vlissingen, Breskens en Ter Neuzen. De toestand te Walzoorden Is altyd geweest als thans. De agent aldaar is ook agent van de Zeeuwsch-Vlaamsche tram. De agent betaalt de pontonknechts en krijgt van de provincie een toelage. Op ver schillende andere veren geldt een gelijke regeling, byv. te Camperland, Cortgene en ook te Zierikzee. De betrokken personen krygen een behoorlyk loon en hy wil den toestand laten zooals deze thans is. Hy wh voor de weduwen van deze pontonknechts een pensioen verzekeren en voor de betrok ken personen zelf pensioen op 65-jarigen leeftyd. De heer Onderdyk bleef van gevoelen dat Of geen reden in voor het aanheffen van een somberen toon ten opzichte van de begroo ting. De heer Hamelink zeide dat het hem ge noegen deed dat toezegging is gedaan dat de positie van de pontonknechts te Walzoorden zal verbeteren in verband met de pension- neering van de betrokkenen. Hij bleef van gevoelen, dat de ponton knechts behoorlyk bezoldigd dienen te wor den. Dat de toestand alleen uit overwegingen van traditionealen aard moet bestendigd blij ven, kan er by spr, niet door. De functie van de pontonknechts te Walzoorden is niet te vergeiyken met die van de pontonknechts aap andere provinciale veren. Wanneer door Ged. Staten geen nadere toezeggingen worden gedaan, zal hy deze zaak in de zomervergadering nader aan de orde brengen, dig-uitzlende jonge mannen, waar je een heelen dag mee in gezelschap kan zyn, zon der dat je weet, wat je er aan hebt. Zooals ik zei, was hy erg vriendeiyk en vrooiyk, maar vervelend. Tenminste dien indruk maakte hy op my. Want hy had absoluut niets anders te beweren dan „O ja -- Ha-ha I Toppunt 1" óf „Neen, maar I" Nu, als zoo iets je opvalt, dat zyn encyclopedie slechts uit die vier woorden bestaat, dan weet ik niet, hoe het met een 'ander gesteld is, maar met my in een woord „vreeselyk', want zoodra ik het bemerkte, reageerden myn lachspieren onmiddeilyk op een van die telkens herhaalde vier woorden en wal dermate, dat het eind van het liedje een hikparty werd. Vervelend I Maar ik kan er niets aan doen. Mynheer Smith kon geluk kig roeien. Hy deed het wel niet zoo sieriyk en krachtig als de bruggenbouwer, maar 't ging toch wel. Als ik zoo dien grooten luitenant van de pontonniers met z'n breede schouders, krach tig gespierde armen en knappen kop gade sloeg, feliciteerde ik by myzelf Daisy, dat zy het zoo goed getroffen had. Het was niet druk op de rivier en wy schoten flink op. Eindeiyk kwamen wy aan een met wilgen begroeid eilandje, waar wy onder een groot bord met opschrift „Verbo den aanleggen" ons bootje vastmeerden.Mijn- heer Smith maakte het water in een biscuit- blik aan den kook, de bruggenbouwer droeg de kussens uit de boot, paisy sneed de cake aan plakken en ik zette thee. Voor de catastrophe plaats greep, amu seerde ik my best; en Daisy en haar brug genbouwer niet minder, wy zaten op de 100de kussens in de schaduw van da wilgen, do rivier gleed droomerig langs ons heen en de blauwe rookwolkjes der sigaretten van de heeren hielden de muggen op eerbiedigen afstand. wy babbelden gezellig in deze vreedzame omgeving en ik vergat aJ de narigheden over myn eigen verloving, ik dacht er geen oogen blik aan, dat Hilary aanstaanden Maandag thuis zou komen. Sommige meisjes tellen de uren voor de thuiskomst van hun verloofde. Ik doe het ook, maar alleen om uit te reke nen, hoelang ik nog vryheid geniet. Ik draaide myn juweelenring om myn vinger. Hy zit een beetje te ruim en ik vergat totaal het symbool van een verlovingsring. Toen begon Daisy, die een beetje suffra- getterig aangelegd is, een betoog te houden over het feit, dat meisjes heel anders over sommige dingen denken dan mannen zy hebben een geheel anderèn kyk, een ver schillend idee over humor, een geheel afwy- kend begrip van moed, opoffering, troost, gemak en hulp.,.. Het was by na of wy meisjes tegenstanders van hen zyn. „Ha, ha zei mynheer Smith. Maar de bruggenbouwer, die op een matje aan haar voeten zat, zei, dat hü begreep, wat zij bedoelde, „Mannen en vrouwen staan dikwijls met hun eigen begrippen zoo iyn- recht tegenover elkaar, dat men gelooyen zou, dat zij ieder in een aparte wereld leef den", zei hy, terwyi hy zyn blik over de rivier liet dwalen. „Soms sehiint het, of er een niet te overbruggen afgrond tusschen ens ligt," „Daar behoordo u als bruggenspecialiteh dan een brug over te bouwen l" zei ik uit de giap natuurlyk, terwyi ik met een bosje gras naar hem wees. „Daar bestaat reeds een brug voor", zei Dick Rowlands op zachten, welluidenden toon, „En dat is de eenige, welke ooit dien afgrond kan overbruggen." „En dat is?" zei Daisy met vragenden blik, „Liefde", zei de bruggenbouwer. „De alles- overbruggencje lief do," „Ha, haviel mynheer Smith hem zoo flauw in de rede, dat ik hem wel een klap om zyn ooren had willen geven, „Hoor die Rowlands eens toppunt I" Waarop de brug genbouwer een kussen naar zyn leeg hoofd smeet. Hierop volgde een wederzydsch ge- kaats, dat eindigde mot ais slot, dat myn heer Smith de melkkan naar Rowlands slin gerde. Het schot miste echter doel en de kan vloog tegen een steen aan gruzelementen, Dat heb je altyd met mannen, zy schy- nep een interessant gesprek steeds met stoeien te moeten besluiten, wy hadden eigenlijk maar met z'n drieën moeten biyven. Waarschyniyk had Dick Rowlands met Daisy over de brug der liefde willen door- boomen, tot eindejyk het hooge woord er uit zou komen. Jammer, dat hij het niet deed. Wat jammer, dat hy het als zyn plicht scheen te beschouwen, ook met my haar zuster van tüd tot tyd te praten. Het was zachtjes aan tyd geworden, om raar huis te gaan. wy ruimden dug den rommel op en brachten alles weer in de boot. Daisy scheen bijzonder opgewekt en ge De heer Staverman zeide, dat hy nog geen antwoord gekregen heeft op zyn vraag wat een bedrag van 6000 uitmaakt op een be- grooting van 2.500.000. Hy begrypt niet, dat de provincie moet medewerken aan ver-» lagen van ambtenaren die betrokken zyn by de subsidie-trekkende vereenigingen. Deze ambtenaren zullen allicht als het voorstel van Ged. Staten wordt aangenomen, vermin deren. De heer De Baare gaf in overweging zyn motie betreffende de subsidie aan te nemen. Deze subsidies acht hy billyk en verlaging van deze subsidies is beslist af te keuren. Hy wil de verhoogde subsidies toekennen voor de vereenigingen door hem in eerste instantie genoemd. Hierna werden de algemeene beschouwin-» gen gesloten. In stemming werd gebracht de motie De Bare om de 10 verlaging van de subsidies niet toe te passen op de door hem bedoelde vereenigingen. Deze motie werd verworpen met 24 tegen 12 stemmen. Vervolgens werd gestemd over de 10 ver laging voor de paardenfokkerij. Deze werd aangenomen met 26 tegen 10 stemmen, Over verschillende posten werd geen stem ming verzocht, doch verzochten verschillende leden, o.a. de SD.A.P.-fractie, aanteekenin- gen dat zy tegen hebben gestemd. Over de vermindering der subsidie voor de doofstommen werd stemming gevraagd door den heer Staverman. De verlaagde subsidie werd in stemming gebracht en staakten de stemmen, 18 te gen 18. De vermindering van de subsidie voor de verpleging van behoeftige kinderen werd ver worpen met 19 tegen 17 stemmen. De vermindering der subsidie voor de ver eeniging ter bestryding der t.b.c. werd ver worpen met 19 tegen 17 stemmen. De subsidie voor het Groene Kruis werd daarna in stemming gebracht. De stemmen staakten 18 tegen 18, Vervolgens werd gehemd over de subsidie voor de Kinderherstellings- en Vacantieko- lonies. heel onbewust, dat er nog zooiets bestond op de wereld, dat examen heette, zy was tegen mynheer Smith ook vriendelyk, hetgeen my niet zou overkomen zyn, met een aanbidder naast my, als den bruggenbouwer. Wy dreven al roeiende snel de rivier af en waren niet ver va}i huis meer, toen de cata strophe, waarover ik het zoo juist had, plaats greep. Even voor wij by het veer zou den aanleggen, om aan land te gaan, zei Daisy„O, kijk eens, wat een mooie bos vergeet-my-nietjes Kan jy er by, Joey Toe, steek je arm eens lang uit Natuurlyk wilde ik dat voor haar doen. Waarschyniyk wüdo zij de vergeet-my- nietjes aan haar bruggenbouwer geven, als souvenir aan dit tochtje. Ik rekte my dus zoo lang mogeiyk uit, om dat bosje bleek blauw te bemachtigen. Hoe het gehemde, weet ik nog niet. Het was, toen ik myn linkerhand terug trok, om den rand van de boot beet te pakken. In minder tyd dan benoodigd, om het te ver tellen was het„klink, klink, klink" tegen het hout, een flits van goud en juweelen in den zonneschyn en myn verlovingsring l lag op den bodem van de rivier Begrypt u het 1 Kunt u het vreeseiyka e* van beseffen? Myn ring I de ring van Hilary in het diepe water, zonder kans hem ooit' weer terug te vinden 1 En Maandag komt Hilary terug I Wat zal ik in 's hemelsnaam beginnen Wat moet ik tegen myn verloofde zeggen JWofdt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1933 | | pagina 9