INNEN
NSESVEHM
KSTER-BAHKET
tweede blad
BOOY
dellen in
ÏCUWE
IBIJN
brieven uit de hofstad
feuilleton
DE DROOMER
«Als de ëenle Iteml
K\
binnenland
Slouvicr taeefi de Sclaoeticti
Uit de Vlissingsche Courant
van vóór 50 jaar.
teren nog
of JAPON
ARK 36
;er nieuwe
i e u w s t e
ontvangen.
DKOOP!
to-g arage
GOEDBLOED
jwstr.32-34,Tel.413
Luxe Auto-
h uu rl n r i chting
Prima Auto's
voortrouwen,
aratiën en Stallen.
Billijke tarieven.
Ingsche
succes.
dag 23 Mei a.s.
1.voor 80 ct.
an 45 voor 41 et-
in 37 voor 32 ct.
in 47 voor 43 ct.
m 50 voor 43 ct.
per groot blik
i 55 voor 52 cent
i 98 voor 89 cent
i 75 voor 69 cent
n 50 voor 44 cent
n 80 voor 74 cent
n 72 voor 65 cent
i 55 voor 50 cent
n 95 voor 89 cent
n 77 voor 74 cent
n 44 voor 41 cent
,n 48 voor 43 cent
n 30 voor 27 cent
s,
in 30 voor 27 cent
voor 25 cent
voor 25 cent
age prijzen banket
n melange van het
fijnste Amandelgebai
half pond 39 cent
en Scheldestr. 23
van de
Zaterdag 16 Mei 1931. No. 114.
Merkwaardige cijfers.
Volgens de opgave van het gemeentelijk
Statistiek Bureau had Den Haag op 1 Janu-
rri ji. 443 duizend inwoners. Intusschen
blpek bij de volkstelling dat dit getal veel
Kleiner was en dat niet minder dan 3200
menschen minder ^aanwezig waren. Uit de
thans verschenen opgave over de maand
Februari blijkt dit getal nog veel grooter te
zijn. Den Haag zeil schrijft er nog 861 man-
ren en 2382 vrouwen af, die op 31 December
1S30 korter dan een jaar de gemeente hadden
verlaten, zonder mededeeling van hun ver
trek te geven. In plaats van 443 duizend zie
len telde volgens de volkstelling de residentie
maar 436.568 personen, een vermindering dus
van 7000 zielen. Nu houdt de gemeentelijke
statistiek vast aan haar eigen cijfer van 440
duizend, maar wij vreezen dat dat van de
volkstelling precieser is.
De verwachting dat wij in dit jaar de 450
duizend zullen halen is een illusie. Intusschen
is het verschil wel heel erg groot en het zal
vel van belang zijn dit alles eens na te gaan,
want op 443 duizend een fout van zeven dui
zend is wel heel groot. De aanwas van dit
jaar is tot nu toe gering, in twee maanden
tijds slechts 818 personen. Wederom is het
aantal gevestigden heel hoog, meer dan 3400
in twee maanden, maai* het aantal vertrok
kenen is bijna 3200. Men ziet weer eens wat
een buitengewoon wisselende bevolking onze
stad heeft. Van eenig belang is het groote
verschil in bevolkingscijfer ook bij de bereke
ning van het aantal woningen. Neemt men
liet cijfer der volkstelling als het juiste, dan
blijkt, dat er in Den Haag één woning is op
3.81 bewoners, een cijfer dat werkelijk bui
tengewoon is. Als we als norm nemen dat er
één woning voor 4 personen moet zijn, dan
zijn er volgens de becijfering in Den Haag
5200 woningen te veel. Neemt men aan dat
het voldoende is als er een overschot van
drie procent aan leege woningen moet zijn
het percentage dat als normaal wordt
aangenomen dan zijn er twee duizend wo
ningen meer leeg dan volgens dit percentage
gówenscht is te achten.
Wanneer we nu uit de jongste opgave zien
dat binnenkort 3938 woningen gereed zullen
komen, die alle reeds in uitvoering zijn en
dat bovendien al voor 1100 andere aanvraag
voor den bouw aanwezig zijn, dan begrijpt
men, dat hier ter stede allerminst een tekort
behoeft te bestaan. Onbegrijpelijk is alleen
/at de huren dan niet meer dalen, wat toch
ten onmiddellijk gevolg van deze verschijnse
len moest zijn. Maar daarvan bespeurt men
niet veel. Het eigenaaardige doet zich name
lijk voor dat vooral de nieuw-gebouwde wo
ningen leeg staan, terwijl men allicht zou
verwachten dat men die in de eerste plaats
zou betrekken. Dat dit niet zoo is vindt zijn
oorzaak hierin dat de nieuwe huizen veel
minder in trek zijn omdat zij te onpractisch
zijn gebouwd en bovendien nog duurder zijn
dan de oude.
We moeten nog even één cijfer uit de sta
tistiek oppikken. Volgens de opgave van de
volkstelling zijn er in Den Haag 34.886 vrou
wen meer dan mannen, volgens de laatste
opgave van Den Haag zslf 39.092. Dit verschil
is niet gering. Men zegt dat dit 'm zit in de
Duitsche dienstmeisjes, die wel ingeschreven
worden als ze hier komen, maar die verzui
men hun vertrek mee te deelen. Het verschil
in het cijfer der mannen was drie honderd,
d.w.z. de volkstelling had er drie honderd
Weer dan de Haagsche statistiek aan gaf.
naar het Engelsch.
16)
«Misschien wat verlegen?" opperde Ronald.
«Neen, dat is het niet. Ik denk eer, dat het
een voorzorg was dat ze niet herkend wilde
Worden."
.Onzin I" verwierp hij toen weer. „Jullie
schijnt nu eenmaal graag iets on
aardigs van elkaar te zeggen." Maar toen hij
zag, dat Maud op het punt was, zich driftig
te maken, voegde hij er bij„Nu, ik zal je
öan eens iets vertellenik had niet gespro
ken, als jij niet begonnen wasmaar je hebt
SelUkik vind, dat er ook wel iets vreemds
Wet dat gezelschapsdametje is."
Simon sloeg de schrik om het hart.
«Maud wil alle slechte invloeden van nicht
Annette weren", zei Vera. „Ze denkt dat miss
West veel te zeer in de gunst staatEn dat
°nze geliefde en rijke nicht zou kunnen be
werkt worden door een avonturierster, ver
hit haar met schrik en afgrijzen
«Nu een avonturierster is nu misschien
sterk gezegd", meende Ronald, „maar een
kvend raadsel, ja, dat kan zij wel heeten."
«Waarom vroeg Maud weer.
Simon's hart kromp ineen van een bang
'°orgevoelen.
"Kijk", zei Ronald, „verleden week, toen ik
paar de stad ging, wilde hét toeval, dat miss
West met denzelfden trein reisde. Op het
perron had ik even met haar gesproken,
ze leek mij zóó schuw en teruggetrok-
^eö. dat ik dan ook maar de aanwijzing van
KOOl.^
Icemen eels de Seea*as9eei
Een mooi hoekje uit het hofje ,,'t Oude Gasthuis"
Die cijfers zijn wel heel curieus. De mannen
vestigen zich hier en melden het niet zou
de fiscus hen afschrikken en de dames
geven geen kennis van vertrek.
Hoe komt het, zal men vragen, dat in Den
Haag zooveel dames meer zijn dan heeren
Het is niet te zeggen. We hebben de statis
tieken eens even nagegaan en dan zien we
steeds weer dat het aantal vrouwen dat zich
hier vestigt voortdurend iets grooter is dan
dat der mannen het aantal dat vertrekt is
ook- grooter, maar er blijft toch een grooter
aantal hier. In de maanden Januari en Fe
bruari van dit jaar vestigden zich hier 1400
mannen en 2060 vrouwener vertrokken
1300 mannen en 1850 vrouwen. Er bleven dus
100 mannen en 200 vrouwen.
Wie kan begrijpen wat hiervan de oorzaak
is moet het maar zeggen. Mén kan allerlei
veronderstellingen maken, maar eenig bewijs
is er voor niet. Het geheele jaar 1930 door
was er altijd een restant vrouwen grooter dan
mannen bij de cijfers, der vestigingen en
vertrekken. Het aantal geboorten is vrijwel
gelijk dat der jongens zelfs iets grooter. Het
is de import, die het verschil maakt. We zul
len op een keer eens de jaarcijfers der laat
ste jaren nagaan om te zien of het altijd zóó
is geweest. Maar omtrent de oorzaken zal ons
dat wel geen licht geven. Intusschen is het
voor de vrouwen in Den Haag niet plezierig,
voorzoover zij hun huwelijkskansen daardoor
aanmerkelijk zien dalen.
En of uit ander oogpunt deze overvloed aan
vrouwen geen bezwaren kan opleveren, daar
over zullen wij niet spreken. Ieder bepeinze
dat zelf maar eens. EIBER.
Herdenking Tiendaagsche Veldtocht.
In antwoord op de schriftelijke vragen van
het Tweede Kamerlid Albarda in verband
met een voorgenomen plan tot het houden
van een legerrevue in Augustus deelt minis
ter Ruys de Beerenbrouck het volgende mee
Ter herdenking van de in 1830/31 gevalle
nen en ter opwekking tot dankbaarheid voor
het feit, .dat gedurendeeen- eeuw de vrede
in hét ryk van Europa heeft mogen heer-
schen, heeft een plan béstaan, als in de vraag
bedoeld, zij het dan ook in soberder vorm,
dan aldaar omschreven.
Alleen reeds om de tijdsomstandigheden
zal de uitvoering echter achterwege blijven.
Wat voor het plan in de plaats zal treden,
maakt bij de regeering nog een punt van
overweging uit.
De nieuw benoemde gouverneur-generaal
van Ned.-Indië.
In aansluiting bij het dezer dagen reeds
gepubliceerde bericht wordt medegedeeld, dat
de nieuw benoemde gouverneur-generaal van
Nederlandsch-Indië op het departement van
koloniën gelegenheid zal geven hem te spre
ken, mits belanghebbenden vooraf schrifte
lijk van hun verlangen daartoe hebben ken
nis gegeven, onder opgaaf van het onderwerp
dat zij wenschen voor te brengen.
De NederlandschBelgische betrekkingen.
Verscheidene Belgische bladen blijven be
lang hechten aan de door oud-minister dr.
Camil Huysmans, in de onder zijn leiding
staande sociaal-democratische courant „de
Volksgazet", ontwikkelde gedachte van een
Nederlandsch-Belgische tolunie. Ook in an
dere landen van Europa blijkt een deel der
pers eenige aandacht aan dit vraagstuk te
hebben gewijd. Van sociaal-democratisch
Nederlandsche zijde is een dergelijke tolunie,
zoolang België op Frankrijk en de oorlogs
geallieerden georiënteerd blijft, hoogst onge-
wéhscht genoemd. Men is aan dien kant na
melijk de meening toegedaan, dat Nederland
aldus wel eens gevaar kon loopen, in het po
litieke kielzog van Frankrijk c.s. af te zwen
ken. Ook zou, naar de redactie van „het
Volk" schreef, „een tolunie met de mede-
contractanten van het verdrag van Oslo, dus
behalve met België, ook met de drie Scan
dinavische landen verre de voorkeur verdie
nen."
Hierop antwoordt „de Volksgazet" o.m. het
volgende
De tolunie met Nederland, die wij voor
staan, vatten wij niet op als een eindstadium.
Indien wij vasthouden aan deze gedachte, en
haar verwezenlijkingsmogelijkheden onder
zoeken, dan is het omdat de ervaring ons
toch allen geleerd heeft, ons te hoeden voor
al te breed-opengespannen ontwerpen, wier
kansen op realiseering des te kleiner zijn, dat
ze gemakkelijker de geestdrift ontsteken.
Daarom hebben we er aan gehouden de
mogelijkheden der Hollandsch-Belgische tol
unie zoo konkreet mogelijk te onderzoeken,
haar voordeelen aan te toonen.
nicht Annette volgde en haar met rust liet.
Ik zorgde dus, dat zij in een dames-coupé
kwam en ging zelf in een rook-coupé".
„Zei ze, waarom ze naar de stad ging V
vroeg Maud.
„Ze zei, dat ze naar een zangles ging" (dit
„zei" met gróoten nadruk).
„Zou die schoons boschnimf bij haar an
dere bekoorlijkheden nog die voegen van de
gave voor zang dacht Simon, die zeer veel
hield van muziek.
„Nu toen we in Londen aankwamen",
ging Ronald voort, „zette ik haar in een
vigilante en scheidden zich dus onze wegen.
Maar later, met den lunch, zat zij in het
zelfde restaurant als ik. Ze leek toen heel
anders, zat levendig te praten en te lachen
en de menschen, waarmee zij was, leken mij
wel van een tweede rangs tooneelgezelschap.
Ze heeft mij geen enkelen keer gezien en
's avonds, op het station, zag zij er weer even
zedig en saai uit."
„Hoe geheimzinnig I" riep Maud.
„Maar je hebt je zeker vergist, Ronald
meende Simon. „Misschien was het een twee
lingzuster."
„Hoe heb ik het nu met je..., En ze
heeft ons immers allemaal verteld, dat zij
een eenig kind was."
„Ze is zeker niet het eenvoudige, onschul
dige meisje, waar nicht Annet haar voor
houdt", zei Maud.
„Moeten wij nicht waarschuwen?" vroeg
Vera.
„Ik zou maar oppassen vermaande kapi
tein Tremaine. „Je weet niet, in welk een
wespennest je je misschien nog steekt
Maud kreeg een ingevingZij haalde een
officiersboekje en ging den naam van miss
West opzoeken.
„Kijk", riep zij triomfantelijk„De naam
West komt niet voor in het regiment, dat zij
noemde
„Misschien heb je niet de juiste jaren na
gekeken", waagde Simon er weer op. „Weet
je den datum, dat hij moet gesneuveld zijn
„Ja, zeker", antwoordde Maud. „Ik heb wel
gezorgd, dat ik den naam van het regiment
wist, en allé mogelijke bijzonderheden. Maar
de naam van West is er niet bij.... Mij
dunkt, dit is genoegzaam bewijs, dat zij ons
misleidt...."
„Ik geloof toch niet, dat zij ons misleid
heeft", klonk het vol overtuiging van Simon.
„De „droomer" treedt als ridder op", spotte
Maud. „Nu, daar zou je respect voor krijgen."
Een algemeen gelach volgde, maar Simon
hoorde het niet eens meer en even daarna
trok hij zich terug, om in de eenzaamheid
nog eens goed te overleggen.
„Als zij ons bedrogen heeft, wat betreft
haar vader, dan was dit zeer zeker verkeerd",
dacht hij. „Maar wat weten wij ook af van de
moeilijkheden van een jong meisje, dat alleen
staat op de wereld Wij moeten haar zeker
veel zachter beoordeelendat is niet meer
dan rechtvaardig". En toen, na een tijdje
„Maar waarom mij zeiven langer te mislei
den. Het is niet enkel sympathie, dat ik
nu voor haar voelhet is liefde. Ja, ik heb
haar lief De schellen zijn mij van de
oogen gevallen
HOOFDSTUK XII.
„Dus je wilt er mij niet bij helpen
„Neen. Het spijt mij, Maud maar dat
kan ik niet", klonk het beslist bij Fay.
Het stond bij Maud vast, dat miss West
niet was, waar zij zich voor uitgaf. Maar
toch durfde zij nog niets zeggen tot mrs.
20e week 1881.
Op 14 Mei werd ten raadhuize in het open
baar geveild het aan de gemeente ioebehoo-
rende stadskoffiehuis „de Beurs". De koop
werd voorloopig toegewezen aan den heer W.
Nijland voor ƒ7800.
Met den zomerdienst op de spoorwegen (15
Mei) zal een snelposttrein loopen van Ber
lijn, via Oberhausen, Gennep en Boxtel naar
Vlissingen, in aansluiting op den stoomboot-
dienst naar Londen. Hierdoor zal het moge
lijk zijn om de reis Berlijn—Londen binnen
de 24 uur af te leggen, 's Morgens om 8.10
vertrek uit Berlijn, aankomst te Londen den
volgenden morgen om 7.55 uur. De afstand
Boxtel—Vlissingen wordt in 2 y2 uur afgelegd.
Van 714 Mei zijn alhier met de mailboot
uit Queensborough aangekomen 594 en daar
heen vertrokken 629 passagiers.
In de jaarlijksche al^emeene vergadering
van aandeelhouders der Kon. Mij. „de Schel
de" werden tot commissarissen benoemd de
heeren F. G. Sprenger te Middelburg en F.
H. J. Wibaut te Vlissingen. Het dividend over
1880 werd vastgesteld op 5 /2 %>-
Na raadpleging van technici zijn we ver
sterkt in onze opinie, dat beide landen, de
arbeidende klassen van beide landen in de
eerste plaats, groot economisch belang heb
ben bij de verwezenlijking. Dat het neerwer
pen van den tolbareel de betrekkingen van
kultureelen aard, tusschen ons en onze
Noorderburen zou verlevendigen niets is
zoo natuurlijk, en niets is zoo wenschelijk,
maar elk der partijen blijft vrij van politieke
verplichtingen.
De groote meerderheid van de bevolking
van België heeft zich steeds tegen economi
sche aansluiting bij Frankrijk uitgesproken,
juist om reden dat zij gehecht is aan haar
vrijheid van handelen. Wat Nederland be
treft, heeft steeds een sterke strooming ten
voordeele van de aansluiting bestaan.
In onze oogen moet de overeenkomst met
Holland slechts deze beteekenis hebben en
deze beteekenis is groot genoeg dat onze
twee landen, die gelijkwaardige belangen
hebben, het voorbeeld geven tot de loswer
king uit de kapitalistische verdeeling der
wereld in vijandige economische kampen.
Niet alle Belgische couranten zijn het met
de opvatting van „de Volksgazet" eens. De
.Nation Beige" b.v. zoekt nog altijd alleen
heil voor België in een eenzijdige tolunie
met Frankrijk, en de „Flandre Libérale", die
de Gentsche belangen niet geheel over het
hoofd durft te zien, meent een Fransch-Bel-
gisch-Nederlandsche tolunie te moeten aan
prijzen als het middel, dat in onze gewesten
veel er toe kan bijdragen, een einde te stellen
aan de huidige oeconomische crisis.
Hastings eer zij voldoende bewijzen daarvoor
had. Daar zij nu wist, dat Fay en miss West
heel wat samen waren, had zij getracht, zich
van de hulp van Fay te verzekeren bij haar
ondernemen en zij had er ook niet aan ge
twijfeld, of Fay zou zich daartoe wel leenen
al was het dit alleen maar om Ronald's
zuster ter wille te zijn. Daarom had zij miss
Ferrol met een rijtuig laten halenmaar
Fay had beslist geweigerd zoowel om haar
raad te geven, wat betreft de beste stappen,
die zij kon doen, als ten opzichte van de
vragen, die Maud graag wilde, dat zij miss
West zou stellen.
„Het is dwaas vari je, Fay, dat je mij niet
helpen wiltMe dunkt, je hoeft toch heusch
geen gewetensbezwaar te hebben, als ik je
voor vast kan vertellen, dat zij ons allen be
drogen heeft, wat betreft haar vader, over
wien zij altijd met zooveel trots spreekt. Ik
heb mij de moeite gegeven om een heelen
stapel oude kranten na te kijken, waarin de
datum vermeld staat van den slag, waarin
hij gesneuveld moet zijn. De naam van West
staat niet vermeld in de lijst van officieren
wel werd er een soldaat van dien naam doo-
delijk gewonddus dan zou zij een gewoon
soldatenkind zijn
„Nu je hebt het recht om trotsch te zijn
op je vader of die nu officier of soldaat
mocht zijn als hij voor zijn vaderland ge
storven is
„Maar zij is dan toch geen'dame en heeft
nicht Annette maar wijs gemaakt, dat zij een
officiersdochter is
„Ben je dan van plan, nicht Annette tegen
miss West op te zetten, waardoor het arme
kind nog haar betrekking verliezen kon
„Als zij een bedriegster is, dan zou ik hard
lust hebben om haar onmiddellijk met pak
Tarweoogst 1930.
Het Koninklijk Nederlandsch Landbouw-
Comité, de Christ. Boeren- en Tuindersbond
in Nederland, de Kath. Ned, Boeren- en
Tuindersbond hebben in een gezamenlijk
adres den minister van binnenlandsche zaken,
en landbouw verzocht ook nog den aanwezi
gen tarwe-oogst van 1930 onder de bepalin
gen van de Tarwewet te doen vallen en ver
der dienaangaande een spoedige beslissing te
willen nemen. Naar wij vernemen, zal dat
verzoek op de eerstvolgende vergadering van
de commissie van advies inzake de Tarwe
wet een punt van bespreking uitmaken.
De Avro-actie comité's.
De Avro-actie comité's uit de hoofdsteden
van ons land, hebben gezamenlijk een ver
zoekschrift gericht aan den minister van
waterstaat, waarin eerbiedig doch dringend
verzocht wordt, zoo spoedig mogelijk aan de
Avro vergunning te verleenen tot den bouw
van een eigen zendersysteem en tot verrui-
zak te laten wegsturen Ronald zegt
„....Is Roland vandaag hier?"
„Hij is hier dikwijls", zei Maud, die gretig
deze gelegenheid aanvatte, om Fay pijn te
doen. „Hij is op het oogenblik aan 't biljarten
met Vera als ze tenminste geen liefdesge-
sprekken houden."
Fay hield zich goed, maar zei na een poos f
„Ik geloof, dat ik beter doe, met niet voor
de thee te blijven. Vader kon mij eens noo-
dig hebben."
„Onzin zei Maud. „Je kunt het rijtuig
niet krijgen voor né de thee."
„Maar ik kan best loopen."
„In zulke dunne schoentjes en zonder re
genmantel. Wees toch niet zoo dwaas,
Fay Nu, je moet er toch doorheen om Ro
nald en Vera samen te zien want het is ze
ker enkel om hén te ontloopen, dat je weg
wilde 1"
Nauwelijks had Maud dit gezegd, of de
jongelui traden binnen.
Na een oogenblik aarzelen, ging Ronald
naast Fay zitten en toen hij zeker was, dat
de anderen hem niet verstaan konden, boog
hij zich naar haar over en zei teeder
„Dus daar zien wij elkaar dan toch einde
lijk eens weer Je moet niet denken, dat ik
je vergeet, jou kleine, bruine MuisMaar ik
heb niet veel tijdNicht Annette legt druk
beslag op my cn Vera heeft alty'd een cava
lier noodig, om haar hier of daar mee naar
toe te nemen.... Maar laten wy ook niet
zulken sentimenteelen onzin spreken", be
sloot hy ongeduldig.
Nog een oogenblik bleven zy naast elkaar
zittentoen stond Fay op en verliet het
vertrek.
(Wordt vervolgd.)