500
300
25
DINSDAG
A
EERSTE BLAD
iNo.222:
70e Jaargang
1932
Uitgave: Firma F. VAN DE VELDE Jr., Walstraat 58-60, Vlissingen. Telef. 10. Postrekening 66287
OP
en
De opening van het Parlementaire zittingsjaar
door HL M, de Koningin.
EE TROONREDE.
DE
VLISSINGSCHE
COURAHT
I
VLISSINGSCHE COURANT
ABONNEMENTSPRIJS Voor Vlissingen en de gemeenten op Walcheren 2.20 per 3 maanden.
Franco door het geheeie rijk 2.50. Voor België, Duitschland en Frankrijk 3.80. Voor de ove
rige landen bij wekelijksche verzending 3.80, met Zondagsblad 4.75. Afzonderlijke nrs. 5 ct
ADVERTENTIEPRIJSVan 1—5 regels 1.25iedere regel meer 25 cent Bij abonnement
speciale prijzen. Reclames 50 ct p. regel. Kleine advertenties van 1—5 regels 50 ct Iedereregel
meerl0ct(max. lOregels). Bij 3-maal plaatsing van 15regels fl.—,alles tegen vooruitbetaling.
De abonné's in 't bezit eener
Polis, zijn GRATIS verze
kerd tegen ongelukken voor
gulden bij levens
lange ongeschikt
heid tot werken.
gulden bij dood
door
een ongeluk.
gulden bij verlies
van een
hand, voet of oog.
gulden bij verlies
van
een duim
gulden bij verlies
van een
wijsvinger
gulden bij verlies
van eiken
anderen vinger
AANGESLOTEN BIJ HET BUREAU VOOR PUBLICITEITSWAARDE, INGESTELD DOOR DE VEREENIGING „DE NEDERLANDSCHE DAGBLADPERS"
Dit nummer bestaat uit twee bladen
„Prinsjesdag".
Met den traditioneelen luister heeft de Ko
ningin zich heden, evenals ten vorigen jare,
vergezeld door den Prins en Prinses Juliana
naar het Binnenhof begeven ter plechtige
opening van de zitting der Staten-Generaal.
Als steeds heerschte reeds in den vroegen
morgen een
buitengewone levendigheid
in de binnenstad.
Treinen, bussen, trams en auto's brachten
heele drommen van buiten aan, die den Ko
ninklijken stoet kwamen aanschouwen.
Bij het Paleis aan het Noordeinde was als
eere-wacht opgesteld een compagnie wielrij
ders van honderd man met het regiments
vaandel. Ook de Kon. Militaire Kapel had
hier plaats genomen en speelde bij het af
rijden van den stoet, om 1 uur, zacht en
plechtig het Oude Wilhelmus.
Samenstelling van den stoet.
De stoet werd geopend door een detache
ment van het 2e regiment huzaren, sterk 45
ruiters met het regimentsvaandel en het mu
ziekkorps der huzaren, dat gedurende den
tocht muziek ten gehoore bracht.
Hierop volgden zes galakoetsen, waarin
verschillende hofdignitarissen hadden
plaats genomen. Naast elk portier van deze
koetsen gingen twee lakeien;
Hierachter kwam de met acht paarden be
spannen gouden koets, waarin de vorstelijke
familie was gezeten, langs den geheelen weg
hartelijk toegejuicht door de opeengehoopte
menigte. De vorstelijke personen waren alle
getooid met het lint van het grootkruis van
den Nederlandschen Leeuw. Naast elk der
acht paarden, waarmede de koets bespannen
was ging een koetsier en aan elke zijde van
de koets liepen vier lakeien.
Ter rechterzijde van de statiekoets reed te
paard de chef van het militaire Huis der
Koningin, ter linkerzijde de gouverneur der
residentie.
Achter de gouden koets reden te paard
twee aan twee een 14tal adjudanten in ge
wonen en buitengewonen dienst en ordon-
nanceofficieren, waarna de stoet gesloten
werd door een detachement van 45 man
schappen van het 2e regiment huzaren.
De openingsplechtigheid.
Bij aankomst aan de grafelijke zalen, wel
ker peristyle overhuifd was met het breede
rood-fluweelen baldakijn met gouden franje,
vond de Koninklijke familie te Har er begroe
ting bij de Ridderzaal opgesteld een eere-
wacht van 70 mariniers met vaandel en het
muziekkorps der Kon. Marine.
Onder de tonen van het Oude Wilhelmus,
terwijl de eere-wacht de militaire honneurs
bewees, besteeg de Koningin, gevolgd door
Prins en Prinses, de treden, die naar den in
gang van de Ridderzaal leiden.
Op het bordes werd de Koningin begroet
door een aantal adjudanten in gewonen en
buitengewonen dienst van land- en zeemacht,
waarna de vorstelijke personen door de ge
mengde commissie van in en uitgeleide uit
de beide Kamers der Staten-Generaal naar
de troonzetels werden geleid. Rechts van dc
Koningin nam de Prins, links Prinses Juliana
plaats, terwijl de leden van het gevolg de
plaatsen achter en terzijde van den troon
innamen.
Onmiddellijk daarop ving de Koningin de
voorlezing van de Troonrede aan.
In dit plechtig oogenblik, Leden van de Staten-Generaal, nu een nieuwe
zitting van de Volksvertegenwoordiging een aanvang neemt, richten Mijne
gedachten zich meer dan ooit op den duisteren tijd, dien het Vaderland beleeft.
De ernstige wil, die de Regeering bezielt, met Gods hulp het schip van
Staat in veilige haven te sturen, kan slechts leiden tot het doel, indien ons Volk
in al zijn lagen zich de werkelijkheid onverbloemd voor oogen stelt.
Zonder voorbeeld in de geschiedenis zijn de economische verhoudingen
over heel de wereld ontredderd onweerstaanbaar grijpen de gevolgen der
crisis steeds verder om zich heen en nog steeds kondigen zich geen betrouw
bare teekenen van kentering aan.
Moederland en Overzeesche Gewesten zien hun welvaart ernstig
ondermijnd. Nieuwe belemmeringen in het handelsverkeer tusschen de volkeren
werden toegevoegd aan de vele, welke reeds ten vorigen jare de crisis
verscherpten.
In alle takken van volksbestaan bleef de bedrijvigheid gestadig afnemen
handel, scheepvaart en visscherijen zijn evenzeer getroffen als nijverheid en
land- en tuinbouw.
Herstel van het internationaal ruilverkeer wenscht de Regeering te bevor
deren door verdragen, die een ruimer geest ademen. Daarnevens moet zij bij
voortduring bedacht blijven op afwending van de gevaren, waarmede buiten-
landsche maatregelen den afzet van onze voortbrengselen bedreigen.
Zijn reeds tal van noodmaatregelen tot stand gekomen om ineenstorting
van onmisbare bedrijfstakken te verhoeden, nieuwe regelingen met hetzelfde
doel zullen moeten volgen.
De werkloosheid, bron van zooveel leed, heeft een nooit gedachten omvang
aangenomen. Zij plaatst de Overheid voor schier onoplosbare moeilijkheden,
niet het minst van geldelijken aard. De Regeering zal haar voortdurende
zorg. ook in de toekomst aan dit maatschappelijk euvel geven het zoo nood
zakelijk herstel van het bedrijfsleven zal haar daarbij tot richtsnoer blijven. In
het bijzonder zal ook het vraagstuk van de jeugdige werkloozen alle aandacht
hebben.
Nevens voortzetting van de werkloozenzorg stelt handhaving van het peil
van sociale voorziening, in betere tijden bereikt, de uiterste eischen aan het
zoozeer verminderde draagvermogen der Natie.
De sterke daling van het nationaal inkomen en de diepe inzinking, welke
het economisch leven vertoont, oefenen een noodlottigen invloed op de
opbrengst van 's Rijks middelen. De financieele toestand is dientengevolge
zorgwekkend. Veel zal van Uw werkkracht en toewijding gevergd worden,
opdat tijdig de meest dringende maatregelen tót stand komen. Ik weet, dat
het beroep, dat ten deze op Uw medewerking zal worden gedaan, niet ver-
geefsch zal zijn en Ik vertrouw, dat het gemeen overleg tot een uitkomst zal
leiden, die aan den ernst van den toestand beantwoordt.
Ook in de Overzeesche Gewesten wordt er krachtig naar gestreefd de
kosten der Landshuishouding met de middelen in overeenstemming te brengen.
Het feit, dat meer en meer in alle maatschappelijke kringen de overtuiging
doordringt van de volstrekte noodzakelijkheid van dit streven, versterkt de
verwachting, dat, ondanks alle bezwaren, het doel zal worden bereikt.
Evenzeer als in de donkerste dagen zijner roemrijke geschiedenis behoeft
ons Volk thans eendracht ter ontplooiing van al zijn stoffelijke en zedelijke
krachten. Op den voorgrond trede daarom wat de Natie vereenigt, niet wat
haar verdeelt.
Met de bede, dat Gods hulp Mijn Volk sterke en met den wensch dat
God Zijn zegen aan Uwen arbeid moge schenken, verklaar Ik de gewone
zitting der Staten-Generaal geopend.
nen de eerewacht neemt de houding aan en
presenteert het geweer.
Drie minuten later bestijgt de oppercere-
moniemeester met zijn staf in de hand het
bordes van de Ridderzaal, waarna ook de
gouden koets voorrijdt. Onder het spelen van
het volkslied stapt de koninklijke familie uit
en betreedt, na verwelkoming, de Ridder
zaal, waar zij de voor haar bestemde zetels
inneemt.
H. M. draagt een fraise toilet, Prinses
Juliana een lichtblauw costuum met een
klein modern hoedje in dezelfde kleur.
Langs den weg dien de koninklijke stoet
volgde, heeft zich geen enkel incident voor-
De Ridderzaal bood als steeds door de gala-
kleeding en uniformen van burgerlijke en
militaire overheden, diplomaten en andere
hoogwaardigheidsbekleeders een schitteren
den aanblik.
De voorlezing van de Troonrede nam
slechts weinige minuten in beslag en werd
gevolgd door het aanheffen van den kreet
„Leve de Koningin". Op dat oogenblik hieven
de beide communistische Tweede Kamerleden
De Visser en Wijnkoop, die ditmaal in de zaal
aanwezig waren en die bij de binnenkomst
van de Koningin niet van hun zitplaats wa
ren opgestaan, een kreet aan, beginnende
met: Weg met..,., want verder werd die
kreet overstemd door het voortgezet hoera
geroep en het spontane aanheffen van het
Wilhelmus door de aanwezigen.
Terwijl dit lied weerklonk verliet de Konin
gin, de Prins en Prinses Juliana de zaal.
Nadat de plechtigheid in de zaal was be
ëindigd, werd ruim half twee met hetzelfde
eerbetoon de terugtocht naar het Kon. Paleis
ondernomen.
Tijdens den duur der plechtigheid werden
door op het Malieveld geplaatste vuurmondien
minuutschoten gelost.
Ook op den terugweg naar het Paleis wer
den de vorstelijke persoden geestdriftig toe
gejuicht en bij het Paleis gekomen werden
zij begroet door de massa met het Wilheifmus.
Gedurende dezen zang bleven de Koningin,
de Prins- en de Prinses staan op het bordes.
Een ooggetuige voor de microfoon.
Voor de AVRO-microfoon heeft d.e heer
D. Hans, voorzitter van dek Ncierlaiidschen
Journalistenkring, verteld wat er op het
Binnenhof hedenmiddag te zien is .geweest.
Verschillende leden der Volksvertegenwoor
diging hebben op hun gang naar de Ridder
zaal enkele woorden voor de microfoon ge
sproken, nl. ir. J. Koster, lid der Eerste Ka
mer de Tweede Kamerleden Th. M. Kete
laar uit Amsterdam, een der oudste leden
van ons parlement eh dr. S. W. Bierema uit
Groningenprof. mr. R. Kranenburg, lid der
Eerste Kamerde Tweede Kamerleden mej.
mr. Frida Katz, mr. G. A. Boon, mr. A. M.
Joukes, A. Schaepman en dr. Vos, dus volks
vertegenwoordigers van verschillende rich
tingen.
Zonder onderscheid gewaagden allen vaïl
de groote moeilijkheden in het aanstaande
parlementaire jaar en den steun dien de re
geering noodig heeft om aan die moeilijkhe
den het hoofd te kunnen bieden.
Op de hem eigen populairje wijze gaf de
heer Hans verslag van de gebeurtenissen die
op het Binnenhof aan de opening der Sta
ten-Generaal voorafgingen.
Wij ontleenen daaraan de volgende bijzon
derheden
Het weer is goed, geen zon, toch een vrij
klare dag. In de stad is het drukker dan
andere jaren. Langs den weg dien de Ko
ninklijke stoet zal volgen staat een opeenge
pakte menigte. Ook eenige nationale organi
saties van jongeren en ouderen hebben zich
langs den weg geschaard.
Op het Binnenhof is het publiek in groo
teren getale dan anders nog, toegelaten. De
troepen thans in Den Haag samengetrok
ken, behooren tot alle wapens infanterie,
cavalerie, artillerie, marechaussee, militaire
politie, militaire wielrijders, mariniers.
Om 12.15 komt de eerewacht der mariniers
het Binnenhof opmarcheeren, voorafgegaan
door de Kapel der Koninklijke marine, die
populaire muziek ten gehoore brengt.
De heer Hans beschrijft vervolgens de aan
komst van volksvertegenwoordigers, minis
ters, leden van hooge staatscolleges en hoog
waardigheidsbekleeders. Ook de communisti
sche Kamerleden Wijnkoop en De Visser zijn
in de Ridderzaal verschenen.
Hij deelt mede, dat het in de stad rustig
is, niet alleen langs den weg, maar ook daar
buiten. Om half één is een extra-trein met
communistische werkloozen uit Amsterdam
aangekomen. Zonder incidenten hebben deze
het gebouw voor Kunsten en Wetenschappen
aan den Zwarten Weg bereikt. Ook uit an
dere deelen van het land is een groot aan
tal betoogers, sommige met spreekkoren, naar
Den Haag gekomen. Ook deze begaven zich
naar „het Gebouw" en andere lokaliteiten
van samenkomst.
Precies om één uur worden uit de vuur
monden op het Malieveld de gebruikelijke
minuutschoten gelost.
Op het bordes van de Ridderzaal verschij
nen de leden der commissie van ontvangst
met de hoogwaardigheidsbekleeders.
Vijf minuten over één klinkt de muziek
der huzaren, die den koninklijken stoet ope-
Het Nationaal Jongeren-Verbond heeft kort
vóór het verlaten van het paleis H. M. de
Koningin een bloemstuk aangeboden in de
kleuren oranje blange bleu met de linten
van het Nat. Jongeren-Verbond.
Om 1 uur 20 min. was de voorlezing van
de troonrede beëindigd. Toen hebben de beide
communistische Tweede Kamer-leden Wijn
koop en De Visser een betooging trachten op
te zetten en geroepen„Weg met den troon,
weg met de Koningin". Alle aanwezigen zet
ten daarop spontaan het Wilhelmus in.
Een tweede opgezette betooging is in de
kiem gesmoord door luide hoera's van de
volksvertegenwoordiging.
Beide communisten zetten de hand aan den
mond om het volkslied te overschreeuwen.
Toen het bericht van die betooging op het
Binnenhof doordrong, wekte dit algemeene
verontwaardiging.
Langer dan gewoonlijk heeft de Koninklijke
familie zich met de commissie van uitgeleide
onderhouden alvorens naar het paleis werd
teruggereden.
Om tien minuten over half twee verscheen
H. M. de Koningin met den Prins en de
Prinses wederom op het bordes van de Rid
derzaal. Onder het spelen van het Wilhelmus
en donderend hoerageroep van de aanwezigen
op het Binnenhof werden de rijtuigen weder
bestegen en werd met hetzelfde ceremonieel
als bij aankomst de terugtocht naar het pa
leis aanvaard. Overal werd de stoet geest
driftig toegejuicht.
4t
BESCHOUWING OVER DE
TROONREDE.
Het spreekt vanzelf dat het Staats
stuk, dat op den derden Dinsdag in
September wordt openbaar gemaakt,
dit jaar met meer dan gewone belang
stelling werd tegemoet gezien.
Het kon niet anders of deze Troon
rede moest het stempel dragen van de
slechte economische omstandigheden.
Wij beleven zeer zeker een duisteren
tijd en de wensch wordt uitgesproken,
dat ons volk in al zijn lagen de werke
lijkheid onverbloemd voor oogen stelt.
Deze uitdrukking is natuurlijk spe
ciaal bedoeld voor de socialistische par
tijen, die zich nog steeds krachtig ver
zetten tegen het plan-Weiter. Dit ver
zet zal op den duur wel gaan luwen,
want ook de meest vooruitstrevende
partijen kunnen geen ijzer met handen
breken. Er moet rekening gehouden
worden met de feiten en als dit gedaan
wordt, zal tot iedereen het besef door
dringen, dat er heel wat beleid voor
noodig zal zijn om het schip van Staat
in veilige haven te sturen.
Ook de sociaal-democratische partij
zal haar verzet tegen het Welter-plan
niet kunnen handhaven en zich ten
slotte moeten neerleggen bij zulke maat
regelen, die ons in staat stellen onze
financieele verplichtingen te kunnen na
komen.
In onze beschouwing over de Troon
rede het vorig jaar schreven wij, dat
nog geen enkel lichtpuntje in de econo
mische crisis was te bespeuren. Deze
siombere voorspelling, die berustte op
de werkelijkheid, is helaas volkomen
bewaarheid. Zelfs is de crisis sinds het
vorig jaar nog veel verscherpt en nog
steeds kondigen zich geen betrouwbare
teekenen van kentering aan, zoo wordt
in de Troonrede gezegd.
IS EEN DER
BLADE N
WAARIN GIJ
MET SUCCES
ADVERTEERT
I
Dit is maar al te waar. Als wij' in
onze onmiddellijke nabijheid even rond
waren, dan is er alleszins reden om een
pessimistisch geluid te laten hooren.
Onze voornaamste industrie, een der
kurken waarop onze gemeente drijft,
ondervindt al de nadeelige gevolgen
van de huidige crisis en van opleven in
de scheepsbouw-industrie is nog zeer
weinig te merken.
De werkloosheid heeft overal in den
lande een nooit gedachten omvang aan
genomen.
De regeering wordt hierdoor voor»
groote moeilijkheden geplaatst. Dit
zelfde kan ook van de gemeentebestu
ren worden gezegd. Het zal voor vele
gemeentebesturen uiterst moeilijk zijn
een sluitende begrooting te maken. De
draagkracht der ingezetenen is overal
verminderd. Voor steun aan werkloozen
worden groote sommen gevorderd en
daardoor zijn de gemeenten niet in
staat gelden voor andere sociale doel
einden beschikbaar te stellen, om de
eenvoudige reden dat er geen geld
voor is. Vele goede wenschen, die bij
elke gemeente-begrooting naar voren
worden gebracht, moeten onvervuld
blijven, omdat een gulden maar één
maal uitgegeven kan worden en de ge
meentebesturen dus meer dan ooit voor;
groote moeilijkheden komen te staan*
In de Troonrede wordt gezegd, da€
de Overheid voor schier onoplosbare
moeilijkhdeen, niet het minst van gel
delijken aard, wordt geplaatst.
Deze zinsnede is, zooals boven ge
zegd, in niet mindere mate op de plaat
selijke besturen van toepassing.
Wat moet gedaan worden om dit:
groot maatschappelijk euvel te bestrij
den Het antwoord op deze vraag is
verre van gemakkelijk. Het is zeker
noodzakelijk dat hei bedrijfsleven wordt
hersteld. Maar alweer, op welke wijze
moet dit gebeuren Het ware te wen
schen dat hiervoor een oplossing te
vinden ware. Een der belangrijkste
vraagstukken is daarbij, wat wij moeten
doen met de duizenden en duizenden
jonge werkloozen; waarvoor geen em
plooi is te vinden en voor wie de ledig
heid zoo geestdoodend werkt. Er moet
toch iets op gevonden worden om die
jeugdige arbeidskrachten in staat te
stellen in hun dagelijksche behoeften te
voorzien, niet door lapmiddelen, maar
door hun werk te geven overeenkomstig
hun aanleg, dus door hen vakwerk te
geven. Al die duizenden jonge werk
loozen hebben toch voor het overgroote
gedeelte een vak geleerd en dit vak is
hun levenstaak, waarin zij een bestaan
moeten kunnen vinden.
Dat de toestand van 's Rijks midde
len uiterst zorgelijk is, weten wij uit
de maandelijksche opbrengst van deze
middelen. De financieele toestand van
ons land is zorgwekkend. De regeering
is voornemens op de Staten-Generaal een
beroep te doen, teneinde hierin eenige
vzrbetering te brengen. Uit de Staats-
begrooting zal wel blijken wat de regee
ring voornemens is te doen, teneinde
voor het financieel evenwicht te zorgen.
Dit zal ook een probleem worden dat
niet zoo gemakkelijk is op te lossen.
Dat de belastingschroef nog steviger,
zal worden aangedraaid staat wel vast*
terwijl daarnaast ook zal moeten wor-