V
RADIO-RUBRIEK
HOOGWATER TE VLISSINGEN
LICHT OP VOOR AUTO'S
FIETSEN EN VOERTUIGEN
r
Zie Ice ai»
ter oppervlakte van ongeveer 700 M2., in erf
pacht neemt tegen staling van een jaarlij k-
schen canon van 14 en voorts onder de
vooraarden in een overgelegd ontwerp-be-
sluit vervat.
Naar aanleiding van het bovenstaande
hebben wij de eer U voor te stellen, ons te
machtigen om ce hierbovenvermelde werken
in werkverschaffing te doen uitvoeren en te
besluiten tot het nemen sin erfpacht van on
geveer 700 M2. grond, deel uitmakende van
het aan den Staat toebehoorende kadastrale
perceel Sectie B Nr. 1394, tegen de gestelde
voorwaarden.
Verlenging termijn voor bebouwing
gemeentegrond.
Bij Uw besluiten van 13 Mei 1931, Nr. 18 en
27 November 1931, Nr. 18a, werd aan de fir
ma de Muynck, alhier en aan de dieeren A. A.
Kullberg, alhier en G. Timmers q.q. te Rot
terdam, bouwgrond aan de Sottegemstraat
verkocht ter oppervlakte van onderscheiden
lijk 1633 M2. en 712 M2.
Zooals dit gebruikelijk is werd aan dezel
verkoopen de volgende voorwaarde verbon
den
„het voor het stichten van woningen be
stemde gedeelte van den verkochten grond,
moet binnen één jaar na de dagteekening
van het raadsbesluit bebouwd zijn, zullende
indien op dat tijdstip aan deze voorwaarde
niet is voldaan, de gekochte grond, met alles
wat zich alsdan daarop bevindt, zonder ge
rechtelijke inverzuimstelling, om niet aan de
gemeente Vlissingen in eigendom terugkee-
ren en door den kooper aan de gemeente
Vlissingen weder moeten worden overgedra
gen."
Deze voorwaarde wordt, zooals U bekend
zal zijn, gesteld, teneinde te voorkomen, dat
met den van de gemeeite gekochten grond
gespeculeerd zal worden.
De hierbovengenoemde koopers verzoeken
thans in de ovei gelegde adressen, dezen ter
mijn van één jaar, met eenzelfde tijdvak te
willen verlengen, zulks in verband met de
moeilijkheden om in de tegenwoordige tijds
omstandigheden hypothecaire credieten te
verkrijgen.
Aangezien wij het verzoek van bovenge
noemde koopers gegrond vinden, achten wij
het billijk om hen in deze tegemoet te komen,
weshalve wij de eer hebben U voor te stellen
om in dit bijzonder geval de hierboven ge
noemde besluiten te wijzigen in dien zin, dat
de termijn, waarbinnen de gekochte groitd
moet zijn bebouwd, met één jaar wordt ver
lengd.
Verkoop gemeentegrond.
In overgelegde adressen verzoekt de heer J.
Huysman q.q. te Koudekerke van de ge
meente in koop te mogen ontvangen een
tweetal perceelen grond, gelegen aan de Duy-
vendrechtstraat (Westzijde), ter oppervlakte
van onderscheidenlijk 171 M2. en 174 M2.
Van dezen grond bedraagt de prijs f 8 per
M2. en voor den grond gelegen op een groo-
terc diepte dan van 20 M. is de prijs bepaald
op 4 per M2.
Aangezien tegen de inwilliging van deze
verzoeken bij ons college geen bezwaar be
staat, hebben wij de eer U voor te stellen, den
verlangden grond in koop af te staan tegen
een koopsom van onderscheidenlijk 1184
(125 M2. a 8 en 46 M2. a 4) en 1196 (125
M2. a f 8 en 49 M2. a 4), ten bate van het
Grondbedrijf en zulks onder de gebruikelijke
voorwaarden.
Verpachting bouw- en weiland.
In overgelegde adressen verzoeken de vol
gende he'èren de achter him namen vermel
de perceelen bouw- en weiland, voor het
jaar 1933 (tot 24 November van de gemeen
te temogen pachten tegen de daarvoor door
hen geboden pachtsommen
a. De heer J. Sohier Wz., alhier, Sectie B
Nr. 205, weiland, 0.51.40 H.A. 25
b. De heer G. Leendertse. alhier, Sectie B
Nos. 184 en 185ged., weiland, 0.96.00 H.A!
40;
c. De heer M.J. van Zweeden, alhier, Sec
tie B Nos. llged. en 7457ged., bouwland,
0.30.00 H.A., 25
d. De heer A. Meliefste,alhier, Sectie A
Nr. 707ged., bouwland, 0.30.00 H.A. 32.
Aangezien bovenbedoelde pachtsommen al
leszins billijk zijn te noemen en het niet te
verwachten is, dat bij openbare inschrijving
hoogere pachtsommen zullen worden be
dongen, hebben wij de eer U voor te stellen
de hierboven vermelde perceelen bouw- en
weiland aan adressanten te verpachten tegen
de pachtsommen achter hun namen vermeld,
ten bate van het Grondbedrijf en zulks onder
de gebruikelijke voorwaarden.
Pensioen straatmakers.
Bij uw besluit van 29 November 1929, no.
17, werd besloten met ingang van 1 Januari
1930 den aannemer van het straatwerk in het
bestek de verplichting op te leggen voor eiken
straatmaker en opperman, die in zijn dienst
werk voor de gemeente verricht, een zeker
bedrag te betalen aan een verzekerings
maatschappij, ter keuze van ons college, ten
einde hen, na het voleindigen van het 65ste
levensjaar, voor een dienstverband van 40
jaren een pensioen te verzekeren van 12
per week of zooveel minder in verhouding
tot het aantal dienstjaren.
In afwijking van deze regeling werd door
U voor een zestal personen, waaronder P.
Houterman, in dienst zijnde van den aanne
mer, besloten, dat de gemeente zal waar
borgen een pensioen van ƒ12 per week, in
gaande na de voleindiging van het 65e
levensjaar, hetgeen dus hierop neerkomt, dat
de gemeente zal bijpassen het verschil tus-
schen ƒ12 per week en de door de verzeke
ring gekweekte rente, onder voorbehoud, dat
deze bepaling haar kracht zal verliezen in
dien een der zes genoemde personen vrij
willig den dienst van den gemeente-aanne
mer verlaat of wegens wangedrag of wan
prestatie wordt ontslagen.
Thans doet zich het geval voor, dat P.
Houterman, behoorende tot de zes genoemde
personen, vóór het voleindigen van het 65ste
levensjaar invalide is geworden en eerst op
15 Maart 1935 in het genot kan worden ge
steld van het voormelde pensioen van ƒ12
per week.
In verband hiermede komt het ons ge-
wenscht voor, voor dezen persoon in dit bij
zonder geval, waar deze 34 jaar straatma-
kerswerk voor de gemeente heeft verricht,
een bijzondere regeling te treffen.
Aan P. Houterman is door de Rijksver
zekeringsbank met ingang van 20 Juni 1932
een invaliditeitsrente van 193.70 per jaar
toegekend, terwijl tevens aan hem wordt uit
gekeerd een bedrag van ƒ12.20 per jaar,
zijnde de gekweekte rente van de door den
gemeente-aannemer voor hem gesloten ver
zekering.
In aanmerking nemende het groote aantal
jaren, dat hij voor de gemeente heeft ge
werkt en de geringe inkomsten waarover hij
thans kan beschikken, achten wij het billijk,
dat door de gemeente aan hem tot 15 Maart
1935, zijnde het tijdstip, waarop hij in het
genot zal komen van het voormelde pensioen
van ƒ12 per week, een toelage worde toege
kend van 6 per week, terwijl wij het tevens
billijk achten deze toelage te doen ingaan
op 20 Juni 1932, zijnde de datum van ingang
der invaliditeitsrente.
Op grond van hef bovenstaande hebben wij
de eer U voor te stellen dienovereenkomstig
te besluiten.
Maandag 21. November.
Hilversum, 296 M. Algemeen programma.
8.00 Gramofoonplaten. 10.00 Morgenwij
ding. 10.15 Gramfoonplaten. 10.30 Voordracht.
11.00 Orgelconcert. 12.00 Orkest. 2.15 Concert.
3.00 Gramofoonplaten. 3.30 Lezing. 4.30 Voor
de kinderen. 5.00 Orkest en gramofoonplaten.
7.00 Boekenhalfuur. 7.30 Gramofoonplaten.
8.00 Vaz Dias, 8.00 Concert. 8.55 Zangdeclama
tie 9.15 Concert. 10.00 Gramofoonplaten. 10.15
Orkest en zang. 11.00 Vaz Dias. 11.05 Gramo
foonplaten. 11.15 Orkest.
Huizen, 1875 M. N.C.R.V. 8.00 Schriftle
zing. 8.15 Gramofoonplaten. 10,30 Morgen
dienst.' 11.00 Zang. 12.15 Gramofoonplaten.
3.15 Knipcursus. 3.30 Hoedenmaakcursus. 4.00
Bijbellezing. 5.00 Concert. 6.30 Vragenuurtje.
7.39 Politieberichten. 8.00 Concert. 9.00 Le
zing. 9.30 Gramofoonplaten. 10.30 Vaz Dias.
10.40 Gramofoonplaten.
Daventry, 1554 M. 10.35 Morgenwijding.
10.50 Berichten. 11.05 Lezing. 12.20 Orkest. 1.05
Orgelspel. 1.50 Orkest. 2.45 Voor de scholen.
3.20 Viool- en pianorecital. 3.45 Voor de
scholen. 4.05 Concert. 4.50 Orkest. 5.35 Kin
deruur. 6.20 Berichten. 6.50 Pianocomposities.
7.10 Lezingen. 8.20 Concert. £.20 Berichten en
lezing. 9.55 Kamermuziek. 11,20 Dansmuziek.
Parijs, „Radio-Paris", 1725 M. 8.05 Gra
mofoonplaten. 12.20 Concert. 12.50 Gramo
foonplaten. 1.25 Concert. 7.40 Concert. 8.20
Operetteuitzending.
Kalundborg, 1153 M. 11.20 Concert. 2.50
Orkest. 7.20 Concert. 10.00 Dansmuziek.
Langenberg, 473 M. 6.25 Gramofoonpla
ten. 11.20 Concert. 1.20 Concert. 4.20 Gramo
foonplaten. 7.20 Kamermuziek. 8.35 Literair
programma. 9.40 Concert.
Brussel, 508 M. 12.20 Orkest. 1.30 Gra
mofoonplaten. 5.20 Orkest. 8.20 Orkest. 10.30
Gramofoonplaten. 338 M.12.20 Gramo
foonplaten. 1.30 Orkest. 5.20 Orkest. 6.50 Or
kest. 8.20 Concert. 10.30 Gramofoonplaten.
Zeesen, 1635 M. 7.20 Concert. 8.35 Be
richten. 8.50 Gevarieerd programma. 9.35 en
10.05 Berichten. Hierna dansmuziek.
November
Zondag 20
Maandag 21 L.K.
5.15
6.14
17.51
18.59
Zondag
Maandag
November
20
21
4.30
4.29
Twee maal op één dag ondervond ik, dat
er in onze samenleving een hiaat schuilt, die
zeker niet gerekend mag worden en vooral
in onzen tijd niet onder de minst betee-
kenende. Niet dat we met opheffing van dit
hiaat opeens in een ideale wereld leven,
waarin niets meer te veranderen en te ver
beteren valt, maar er zou eenvoudig 'n gebrek
minder in onze samenleving zijn, waardoor
het geluk en de rust in het menschenbestaan
weer een graad meer zouden aanwijzen.
De eerste maal trof me dit hiaat toen ik
een jongeman opbelde, dien ik iets vragen
moest, en van zijn hospita te hooren kreeg,
dat hij ziek was en niet aan de telefoon kon
komen.
,Js het ernstig vroeg ik
„Och, dat geloof ik niet," was het vrij on
verschillige antwoord.
Ik besloot zelf me te overtuigen en stapte
naar hem toe.
Hij verwelkomde mé met een heesche stem.
„Komt niet van pierewaaien, hoor Ook niet
van redevoeringen houdenprobeerde hij
nog te schertsen. „Kou gevat. En omdat ik
geen zin heb telkens mijn beenen onder me
te voelen wegglijden, daarom blijf ik in bed.
Denk asjeblieft niet, dat ik het doe omdat
de dokter het heeft gezegd."
„En wie zorgt er nu voor je vroeg ik. Ik
Eet mijn oogen over het tafeltje naast het
bed dwalen en wat zij daar zagen kon geens
zins een tevreden uitdrukking te voorschijn
roepen. Op een bordje, in een drabbig plasje
water lagen wat uitgeknepen druivenschil-
letjes. Er stond een vettig glas, waarin blijk
baar melk was geweest, en dit stilleven werd
voltooid met een boterham, die een onsmake
lijk kleurtje had van de ingetrokken jam.
„En wie zorgt er nu voor je
„De een of andere goede geest, die bij me
komt binnenwaaien," zei hij laconiek. „Jij
bijvoorbeeld. Als je zoo vriendelijk zou willen
zijn een citroen voor me uit te persen, zal ik
je daar heel dankbaar voor wezen."
„En je hospita vroeg ik terwijl ik bezig
was aan zijn wensch te voldoen.
„Ja kijk-es, je hebt hospita's en hospi
ta's. De eene doet niet méér dan je bij het
huren van je kamer hebt afgesproken en de
andere is een mensch, die, wat hart betreft,
haar tijd een stuk vooruit is. 't Ongelukkige
toeval wil nu, dat ik niet de laatste, maar de
eerste soort heb getroffen. Maar 't kan me
niet veel schelen, hoor Ik zal het wel erg
waardeeren als jij me aanstonds wat kwast
met suiker geeft, maar als 't moet, kan ik
er per slot van rekening ook buiten. Ik pieker
veeleer over mijn werk. „Ieder mensch is
misbaaris een prachtig gezegde, waar ik
het volkomen mee eens ben. Maar zie je, eer
je je overbodig hebt gemaakt, is er toch nog
wel wat soesah, en als je niet lekker bent,
zie je zelfs tegen zoo'n beroerd beetje nog op
Daar komt bovendien nog bij, dat je in dezen
belabberden tijd niet graag blijk geeft gerust
gemist te kunnen worden. Je zou anders in
een minimum van tijd meeloopen in het
leger van werkloozen.
„Drink eens," zei ik, hem het glas met
citroenlimonade voorhoudend. „En zeg me
dan maar eens wat ik voor je doen kan."
Hij keek me aan. Was het om zich van de
waarheid van mijn woorden te overtuigen?
„Je kan typen, hè vroeg hij opeens.
Ik knikte. „Tenminste op mijn eigen ma
chine," voegde ik er bescheiden aan toe.
„Dan kun je het op de mijne ook," con
stateerde hij. „Er moeten noodzakelijk eenige
brieven beantwoord worden en een rapport
worden afgemaakt...."
's Avonds besloot ik even op te loopen bij
een van m'n vrouwelijke kennissen. Het
duurde een eeuwigheid eer mij op mijn her
Onder redactie van TRUUS EYGENHUYSEN.
haald bellen werd opengedaan. Toen eindelijk
de deur uit haar slot knipte, stond ik tegen
over de vrouw des huizes zelf, die een haastig
omgeslagen peignoir droeg. Haar gezicht
stond zoo triest en lijdend, dat ik onmiddel
lijk begreep, dat er iets niet in den haak
was. Spoedig bleek het, dat ik goed had ge
zien. Ze was ziek, lag ie dagen te bed
en op mijn vraag wie er voor haar zorgde,
kreeg ik ten antwoord ,,'s Morgens Mientje
voor de rest niemand."
Mientje is een zeventien-jarige dienst
bode. „Hitje" noemt men zoo iemand.
„Maar waarom houd je Mientje dan niet
den heelen dag
„Wil ze niet. Ze vindt 't hier te saai....
Ach ja, zoo'n alleen wonende juffrouw,
hè....-" voegde ze er bitter aan toe en ik
wist, dat er niet zooveel meer toe noodig was
om nu een stroom van waterlanders te ont
ketenen.
„Kun je je moeder niet laten komen?"
vorschte ik voorzichtig.
„Och neen.neenze is al zoo oud en
zelf niet fit meerEn natuurlijk krijg ik
dan minstens een dozijn keeren per dag te
hooren, dat ik destijds maar niet zoo eigen
wijs had moeten zijn om per sé op me zelf
te gaan wonen."
En de moeder van Mientje? Zij heeft je
toch, meen ik, wel eens geholpen toen Mien
tje ziek was."
„Daar heb ik ook al aan gedacht, maar ze
heeft haar huishouding en weet niet waar
ze haar kleintjes in dien tijd moet laten. En
de werkster, die ik Vrijdags altijd heb, heeft
weer een gébrekkigen vader.... Ach, ieder
een zit verstrikt in zijn eigen dagelü ksche
beslommeringen. Ieder heeft zijn levten zoo
ingericht, dat er voor iets buitengewoons
geen tijd meer over blijkt te zijn. Noodge
dwongen ben je op je zelf aangewezenin
werk, hi moeilijkheden, in tijd van ziekte....
Bah, wat een verwrongen wereld...."
„Kom", .probeerde ik haar op te beuren,
„zie het niet zoo zwart in. Ga maar gauw
naar je bed terug en laat mij hier maar eens
de baas in huis spelen."
En zij, bekend om haar groote mate van
zelfstandigheid, bekend om haar een tikje
heerschzuchtig karakter, snikte opeens „O
asjeblieftO asjebheft
P
Maar.... „iedereen zit verstrikt in zijn
eigen dagelijksche beslommeringen." Dat was
toch wel heel juist gezegd, al had het bitter
geklonken. Ook ik zat vast aan mijn dage-
gelijks terugkeerend werk. En het werd een
hopeloos vermoeiend heen en weer draven
tusschen mijn huis, de zieke vriendin en den
zieken vriend.
En nu rijst in mij de gedachte of hier geen
mooi, welslagend en voldoening schenkend
werk ligt voor een groepje jonge, onderne
mende vrouwen, vrouwen die zoo'n beetje
van alle markten thuis zijn. Zulke vrouwen
bestaan er inderdaad. Er zijn vróuwen, die
even vaardig zijn met de pen als met de
naald, e.ven vaardig met de schrijfmachine als
met den huishoudscepter, even onderlegd in
talen als in koken. Als deze groep van vrou
wen een soort van maatschappij vormde,
waar alleen- en op-kamers-wonenden zich
zouden kunnen verzekeren om in tijd van
ziekte een hulp voor de huishouding (en)of
voor beroepswerk te krijgen, zouden zij groote
kans van slagen hebben, mits de premie in
overeenstemming zou zijn met het gemiddel
de salaris, dat door jongelui van tegenwoor
dig verdiend wordt. Want het is niet, zooals
zoo vaak wordt beweerd, dat de jonge men-
schen van heden zorgeloos zijn en zich niet
bekommeren om wat mogelijk nog eens als
kwelling in hun leven kómt, maar het zijn
de hooge bedragen, die gestort moeten wor
den voor lijfrente, ziekte-, levens- en pen
sioensverzekeringen, die het onmogelijk
maken te zorgen voor den tijd, waarin men
niet meer op eigen kracht kan drijven.
Dit is de kern van 't verschijnsel waarom
jonge menschen zoo moeilijk te bewegen zijn
zich bij de een of andere \erzekeringsmaat-
schappij aan te sluiten. Mocht er al eens een
lichaam in het leven worden geroepen om
alleen- en opkamers-wonenden in tijd van
ziekte hulp te verleenen, dan zal men hier
voor, naast de ideëele doelstelling, ook van
dit verschijnsel en zij n juiste kern moeten
uitgaan.
Voorbeelden voor monogrammen.
(Op verzoek)
Al deze monogrammen kunnen gewerkt
worden met den platten steek. Als materiaal
wordt gebruikt per]garen of D.M.C. garen.
Huismoeders dagboek.
Zaterdag, 12 November 1932.
Ik heb een beeld van een mantel gekocht
Wijnrood velours de laine met een leuken
sjaalkraag van persianer-lam. Iedereen vindt,
dat hij me koninklijk staat en vader heeft
beweerd, dat ik er een stuk jonger mee uitzie.
Of dit een galant complimentje is of „de
zuivere waarheid", weet ik niet. Daar zal ik
nog wel eens achter zien te komen.
Vanwege de kou aten we boerenkool met
rookworst, gevolgd door maizenavla met
abrikozen.
Zondag, 13 November 1932.
Een gezellig werkje gedaan. Op mijn don
kergroene tweed-japon van het vorige jaar
heb ik een sjaalkraag en poffende bovenmou-
wen gezet van vroolijk gestreepte jersey. Ik
had heelemaal niet het idéé, dat ik aan iets
degelijks bezig was. 't Leek eer een hand
werkje, waarmee je zoo maar voor je plezier
bezig bent.
Tapiocasoepbiefstuk, Brusselsch lof,
aardappelenananaspudding.
Maandag, 14 November 1932.
Schapehvleesch met verschillende groenten
en aardappelen pannekoekjes toe.
Een verjaardagsvisite gemaakt bij de oude
mevrouw Barneveld, waar Bobbie zich erg
verveelde. Ter vergoeding van den vervelen
den-middag zijn we daarna nog de Sint Ni-
colaas-étalages gaan bewonderen.
ïtfnsdag, 15 November 1932.
Wat is weven een heerlijk werkBen je
down en ga je met sterke kleuren werken,
dan is het alsof je tegelijk met het vlechten
van 'n helder gekleurden draad door de don-
dere spandraden, een vroolijk gekleurden
draad vlecht door je grauwe gedachten. Va
der, heb je wel geweten, dat je me zóó'n kost
baar cadeau gaf
Gebakken spiering, roode kool, aardappe
len; broodpudding.
Woensdag, 16 November 1932.
'k Heb het altijd zonde gevonden om de
restjes gefiltreerde koffie weg te doen, maar
opgewarmd smaakt ze lang niet lekker. Nu
heb ik er iets anders op gevonden. Ik bewaar
alle restjes tot ik een grooten koffiekop vol
heb en maak er dan met melk, suiker en
maizena een heerlijk vlaatje van 'k Sta zelf
paf van mijn eigen vindingrijke zuinigheid.
Gehakt, spruitjes, aardappelen; rijst met
krenten, en kaneelsaus.
Donderdag, 17 November 1932.
De verstelmand is eindelijk weer eens leeg.
Hoe lang nog Maar als ze nu weer vol is,
zal ze wel lang zoo blijven, want met Sint
Nicolaas in 't zicht, komt er van verstellen
natuurlijk weinig.
Koud gehakt, andijvie, hardappelpurée
griesmeelpudding met bessensap.
Vrijdag, 18 November 1932.
Een rommehge kamerdag en een rebelsche
Bobbie, die tot twee keer toe een. emmer wa
ter heeft omgegooid, 't Wordt tyd, dat dit
meneertje naar school gaat.
Toen vader thuis kwam, deed hij dezen zijn
beklag. „Mammie is stout geweest", zei hij
met een vernietigenden blik in mijn richting.
„Ze heeft me heel alleen in de voorkamer
gestoptHij vergat er bij te vertellen in
gezelschap van zijn lei, griffels en prenten
boek.
Maar vader zei beslist„Mammies zijn
nóóit stout. Laten we dat op den voorgrond
stellen."
Ik weet niet, vader, of dit wel de juiste op
voedingsmethode is. Een kind heeft, geloof ik,
danig het land aan voorbeeldige, onfeilbare
ouders. Denk maar eens aan Els, die het van
den zomer zoo heerlijk vond, dat ze een
moeder had, die pas een vergissing had ge
maakt.
Macaronisoep schelvisch, worteltjes, aard
appelen.
Wat draagt men in Parijs
Natuurlijk spitst nu iedere vrouw haar roze
oortjes. Want alles wat uit de lichtstad komt,
heeft altijd een mondain én een romantisch
tintje.
Waar Parisiennes in avondtoilet zijn, valt
het op, dat velen in de plaats van kostbare
byoux guirlandes dragen van fijne zijden of
fluweelen bloemen, die soms langs het décol
leté zijn aangebracht of als een collier om
den hals liggen. Het staat werkelijk zeer
charmant en menig jong vrouwtje geeft aan
deze eigenaardige „finishing touch" de voor
keur boven sieraden van edel metaal en dito
gesteente.
Het sandaletje, dat aan het ongekouste
voetje wordt gedragen, is geen nieuwigheid.
Reeds vroeg in het voorjaar zag men de
Fransche vrouwen dit bij het avondtoilet
dragen. Maar nu we midden in het koude
seizoen zitten en deze sandaletjes nog altijd
gedragen worden, is dit zeker waard nog even
vermeld te worden.
Natuurlijk legt de Parisienne den tocht
naar schouwburg, concertzaal of avondpartij
af in een warmere voetbedekking. Zij heeft
hiervoor soepele, met wol gevoerde laarsjes.
Maar zoodra zij op de plaats van bestemming
is aangekomen, doet zij deze uit en vertoont
haar roze voetjes met glanzend gelakte na
geltjes.
Laten we nu maar hopen, dat geen enkele
Parijsche schouwburg of concertzaal onver
warmd is of deuren heeft, die niet goed
sluiten, anders zullen de elegante Parisiep-
netjes voor haar ijdelheid nog leelijk moeten
boeten.
Vragen moeten worden gericht aan De
Brievenbus dezer courant. Anonieme brieven
komen voor beantwoording niet in
aanmerking
Mej. J. H. te VI. Het gevraagde patroon
zullen we U toezenden. Het is te groot om
in de Damesrubriek te worden opgenomen.