500
300
150
100
25
J. F. A. TIMMERMAN
DINSDAG
5 JULI
1000
EERSTE BLAD
Veneliaanscfie Gezaetesi k Yllsslsigesi (1610-1620).
VOET-EXPERT
No. IS©;
70e Jaargang!
1932
Uitgave: Firma F. VAU SE VELDE Jr., Walslrast 58-GO, Vlissingen. Telel. 10. Postrekening 66281
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zondag en algemeen erkende Christelijke Feestdagen
U OOK??
gratis consult
STADS- EN PROVINCIENIEUWS
VLISSINGSCHE COURANT
ABONNEMENTSPRIJSVoor Vlissingen en de gemeenten op Walcheren 2.20 per 3 maanden.
Franco door het geheele rijk 2.50. Voor België, Duitschland en Frankrijk 3.80. Voor de ove
rige landen bij wekelijksche verzending 3.80, met Zondagsblad 4.75. Afzonderlijke nrs. 5 ct
ADVERTENTIEPRIJSVan 15 regels 1.25iedere regel meer 25 cent Bij abonnement
speciale prijzen. Reclames 50 ct p. regel. Kleine advertenties van 1 5 regels 50 ct Iedere regel
meer 10 ct. (max. 10 regels). Bij 3-maal plaatsing van 1—5 regels fl.-, alles tegen vooruitbetaling.
De abonné's in 't bezit eener
Polis, zijn GRATIS verze
kerd tegen ongelukken voor
gulden bij levens
lange ongeschikt
heid tot werken.
gulden bij dood
door
een ongeluk.
gulden bij verlies
van een
hand, voet of oog.
gulden bij verlies
van
een duim
gulden bij verlies
van een
wijsvinger
gulden bij verlies
van eiken
anderen vinger
AANGESLOTEN BIJ HET BUREAU VOOR PUBLICITE1TSWAARDE, INGESTELD DOOR DE VEREENIGING „DE NEDERLANDSCHE DAGBLADPERS"
Dit nummer bestaat uit twee bladen
n.
Bezoek van Marcantonio Covret 'in 1611 aan Walcheren. Hij
vaart van Gr avesend naar Weisingen. Wandelt gedeeltelijk
naar Vlissingen. Zijn oordeel over Vlissingen. Rondgang
door de stad over het Groote Hoofd en de wallen naar het Stadhuis
op de Groote Markt. Van hier naar Middelburgwaar „kermis"
is. Parade aldaar van de krijgsmachtmaar ook van de burger
vendels. Zelfs jeugdige knapen oefenen zich blijkbaar op
fascistische wijze. Zijn oordeel over de bevolking van Walcheren.
Wij zagen dat men te Venetië voorloopig
nc volstrekt niet inging op de wenschen der
Staten-Generaal naar een nauwere verbin
ding, die zou moeten blijken bijv. uit de aan
stelling van een vasten gezant. Het bleef nog
bij min of meer levendige betuigingen van
wederzydsche vriendschap zooals in 1611,
toen Marcantonio Correr op zijn terugreis
naar huis uit Engeland, waar hij gezant was,
de gelegenheid moest waarnemen om in den
Haag een bezoek af te leggen bij de Staten,
die hem vriendelijk ontvingen, zooals ook
prins Maurits deed. Behalve zijn Relazione
(d.i. Verslag), die alleen over zijn ambassade
in Engeland zelve handelt, bezitten wij het
reisverhaal, samengesteld door zijn kapelaan
waarschijnlijk, van den tocht, die van 8 Juni
tot einde Juni duurde en waarop hij Wal
cheren en Zuid-Beveland, Antwerpen, Brus
sel, Breda, Dordrecht, Rotterdam en den
Haag, vervolgens ook Leiden, Amsterdam en
Utrecht bezocht. We zullen ons bepalen tot
het Zeeuwsche gedeelte van de reis.
„Den 8en Juni van het jaar 1611 scheepten
wij ons in te Slackwall, (vijf mijlen verwij
derd van- Londen, bedoeld wordt de zgn. En-
gelsche zeemijl van 1852 M. of 1/3 uur gaans,
die nagenoeg overeen komt met de Italiaan-
sche mijl), een klein plaatsje aan de Theems
en in twee koninklijke jachten voeren we
naar Gravesend, een afstand van vijftien
mijlen. Gravesend is een klein dorp en daar
tegenover ligt een klein fort (bedoeld wordt
Tilbury fort, gesticht door Hendrik VIII ter
bescherming van den mond van de Theems,
dia juist tusschen Gravesend en Tilbury in
zee stroomt), dat dient om het voorbijvaren
te beletten van schepen, die zouden willen
passeeren, zonder zich aan een onderzoek te
onderwerpen. Met het getij of zooals men
zou kunnen zeggen met hoogwater gaan de
vrachtschepen van 400 ton tot aan Londen.
Van Gravesend tot de zee bij Dover gaat
men over land 40 mijlen en het ontbreekt er
niet aan huurpaarden, die goed kunnen
torsen, maar met kleine zadels overeenkom
stig het daar bestaande gebruik, van welke er
twee door een man onder den arm kunnen
gedragen worden en nog wel meerons
brachten ze bovendien nog in moeilijkheid,
we moesten bedenken of we onze koffers er op
konden binden.
Van Dover is de overvaart naar Calais 30
zeemijlen. Wij daarentegen scheepten ons te
Gravesend in, in een goed vaartuig en zetten
koers naar Vlissingen in Zeeland, een afstand
van 120 zeemijlen, maar vrij wat kalmer dan
de overtocht van Dover, die bijna altijd wis
selvallig is. Op de hoogte van Welsinghe van
boord gegaan (in een roeiboot) zonden wij de
bagage over zee naar Middelburg en Zijne
Excellentie ging in de richting van Vlissingen,
maar bij gebrek aan iemand om te roeien was
Zij (d.i. Z.Exc.) genoodzaakt aan wal te gaan
bij een zeker, op ongeveer een mijl afstands
van de stad liggend fortje, dat juist op dit
oogenblik gebouwd wordt om te dienen voor
bet geven van vuursignalen bij nacht en
rooksignalen overdag aan de stad bij eenig
ongeluk, dat zou kunnen voorkomen en dit
fort is verwijderd van een ander fort, dat een
kwart mijl vandaar afligt, Rammekens ge-
heeten, ook aan de kust, waar een bezetting
gelegen is van 100 man voetvolk vanwege den
koning van Engeland. Zijne Excellentie ging
de stad Vlissingen binnen door een poort, die
er eerst kortgeleden voor het verkeer was
opengesteld en nog afgebouwd werd. (Zooals
bekend was er tusschen Rammekens en Vlis
singen nog een wachthuis ongeveer als op de
Nolle: de fondamenten kwamen te voorschijn,
toen de uitgraving plaats had voor het
nieuwe fort, dat in 1914 onvoltooid gebleven
is de bedoelde poort is de eerste Rammekens-
poort). De plaats is niet zeer groot, naar
dicht bevolkt en de inwoners zijn voor een
goed deel vrij welvarend, zooals in een zee
haven en een stad met eenige handel be
grijpelijk is, hoewel deze niet van dien aard
is, dat hij hun groote rijkdommen schenkt.
(Op venetiaansche trant wel teverstaan, In
Venetië wekken de pallazo's nog onze bewon
dering.)
Vlissingen is een markgraafschap en ermee
beleend is Z. H. graaf Maurits, maar deze
moet toch het hooge gezag erkennen van de
Staten-Generaal der Vereenigde Provinciën
der Nederlanden. Het heeft een zeer sterke
ligging en wordt aan de zeezijde beschermd
en versterkt, zooals dat behoort voor een
stad, die een grensvesting is in Zeeland en
de voornaamste vesting van het eiland Wal
cheren, waarop het ligt. Het heeft een bezet
ting van tien compagnieën Engelschen (zoo
als men weet, is deze 14 Juni 1616 vertrok
ken), door den Allergenadigsten koning van
Groot-Britannië daar onderhouden, als zijnde
een stad eenmaal in de vroegere oorlogen
verpand aan de kroon van Engeland in den
tijd van koningin Elisabeth, toen er door haar
een leening was aangegaan van anderhalf
millioen pond, waarvoor zij ook den Briel
in Holland zou krijgen onder dezelfde voor
waarde, dat de beide genoemde plaatsen zou-
4 den teruggegeven worden bij de aflossing der
bovengenoemde geldsom. De compagnieën be
staan elk uit ongeveer 100 man voetvolk, be
halve die van den vice-gcuverneur, die uit
200 man bestaatdeze bekleedt die plaats
regelmatig voor den Heer Viscount Cecil,
groot kamerheer van de allergenadigste ko
ningin van Engeland. Terwijl Zijne Excel
lentie rondging* en zich vermeide met het be
zichtigen der stad, ging de vice-gouverneur,
die van Haar komst verwittigd was, op weg
om Haar te ontmoeten en onder groote be
geerte om zich voor ons beschikbaar te stel
len en na het wisselen van allerlei plicht
plegingen geleidde de vice-gouverneur Zijne
Excellentie op een bastion, dat aan de bui
tenkant vlak aan zee ligt, waarop geplaatst
zijn acht stukken van het mooiste geschut.
Hij liet ons ook zien een nieuwe toevoeging
van bolwerken of walgangen, die men daar
juist bezig was op te werpen tot grootere
veiligheid der stad, voornamelijk aan de land
zijde, welke vervolgens zullen omgeven wor
den door een goeden muur („buona mu-
raglia"). Bij de terugkeer daarvan liet de
vice-gouverneur een salvo van het geschut
geven ter verwelkoming van Zijne Excellentie,
waarna Zij het paleis ging bezichtigen, waar
de raad samenkomt van de stad, bestuurd
evenals al de andere steden van het gewest
door afgevaardigden, krachtens de wil ten
eerste van de steden en provinciën, vervol
gens van de Staten-Generaal en van Zijne
Hoogheid prins Maurits, als heer of leen
man ervan. Het paleis is aanzienlijk, groot
en zeer mooi van bouwstijl aan den buiten
kant en van binnen zeer aardig ingericht en
goed onderhoudeneix als men er boven op
staat, openbaart zich duidelijk niet alleen de
voortreffelijke ligging der stad, maar ook de
schoonheid van het terrein, dat door de
moerassen, die overal aan de landzijde nabij
de stad liggen, van dien kant de plaats sterk
maakt, die nog sterker is aan de zeezijde. Bij
het afdalen kwam de baljuw van de stad
(Jhr. Robert de Fresne sinds 1585, t 1622)
ons tegemoet, die hoofd is van het Gerecht
en die met groote hoffelijkheid de handen
van Zijne Excellentie kuste en hij wilde met
alle geweld Haar met genoemden vice-gouver
neur uitgeleide doen tot aan de poort, waar
door wij naar Middelburg moesten gaan,
waar reeds drie rijtuigen („carrete") klaar
stonden. Na afscheid genomen te hebben,
ging Z.Exc. van daar door naar Middelburg,
een afstand van één „lega" (d.w.z. uur
gaans) van genoemde stad, wat overeen komt
met drie van onze mijlen. De straatweg is
voor rijtuigen niet erg breed, maar voor
voetgangers gemakkelijk, daar hij voor het
grootste gedeelte geplaveid is.2) (De zgn. Oude
Middelburgsche weg is pas van 1641). Het
kleine stukje land, dat wij tusschen Vlis
singen en Middelburg zagen, ziet er goed
a) Zooals ik vroeger reeds aantoonde, -as
men toen bezig Vlissingen van nieuwe ves
tingwerken te voorzien onder leiding van
Simon Stevin, Maurits' generaal der genie.
2) Deze oudste Middelburgsche weg liep
van de Middelburgsche Poort over Oud-Vlis-
singen, den Boschweg gedeeltelijk, vervolgens
over het tegenwoordige vliegterrein lapgs het
kasleel van West Souburg.
Zeven op de tien menschen
hebben last van hun voeten
Een door Dr. Wm. SCHOLL
persoonlijk getrainde
is in onze zaak aanwezig op
WOENSDAG 6 JULI
van 10-12 en van 2—5 uur voor
Bellamypark 54, Vlissingen
en vruchtbaar uit en wel bebouwd, met twee
of drie dorpen, waar we juist doorheen reden,
geheel vol met steenen huizen, alle sierlijk
begroeid met wingerdboomen, die bekoorlijk
heid en schoonheid schenken, hoewel zij niet
zoo gemakkelijk vruchten dragen tengevolge
van de vochtigheid en de koude, waaraan
deze eilanden onderworpen zijn. Vóór de
aankomst van Z.Exc. in Middelburg was daar
een goed logies besteld, dat zoo geriefelijk
bleek te zijn als wij maar wenschten na het
ongemak en de kwelling van het schip. Er
werd juist in de stad gehouden wat bij hen
heet „Carmessa" of „Carmeessa (d.i. kermis),
gedurende welken tijd, die acht dagen duurt,
het aan buiten- en binnenlandsche koop
lieden geoorloofd is, allerlei koopwaar te ko
men verkoopen, en de schuldenaars genieten
het voordeel van gedurende die dagen niet
gedwongen te zijn tot de betaling. Bovendien
leven de boeren en de burgers allen geduren
de dat tijdsverloop vroolijkze drinken en
eten gezamenlijk en zetten alle wereldsche
zorgen aan kant en in geen tijd kijken ze
minder op eenige uitgaaf voor een goed
leventje.
V/ij kwamen precies op het tijdstip aan, dat
er een parade werd gehouden van zes com
pagnieën van elk 100 man voetvolk en één
van de burgers zelf, eenigen met musketten,
anderen met haakbussen en velen met
pieken en enkelen met hellebaarden, allemaal
flink en bedreven in allerlei oefeningenze
gaven onder het marcheeren blijk met de
zelfde vaardigheid en nauwgezetheid in de
werkelijke krijgsverrichtingen tegen den
vijand zich te zullen kwijten van hun plicht
onder deze compagnieën waren eenige jon
gens („figliolini"), die de bevelen opvolgden
en in klein model droegen alles, wat voor den
dienst der soldaten noodig was, zoowel de
bepakking als het andere, met het doel hun
jeugdige krachten te gewennen aan de ver
moeienissen, die in den oorlog moeten ver
duurd worden en om hen door het zien der
exercitiën stoutmoedig te «maken, zoodat zij
de wapenen blijven dragen en zich bij het
aangroeien der jaren er niet aan onttrekken;
dit alles strekt ten voordeele van hun vader
land en bovendien ook van henzelf. De bur
gers dezer stad zijn allen tezamen ingedeeld
in 20 compagnieën, die zeer goed de haak
bussen hanteeren en er zullen er weinig
meer dan honderd zijn per compagnie en nog
5 duizend, geschikt om de wapenen te dra
gen. Deze zijn bestemd voor de bewaking der
stad, wat ze vrijwillig op zich nemen, aange
zien het hun zou grieven eventueel met het
vaderland ook deze bevoegdheid te verliezen,
wat onduldbaar is voor een handeldrijvend
volk.
Middelburg is de hoofdstad van Zeeland,
dat uit verschillende eilanden bestaatmaar
vier zijn de voornaamste en geheeten Wal
cheren, Zierikzee, Goes en Thole'n. Walcheren
heeft drie steden, Middelburg, Vlissingen en
Veere Zierikzee Is een stad op zich zelf,
Goes heeft de stad genaamd Dergoes en
Tholen heeft de gelijknamige stad. Te Mid
delburg, als de hoofdstad van Zeeland, ver
zamelen zich bij gelegenheid de Afgevaardig
den der andere steden, die alle elk één stem
hebben en de adel der genoemde vier eilan
den of van geheel Zeeland, deze heeft in het
geheel slechts één stem. Hier wordt beraad
slaagd over alles, wat het bestuur aanbelangt
van de steden zelf en van de geheele provin
cie, die zijn afgevaardigden zendt naar den
Haag.
De inwoners van Walcheren besteden groo
te kosten aan het behoud van de kusten en
dijken van het eiland, waarvoor elke gemet
gronds (1 gemet is 0.45 H.A.) twee gulden
opbrengt, wat ongeveer vijf Venetiaansche
ponden bedraagt (vgl. livre, later lire) en zij
zijn gewoon even zooveel te betalen voor den
oorlog. Het eiland is dichtbevolkt, de inwo
ners zijn zeer nijver, het heeft mannen, die
zich wijden aan scheepvaart en ligt blootge
steld aan de zee, misschien meer dan het wel
zou willen en dan de overige drie eilanden,
de bevolking is naarstig en onvermoeid om
zich in te spannen, en zoekt haar voordeel.
De woningen van binnen, zoowel te Middel
burg als te Vlissingen, zijn zeer zindelijk en
de herbergen („hostarie" gasthuis of loge
ment) zoo netjes ingericht, dat het niet ver
beterd kan worden.
H. G. VAN GROL,
Archivaris.
Winkelsluitingswet.
De commissie voor de strafverordeningen
heeft het volgende voorstel ingediend
In uwe vergadering van 8 April jl., werd
cnder Nr. 6a, vastgesteld een Verordening
bedoeld bij artikel 9 der Winkelsluitingswet
(Stbld. 1930 Nr. 460). Deze verordening hield
onder meer in dat, in afwijking van de des
betreffende bepalingen der Winkelsluitings
wet een winkel voor het publiek niet langer
mocht geopend zijn dan tot 7 uur des namid
dags op Maandag tot en met Vrijdag en tot
9 uur des namiddags op Zaterdag en enkele
andere bijzondere dagen.
Een kappèrs- en barbierswinkel zou voor
het publiek niet langer geopend kunnen zijn
dan tot 9 uur des namiddags op Zaterdag en
enkele andere bijzondere dagen.
De minister van economische zaken en
arbeid aan wien de verordening ingevolge
de wet ter goedkeuring door de Kroon was
toegezonden heeft bij brief van 24 Mei jl.
verschillende bedenkingen tegen den inhoud
der verordening geopperd.
Met betrekking tot de vervroeging van het
sluitingsuur, waarvan hiervoren sprake is,
deelde genoemde minister ons mede, dat,
alhoewel hij de bedoeling waardeert, die den
raad bij de vaststelling van de betreffende
artikelen hebben geleld, hij hier toch geen
voldoende bijzondere omstandigheden in den
zin der wet aanwezig kan achten, die deze
afwijkingen van de wettelijke bepalingen zou
rechtvaardigen.
Aangezien dus als vaststaand kan worden
aangenomen, dat de desbetreffende artikelen
der verordening de Koninklijke goedkeuring
niet zullen verwerven, stellen wij U voor deze
in te trekken.
Ten aanzien van de dagen 24 November, 6,
17 en 31 December overgenomen uit de
Algemeene Politieverordening onzer gemeen
te, welke deel uitmaakten van de bekende
tijdvakken was dan ook een later slui
tingsuur dan in de wet was bepaald, vastge
steld. Hiertegen bestaat bij den minister
eveneens bezwaar. Hier zou volgens dezen
bewindsman eventueel artikel 9, 3e lid, der
Winkelsluitingswet toegepast kunnen worden.
Volgens deze bepaling is de gemeenteraad
bevoegd om ten hoogste 21 dagen in het jaar
aan te wijzen, waarop de bij de wet voorge
schreven bepalingen omtrent het sluitingsuur
niet zullen gelden, of desgewenscht voor die
dagen een later sluitingsuur dan bij de wet
aangegeven, te bepalen.
Wij meenen U te moeten voorstellen,
voorshands van deze bevoegdheid nog geen
gebruik te maken. Mocht in de toekomst de
behoefte aan een later sluitingsuur voor die
dagen blijken, dan kan hiertoe alsnog wor
den overgegaan.
Voorts schrijft de minister, dat een rege
ling, gebaseerd op artikel 6 der wet (middag-
of ochtendsluiting) ten aanzien van de kap
pers- en barbierswinkels, zijnerzijds geen be
denking zal ontmoeten, indien het blijkt, dat
een behoorlijke meerderheid der betrokken
patroons sluiting op een voor- of namiddag
verlangt en het algemeen belang zich niet
hiertegen verzet.'
Zooals wij U in ons voorstel van 1 April
mededeelden helde de meerderheid onzer
commissie er toe over U voor te stellen, voor
de kappers- en barbierswinkels een middag
sluiting op Maandag in te voeren, al kon zij
niet ontkennen, dat de groep ongeorganiseer
de kappers in verband met het vreemdelin
genverkeer alhier van dien maatregel eenige
schade zou kunnen ondervinden.
Op voorstel van den heer Paap c.s. werd
echter in uw vergadering van 8 April jl. be
sloten om de sluiting van de kappers- en
barbierswinkels niet verplichtend te
stellen.
Naar aanleiding hiervan stelt de meerder
heid van onze commissie voor cp dit genomen
besluit niet terug te komen en het verzoek
van de afdeeling Vlissingen van den Neder-
landschen Kappersbond om alsnog een mid
dagsluiting voor de kappers- en barbierswin
kels in te voeren, af te wijzen. Mede wordt
hierbij nog overgelegd een adres van den heer
A. Salet c.s. ongeorganiseerde kappers
waarin verzocht wordt om een middagsluiting
voor de kappers- en barbierswinkels niet
vast te stellen.
Eén lid onzer commissie behoudt zich de
bevoegdheid voor, om ten aanzien van deze
aangelegenheid nadere voorstelen te doen
Artikel 5, onder a, der verordening bepaalt,
dat de bij de wet voorgeschreven bepalingen
omtrent het sluitingsuur niet zullen gelden
gedurende het tijdvak der Vlissingsche ker
mis. Waar het hier een afwijkende regeling
ingevolge het 3e lid van artikel 9 der wet be
treft, waai*voor geen goedkeuring door de
Kroon vereischt is, zou het volgens den mi
nister de voorkeur verdienen, deze regeling
in een afzonderlijke verordening op te nemen.
Hiertegen bestaat bij onze commissie geen
bezwaar, weshalve wij een dergelijke ver
ordening ter vaststelling aanbieden.
Artikel 5, onder b, der verordening houdt
in, dat de bij de wet voorgeschreven bepalin
gen omtrent het sluitingsuur niet zullen gel
den voor winkelswelke niet langer voor het
publiek geopend zijn dan gedurende het tijd-
van van 15 Mei tot en met 15 September (zg.
seizoenwinkels aan den Boulevard Evertsen).
„In verband met het standpunt, dat ten
opzichte van andere badplaatsen is ingeno
men schrijft de minister kan worden
toegestaan, dat de hier in art. 5, sub b. der
verordening bedoelde winkels, welke aan
den Noordzeeboulevard nabij het strand en
de badhotels zijn gelegen, gedurende het tijd
vak van 15 Mei tot en met 15 September
geopend mogen zijn op Zondag van 9 uur
vm. tot 10 uur nm.op de eerste 5 werkda
gen der week van 5 uur vm. tot 10 uur nm.
op Zaterdag van 5 uur vm. tot 11 uur nm.
Het is beter, in de verordening de lig
ging der winkels aan te geven in plaats
van, zooals thans, het tijdvak, gedurende
hetwelk zij geopend zijn dit om te voorko
men, dat bijv. vliegende winkels op andere
punten uwer gemeente van deze afwijkende
regeling gebruik zouden kunnen maken. De
begrenzing van het deel uwer gemeente,
waarvoor deze afwijkende regeling zal gelden,
ware derhalve in de verordening aan te ge
ven."
Daar wij ons met de zienswijze van den
minister kunnen vereenigen, geven wij U in
overweging aan het verlangen van den mi
nister te voldoen. Hiervoor verwijzen wij U
naar artikel 2 van een overgelegde ontwerp
verordening.
In verband met de vervroeging van het
sluitingsuur (art. 2 en 3 der verordening) was
door U in artikel 6 der verordening verboden
om na het sluitingsuur der winkels te ven
ten. Nu de artikelen 2 en 3 komen te verval
len is een bepaling als in artikel 6 opgeno
men niet meer noodig. De minister schrijft
echter, dat voor een afwijkende regeling ten
aanzien van het venten alleen aanleiding zou
kunnen zijn gedurende het tijdvak van 15 Mei
tot en met 15 September in het gedeelte dei-
gemeente, gelegen nabij het strand en gedu
rende de uren, waarop de aldaar gelegen
winkels geopend mogen zijn. Naar aanleiding
van dit laatste punt hebben wij aan artikel 4
der ontwerp-verordening een slotbepaling
toegevoegd.
Voorts zijn door de commissie overwogen
de in haar handen om advies gestelde adres
sen van de Algemeene Winkeliersvereeniging
„Gemeenschappelijk Belang", van de afdee
ling Vlissingen van den Nederlandschen Bond
van Sigarenwinkeliers en van den heer P.
Timmerman ten aanzien van het tengevolge
van de winkelsluitingswet op Zondag geslo
ten zijn van de kiosk nabij liet station der
frederlandsche Spoorwegen. (Aan dit laatste
adres heeft de Vereeniging voor Vreemde
lingenverkeer te Vlissingen adhaesie be
tuigd).
In genoemde adressen wordt aangevoerd,
dat de winkeliers in consumptie artikelen, si
garen enz. door het verbod om op Zondag
geopend te zijn, zeer groote schade lijden,
daar het thans niet meer mugelijk is om op
Zondag te Verkoopen aan de vele vreemde
lingen, die op dien dag Vlissingen bezoeken.
Zij verzoeken U om een verordening in het
lever te roepen, waardoor het weer mogelijk
wordt om hun winkels op Zondag, althans
gedurende het badseizoen, geopend te hebben.
De algemeene winkeliersvereeniging „Ge
meenschappelijk Belsng" verzoekt in verband
hiermede voor deze gemeente een verordening
vast te stellen, zooals in de gemeente Dom
burg geldt en welke reeds de Koninklijke
goedkeuring heeft verkregen. Die verordening
bepaalt namelijk, dat de winkels waar uit
sluitend of in hoofdzaak kunstvoorwerpen,
antiquiteiten, souvenirs, foto-artikelen, prent
briefkaarten, brood, koek, banket, suikerwer
ken, chocolade, fruit, kleine consumptiearti
kelen, melk en andere alcoholvrije dranken,
sigaren, sigaretten, tabaksartikelen, badartike-
len en speelgoed, worden verkocht, gedurende
het tijdvak van 15 Mei tot en met 15 Sep
tember op den Zondag geopend mogen zijn
tusschen 9 uur des voormiddags en 8 uur des
namiddags. i
Onze commissie is van oordeel, dat de win
keliers, die de hiervorenvermelde artikelen
verkoopen, gedurende de zomermaanden, ten
gevolge van de Winkelsluitingswet, inderdaad
groot nadeel lijden en dat, met het oog op
het vooral op den Zondag belangrijke en
v.- Mn vréemd<*jp(hg*»n v e rke °r iri