300 WOENSDAG Het gouden jubileum van de tramverbinding tussckn Vlissingen en Middelburg. N0.290' 69e Jaargang; 1931 Uitgave: firma F. VAM DE VELDE Ir.. V/alstraat 58-60, Vlissingen. lelel. iö. Postrekening 6628T Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op /ondap en algemeen erkende Christelijke feestdagen EERSTE BLAD Nationaal Crisis-Comité STEUNT KRACHTIG VUSSINGSCHE COURANT ABONNEMENTSPRIJS Voor Vlissingen en de gemeenten op Walcheren /2.20 per 3 maanden. Franco door het geheele rijk 12.50. Voor België, Duitschland en Frankrijk 3.80. Voor de ove rige landen bij wekelijksche verzending 13.80, met Zondagsblad 4.75. Afzonderlijke nrs. 5 cL De abonné's in 't bezit eenei Polis, zijn GRATIS verze kerd tegen ongelukken voor gulden bij levens lange ongeschikt heid tot werken. gulden bij dood door een ongeluk. gulden bij verlies van een hand, voet ol oog. ADVERTENTIEPRIJS Van 1—5 regels 1.25. iedere reget meer 25 cent tiii abonnement speciale prijzen. Reclames 50 ctp. regel.Kleine advertentiesbetrefiendeHuur enVerhuur.Koop en Verkcop, Dienstaanbiedingen en-Aanvragen var 1- rejeh 7f cl., (deit nr el n eti c gulden bit verlies van eiken anderen vinger gulden bij verlies van een duim gulden bn verliet van een wijsvinger AANGESLOTEN BIJ HET BUREAU VOOR PUBLICITEITSWAARDE, INGESTELD DOOR DE VEREENIGING „DE NEDERLANDSCHF DAGB1ADPERS' Dit nummer bestaat uit twee bladen Een historisch overzicht van de totstandkoming van de tram. De stoomtram. De electnsche tram. De concurrentie van de autobussen. Overneming van de tram door de Pzem. Het is morgen 10 December 50 jaar gele den, dat de stoomtramverbinding tusschen Vlissingen en Middelburg, geopend werd. Er is zeker alle aanleiding bij dit gouden feest voor het huidige geslacht nog eens na te gaan, welke vele moeilijliheden overwon nen zijn, om die verbinding tot stand te brengen en hoe men gekomen is tot de goede verbinding zooals wij di€ nu kennen tusschen de twee grootste steden van Zeeland. De eerste concessie-aanvrage. Reeds op 10 April 1874 vroeg de heer C. G. J. Pietersen te 's-Gravenhage concessie voor een „tramway" van Middelburg naar Vlissin gen en van Middelburg naar Domburg. De gemeente Middelburg wachtte echter nadere plannen af en eerst bijna een jaar later, na melijk op 19 Maart 1875, verleende de raad de concessie aan genoemden ingenieur Pie tersen. Daarbij werd o.a. bepaald, dat de tramway zou aanvangen op de Markt en zou loopen langs Pottemarkt, Langeviele en Langeviele-binnenbrug en zich dan zou splitsen in twee gedeelten. De lijn naar Vlis singen zou rijden over den Pottebakkerssin- gel, door de Zandstraat en over de Lange- viele-buiteribrug en Langeviele Singel naar den Vlissingschen Bermweg, dus geheel vol gens de route, die heden ten dage de tram nog volgt. De lijn naar Domburg zou gaan langs Achter de Houttuinen, Heerengracht, Noordpoortstraat, N.oordpoortplein, Noordweg en Noordsingel naar den Domburgschen weg Het werk moest worden aangevangen vóór 1 Januari 1878 voor de lijn naar Vlissingen en vóór 1 Januari 1880 voor die naar Domburg, anders verviel de concessie. Bij beschikking van 24 Augustus verleende de minister van binnenlandsche zaken aan den heer Pieter sen vergunning voor den aanleg en de ex ploitatie van een tramway (paardespoor) van Middelburg naar Vlissingen. In 1877 was die rijksvergunning vervallen voor een paarden spoorweg tusschen Middelburg en Vlissingen en trok ook Middelburg haar concessie in. doch niet die voor een tram Middelburg- Domburg. Op 23 Mei 1879 vroeg de heer J. L. Grüber te Utrecht concessie aan voor aanleg en ex ploitatie van een stoomtramweg Vlissingen Middelburg en de prioriteit gedurende twee jaren voor den aanleg van een tramweg naar Domburg, beide volgens de bovengenoemde routen. Laatstgenoemde kon hem niet worden ver leend. omdat de heer Pietersen nog tot 1 Januari 1880 gelegenheid had, die lijn te be ginnen, al verwachtte men dit niet. Bij de behandeling van de aanvrage merkte een der Middelbuigsche raadsleden op, dat hij be zwaar had tegen het voorstel om een stoom tram op den puiblieken weg te vergunnen, en wel bepaald met het oog op het beduidend verkeer op dien weg. Een tram met paarden heeft, dacht hem, alle kans van slagen bij het publiek, maar een stoomtram achtte hij gevaarlijk. Dit lid bleef echter alleen staan. Op 3 September van hetzelfde jaar vroegen James Powell van Sheffield, William Henry Tingle van Manchester, en Benjamin Powell van Sheffield, ten deze domicilie kiezende bij Jos van Raalte te Vlissingen, concessie aan voor een stoomtramweg van de Markt te Middelburg bij het stadhuis tot aan de Markt te Vlissingen, met machtiging denzelven eventueel te mogen uitbreiden tot aan de badplaats, alsmede tot het havenstation te Vlissingen. De bedoeling van deze aanvragers was den tramweg aan te leggen op de kruin van den dijk ter rechterzijde van het kanaal door Walcheren, doch de aanvrage werd aange houden tot gebleken was of de heer Grüber de aan hem verleende concessie al of niet zou gebruiken en er is dan ook van deze En- gelsche aanvrage verder niéts meer verno men. De concessie verleend. In October 1880 vroeg en verkreeg de heer Grüber uitstel tot 1 April 1881 om met den aanleg te beginnen, omdait hy pas concessie van Souburg had gekregen en de machine fabriek had bericht, dat de ^motors" eerst in Mei gereed zouden zijn, terwijl hij nu pao aan den rnhiisuea: definitieve concessie kou aanvragen. In de vergadering van den gemeenteraad van Vlissingen van 18 Maart lüül kreeg de heer Gruber tot 1 September 1882 uilstel voor den aanieg van een geprojecteerde lijn Keer sluis—Havenstation en in de vergadering van den gemeenteraad van Middelburg van 27 April daaraanvolgende vereenigde men zich algemeen met een voorstel om aan den concessionaris 300 M2. grond te verknopen voor den bouw van een remise tegenover de Langevlelebuitenibrugde raad stond hem tevens toe onder goedkeuring van Burg. en Weth. de concessie aan anderen over te doen. De verzoeken daartoe waren in de vergade ring van 30 Maart in handen van feurg. en Weth. gesteld om advies en de voorzitter had medegedeeld, dat de heer Grüber den volgenden dag met den aanleg zou beginnen Heit is wellicht niet onaardig te vermeldeu, dat o.a. bepaald werd, dat de conducteurs van den tramwagen een door Burg. en Weth. goedgekeurde uniform en een zichtbaar nummer moest dragen. Besloten werd nog, teneinde ongelukken op den tramweg te voorkomen, dat het houtgewas tusschen den weg en de opgaande boomen aan beide zijden van den zgn. bermweg te doen „roeien". Op 31 Maart meldden de bladen, dat te Vlissingen en ook op de Groote Markt te Middelburg met het leggen van de rails was begonnen en dat het in de bedoeling lag met kracht de zaak aan te pakken, teneinde half Juni gereed te zijn om dan 1 Juli de lijn feestelijk te openen. Op 13 April was men aan den Koningsweg alhier begonnen rails te leggen en het hak hout, dat in den weg stond, op te ruimen. Ook was reeds 100.000 K.G. ijzer aangevoerd en een tweede gelijke hoeveelheid werd spoe dig verwacht. Op 3 Mei kon uit betrouwbare bron worden gemeld, dat het plan bestond, indien geen bijzondere omstandigheden dit verhinderden, den 26 Juni den tramweg fees telijk en den 27 Juni voor het publiek te openen. Wel schijnt er ook toen reeds een stagnatie by het werk ontstaan te rijn, want op 10 Juni meldde een berichtHet leggen van de rails is gisteren en heden in de Lan geviele, den Pottenbakkerssingel en de Zand straat te Middelburg weer hervat. Op 12 Juni kon gemeld worden, dat de machines en ry- tuigen voor 24 Juni zouden aankomen en men hoopte toen weer, dat de lijn op 1 Juli in exploitatie zou komen. Op 18 Juni vonden wy aangeteekend, dat tot directeur was be noemd de heer H. A. Boogaert. vroeger di recteur der gasfabriek te Middelburg en dat men hoopte de volgende week gereed te ko men met de rails en dat de wagens en ma chines binnen een paar dagen werden ver wacht. Op 22 Juni zonden een 8-tal bewoners van de Pottenmarkt en de Langeviele een adres aan den Middelburgschen gemeenteraad, waarin zij verzochten met het oog op de vei ligheid langs de perceelen K 404 tot en met 413 een trottoir te doen aanleggen. Dit adres is op 6 Maart 1882 afgewezen en er kwam nimmer een trottoir. Op 23 Juni waren de rails te Vlissingen ge reed, die te Middelburg zouden dit op 24 Juni zyn en toen restte nog een paar honderd me ter tusschen Abeele en Langeviele-buiten- brug, benevens de Langeviele-binnenbrug en die by de Abeele. Met het bouwen der re mises te Vlissingen en te Middelburg was men eveneens druk bezig. Wijl de stoommachines wel gereed, maar nog niet aangekomen wa ren en de wagens eerst binnen eenige dagen gereed zouden komen, bleek een gerucht, dat op Zondag 26 Juni een proefrit zou plaats hebben niets anders «dan fantasie te zijn en makkeiyk kon voorspeld worden, dat van een opening op 1 Juli geen sprake kon zijn. Nog steeds werd toen echter gedacht, dat het slechts enkele dagen later zou zyn. Intusschen hadden de Provinciale Staten een reglement op de tramwegen aangeno men, maar dit moest nog koninklyk worden goedgekeurd en daarom stelde de gemeente raad van Middelburg op 28 Juni een veror dening vast. De voorzitter zeide «daarby, dat het de bedoeling was geweest de verordening onmiddellijk af te kondigen, doch vermits uit een mededeeling vim den concessionaris gebleken was, diat neg een tiental dagen ver- loopen zou eer de dienst geopend zou worden, achtten Burg. en Weth. dien spoed niet meer ncodig en meenden zij dat het voldoende was de verordening den dog na hare afkondiging van kracht te verklaren. Op 30 Juni waren de werkzaamheden aan de brug op den Vlissingschen weg aangevan gen en waren de nodige materialen voor de Langeviele-binnenbrug reeds aangevoerd. Het werk aan die brug zou drie of vier dagen vertieren. Op 2 Juli kwamen de machines eindeüjk aan en kon worden gomeld, dat het tarief voor de tram VlissingenMiddelburg zou be dragen eerste klasse 25 en tweede klasse 20 cent, en retour resp. 40 en 30 cent. Den 14en Juli kon een proefrit met een locomotief plaats hebben, waarbij deze meermalen ontspoorde, tengevolge waarvan de rails op enkele plaatsen moesten worden verlegd. De herstelling van de Langeviele- binnenbrug zou met kracht worden aange vangen, doch het tijdstip der opening was nog steeds niet met zekerheid mode te doe len. Kot zou toch weer 5 Augustus worden voo" een locomotief met 3 wagens een proefrit maaktede rit duurde 20 minuten van Vlis singen tot de Langeviele-buitenbrug te Mid delburg. Op Zaterdag 6 Augustus hadden en kele proeftochten plaats, waarvan het publiek gratis kon gebruik maken, alleen had ty'dens de proefritten een collecte voor de armen plaats. Ook bij dien rit geraakte de tram weer eens uit de rails, en ditmaal bij Abeele. Het rijden door de stad te Vlissingen ging echter uitstekend, terwijl het wandelend pu bliek door aanhoudend „schellen" gewaar schuwd wead. Ook was toen omtrent het tijd stip der opening van den dienst nog steeds niets met zekerheid te zoggen. Langzame vordering der werkzaam heden. Op 27 Augustus bevatte de „N.R.Ct." een bericht volgens hetwelk de dienst op Maan dag 29 Augustus tot >de Langeviele-buiten- brug zou aanvangen, doch de „Middelb. Ct." voegde er sacastische aan toe„Wy zullen 't gelooven, zoodra wij t zien". Op 5 October werd gemeld, dat In een te Brussel gehouden vergadering van den raad van administratie van de Société Anonyme des chemins de fer économiques Neerlandais, ontslag hadden genomen als commissaris H E. Oving Jr. te Rotterdam, als leden van den raad van advies Henri Boers te Utrecht, J. G. Gerritsen te Breskens, H. G. Hammacher te Groede en L. J. M. van Waesberghe Jans- sens te Hulst en als directeur H. A. Boogaert te Middelburg. De „Middeib. Crt." voegde hier aan toe De zaak der tramwegen in Walcheren en het voormalige 4e en 5e district schynt dus na eenigen tijd van zeepbelachtig bestaan geleid te hebben, thains als een zeepbel uiteenge spat. Wij hebben er altyd een matig vertrouwen in gesteld en er ons nooit bijzonder voor ge ïnteresseerd. Zelfs de half komische, half ergerlijke geschiedenis van den Middelburg— Vlissingschen tramweg kan ons by het niet bestaan eener dringende behoefte aan dit nieuwe middel van gemeenschap, onverschil lig blijven, zoo lang de aan de burgerij ver oorzaakt wordende overlast, door het tydelijk versperren van brug,gen of wegen, niet al te .groot noch te langdurig was. Wat echter het lot van deze in den grond liggende, doch nog altyd niet boven den grond geëxploiteerde lyn mag zijn, wy meenen reden te hebben om te gelooven, dat over de tram in Zeeuwsch- Vlaanderen het laatste woord nog niet ge zegd zal zyn. Op 7 November richtten 8 belanghebben den een adres tot den gemeenteraad van Middelburg, omdat reeds van 11 Juli af de vrije vaart door de Langevielebrug gestremd was en zy noch bij het dagelyksch bestuur der gemeente, of de gemeente-ambtenaren steun vonden noch door deurwaarders-ex- ploiten succes behaalden. De opening der brug werd niet beslist door een ambtenaar der gemeente, maar door den ingenieur van „die vreemde maatschappy", die nu eens een schip, na het uren, ja soms dagen voor de brug te laten wachten, door liet, dan weer de doorlating weigerde, en in dat geval soms een geringe schadevergoeding aanbood voor de kosten van het vervoer per as uit de plaats waar het schip lag naar de plaats van be stemming". Adressanten vroegen het beheer over de brug en over de vaart door die brug aan de vremde maatschappy te ontnemen en terug te brengen by het gemeentebestuur, en hun uit de gemeentekas schadevergoeding toe te kennen. Afsluiting Langevielepoort met een sluitboom. Op 16 November had in tegenwoordigheid van den heer Grüber, blijkbaar officieel nog de concessionaris, een beproeving plaats van de brug en bleek, dat deze zich nog niet in voldoenden toestand bevond. Waar in strijd met een verbod van het ge meentebestuur met de tram 's morgens vroeg een proefrit door de stad werd gedaan, werd op last van Burg. en Weth. de tramlijn by de v.m. Langevielepoort met een sluitboom afgesloten en den concessionaris verboden zonder toestemming van Burg. en Weth. met de tram binnen de gemeente te kernen. In de raadsvergadering van 23 November stelden Burg. en Weth: voor afwijzend te be schikken op het reeds vermelde verzoek van belanghebbenden by geregeld verkeer door de gracht en de voorzitter deed mededeeling van een ingekomen schrijven, waaruit bleek, dat de concessie dioor den heer Grüber was overgedaan aan de Société Anonyme des chemins de fer économique Neerlandais. Daarmede evenwel hadden wèl Vlissingen en Souburg, doch niet Middelburg zich toen vereenigd. Omtrent den toestand der Société zeide spr. liefst maar zoo weinig mogelyk. Het was algemeen bekend, dat, zooals wy ook reeds meldden, de Nederlandsche leden van den raad van administratie er uit waren geloopen. Wat betreft het materiaal zeide spr., dat het type rails door Burg. en Weth. evenals door den minister waren goedgekeurd en er tegen de personenwagens geen beden king bestond. Maar de locomotieven Elders trof men lichte tram-locomotieven aan, maar hier zag men groote, zware, spoorwegloco- tieven verschimen en het gerucht liep, dat locomotieven in een ander land waren afgekeurd. Er is toch gereden, doch met welken uit slag. Sukkelen van het begin af, herhaalde lijk dérailleeren. De heer Boogaert. tijdeiyk directeur, heeft herhaaldelyk vertoogen by het bestuur der Société ingediend, doch ein delijk moedeloos geworden, zijn betrekking neergelegd. Over de verhouding tusolien den conces sionaris, den heer Grüber en de Société lag volgens den burgemeester een waas van ge heimzinnigheid en eerstgenoemde ontkende alle solidariteit met de Société. Als Burg en Weth. de concessie hadden opgezegd, toen het werk aan de brug niet vorderde, zou dit het tot stand komen der tramverbinding nog meer geschaad hebben, en daarom hebben zij liever de uiterste lankmoedigheid betoond. Op 26 October dérailleerde de tram weer bij een proef om sneller dan stapvoets over de brug te ryden en nu wachtten Burg. en Weth. op nieuwe proeven, maar de conces sionaris en zijn ingenieurs, die steeds zeer beleefd waren en wie het „naturellement" „parfaitement" etc. immer op de lippen lag, lieten verder niets van zich hooren. Op 5 November weigerde de gemeentéboüwmeester, in overleg met Burg. en Weth. een certifi caat af te geven, dat de brug in orde was. Op den dag der vergadering had men nog steeds niets gehoord, soms opende men de brug en soms niet. De nieuwe directeur, de heer Beumer, had zich niet als gemachtigde van den concessionaris by Burg. en Weth. gelegimiteerd en de heer Grüber, die be loofde er over te schrijven, deed dit evenmin. Eindelijk was het geduld van Burg. en Weth. uitgeput en sommeerden zy den concessiona ris de brug te openen om te constateeren of er schade was. Toen dit het geval bleek, werd den concessionaris per aangeteekenden brief aangezegd, dat de schade van gemeen tewege voor zyn rekening zou worden her steld. De brug, hoewel onvoldoende, was vol strekt niet onbruikbaar en er bestond ge gronde verwachting, dat de herstelling spoe dig zou afgeloopen zijn. De brug was nu weer onder beheer van Burg. en Weth. en sedert 16 November 3 maal geopend, doch dat kon niet wyti genoeg en by groote schepen moest het want worden losgemaakt. Spr. verwacht te wel spoedige opening van de lyn van Vlissingen tot Middelburg, doch in de stad eerst als de stoom gecondenseerd werd. Dergelyke geweld makende machines als de toen gebruikte mochten volgens den bur gemeester niet in de stad worden toegelaten. Dit zou ook in stryd zijn met de politie- verodening. En wanneer dit niet spoedig ge beurde Dan bleef er niets anders over dan opzegging der concessie, maar.... dan was ook in langen tijd geen exploitatie van de stoomtram te verwachten. Nadat een amen dement om Burg. en Weth. uit te noodigen te trachten op minnelyke wyze de bezwaren van geldelyken aard van adressanten uit den weg te ruimen, met 15 tegen 2 stemmen was verworpen, werd het voorstel om afwüzend op hun verzoek te beschikken zonder hoof delijke stemming aangenomen. Men was dus ook in officieele kringen niet zeer optimistisch gestemd ten opzichte van de tram, en het mag dan ook nog wel verwonderen, dat een advertentie in de dag bladen op 9 December verscheen van den volgenden inhoud „De directie van de Nederlandsche stoom- tramway laat aan het geachte publiek be kend maken, dat van morgen af de treinen De volgende giften werden door ons ontvangen Vorige opgave ƒ547.19 A. X- 200.— N. N- 5.— Totaal ƒ752.19 De leerlingen van de Christ. Mulo- schooi alhier zullen voorloopig wekelijks 2.- afdragen aan het Nationaal Crisis- Comité. zullen doorrijden van Vlissingen (Zeilmarkt) tot aan de remise te Middelburg. O. Beumer. Directeur der exploitatie." Een tweede advertentie meldt, dat er eerste klasse minstens 16 zit- en 8 staanplaatsen zouden zyn en tweede klasse resp. 24 en 16, dat het hoofdkantoor te Middelburg op de Markt no. 3 was gevestigd, dat van Vlissin gen ritten zouden worden gemaakt te 8, 11, 1, 4 en 7 uur en van Middelburg telkens een half uur later en de rit 20 minuten zou duren. Als tarieven voor het geheele traject werden gemeld de reeds genoemde. Officieele opening stoomtramdienst Op Zaterdag 10 December 1881 is dus do lyn VlissingenMiddelburg officieel geopend en sinds dien is, uitgezonderd storingen door weersgesteldheid en een enkele maal door een staking van het personeel, lederen dag met meèr of minder ritten de verbinding tusschen de beide zustersteden onderhouden. Het aantal ritten breidde rich met den zomerdienst op 27 Mei 1882 reeds uit tot 9 in beide richtingen en kon men toen des avonds te half tien nog van Vlissingen en te 10.10 van Middelburg vertrekken. Gedurende de Paaschdagen van dat jaar werden byna 4000 personen vervoerd en op den derden Pinksterdag alleen 4274, terwyl wy voor de maanden April en Mei van dat jaar resp. 11.500 en 13.500 genoteerd vonden. Niemand zal toen echter wel gedacht heb ben, dat eens de tyd zou komen, dat onge veer 1.800.000 reizigers per jaar vervoerd zouden worden. Men hoort nog wel van ouden van dagen, dat het stoomtrammet je ook later niet ideaal was. Er werd wel eens door een pessimist verkondigd, dat de tram meer naast dan op de rails liep. Mag dit overdreven rijn, zooveel is zeker, dat déraillementen veelvuldig voorkwamen, zeer ten genoege van de Vlissingsche jonge lui, die destijds de Hoogere Burgerschool te Middelburg bezochten. Hoe dikwyls hebben zy er niet een genoeglijken dag van ge maakt als de tram op zijn geliefkoosde piaats, by den afrit van de hoogte Souburg richting Middelburg, juist in de bocht, dé railleerde en op het stukje weiland ging grazen. Er was dan immers voor hen geen gelegenheid meer om Middelburg te berei ken. Te voet was immers veel te ver en er vrerd dan met algemeene stemmen besloten den dag maar verder te Souburg met voet ballen en dergelyke door te brengen. De straf van den directeur der H. B. S. was toch van later zorg. Af en toe zyn echter ook ernstige onge lukken niet uitgebleven, en van het over- lyden van personen vinden wij meermalen melding gemaakt, doch een zeer droevig on geluk was het zeker toen in September 1903 een storm een boom bij de Langeviele bui- tenbrug ontwortelde en dit gevaarte op een der tramwagens neer kwam, die als een kaartenhuisje in elkaar gedrukt wérd. Helaas liet daarby een jeugdig scholier het leven. Velen zullen zich ook nog wel herinneren boe eens de stoomtram juist op de brug over den watergang te Souburg derailleerde en hoe de locomotief daar een onvrijwillig bad nam, terwyl de machinist en stoker met een nat pak uit hun netelige positie moesten worden bevryd. Zéér zeker, de oude stoomtram heeft heel wat wederwaardigheden medegemaakt, maar, hoe het ook zy, zy voorzag in een werkelyko behoefte. En ook, hoe knusjes, hoe gezellig was niet dat oude stoomtrammetje, zooals het in de wandeling werd genoemd. De vaste passagiers, de abonné's, die .destyds van de tram gebruik maakten, gevoelden zich als één groote familie. De tram van acht uur uit Vlissingen was de plaats, waar men elkaar rijn eerste „goeden morgen" toeriep en waarin men zoo gezellig tegenover elkaar kon zitten babbelen. Ja, de stoomtram had veel intiems en al mag dan menig pessimist zich spottend over

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1931 | | pagina 1