300
WOENSDAG
Het gouden jubileum van de tramverbinding
tussckn Vlissingen en Middelburg.
N0.290'
69e Jaargang;
1931
Uitgave: firma F. VAM DE VELDE Ir.. V/alstraat 58-60, Vlissingen. lelel. iö. Postrekening 6628T
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op /ondap en algemeen erkende Christelijke feestdagen
EERSTE BLAD
Nationaal Crisis-Comité
STEUNT KRACHTIG
VUSSINGSCHE COURANT
ABONNEMENTSPRIJS Voor Vlissingen en de gemeenten op Walcheren /2.20 per 3 maanden.
Franco door het geheele rijk 12.50. Voor België, Duitschland en Frankrijk 3.80. Voor de ove
rige landen bij wekelijksche verzending 13.80, met Zondagsblad 4.75. Afzonderlijke nrs. 5 cL
De abonné's in 't bezit eenei
Polis, zijn GRATIS verze
kerd tegen ongelukken voor
gulden bij levens
lange ongeschikt
heid tot werken.
gulden bij dood
door
een ongeluk.
gulden bij verlies
van een
hand, voet ol oog.
ADVERTENTIEPRIJS Van 1—5 regels 1.25. iedere reget meer 25 cent tiii abonnement
speciale prijzen. Reclames 50 ctp. regel.Kleine advertentiesbetrefiendeHuur enVerhuur.Koop
en Verkcop, Dienstaanbiedingen en-Aanvragen var 1- rejeh 7f cl., (deit nr el n eti c
gulden bit verlies
van eiken
anderen vinger
gulden bij verlies
van
een duim
gulden bn verliet
van een
wijsvinger
AANGESLOTEN BIJ HET BUREAU VOOR PUBLICITEITSWAARDE, INGESTELD DOOR DE VEREENIGING „DE NEDERLANDSCHF DAGB1ADPERS'
Dit nummer bestaat uit twee bladen
Een historisch overzicht van de totstandkoming van
de tram. De stoomtram. De electnsche tram.
De concurrentie van de autobussen. Overneming
van de tram door de Pzem.
Het is morgen 10 December 50 jaar gele
den, dat de stoomtramverbinding tusschen
Vlissingen en Middelburg, geopend werd. Er
is zeker alle aanleiding bij dit gouden
feest voor het huidige geslacht nog eens na
te gaan, welke vele moeilijliheden overwon
nen zijn, om die verbinding tot stand te
brengen en hoe men gekomen is tot de goede
verbinding zooals wij di€ nu kennen tusschen
de twee grootste steden van Zeeland.
De eerste concessie-aanvrage.
Reeds op 10 April 1874 vroeg de heer C. G.
J. Pietersen te 's-Gravenhage concessie voor
een „tramway" van Middelburg naar Vlissin
gen en van Middelburg naar Domburg. De
gemeente Middelburg wachtte echter nadere
plannen af en eerst bijna een jaar later, na
melijk op 19 Maart 1875, verleende de raad
de concessie aan genoemden ingenieur Pie
tersen. Daarbij werd o.a. bepaald, dat de
tramway zou aanvangen op de Markt en zou
loopen langs Pottemarkt, Langeviele en
Langeviele-binnenbrug en zich dan zou
splitsen in twee gedeelten. De lijn naar Vlis
singen zou rijden over den Pottebakkerssin-
gel, door de Zandstraat en over de Lange-
viele-buiteribrug en Langeviele Singel naar
den Vlissingschen Bermweg, dus geheel vol
gens de route, die heden ten dage de tram
nog volgt. De lijn naar Domburg zou gaan
langs Achter de Houttuinen, Heerengracht,
Noordpoortstraat, N.oordpoortplein, Noordweg
en Noordsingel naar den Domburgschen weg
Het werk moest worden aangevangen vóór 1
Januari 1878 voor de lijn naar Vlissingen en
vóór 1 Januari 1880 voor die naar Domburg,
anders verviel de concessie. Bij beschikking
van 24 Augustus verleende de minister van
binnenlandsche zaken aan den heer Pieter
sen vergunning voor den aanleg en de ex
ploitatie van een tramway (paardespoor) van
Middelburg naar Vlissingen. In 1877 was die
rijksvergunning vervallen voor een paarden
spoorweg tusschen Middelburg en Vlissingen
en trok ook Middelburg haar concessie in.
doch niet die voor een tram Middelburg-
Domburg.
Op 23 Mei 1879 vroeg de heer J. L. Grüber
te Utrecht concessie aan voor aanleg en ex
ploitatie van een stoomtramweg Vlissingen
Middelburg en de prioriteit gedurende twee
jaren voor den aanleg van een tramweg naar
Domburg, beide volgens de bovengenoemde
routen.
Laatstgenoemde kon hem niet worden ver
leend. omdat de heer Pietersen nog tot 1
Januari 1880 gelegenheid had, die lijn te be
ginnen, al verwachtte men dit niet. Bij de
behandeling van de aanvrage merkte een der
Middelbuigsche raadsleden op, dat hij be
zwaar had tegen het voorstel om een stoom
tram op den puiblieken weg te vergunnen, en
wel bepaald met het oog op het beduidend
verkeer op dien weg. Een tram met paarden
heeft, dacht hem, alle kans van slagen bij
het publiek, maar een stoomtram achtte hij
gevaarlijk. Dit lid bleef echter alleen staan.
Op 3 September van hetzelfde jaar vroegen
James Powell van Sheffield, William Henry
Tingle van Manchester, en Benjamin Powell
van Sheffield, ten deze domicilie kiezende bij
Jos van Raalte te Vlissingen, concessie aan
voor een stoomtramweg van de Markt te
Middelburg bij het stadhuis tot aan de Markt
te Vlissingen, met machtiging denzelven
eventueel te mogen uitbreiden tot aan de
badplaats, alsmede tot het havenstation te
Vlissingen.
De bedoeling van deze aanvragers was den
tramweg aan te leggen op de kruin van den
dijk ter rechterzijde van het kanaal door
Walcheren, doch de aanvrage werd aange
houden tot gebleken was of de heer Grüber
de aan hem verleende concessie al of niet
zou gebruiken en er is dan ook van deze En-
gelsche aanvrage verder niéts meer verno
men.
De concessie verleend.
In October 1880 vroeg en verkreeg de heer
Grüber uitstel tot 1 April 1881 om met den
aanleg te beginnen, omdait hy pas concessie
van Souburg had gekregen en de machine
fabriek had bericht, dat de ^motors" eerst
in Mei gereed zouden zijn, terwijl hij nu pao
aan den rnhiisuea: definitieve concessie kou
aanvragen.
In de vergadering van den gemeenteraad
van Vlissingen van 18 Maart lüül kreeg de
heer Gruber tot 1 September 1882 uilstel voor
den aanieg van een geprojecteerde lijn Keer
sluis—Havenstation en in de vergadering
van den gemeenteraad van Middelburg van
27 April daaraanvolgende vereenigde men
zich algemeen met een voorstel om aan den
concessionaris 300 M2. grond te verknopen
voor den bouw van een remise tegenover de
Langevlelebuitenibrugde raad stond hem
tevens toe onder goedkeuring van Burg. en
Weth. de concessie aan anderen over te doen.
De verzoeken daartoe waren in de vergade
ring van 30 Maart in handen van feurg. en
Weth. gesteld om advies en de voorzitter
had medegedeeld, dat de heer Grüber den
volgenden dag met den aanleg zou beginnen
Heit is wellicht niet onaardig te vermeldeu,
dat o.a. bepaald werd, dat de conducteurs
van den tramwagen een door Burg. en Weth.
goedgekeurde uniform en een zichtbaar
nummer moest dragen. Besloten werd nog,
teneinde ongelukken op den tramweg te
voorkomen, dat het houtgewas tusschen den
weg en de opgaande boomen aan beide zijden
van den zgn. bermweg te doen „roeien".
Op 31 Maart meldden de bladen, dat te
Vlissingen en ook op de Groote Markt te
Middelburg met het leggen van de rails was
begonnen en dat het in de bedoeling lag met
kracht de zaak aan te pakken, teneinde half
Juni gereed te zijn om dan 1 Juli de lijn
feestelijk te openen.
Op 13 April was men aan den Koningsweg
alhier begonnen rails te leggen en het hak
hout, dat in den weg stond, op te ruimen.
Ook was reeds 100.000 K.G. ijzer aangevoerd
en een tweede gelijke hoeveelheid werd spoe
dig verwacht. Op 3 Mei kon uit betrouwbare
bron worden gemeld, dat het plan bestond,
indien geen bijzondere omstandigheden dit
verhinderden, den 26 Juni den tramweg fees
telijk en den 27 Juni voor het publiek te
openen. Wel schijnt er ook toen reeds een
stagnatie by het werk ontstaan te rijn, want
op 10 Juni meldde een berichtHet leggen
van de rails is gisteren en heden in de Lan
geviele, den Pottenbakkerssingel en de Zand
straat te Middelburg weer hervat. Op 12 Juni
kon gemeld worden, dat de machines en ry-
tuigen voor 24 Juni zouden aankomen en
men hoopte toen weer, dat de lijn op 1 Juli
in exploitatie zou komen. Op 18 Juni vonden
wy aangeteekend, dat tot directeur was be
noemd de heer H. A. Boogaert. vroeger di
recteur der gasfabriek te Middelburg en dat
men hoopte de volgende week gereed te ko
men met de rails en dat de wagens en ma
chines binnen een paar dagen werden ver
wacht.
Op 22 Juni zonden een 8-tal bewoners van
de Pottenmarkt en de Langeviele een adres
aan den Middelburgschen gemeenteraad,
waarin zij verzochten met het oog op de vei
ligheid langs de perceelen K 404 tot en met
413 een trottoir te doen aanleggen. Dit adres
is op 6 Maart 1882 afgewezen en er kwam
nimmer een trottoir.
Op 23 Juni waren de rails te Vlissingen ge
reed, die te Middelburg zouden dit op 24 Juni
zyn en toen restte nog een paar honderd me
ter tusschen Abeele en Langeviele-buiten-
brug, benevens de Langeviele-binnenbrug en
die by de Abeele. Met het bouwen der re
mises te Vlissingen en te Middelburg was men
eveneens druk bezig. Wijl de stoommachines
wel gereed, maar nog niet aangekomen wa
ren en de wagens eerst binnen eenige dagen
gereed zouden komen, bleek een gerucht, dat
op Zondag 26 Juni een proefrit zou plaats
hebben niets anders «dan fantasie te zijn en
makkeiyk kon voorspeld worden, dat van een
opening op 1 Juli geen sprake kon zijn. Nog
steeds werd toen echter gedacht, dat het
slechts enkele dagen later zou zyn.
Intusschen hadden de Provinciale Staten
een reglement op de tramwegen aangeno
men, maar dit moest nog koninklyk worden
goedgekeurd en daarom stelde de gemeente
raad van Middelburg op 28 Juni een veror
dening vast. De voorzitter zeide «daarby, dat
het de bedoeling was geweest de verordening
onmiddellijk af te kondigen, doch vermits
uit een mededeeling vim den concessionaris
gebleken was, diat neg een tiental dagen ver-
loopen zou eer de dienst geopend zou worden,
achtten Burg. en Weth. dien spoed niet meer
ncodig en meenden zij dat het voldoende was
de verordening den dog na hare afkondiging
van kracht te verklaren.
Op 30 Juni waren de werkzaamheden aan
de brug op den Vlissingschen weg aangevan
gen en waren de nodige materialen voor de
Langeviele-binnenbrug reeds aangevoerd. Het
werk aan die brug zou drie of vier dagen
vertieren.
Op 2 Juli kwamen de machines eindeüjk
aan en kon worden gomeld, dat het tarief
voor de tram VlissingenMiddelburg zou be
dragen eerste klasse 25 en tweede klasse 20
cent, en retour resp. 40 en 30 cent.
Den 14en Juli kon een proefrit met
een locomotief plaats hebben, waarbij deze
meermalen ontspoorde, tengevolge waarvan
de rails op enkele plaatsen moesten worden
verlegd. De herstelling van de Langeviele-
binnenbrug zou met kracht worden aange
vangen, doch het tijdstip der opening was
nog steeds niet met zekerheid mode te doe
len.
Kot zou toch weer 5 Augustus worden voo"
een locomotief met 3 wagens een proefrit
maaktede rit duurde 20 minuten van Vlis
singen tot de Langeviele-buitenbrug te Mid
delburg. Op Zaterdag 6 Augustus hadden en
kele proeftochten plaats, waarvan het publiek
gratis kon gebruik maken, alleen had ty'dens
de proefritten een collecte voor de armen
plaats. Ook bij dien rit geraakte de tram
weer eens uit de rails, en ditmaal bij Abeele.
Het rijden door de stad te Vlissingen ging
echter uitstekend, terwijl het wandelend pu
bliek door aanhoudend „schellen" gewaar
schuwd wead. Ook was toen omtrent het tijd
stip der opening van den dienst nog steeds
niets met zekerheid te zoggen.
Langzame vordering der werkzaam
heden.
Op 27 Augustus bevatte de „N.R.Ct." een
bericht volgens hetwelk de dienst op Maan
dag 29 Augustus tot >de Langeviele-buiten-
brug zou aanvangen, doch de „Middelb. Ct."
voegde er sacastische aan toe„Wy zullen
't gelooven, zoodra wij t zien".
Op 5 October werd gemeld, dat In een te
Brussel gehouden vergadering van den raad
van administratie van de Société Anonyme
des chemins de fer économiques Neerlandais,
ontslag hadden genomen als commissaris H
E. Oving Jr. te Rotterdam, als leden van den
raad van advies Henri Boers te Utrecht, J.
G. Gerritsen te Breskens, H. G. Hammacher
te Groede en L. J. M. van Waesberghe Jans-
sens te Hulst en als directeur H. A. Boogaert
te Middelburg.
De „Middeib. Crt." voegde hier aan toe
De zaak der tramwegen in Walcheren en het
voormalige 4e en 5e district schynt dus na
eenigen tijd van zeepbelachtig bestaan geleid
te hebben, thains als een zeepbel uiteenge
spat.
Wij hebben er altyd een matig vertrouwen
in gesteld en er ons nooit bijzonder voor ge
ïnteresseerd. Zelfs de half komische, half
ergerlijke geschiedenis van den Middelburg—
Vlissingschen tramweg kan ons by het niet
bestaan eener dringende behoefte aan dit
nieuwe middel van gemeenschap, onverschil
lig blijven, zoo lang de aan de burgerij ver
oorzaakt wordende overlast, door het tydelijk
versperren van brug,gen of wegen, niet al te
.groot noch te langdurig was. Wat echter het
lot van deze in den grond liggende, doch nog
altyd niet boven den grond geëxploiteerde lyn
mag zijn, wy meenen reden te hebben om te
gelooven, dat over de tram in Zeeuwsch-
Vlaanderen het laatste woord nog niet ge
zegd zal zyn.
Op 7 November richtten 8 belanghebben
den een adres tot den gemeenteraad van
Middelburg, omdat reeds van 11 Juli af de
vrije vaart door de Langevielebrug gestremd
was en zy noch bij het dagelyksch bestuur
der gemeente, of de gemeente-ambtenaren
steun vonden noch door deurwaarders-ex-
ploiten succes behaalden. De opening der
brug werd niet beslist door een ambtenaar
der gemeente, maar door den ingenieur van
„die vreemde maatschappy", die nu eens een
schip, na het uren, ja soms dagen voor de
brug te laten wachten, door liet, dan weer de
doorlating weigerde, en in dat geval soms een
geringe schadevergoeding aanbood voor de
kosten van het vervoer per as uit de plaats
waar het schip lag naar de plaats van be
stemming". Adressanten vroegen het beheer
over de brug en over de vaart door die brug
aan de vremde maatschappy te ontnemen en
terug te brengen by het gemeentebestuur, en
hun uit de gemeentekas schadevergoeding toe
te kennen.
Afsluiting Langevielepoort met een
sluitboom.
Op 16 November had in tegenwoordigheid
van den heer Grüber, blijkbaar officieel nog
de concessionaris, een beproeving plaats van
de brug en bleek, dat deze zich nog niet in
voldoenden toestand bevond.
Waar in strijd met een verbod van het ge
meentebestuur met de tram 's morgens vroeg
een proefrit door de stad werd gedaan, werd
op last van Burg. en Weth. de tramlijn by
de v.m. Langevielepoort met een sluitboom
afgesloten en den concessionaris verboden
zonder toestemming van Burg. en Weth. met
de tram binnen de gemeente te kernen.
In de raadsvergadering van 23 November
stelden Burg. en Weth: voor afwijzend te be
schikken op het reeds vermelde verzoek van
belanghebbenden by geregeld verkeer door de
gracht en de voorzitter deed mededeeling
van een ingekomen schrijven, waaruit bleek,
dat de concessie dioor den heer Grüber was
overgedaan aan de Société Anonyme des
chemins de fer économique Neerlandais.
Daarmede evenwel hadden wèl Vlissingen
en Souburg, doch niet Middelburg zich toen
vereenigd. Omtrent den toestand der Société
zeide spr. liefst maar zoo weinig mogelyk.
Het was algemeen bekend, dat, zooals wy
ook reeds meldden, de Nederlandsche leden
van den raad van administratie er uit waren
geloopen. Wat betreft het materiaal zeide
spr., dat het type rails door Burg. en Weth.
evenals door den minister waren goedgekeurd
en er tegen de personenwagens geen beden
king bestond. Maar de locomotieven Elders
trof men lichte tram-locomotieven aan, maar
hier zag men groote, zware, spoorwegloco-
tieven verschimen en het gerucht liep, dat
locomotieven in een ander land waren
afgekeurd.
Er is toch gereden, doch met welken uit
slag. Sukkelen van het begin af, herhaalde
lijk dérailleeren. De heer Boogaert. tijdeiyk
directeur, heeft herhaaldelyk vertoogen by
het bestuur der Société ingediend, doch ein
delijk moedeloos geworden, zijn betrekking
neergelegd.
Over de verhouding tusolien den conces
sionaris, den heer Grüber en de Société lag
volgens den burgemeester een waas van ge
heimzinnigheid en eerstgenoemde ontkende
alle solidariteit met de Société. Als Burg en
Weth. de concessie hadden opgezegd, toen
het werk aan de brug niet vorderde, zou dit
het tot stand komen der tramverbinding nog
meer geschaad hebben, en daarom hebben zij
liever de uiterste lankmoedigheid betoond.
Op 26 October dérailleerde de tram weer
bij een proef om sneller dan stapvoets over
de brug te ryden en nu wachtten Burg. en
Weth. op nieuwe proeven, maar de conces
sionaris en zijn ingenieurs, die steeds zeer
beleefd waren en wie het „naturellement"
„parfaitement" etc. immer op de lippen lag,
lieten verder niets van zich hooren. Op 5
November weigerde de gemeentéboüwmeester,
in overleg met Burg. en Weth. een certifi
caat af te geven, dat de brug in orde was.
Op den dag der vergadering had men nog
steeds niets gehoord, soms opende men de
brug en soms niet. De nieuwe directeur, de
heer Beumer, had zich niet als gemachtigde
van den concessionaris by Burg. en Weth.
gelegimiteerd en de heer Grüber, die be
loofde er over te schrijven, deed dit evenmin.
Eindelijk was het geduld van Burg. en Weth.
uitgeput en sommeerden zy den concessiona
ris de brug te openen om te constateeren of
er schade was. Toen dit het geval bleek,
werd den concessionaris per aangeteekenden
brief aangezegd, dat de schade van gemeen
tewege voor zyn rekening zou worden her
steld. De brug, hoewel onvoldoende, was vol
strekt niet onbruikbaar en er bestond ge
gronde verwachting, dat de herstelling spoe
dig zou afgeloopen zijn. De brug was nu weer
onder beheer van Burg. en Weth. en sedert
16 November 3 maal geopend, doch dat kon
niet wyti genoeg en by groote schepen moest
het want worden losgemaakt. Spr. verwacht
te wel spoedige opening van de lyn van
Vlissingen tot Middelburg, doch in de stad
eerst als de stoom gecondenseerd werd.
Dergelyke geweld makende machines als
de toen gebruikte mochten volgens den bur
gemeester niet in de stad worden toegelaten.
Dit zou ook in stryd zijn met de politie-
verodening. En wanneer dit niet spoedig ge
beurde Dan bleef er niets anders over dan
opzegging der concessie, maar.... dan was
ook in langen tijd geen exploitatie van de
stoomtram te verwachten. Nadat een amen
dement om Burg. en Weth. uit te noodigen
te trachten op minnelyke wyze de bezwaren
van geldelyken aard van adressanten uit den
weg te ruimen, met 15 tegen 2 stemmen was
verworpen, werd het voorstel om afwüzend
op hun verzoek te beschikken zonder hoof
delijke stemming aangenomen.
Men was dus ook in officieele kringen
niet zeer optimistisch gestemd ten opzichte
van de tram, en het mag dan ook nog wel
verwonderen, dat een advertentie in de dag
bladen op 9 December verscheen van den
volgenden inhoud
„De directie van de Nederlandsche stoom-
tramway laat aan het geachte publiek be
kend maken, dat van morgen af de treinen
De volgende giften werden
door ons ontvangen
Vorige opgave ƒ547.19
A. X- 200.—
N. N- 5.—
Totaal ƒ752.19
De leerlingen van de Christ. Mulo-
schooi alhier zullen voorloopig wekelijks
2.- afdragen aan het Nationaal Crisis-
Comité.
zullen doorrijden van Vlissingen (Zeilmarkt)
tot aan de remise te Middelburg. O. Beumer.
Directeur der exploitatie."
Een tweede advertentie meldt, dat er eerste
klasse minstens 16 zit- en 8 staanplaatsen
zouden zyn en tweede klasse resp. 24 en 16,
dat het hoofdkantoor te Middelburg op de
Markt no. 3 was gevestigd, dat van Vlissin
gen ritten zouden worden gemaakt te 8, 11,
1, 4 en 7 uur en van Middelburg telkens een
half uur later en de rit 20 minuten zou
duren. Als tarieven voor het geheele traject
werden gemeld de reeds genoemde.
Officieele opening stoomtramdienst
Op Zaterdag 10 December 1881 is dus do
lyn VlissingenMiddelburg officieel geopend
en sinds dien is, uitgezonderd storingen door
weersgesteldheid en een enkele maal door een
staking van het personeel, lederen dag met
meèr of minder ritten de verbinding tusschen
de beide zustersteden onderhouden.
Het aantal ritten breidde rich met den
zomerdienst op 27 Mei 1882 reeds uit tot 9 in
beide richtingen en kon men toen des avonds
te half tien nog van Vlissingen en te 10.10
van Middelburg vertrekken.
Gedurende de Paaschdagen van dat jaar
werden byna 4000 personen vervoerd en op
den derden Pinksterdag alleen 4274, terwyl
wy voor de maanden April en Mei van dat
jaar resp. 11.500 en 13.500 genoteerd vonden.
Niemand zal toen echter wel gedacht heb
ben, dat eens de tyd zou komen, dat onge
veer 1.800.000 reizigers per jaar vervoerd
zouden worden.
Men hoort nog wel van ouden van dagen,
dat het stoomtrammet je ook later niet ideaal
was. Er werd wel eens door een pessimist
verkondigd, dat de tram meer naast dan op
de rails liep.
Mag dit overdreven rijn, zooveel is zeker,
dat déraillementen veelvuldig voorkwamen,
zeer ten genoege van de Vlissingsche jonge
lui, die destijds de Hoogere Burgerschool te
Middelburg bezochten. Hoe dikwyls hebben
zy er niet een genoeglijken dag van ge
maakt als de tram op zijn geliefkoosde
piaats, by den afrit van de hoogte Souburg
richting Middelburg, juist in de bocht, dé
railleerde en op het stukje weiland ging
grazen. Er was dan immers voor hen geen
gelegenheid meer om Middelburg te berei
ken. Te voet was immers veel te ver en er
vrerd dan met algemeene stemmen besloten
den dag maar verder te Souburg met voet
ballen en dergelyke door te brengen. De straf
van den directeur der H. B. S. was toch van
later zorg.
Af en toe zyn echter ook ernstige onge
lukken niet uitgebleven, en van het over-
lyden van personen vinden wij meermalen
melding gemaakt, doch een zeer droevig on
geluk was het zeker toen in September 1903
een storm een boom bij de Langeviele bui-
tenbrug ontwortelde en dit gevaarte op een
der tramwagens neer kwam, die als een
kaartenhuisje in elkaar gedrukt wérd. Helaas
liet daarby een jeugdig scholier het leven.
Velen zullen zich ook nog wel herinneren
boe eens de stoomtram juist op de brug over
den watergang te Souburg derailleerde en
hoe de locomotief daar een onvrijwillig bad
nam, terwyl de machinist en stoker met een
nat pak uit hun netelige positie moesten
worden bevryd.
Zéér zeker, de oude stoomtram heeft heel
wat wederwaardigheden medegemaakt, maar,
hoe het ook zy, zy voorzag in een werkelyko
behoefte. En ook, hoe knusjes, hoe gezellig
was niet dat oude stoomtrammetje, zooals
het in de wandeling werd genoemd. De
vaste passagiers, de abonné's, die .destyds
van de tram gebruik maakten, gevoelden
zich als één groote familie. De tram van
acht uur uit Vlissingen was de plaats, waar
men elkaar rijn eerste „goeden morgen"
toeriep en waarin men zoo gezellig tegenover
elkaar kon zitten babbelen.
Ja, de stoomtram had veel intiems en al
mag dan menig pessimist zich spottend over