TWEEDE BLAD BINNENLAND FEUILLETON De laatste Rit SPORT van de Maandag 18 Januari 1932. No. 14. Schilderijen en teekeningen van H. M. de Koningin. De kunstrecensent van „de Maasbode" te «S-Gravenhage schrijft over deze tentoonstel ling, georganiseerd ten bate van noodlijdende kunstschilders het volgende Zaterdagmiddag is in de Kon. Kunstzaal Kleykamp de tentoonstelling geopend van schilderijen, aquarellen en teelceningen, ver vaardigd door H.M. de Koningin. Zooals men weet, zal de geheele opbrengst van deze ten toonstelling de entrée bedraagt 50 cent ten goede komen aan de noodlijdende kunst schilders. De tentoonstelling omvat in het geheel 86 nummers en beslaat de drie ineenloopende zalen van Kleykamp. Men vindt er werken uit verschillende jaren. Maar lang niet alle stukken zijn gedateerdslechts enkele. Toch is het jaartal van vele schilderijen en teekeningen, zelfs zonder dat dit uitdrukke lijk er op is vermeld, niet moeilijk na te gaan, als men weet, wanneer H. M. haar vacantie doorbracht in het land of van de streek, wel ke zijn afgebeeld. Want de meeste werken zijn op vacantiereizen gemaakt, veelal onder den onmiddeilijken indruk van de schoonheid en schilderachtigheid der omgeving, waar HM. vertoefde. Men vindt hier o,a. vele berglandschappen ö.a. uit het Rhönedal, uit de Noorsche fjor den,. uit Beieren, de Vogeezen, Oostenrijk, Zwitserland en den Elzas. Maar ook de schoonheid van eigen „blonde vaderland" heeft Hare Majesteit menigmaal naar verf en penseel of naar de teekenstift doen grijpen om haar schoonheidsimpressies op doek of papier vast te leggen. Vooral in de omgeving van het Loo heeft HM. veel getee- kend en geschilderd. Behalve voor de natuur met haar hooge bergen, haar felle in het heldere water der bergmeren weerspiegelende luchten, haar vlakke Jandschappan en imposante boschpar tijen, toont HM. ook een voorliefde voor ar chitectuur. Teekeningen als van de oude poort te Riquewihr in de Vogezen, en de slot poort en binnenplaats van Lengberg getuigen hiervan. In het geheel zijn er 22 schilderijen, 25 stu dies in olieverf cn 35 teekeningen tentoonge steld. Aardig is het blad uit een schetsboek.dat hier is opgehangen en waarop men eenige losse schetsjes van paarden, een boer, een stukje landschap, enz. ziet neergekrabbeld. Bij enkele er van, welke de Koninkelijke tee- kenares blijkbaar niet bevielen, heeft Zij eigenhandig „fout" geschreven en daarnaast of daaronder ziet men dan een nieuwen op zet. Het is een zeer merkwaardige tentoonstel ling, die iedereen zeker gaarne zal gaan zien, vooral ook nu Hare Majesteit fijngevoelig de te verwachten belangstelling voor haar werk ten goede laat komen aan de kunstschilders, die het in deze dagen, meer dan moeilijk heb ben. Bij de opening der tentoonstelling was de belangstelling reeds bijzonder groot. Het was niet mogelijk alle bezoekers tegelijk in de ten toonstellingszalen toe te laten, zoodat een gedeelte in de zalen op de tweede verdieping haar beurt moest afwachten om het tentoon gestelde te kunnen bezichtigen. De rijksmiddelen. Ook December heeft, evenals November 1931, een vermeerdering in de opbrengst der rijksmiddelen opgeleverd, ditmaal van 633.000. Maar ook nu komt als een koude douche de opmerking, dat de ontvangsten een jaar tevoren nagenoeg f i]/2 millioen bij December 1929 waren ten achter geble Naar het Engelsch. f 34) „En sla nu je armen om mij heen en kus mijNeen, daar is nu geen pardon voor gisterenavond heb je het ook wel gedaan." „Gisterenavond was het iets anders.'? „Ja, toen verkeerde ik in gevaar. Maar ik kan my toch niet steeds aan gevaar blootstellen, als ik wil dat je my omhelst. Kom, Dolly, ik heb heel myn leven een groot tekort geleden aan liefkoozingen. Heb erbarmen met my I" Zij gaf gevolg aan zyn uitnoodiglng en kuste hem teeder. Hy was echter een genadig tiran en ca die enkele omhelzing ging hy rustig op de bank naast haar zitten, sloot haar hand in de zyne en samen staarden zy in het vuur. Ze hoorden mrs. Brotherton naderby ko men en dit maakte een einde aan hun in tiem samenzyn. Het diner was zeer opgewekt en gezellig. Jefferson, die aan tafel bediende, was later tegen zijn kameraden één en al lof over de aanstaande vrouw van mr. Wrighton en was bbj, dat die zich nu eindelijk ook eens een tehuis ging scheppen. Na het diner geleidde de gastheer mrs. Brotherton en Dolly naar de bibliotheek. „Nu moet ie eens uitzoeken de dingen, ven, zoodat er slechts van een schamel her stel sprake kan zyn, aldus merkt „het Va derland" op. Schakelt men grond- en personeele belas ting uit, dan komt men voor de overige belastingen over December tot een styging van 2.693.200, wat inderdaad een opmer kelijk fleurig besluit van het sombere jaar 1931 zou kunnen heeten. De voornaamste bestanddeelen van dezen aanzienleken vooruitgang zyn spoedig genoemd. Het zijn de invoerrechten met hun vermeerdering van 2.112.380 en de als altyd onbereken bare succesierechten met een accres van 1.044.900. Hebben wy by de invoerrechten wellcht te denken aan grooteren import uit landen met valutakoopjes, by de successie rechten hjkt het wat al te gewaagd, eenig verband te leggen tusschen malaise en hoo- gere opbrengst. Dat voor het overige de zeer veel hoogere baten nog geenszins wy- zen op een toegenomen handelsverkeer, mo ge biyken uit den achteruitgang van 49.500 bë den zooveel zuiverder maatstaf van het statistiekrecht en de eveneens voortgezette daling van 44.200 by de loodsgelden. Ook de inkomstenmbelasting heeft meer opgeleverd, en wel 441.000, evenals de ver mogensbelasting, die 90.400 is gestegen. Verder heeft dan de gedistilleerdaccyns 73.800 meer en de bieraccyns 282.300 meer opgeleverd, waarbij zich de tabaksbe lasting met 121.400 en de domeinen met ƒ.9660 aansluiten. Maar verder zyn het niets als dalingen, die de staat te zien geeft. Daar heeft men, behalve de reeds opgesomde, een verminde ring van 431.700 by de registratierechten. Daarby sluit zich een vermindering aan van 462.600 voor de zegelrechten, in wel ke daling de beursbelasting haar deel heeft voor 88.500. Verder was er de voortgezette daling van nagenoeg 7000 bij den waar borg, waarbij dan komen de verminderin gen van 142.000 bij de suiker, 64.000 bij den wyn, 291.000 bij het geslacht en 2690 bij het zout. En ten slotte is er dan de daling van 78.500 bij de dividend- en tantième-belasting, die voor de bedrijfsre sultaten in het zakenleven misschien nog wel het meest kenmerkend is. De verhoo ging van het eindcijfer over December be hoeft dus nog geenszins de gedachte aan een verbetering in de financieele positie te doen opkomen. Mobilisatie van vrijwilligers. De Tweede-Kamerleden Albarda, Vliegen, IJzerman, K. ter Laan en Van Zadelhoff hebben ingediend een initiatief-wetsvoorstel tot nadere regeling van de vrijwillige opkomst onder de wapenen van dienstplichtigen en reservepersoneel. Aan de memorie van toe lichting is het volgende ontleend. Art. 187 der Grondwet bepaalt, dat wan neer in geval van oorlog, oorlogsgevaar of andere buitengewone omstandigheden de dienstplichtigen, die niet in werkelijken dienst zyn, geheel of ten deele onder de wapenen worden geroepen, onverwijldby de Staten- Generaal een wetsvoorstel moet worden inge diend om het onder de wapenen blijven der dienstplichtigen zooveel noodig te bepalen. Gedurende vele jaren is de opvatting ge huldigd, dat dit grondwetsartikel niet van toepassing moest worden geacht op mobmili- saties voor binnenlandsche doeleinden. Reeds in 1903 rees hierin twijfel. Later is de ge grondheid van dien twyfel erkend, o.a. door minister Bosboom in 1917. In de Militiewet-1922 treft men niet meer de oude desbetreffende bepaling der Militie- wet-1912 aan. In alle andere buitengewone omstandigheden dan die van oorlog en oor logsgevaar, waarin aanleiding wordt gevonden tot het buitengewoon onder de wapenen roe pen van dienstplichtigen, moet dus sedert 1922 worden voldaan aan het voorschrift van art. 187 der Grondwet. Door de oprichting van den By zonderen Vrywilligen Landstorm is een gewapende macht ontstaan, die kan worden gemobili seerd, zonder dat de regeering verplicht is, onverwijld den Staten-Generaal de mobilisa tie mee te deelen en van het onder de wape nen doen biyven van die macht de goedkeu ring van de Staten-Generaal te vragen. De Byzondere Vrywillige Landstorm is een, zij het ook door de regeering begunstigde, buitenwetteiyke organisatie. Zyn leden wor den door den minister van Defensie tot den die Je graag mee zoudt nemen naar Austra lië, liefste", zei hy nog eens. „Mrs. Bro therton zal je zeker wel met haar raad wil len bestaan." Maar deze bleef zitten breien in haar stoel met de rechte leuning en keek af en toe eens verbaasd op, als zy Alexander zoo innig-vergenoegd en jongensachtig hoorde lachen. Dolly deed net „als een klein kind in een speelgoedwinkel", naar ze zelve zei. Ze vond alles even mooi en wilde het ook wel alles meenemen. „Op die manier hebben wy alleen het heele ruim van het schip noodig", lachte hy waarop, zy dan ook besloot nu niets meer te voegen bë de uitgezochte artikelen. „Hier is een doos met oude fotografieën. Dat is ook wel eens aardig, om door te zien", meende hy. Dolly wierp den inhoud uit in haar schoot. Mrs. Brotherton zat nog steeds te breien by het vuur. Alexander Wrighton ging een album halen van een boekenhanger ergens aan den anderen kant van het vertrek. De koffie, die Jefferson enkele minuten geleden had binnengebracht, stond op een tafeltje naast Dolly. Met belangstelling keek zy de fotogra fieën doormaar ze zeiden haar niet veel, daar het allen onbekenden voor haar wa ren, die deze voorstelden. Eén portret bleef op den bodem van de doos liggen zij nam het er uit en het viel met de beeltenis naar boven in haar schootDaarstaar- werkeiyken dienst toegelaten. Op deze wijze staan bijna vijftigduizend man gereed om, wanneer aanleiding wordt gezien om met ge wapende macht de openbare orde of rust te handhaven of te herstellen, vrê'willig onder de wapenen te komen. De mobilisatie van deze macht is tot in bijzonderheden voorbereid. De indieners van het initiatiefwetsvoorstel achten het dringend noodzakelijk, dat aan den tegenwoordigen toestand een eind wordt gemaakt. Het gereed staan van een organisa tie, die de regeering in staat stelt om, met voorbygaan van art. 187 der Grondwet, en dus buiten de Staten-Generaal om, voor doeleinden van binnenlandsche politiek een vrijwilligersleger op de been te doen komen, achten zij niet bevorderlijk voor orde en rust. Volgens de voorstellers moet worden her steld de toestand, waarin geen mobilisatie, van welken omvang en met welke strekking ook, kan worden ondernomen, zonder dat vol daan wordt aan art. 187 der Grondwet. Zij meenen, dit te kunnen bereiken door de artikelen 35 van de Dienstplichtwet en 5 van de wet van 6 Juni 1905 zoodanig aan te vul len, dat de bepalingen van die artikelen nog slechts kunnen voldoen aan haar oorspron- kelijke bestemming, nl. om aan dienstplichti gen, die om persoonlyke redenen onder de wapenen wenschen te komen, daartoe de ge legenheid te bieden, zy wenschen dus niet zoover te gaan, dat elke vrijwillige opkomst onder de wapenen van enkele personen on- mogelük zou worden gemaakt. Indien bepaald wordt, dat noch ingevolge art. 35 der Dienstplichtwet, noch ingevolge art, 5 van de wet van 6 Juni 1905 meer dan honderd man tegelijk onder de wapenen mo gen verbiyven, achten zy' de gelegenheid voor persoonlyke opkomst in werkelijken dienst in voldoende mate verzekerd, maar te gelijk de mogelijkheid van een massale op komst van vrywilligers buiten de Staten- Generaal om opgeheven. Daartoe strekt hun initiatiefwetsvoorstel» Nederland en België. Naar de „Soir" meldt heeft dr. G. Neder- bragt, chef van den dienct van de ecenomi- sche zaken aan het departement van buiten- landsche zaken, eenige dagen te Brussel ver toefd, waar hij besprekingen voerde met of- ficieele Belgische vertegenwoordigers, ten einde tot overeenstemming te kunnen gera ken, omtrent zekere tarief-onderhandelingen tusschen beide landen. De besprekingen, welke naar men verwacht tot een goede oplossing zullen voeren, zullen over eenige dagen in Den Hs-ag worden her vat. Kastekort bij den Bond van Marine schepelingen. In „het Volksblad" komt het volgende be richt voor In de Vrijdag 15 dezer gehouden hoofdbe stuursvergadering van den Bond van Marine schepelingen is aan den bezoldigd bestuurder D. C. A. de Z. onmiddellyk ingaand ontslag aangezegd uit diens betrekking, zulks wegens een zeer groot tekort in kas, waarvoor hy verantwoordelijk is. Het tekort bedraagt on geveer 24.000. Naar aanleiding van dit bericht is de „Hel- dersche Courant" op nadere informaties uit geweest, doch kon hieromtrent vooralsnog niet veel meer aan de weet komen. Het be richt is intusschen juist. Wel vernam dit blad, dat de heer De Z. de schuld aan deze verduistering niet erkende, doch zich wèl er voor verantwoordeiyk stelde. De vroegere Bond van Minder marineper soneel en de Bond van Korporaals K.M. heb ben zich gefusioneerd tot den Bond van ma rineschepelingen, die by dit tekort betrok ken is. KERK- EN SCHOOLNIEÜWS Ned. Herv. Kerk. Beroepen te Breskens ds. W. H. Kelder te Ellewoutsdijkte Scher- penisse ds. H. H. van Ameide te Ouddorp. Bedankt voor Someren door ds. J. E. Elenbaas te Borsselen. Christ. Nationaal Zendingsfeest. Het Christ. Nationaal Zendingsfeest zal op Woensdag 6 Juli worden gehouden in de bos- schen van Soestdyk. de haar het knappe, maar zelfzuchtige ge laat van Herbert Bartie aan..., Zy vloog opde portretten stoven links en rechts op den grond, de koffie viel om, doordat zy stootte tegen het tafeltje. Het vocht droop langs haar witte japon op den grond. „Waar komt die vandaan?" riep ze ont steld. Mrs. Brotherton keek op en Wrighton keerde terug van den boekenhanger, waar hy aan het zoeken was. „Dit is het portret van Herbert Bartie", zei ze hardop. Wie haalde daar zoo diep adem Was dat mrs. Brotherton of Alexander Wrigh ton.,.. „Dit is het portret van Herbert Bartie", herhaalde ze fluisterend. Het breiwerk viel mrs. Brotherton uit de handen. Mr. Wrighton trad naar Dolly toe en strekte de hand uit naar het portret. „Dus dan ben jy kapitein Vastead?" „Juist. Ik heb den naam van Wrighton aangenomen by den dood van myn oom. Wat weet je, van Herbert Bartie Mrs. Brotherton was uit haar stoel opge staan. zy moest zich aan de tafel vasthou den, om niet te vallen. „Hy was verloofd met myn zuster. Hij werd vermoord in ons huis." „U hoorde dus tot diè Marstons? Goede hemel, dat u nu juist gezelschapsdame bij my moest worsen I Maar u was rijku woonde. „Myn vader stierf en toen was er geen Beroepingswerk in de Ned. Herv. Kerk. Hoe sommige gemeenten met geen moge lijkheid een predikant kunnen krijgen, be wijst wel het volgende Genemuiden beriep in 1930 en 1931 16 keer, zonder resultaat. Eveneens beriepen Eergschenhoek, Krimpen a/d Lek en Oolt- gensplaat in 1930 en 1931 12 maal en Jaars veld en Linschoten 11 maai zonder resul taat. Woudrichem ontving dit jaar na 15 beroepen een eigen predikant. Eveneens Mastenbroek na 14 en Hollandscheveld Z.O. na 12 beroepen. Hoeveel beroepen sommige predikanten krijgen, voordat ze iets aannemen óf zonder iets aan te nemen, bewyst het volgende: ds. W. Rynsburger van Polsbroek gaat, na in 1930 en 1931 29 beroepen te hebben ont vangen, naar Oud-Beijerland, ds. A. H. J. G. van Voorthuizen, van Lage Vuursche gaat, na in 1931 16 beroepen te hebben ont vangen, naar Ryssends. J. C. Terlouw van Kampeiween ontving in 1931 samen 14 be roepen en gaat naar Suawoudecand. W. Vroegindewey van Middelharnis ging na 13 beroepen naar Zegveldds. J. Lekkerker- ker van Molenaarsgraaf kreeg in 1930 en 1931 samen 12 beroepen en ging naar Olde- broekds. A. van Willigen van 's-Grevel- duinCapelle kreeg in dat tijdvak 10 be roepen en vertrok naar Ryssen. In 1931 kre gen ds. A. Dönszelmann van Almkerk en ds. Jac. Vermaas van Ter Aa 10 beroepen, waarna de eerste naar Meppel, de tweede naar Hoogeveen vertrok. Hoeveel beroepen men kan ontvangen zonder daarvan één aan te nemen, lieten zien;, ds. W. L. Mulder van Voorthuizen, die in 1929, 1930 en 1931 samen 28, ds. E. V. J. Japchen van Maartensdijk, die in 1930 en 1931 samen 13, ds. J. van Kuiken van Exmorra en ds. E. Schimmel van Ameide, die in dat tydvak elk 11 beroepen kregen. Een emeritus-predikant uit zyn bediening ontzet. De classis Arnhem der Ger. Kerken heeft ds. J. L. Jaspers, emiritus-predikant van de Ger. Kerk van Lutteren, uit zijn bediening ontzet, omdat hij zich openlijk geschaard heeft aan de zijde van de groep-Geelkerken, Examens. Voor het examen Engelsche handelscorres pondentie, afgenomen door de Vereeniging van leararen in de Handelswetenschappen, is geslaagd mej. J. Kuyt alhier, leerlinge van den heer S. P. Reyne. VOETBAL. AFDEELING IV. Ie klasse. LONGA—PSV 1—2 NACBleyerheide 31 MVV—Willem II 5—3 BW—De Valk 1—2 Eindhoven—NO AD 41 2e klasse A. MEVO—De Baronie 3—3 TerneuzenRBC 52 TSCVelocitas 34 Alliance—DOSKO 1—5 Hero—Middelburg 3—2 3e klasse A. Vlissingen II—Zeelandia II 50. Met de zon en vrij hevigen wind tegen trappen de reserves van Vlissingen af. Hun aanval wordt echter door de verdediging van Zeelandia gekeerd en hun voorhoede gaat tot een aanval over en brengt een bezoek bij keeper Harting. Het spel gaat vlug op en neer. Na 20 minuten spelens volgt een mooien algemeenen aanval, waarby Michielsen met een mooi schot de score opent10. Zeelandia valt hevig aan, maar de verde diging der reserves staat pal en retourneert alles. Even buiten het strafschopgebied wordt Boogerd in den rug geduwd en er wordt een vrye schop genomen. Boogerd schiet tegen den paal/ doch Van Son vangt den terugspringenden bal keurig op en schiet onhoudbaar in. 20. Wederom komen de reserves terug voor geld meer over. Wy verhuisden naar Gains- ford en ik moest in mijn eigen onderhoud voorzien." „Ik dacht, dat u een domineesdochter was", zei mrs. Brotherton Alexander Wrighton raapte het portret \an Bartie op en zei „Ik meende, dat ik alles had verbrand, wat op hem betrekking had." Hy wierp het portret op het vuur en dit verbrandde langzaam. „Dus het was uw zuster Helen, met wie hy verloofd was vroeg mrs. Brotherton op kouden toon. „Nu, zy is dan wel voor veel leed bewaard. Herbert Bartie was een schurk Hij heeft zyn verdiende loon ge had. De man, die hem doodde, verrichtte een goede daad." „Myn zuster had hem lief en hy haar", zei Dolly zacht. „Die hem doodde, verrichtte een slechte daad. wy vreesden, dat Helen nooit weer beter zou worden na dien schok." „Hy was valsch tegenover iedereen, vraag maar aan Alexander." „Hij is dood", zei Wrighton. „wy berei ken er niets mee met die oude zonden op te rakelen. Je was dus een van het groepje, Dolly, dat in de hall stond, toen ik je va ders huis verliet na myn onderhoud met Bartie „Ja." „Heb Je mij nooit herkend „Neen, je had toen een snor. Ik meende wel, dat ik je ergens gezien had, njaar ik kon my niet ireer herinneren wéér." „Ja", zei mrs. Brotherton, „hij schoor zijn het doel van Zeelandia en door mooi com binatiespel van het binnen-trio vergroot Van Son den voorsprong opnieuw 3—0. Hoe Zeelandia ook zwoegt, ze krijgen bij de verdediging der reserves geen kans. Vooral aanvoerder Timmermans onder scheidt zich door met verre trappen het terrein te zuiveren, evenals zijn collega back. Plotseling krijgt Minderhoud den bal toegespeeld, rent er mooi mee langs de lijn, zet mooi voor en Boogerd plaatst zyn hoofd er onder en het is 4—0. Daarna is het rusten. Gedurende al de 45 minuten na de rust is het een strijd geweest tusschen de voor hoede der reserves en de verdediging van Zeelandia, waarbij soms ook de voorhoede aan te pas moest komen. By een voortdurende schermutseling voor het doel van Zeelandia weet Michielsen te scoren 50. Wederom volgt hierna1 een vrye schop tegen Zeelandia even buiten het strafschop gebied. Boogerd kogelt onhoudbaar in, doch de scheidsrechter heeft buitenspel gecon stateerd. Zeelandia kan niet verder komen dan tot het midden van het veld, waar de beide backs staan om alles te retourneeren. De scheidsrechter achtte zich (geheel on- noodig) genoodzaakt een speler van Vlis singen en een van Zeelandia uit het veld te sturen, waarna de verstandhouding toch sportief bleef. Doordat Zeelandia met man en macht verdedigde, konden de reserves het niet meer tot doelpunten brengen. Met de re serves sterk in den aanval floot de scheids rechter, die soms geheel verkeerde beslissin gen nam, het einde. De reserves speelden vooral voor de rust een mooien wedstrijd, daarna iets lakscher. Eén tegenpunt had Zeelandia voor de rust wel verdiend, maar ze konden het net niet vinden. De onderlinge verstandhouding was in ieder opzicht zeer sportief. Middelburg 2Sassche Boys 5—5 3e klasse B. Zeelandia—Goes 3—2 Dongen IVlissingen I (34). Om ;n training te blijven toog Vlissingen gisteren naar Dongen om aldaar een friend- ly-game te spelen tegen den 2e klasser Don gen, een oude tegenstander van Vlissingen van enkele jaren her. Wij kunnen op dezen wedstrijd als een goed geslaagd experiment terugzien, omdat nu meteen het bewijs geleverd is, dat ook nog weer tegen sterkere tegenstanders een goed figuur geslagen kan worden. Wij weten allen hoe sterk de afdeeling is, waarin Don gen speelt, zoodat Vlissingen met deze over winning heel tevreden kan zyn en bewezen heeft in de tweede klasse thuis te behooren. Onder leiding van den heer Van de Wygerd wordt begonnen. Vlissingen wint de toss en Dongen trapt af. De wind staat schuin over het veld. Dongen is het eerst in den aanval en na goed opbrengen schiet de linksbinnen in, Kats kan den bal nog juist wegslaan, doch dezelfde speler weet het leder weer te be machtigen en voor het tweede schot moet Kats bezwyken. (10). Bij een volgenden aanval breekt de mid- voor der withemden door en rent alleen op het Vlissingen-doel af zijn schot gaat even wel naast. Aan de andere zyde schiet Van Peenen zui ver op het doel, de doelman van Dongen kan nog vallend redden. Vlissingen zet goed door. Kokelaar geeft een zuivere pass aan Verhulst, en met een goed schot verdwë'nt de gelijkmaker in het net. (11). Als Verhulst goed doorgeeft aan Kokelaar, schiet deze rakelings over de lat. Na goed samenspel tusschen Verhulst en Van Peenen, krijgt Verhulst den bal dicht voor doel in zyn macht en schiet kalm en zuiver in het doel. (1—2). Uit een voorzet van Sinke kopt Koke laar prachtig in de richting van het doel, maar de keeper weet nog juist te redden. Dongen speelt ontzettend vlug, doch het spel van Vlissingen is zuiverder. Verhulst breekt dcor de verdediging heen, doch wordt dicht voor doel op zy geduwd. Door den wind gaan meerdere schoten over. Na de rust komt Vlissingen direct goed in snor af. Die belachelyke verdenking, dat hy iets zou hebben uitstaan met dien man, ergerde hem. Daarom wilde hy dit gevoelen zooveel mogelijk onderdrukken. Herinner je je nog wel, Alexander „Zoo'n onaangename ervaring vergeet men niet licht." Dolly wierp van ter zyde een blik op hem. Hy zag er bleek en stroef uit, maar hy b-.d in 't minst geen schuldige uitdrukking op het gelaat. „Een vreemde beschikking van het lot voerde u tot my, miss Marston. U, de zus ter van het jonge meisje, dat dien schurk getrouwd zou hebben en vreemder nog, dat u nu op het punt staat Alexander Wrigh ton te trouwen „Waarom „vrèemder nog" dacht Dolly. „Maar wacht, Alexander Wrighton of Al-ec Vastead was ners verloofd geweest met Daisy Brotherton en had niet een „Her- bert" haar van hem afgehaald Hij was by hem op de Manor komen logeeren en Daisy Brotherton had Wrighton toen opgegeven voor Bartie. Alexander had Bartie gevolgd, toen hy de waarheid had ontdekt en hij had hem gedood. Wat moest hy Daisy toch heb ben liefgehad Deze laatste gedachte gaf haar een steek door het hart. „Kom wat t'j het vuur zitten", zei Wrigh ton en had haar handen in de zyne gevat. „Je bent door en door koud. Dit gesprek heeft je heelemaai van streek gebracht." {Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1932 | | pagina 5