500
300
25
WOENSDAG
25 MAART
EERSTE BLAD
No. 71
69e Jaargang
1931
llitpve: Firma F. VAH DE VELDE Ir., Walstraat 58-60, Vlissinp. Telei. 10. Postrekening 66287
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zondag en algemeen erkende Christelijke Feestdagen
De ontwikkeling der Vlissingsche havens in verband
met de Vlissingsche Handelsgeschiedenis, de
laatste vooral in de Middeleeuwen.
Stads- en Provincienieuws
17.02
17.49
18.53
20.17
VLISSINGSCHE COURANT
ABONNEMENTSPRIJS VoorVIissingen en de gemeenten op Walcheren ƒ2.20 per 3 maanden.
Franco door het geheele rijk 2.50. Voor België, Duitschland en Frankrijk 3.80. Voor de ove
rige landen bij wekelijksche verzending 3.80, met Zondagsblad 4.75. Afzonderlijke nrs. 5 ct
m
ADVERTENTIEPRIJSVan 1—5 regels 11.25iedere regel meer 25 cent Bij abonnement
speciale prijzen. Reclames 50 ct p. regel.Kleine advertenties betreffende Huur enVerhuur,Koop
en Verkoop, Dienstaanbiedingen en-Aanvragen van 1—5 regels 75 ct., iedere regel meei 15 ct
De abonné's in 't bezit eener
Polis, zijn GRATIS verze
kerd tegen ongelukken voor
gulden bij levens
lange ongeschikt
heid tot werken.
gulden bij dood
door
een ongeluk.
gulden bij verlies
van een
hand, voet of oog.
gulden bij verlies
van
een duim
gulden bij verlies
van een
wijsvinger
gulden bij verlies
van eiken
anderen vinger
AANGESLOTEN BIJ HET BUREAU VOOR PUBLICITEITSWAARDE, INGESTELD DOOR DE VEREENIGING „DE NEDERLANDSCHE DAGBLADPERS'1
Dit nummer bestaat uit twee bladen
I.
Ik stel mij voor in verband met de a.s.
opening der nieuwe haven in de komende
weken in een serie artikelen den groei der
havens en de daarmee gepaard gaande han
delsontwikkeling te schetsen. Veel wat tot
heden terra incognita is in de handelsge
schiedenis van Vlissingen in de Middel
eeuwen, is door de publiceering dor buiten-
landsche archiefstukken nu bestudeerbaar
materiaal geworden.
De neerslag van die studie zal men hier
aantreffen. Eén voorbehoud moet ik maken
en dat is ditde archieven der landen aan
de Oostzee zijn nog niet openbaar gemaakt,
maar toch is het mij gelukt ook daarvan iets
te weten te komen door de indirecte methode.
Al weet ik zeer goed, dat de „histoire des
batailles" op den achtergrond geraakt is en
terecht, en al behandelt het volgende in
hoofdzaak de economische geschiedenis, toch
zou Vlissingen niet Vlissingen geworden zijn,
als zijn strategische positie niet in alle tijden
zeer belangrijk was geweest, 't was een
„marine-frontuyr" zooals de tijdgenoot van
Alva zei, van den eersten rang, en dit is in
de Middeleeuwen ook het geval geweest.
Daarom is het af en toe noodzakelijk dagen
van strijd aan te stippen, maar juist deze
strijd is gewoonlijk evenzeer een economische,
waar het antagonisme der rivalen wortelt in
concurrentie-nyd.
Het is niet mijn bedoeling de handelsge
schiedenis van de 17e en volgende eeuwen
uitvoerig te schetsen, daar dit te veel ruimte
zou vragen en er reeds meer van bekend
is. Vandaar dat ik reeds te voren dus even-
tueele beschuldiging van onevenwichtigheid
hoop te ontwapenen door deze voorafgaande
opmerking. Voor de laatstgenoemde tijden
zal ik mij in hoofdzaak bepalen tot de ge
schiedenis der havens zelf.
De oudste haven van Vlissingen tot 1304, een afvloeiïng
van den Zwanenburgschen WatergangBelangstelling
van Floris V voor den Vlissingschen ambachtsgrond.
Ontluikende Haringvisscherij. Eerste handel met Engeland.
Even goed als Middelburg voor zijn oudste
haven gebruik heeft gemaakt van een be
staand water, de Ame, of beter gezegd, even
zeer als de Middelburgsche nederzetting ont
staan is aan een bestaanden watergang, de
Arne, is het oudste Vlissingen gelegen aan
een natuurlijke afwatering, die door de aan-
wonenden meer of min genormaliseerd zal
zijn en aan de behoeften aangepast. We kun
nen er zeker van zijn, dat de gang van
zaken aldus is geweest, bekend is immers, dat
Walcheren doorsneden is geweest van
meerdere afwateringen, die min of meer
geschikt waren, de platboomde Middel-
eeuwsche vaartuigen te havenen. Veel water
was daartoe niet noodig, als we nagaan, dat
de zeevaarders bij uitnemendheid, de Noor
mannen, meestal op hun tochten de vaartui
gen op het droge trokken en dan hun piraten-
tochten te land aanvingen.
Deze oudst bekende Vlissingsche haven kan
men aldus begrenzenlaagte van het Villa
park tusschen Kerkhoflaan en Boulevard,
verder voorbij de villa's „Huize de Ruyter" en
„Huize Everfcsen", gedeeltelijk kleine en
groote spuiboezem, Garage de Baljuw, Al-
hambra-bioscoop, verder Paardenmarkt
naar de Slijkstraat. Deze straat heet in de
publicatie van 15 Mei 1584 de „Dyckstrate"
d.i. de oostelijke havendijk. Deze oostelijke
havendijk was dus de Slijkstraat. Vandaar
liep hij door de Breewaterstraataan het
eind dier straat wendde de havendijk zich
westwaarts, ongeveer langs het Gasthuis-
hoofd tot aan den zeedijk der dertiende
eeuw, die later door de zee verzwolgen werd.
De westzijde van de haven liep van den
becrmweg van den Boulevard tegenover het
Strandhuis tot ongeveer bij het huidige Wa
terhoofd verder liep deze westelijke haven
dijk een eind zeewaarts in tot den ouden dijk
der dertiende eeuw.
Nu meene men niet, dat deze „haven" de
voortzetting van den watergang was, die nu
de kleine spuiboezem bereikt, deze is veel later
gegraven. Misschien was het wel de uitmon
ding van den Zwanenburgschen watergang.
Ook lijkt bovenstaande een absurditeit voor
wie niet weet, dat voor den tegenwoordigen
boulevard een zeer groote strook land lag,
zoodat het oudst bekende Vlissingen en de
oudst bekende haven door een zeer breede
landstrook van de zee gescheiden waren. In
dit verband herinner ik ook nog even aan
het feit, dat de gevangentoren de eene helft
van een poort is, die toegang gaf tot den
weg naar Koudekerke, welke dus een heel eind
zeewaarts liep, ongeveer evenwijdig aan den
tegenwoordigen boulevard. Tusschen de jaren
1331 en 1439 is ongeveer de helft van het
grondgebied der heerlijkheid Vlissingen aan
de zee ten offer gevallen, de beste voorstel
ling van dat verloren gegane terrein heeft
men, als men aan den Nollepunt staande, den
afstand vandaar tot Brittannia in zee afmeet
met den rug naar het hotel toe staande en dan
eeii lijn trekt ongeveer evenwijdig aan de kust
tot het Groothoofd bij de Rotonde, dan hebt
ge de oudst bekende kustlijn.
Men ziet dus dat het oudste Vlissingen een
heel eind landinwaarts gebouwd was aan dat
water, dat later als oudste Vlissingsche haven
bekend stond. Dit Oud-Vlissingen, zooals het
later in tegenstelling met Nieuw-Vlissingen
genoemd werd, komt als parochie het eerst
voor in een charter van 28 Mei 1247 2)het was
toen voorzien van kerk, pastorie en een gast
huis of hospitaal, waar de vreemdelingen
tijdelijk verblijf konden houden bijv. bij hun
passage naar Vlaanderen. Want van hier uit
konden de kooplieden en marskramers, maar
ook de edelen en de krijgsvloten over naar
Sluis, Rodenburg, Brugge enz. Deze haven was
dus veer en visschershaven. Maar in de
Vlaamsche oorlogen, een strijd, die voor
namelijk het bezit van de eilanden Walcheren,
Zuid- en Noord-Beveland, Borselen en
Wolfaartsdijk gold, dus het gebied tus
schen de Ooster-Schelde en het Zwin,
dat in het begin der 11e eeuw (1018) door
keizer Hendrik II aan Boudewijn V van
Vlaanderen in leen was gegeven, was zij
meermalen een strategische haven, een
steunpunt dus. Wel waren in 1168 by het
Verdrag van Hedensee de begeerlijke klei-
eilanden een gemeenschappelijk bezit gewor
den, waarbij o.a. werd bepaald, dat de graaf
van Holland ze in leen zou houden van
Vlaanderen, maar nauweiyks zagen de Hol-
landsche graven de gelegenheid gunstig of ze
noemden zich graaf van Holland en Zeeland,
zoo byv. resp. Floris IV, Willem II, die wei
gerden den eed als leenman af te leggen. Deze
laatste had grootte moeilijkheden te over
winnen en een zwaren strijd te stryden, toen
hy in 1247 tot Roomsch koning werd ver
heven. Hiervan maakte de Vlaamsche gravin
Margaretha gebruik, die tevens kon rekenen
op een sterke Vlaamsche party onder de
Zeeuwsche edelen. Tenslotte werd het Verdrag
van Hedensee weer erkend. (Hedensee by
het land van Cadzand, een kort zeegat in
het vroeger voor Cadzand gelegen eiland
Wulpen. Hede was een mansnaam, s is 2e
nv., ee is water. 3)) Maar dit duurde
niet lang, nauweiyks rees de geluksster van
Willem II in Duitschland of hy ontzet de
Vlaamsche gravin uit al haar Ryksleenen
(1252). Dit was het begin van een nieuwen
kryg tusschen Holland en Vlaanderen.
De zoon der Vlaamsche gravin, Guy van
Dampierre, landde met ten deele Fransche
troepen den len Juli 1253 op Walcheren en
wel by Westkapelle, maar werd door de ach
ter de duinen verborgen Hollanders en Zeeu
wen, wier getal veel kleiner was, geslagen en
gevangen genomen met zyn jongeren broeder
en tal van andere Fransche en Vlaamsche
ridders. Graaf Dirk van Kleef en Floris van
Holland waren de overwinnaars in dezen
roemrijken slag, nog eeuwen lang de trots der
Hollanders, die op de Vlamingen nooit zoo'n
schitterende zege hadden behaald. Koning
Willem verscheen drie dagen later op het
eiland, waar hij de volledige nederlaag der
Vlamingen vernam.
Na Willem's ongelukkigen dood echter in
Friesland namen de zaken een geheel an
deren keer. De Vlaamsche gravin gaf nu
Zeeland in leen aan Floris, den voogd van
den jongen Floris V, die in het huwelijk zou
treden met Beatrix, de kleindochter van
Margaretha, zonder dat er op de belangen
van den minderjarigen graaf gelet werd.
Maar de energieke Floris V, zyn meerder
jarigheid bereikt hebbende, weet West-Zee
land te behouden en huwde bij den dood van
zijn oom Floris, die zijn belangen zoo slecht
behartigd had, zelf met Beatrix, die de oom
voor zich bestemd had. Van 1287 af was de
verhouding tusschen den Vlaamschen en Hol-
landschen graaf wederom zeer slecht, want
toen liet Floris zich ontslaan van de overeen
komst eenmaal dooi zyn oom gesloten en
zoo begonnen de moeilijkheden opnieuw, die
zeker ook wel medegewerkt hebben tot zyn
tragischen dood.
Het zal intusschen Floris op zyn reizen
naar den koning van Engeland, waarmee hy
in intieme relatie's stond zUn zoon was
verloofd met een Engelsche prinses en werd
in Engeland opgevoed opgevallen zyn, dat
de haven van Vlissingen cardinale gebreken
had. Vooreerst lag de monding niet Zuid
waarts, maar Zuidwestwaarts en tegen den
vloed, hetgeen aanslibbing moest veroorzaken.
Dan lag de eigenlijke aanlegkade West van
het dorp Oud-Vlissihgén te ver van de zee
en wees de reeds ontstane uitbreiding van het
dorp Zuidwaarts op een korteren uitweg naar
de rivier, terwijl men bovendien behoefte had
aan een spuiboezem.
Daar kwam nog een belangrijke factor by.
In 1294 en wel o.a. op 10 Januari 4) kwam
Floris V in de gelegenheid etteiyke ambach
ten in deze omgeving aan te koopen en deze,
gevoegd by het reeds in handen zynde ge
deelte, van den Vlissingschen bodem maakte,
dat de graaf by na allé terrein tot zijn be
schikking had.
Bovendien breidde zich de visschery meer
en meer uit, aanvankelijk begonnen als gewone
visschery vgl. den naam Schardynkade, waar
ik later op terugkom breidde deze zich uit
tot de haringvïsscherij'j pok juist in dezen
zelfden tijd. Want de VÏaamsche erfveéte
leidde er toe, dat graaf Floris V met zyn
ruimen blik aansluiting zocht bij den Engel-
schen koning en van deze relatie gebruik
maakte om handelsconnectie's aan te knoo-
pen, ook om o.a. faciliteiten te verkrijgen voor
de uitoefening van den haringhandel op de
Engelsche kust. Zoo krijgt de „custos" of
„bewaarder" van de zeekust by Yarmouth in
Sept. 1295 van den Engelschen koning bevel,
tweemaal per week te doen aankondigen, dat
niemand aan de inwoners van Holland,
Zeeland en Friesland overlast mag aandoen
als zy op da kust ter haringvangst komen,
maar de ingezetenen integendeel hen moeten
bijstaan met raad en daad.
De strijd tusschen de Vlaamsche graven en
de koningen van Engeland in dezen tyd
conflict tusschen Fransche en Engelsche in
vloedssfeer brengt o.m. teweeg, dat de be
volking van Zuid-Holland, Zeeland in steeds
toenemende mate het bedryf der Vlamingen
gaat overnemen, zy koopt zelfstandig de En
gelsche wol en verwerkt die zelf tot laken. En
nu zien wij merkwaardig genoeg ook reeds
in dezen zelfden tyd, hoe een enkel Vlis-
singsch schip al genoemd wordt in een reke
ning van 1293/1294 te New-Castle on Tyne
„het schip van Johannis Bude van Vlissin
gen „pro 2 dacris coriorum" 5)eveneens „het
schip van Hendrik de^ zoon van Tancard van
Vlissingen „pro 8 petris lane" 5), of in eene
van 1294/1297 „het schip van Willem, den
zoon van Pieter van Vlissingen, dat Paradis
genoemd wordt, voor „10 petras lane"
en 14 pelles lanutas in eene van de ont
vanger van Ipswich(1294/1298) wordt eveneens
een schip van Vlissingen genoemd, waar
Simon de zoon van Moonen (Monini) schip
per op is.
Dat de haringvangst ook in dezen tijd door
de Vlissingers beoefend werd, blykt wel heel
toevallig uit een belofte van afrekening van
1323, waarbij aan Jan van Subburch voor zyn
haringschip en aan Pieter Allaerd van Vlis
singen voor zijn haringschip en aan Boudiin
Boudiinszen van Oost-Souburg voor zyne
hulk, voor het tydelyk afstaan van hun
vaartuigen als transportschip naar Engeland
huur wordt beloofd en vergoeding van
schade. Ik noem de Souburgers er by, daar
deze ongetwyfeld havenden in Vlissingen.
AI deze factoren tezamen maakten een
nieuwe haven tot een onafwendbaren eisch en
de energieke Floris zou de aangewezen man
zyn geweest om deze plannen tot uitvoering
te brengen, mits hy niet den bekenden on-
tydigen dood was gestorven.
Floris immers kende de gesteldheid des
lands goed, meerdere malen was hy op Wal
cheren geweest. Toen in 1290 de Zeeuwsche
adel stry'd tusschen de feodaliteit en sou-
vereiniteit trouw zwoer aan den Vlaam
schen graaf, stak een Vlaamsch leger naar
Walcheren over en sloeg het beleg voor Mid
delburg, waar Floris zyn vrouw en zoon ge
bracht had, de Zeeuwsche burgery behoorde
immers tot de meest loyale onderdanen der
Hollandsche graven. Kort tevoren, 8 en 13
Januari, is hij te Middelburg, 24 Februari te
Veere, 14 Maart weer te Middelburg, 28 Maart
en 4 April weer en dan gaat hij in Holland
hulp halen voor de Zeeuwen. De nood begon
te nypen in Middelburg, maar zoowel deze
stad als de Mortier en burcht, waar nu Ar-
nemuiden ligt, hield zich ferm. Floris zou uit
Zierikzee naar Walcheren overvaren, maaT
zyn vriend, hertog Jan I van Brabant zorgde
dat er te Biervliet een samenkomst plaats had
tusschen schoonvader en schoonzoon. Echter
de graaf werd gevangen gehouden, totdat hy
den vrede van Biervliet onderteekend had, die
echter zuiver afgedwongen was. Geen kwestie
dus ervan, dat de graaf weder vrijgelaten
tegen hooge borgstelling zich houden zou
aan dit verdrag. F1 lis wist als gezant van
Eduard, koning van Engeland, naar den
Roomsch-koning Adoh van Nassau gezonden,
zyn eigen plannen ook te bevorderen, en
zoo werd 20 Augustus 1294 te Neurenberg een
verdrag gesloten, waarbij Adolf, Eduard tegen
Vlaanderen helpen zal, maar tevens ver
klaart Adolf den -Iollandschen graaf vrij van
de leenhulde aan Vlaanderen en wordt het
verdrag van Biervliet van geen vaarde ge
noemd. e) Zich nu sterk gevoelend door deze
verbonden gin? Floris zijn schoonvader te lijf.
Met een groot leger, waarvan zelfs West-
Friezen deel uitmaken, vereenigt men zich te
Vlissingen, om Guy v. Vlaanderen te gaan
bestoken. Het is in de eerste maanden van
1295. Jan van Renesse gaat naar Sluis en
verwoest het, Dirk van Brederode met de
Friezen naar Cadzand, dat eveneens te vuur
en te zwaard wordt bestookt. By Borselen in
,,'t Vingherlin" (een kreek by Borselen
wordt de Vlaamsche vloot 27 October 1295
vernietigd. Dit wapenfeit was het laatste, de
Vlaming durfde niet meer aanvallen, Floris'
dood maakte dat hij zijn schoonvader geen
slagen meer kon toeVrengen.
H. G. VAN GROL,
Archivaris.
Wat nu Paardenmarkt heet, was vroeger
de bodem van.de brouwery. „De Byle". De
echte Paardénmatkt is een pleintje geweest
tusschen het verlengde van de Koe- en de
Slykstraat.
2) Van v.an Bergh, Oorkondenboek Dl. I,
no. 437 II no. 215.
3) Vgl. Dr. A. A. Beekman, Geschiedkundige
Atlas van Nederland, IH Zeeland. 's-Graven-
hage 1921.
4) Zie P. K. Dommisse, Ambachtsheerlijk
heid, blz. 47, blz. 62.
5) Rijks Geschiedkundige Publicatiën, Dl. 65,
blz. 39 en 40 dacris coriorum dekers hui
den, een deker tienpetris lane „stee-
nen" wol, een „steen" is gewoonlyk zes pond.
Nog heden is „steen" in Vlaanderen een ge
wicht voor aardappelen pelles enz. wol
huiden.
6) Vgl. Dr. Henri Obreen, Floris V, Gent,
1907, blz. 146' en vgl.
VLISSINGEN. 25 MAART.
Havenfeesten.
Gisterenavond vergaderde de buurtvereeni-
ging Boulevard de Ruijter (Westelyk deel)
en Boulevard Bankert (Oostelijk deel) in
café „De Scheldestroom".
Besloten werd geen wyziging te brengen
in de door de bewoners van deze buurten
toegezegde bedragen en met het innen door te
gaan tot en met Juli 1931. De geïnde en nog
te ontvangen gelden worden gestort op de
Boaz-Bank.
Een gedenkbord.
In verband met de opening van de nieuwe
haven wordt een gedenkbord in den handel
gebracht naar een ontwerp van den heer J.
Schonk, uitgegeven door den kunsthandel
voorheen G. W. Dhuy, Lange Burcht te Mid
delburg.
Het gedenkbord stelt een gezicht voor op
de nieuwe buitenhaven, waar een mailboot
van de maatschappy „Zeeland" binnenkomt.
Sleepbooten liggen in de haven.
Verder is het bord versierd met verschil
lende emblemen op de scheepvaart betrek
king hebbende, als een boei, een anker, een
zeekyker enz.
Het bord draagt den datum 17 April 1931,
op welken datum de haven officieel door Hr.
Ms. de Koningin wordt geopend.
Het gedenkbord is te dezer stede verkrijg
baar by de heeren F. Landsman en A. R.
Müller.
Gemeentzïijke Arbeidsbeurs.
By den gemeentelyken dienst der Arbeids
bemiddeling alhier staan als werkzoekenden
ingeschreven 2 letterzetters, 1 boekdrukker,
1 machinezetter, 2 mastiekers, 8 grondwer
kers, 10 opperlieden, 6 schilders, 12 timmer
lieden, 1 verver, 1 voeger, 1 waterbouwkundig
opzichter, 3 meubelmakers, 1 kapper, 1
m
sew®®)© «S©©SSTO©S
voor het 2e kwartaal 1931
ontvangen de nog in Maart
verschijnende nummers der
VSasssmgsctveiSccJicanf
GRATIS
Abonnementen worden aangenomen door
onze administratie te Vlissingen en in de
verschillende plaatsen door onze agenten.
schoenmaker, 1 werktuigkundig teekenaar,
156 metaaldraaiers, 1 boekbinder, 1banket-»
bakker, 2 broodbakkers, 2 magazynbedien-
den, 1 kruideniersbediende, 1 looper, 2 kell-
ners, 2 chauffeurs, 14 transportarbeiders, 13
kantoorfbedienden (w.o. 5 vrouwelyke), 3
portiers, loopers enz.16 varensgezellen en
61 losse arbeiders.
Totaal 325 ingeschrevenen, vorige week
315 personen. Alzoo een vermeerdering van
10 werkzoekenden.
BelgischHollandsch feest In Spa,
Elk jaar wordt door de directie van het»
Casino te Spa een festival georganiseerd,
waarbij eenige groepen uit een bepaald land
uitgenoodigd worden te komen concerteeren.
Dit jaar is Nederland aan de beurt en ia
meer speciaal gedacht aan Zeeland.
De genoemde directie wendde zich daartoe
tot den Belgische consul te Vlissingen, die
op zijn beurt zich richtte tot de Vereeniging
voor Vreemdelingenverkeer te Goes, met het
verzoek het een en ander maar te willen
regelen in overleg met 't feestcomité in Spa.
Het resultaat daarvan is, dat met de Pink-,
sterdagen een drietal Zeeuwsche gezelschap-»
pen, alle gekleed in het gewestelijk costuum
en in totaal 100 personen sterk, naar Spa
zullen gaan.
Het zijn „Het Zuid-Bevelandsch ca-
pella koor" uit Goes, dat o.m. op de wereld
tentoonstelling te Antwerpen met groot suc
ces optrad het „Westkapelsche Meisjeskoor'*
van Westkapelle en „Medioburgum" uit Mid
delburg.
Waar Spa juist in die dagen door een
groot aantal vreemdelingen wordt bezocht,
heeft die tournée uit propagandistisch oog
punt bezien zeker z'n beteekenis.
Steun aan de suikerbietenteelt.
Door de Kamer van Koophandel en Fabrie
ken voor Zeeuwsch-Vlaanderen is een adres
verzonden aan de Tweede Kamer, waarin,
gelet op de uitingen in de kringen en orga
nisaties van landbouwers, zoowel in het ge
bied der Kamer alsook uit andere streken
van ons land, de vrees wordt uitgesproken,
dat, zelfs ook na de wijzigingen die door den.
minister van binnenlandsche zaken en land
bouw in zyn ontwerp zijn aangebracht, de ten
behoeve der uikerbietencultuur voorgestelde
steun niet voldoende zal zyn, om de land
bouwers in het algemeen tot hot zaaien van
suikerbieten te doen overgaan. Het wetsont
werp zal alsdan zyn doel missen. Op grond
van het zeer omvangrijke belang dat de teelt
van suikerbieten voor Zeeuwsch-Vlaanderen
heeft, in détails reeds uiteengezet in haar
adres d-d. 10 Januari 11., verzoekt de Kamer
de van verschillende zyden gerezen bezwaren
wel te willen overwegen, en te willen mede-
wrken, dat de steunregeling nog dermate zal
worden verbeterd, dat ook men grond mag
verwacht worden, dat zij tot practische uit
voering zal kunnen komen.
Scheep vaartberichten
Het tankschip „Tunisia" dat gisterenmor
gen in den Biezelingschen Ham op de Molen
plaat gestrand is, is gisterenavond omstreeks.
5 uur door de sleepboot „Raymond" der Re-
morquage Letzer vlotgetrokken en te Hans-
weert binnengebracht. Het schip zat zeer ge-
vaarlyk, daar het met de kiel op den rug van
de Molenplaat zat, en by laag water de voor
steven wel enkele meters hooger zat als de
achtersteven. Het tankschip was geladen met.
benzine van Ertvelde naar Duisburg.
Ook de sleepbooten „Oostzee" en „Hoek van
Holland", alsmede de sleepbooten ,„Wotan"
en „Goliath" en nog enkele particuliere boo
ten waren ter plaatse, doch moesten geen
assistentie verleenen.
Het schip was gisterenmorgen vroeg van
Ter Neuzen vertrokken met de sleepboot
„Luctor II" doch door den mist uit het vaar
water geraakt.